VAN DIT EN VAN DAT EN VAN ALLES WAT Het onfeilbare middel. Kruiswoordraadsel. DE AVONTUREN VAN PROFJE EN STRUISJE Bijvoegsel der Schager Courant van Zaterdag 11 Augustus 1934. No. 9532. ZATERDAOAVONDSCHETS Een droeve levensles, *eer vrij naar het Engelsch bewerkt Y door SIROLF. '(Nadruk verboden alle rechten voorbehouden). HEELEMAAL alleen zat ik in een rieten stoel aan het strand en sloeg met droome- rige blikken de voorbijwandelende •trandbevolking gade. Doch hoe be- tooverend chocolade-bruin-verbrand de vele strandschoonheden ook mochten zijn, ik zag er feitelijk niets van, want voor mijn geestes oog zag ik slechts het beeld van één enkel allerliefst blondje, met kuiltjes in haar wangen en blauwe oogen, dat in het pension naast het mijne woonde. Ik was al een paar .idagen aan zee, doch ondanks mijn hardnekkige, hoewel volkomen cor recte en eerbiedige pogingen om de aandacht van het allerliefste blond- Je op mijn niet onaanzienlijke fi guur te vestigen, en mijn demon stratieve, bestudeerde houdingen en gebaren met mijn handen om te laten zien, dat ik geen verlovings- of trouwring droeg, dus volkomen ,.vrij", het blondje bleef min of meer ongenaakbaar en slechts 'vaag bewust van mijn bestaan. En terwijl ik daar zoo min of meer melankoliek zat te droomen en mijn fantasie ontroerende ©n ro mantische tafereelen voor mijn geestesoog tooverde, waarin ik de een of andere heldhaftige rol jegens het blondje vervulde, kwam daar opeens van Putten, de lange van Putten, oud-schoolkameraad en chambree-genoot uit mijn diensttijd op me afgestevend, liet zich som ber in een stoel naast de mijne vallen en slaakte eenige diepe zuch ten. Ik keek hem eens goed aan. 'Anders was van Putten een leven dige, kwieke, vlotte jongeman, vol levenslust en grappen. En nu zat (hij daar naast me, als een soort wrak en keek met een starenden, donkeren blik naar zijn schoenen en zuchtte hartverscheurend. „Wat is er met jou gebeurd?", vroeg ik maar op den man af. Weer een zucht. En dan na eenige oogenblikken hracht hij fluisterend uit: „Als als je het dan persé weten wilt nu danhm..het is een meis- Je- „Haha", zei ik, „wringt 'm daar de schoen. Heeft ze je afgewezen?" „Nee", zei van Putten, „zoover ben ik nog lang niet. Ik geloof dat ik haar niet geheel onverschillig ben, maar ik kom maar niet verder met haar. Het blijft bij een enkele gewisselde blik en zoo Liefde op een afstand het is verschrik kelijk „Wel", zei ik, na eens even te hebben nagedacht, „dat verwondert me niets, van Putten. Jouw metho de deugt heelemaal niet, geen snars!" „Deugt er geen snars van?" her haalde van Putten verbaasd, „hoe bedoel je dat?" „Kijk eens hier", begon Ik hem geduldig uit te leggen, „je pakt het heelemaal verkeerd aan. Je hou ding deugt niet. En als je dat niet radicaal verandert, dan wek je nooit de belangstelling van dat meisje op, wat ik je brom!" „Je schijnt er nogal verstand van te hebben," mompelde van Putten, en ik hoorde duidelijk diepe ba- wondering in zijn stem. ..Een kwestie van inzicht," zei ik bescheiden. „Als jij het dan zoo goed weet, zou je mij dan misschien die onfeil bare methode willen onthullen?", vroeg hij een beetje sarcastisch. Breed van opvatting als ik ben, deed ik net of ik zijn sarcastischen toon niet had gehoord en ging voort: „Zeker wil ik dat. In de eêivte plaats ben je veel te be deesd err toon je veel te erg je vereering. Met bedeesd en vol aan bidding te zijn kom je er nooit. Je moet stoutmoedig, een tikje brutaal en zelfbewust zijn. Regelrecht er op af gaan. Nu of nooit. En met zoo iets van: wil je me hebben, of wil je niet, even goede vrienden, hoor, aan iedere vinger kan ik een meisje krijgen, en nog wel tien keer zoo knap als jij, o, zoo! Zie je, zóó moet je dat aanpakken. Vrou wen zijn als honden, ze moeten met krachtige hand geregeerd worden. De vrouw, de eeuwige vrouw is nu eenmaal gemaakt om veroverd te worden, stoutmoedig, flink, en niet om op een afstand met verliefde kalveroogen te worden aange staard." „Ja ja," protesteerde van Putten, „dat is oude kost. Dat heb ik al eerder gehoord. Regeer ze met sterke vuist enzoovoort. Allemaal onzin. Jeanne is heel anders." „Ja", smaalde ik op mijn beurt, „jouw Jeanne is natuurlijk heel anders. Alle meisjes zijn altijd an ders dan alle andere. Dat is ook oude kost Maar weet je waarom die wijsheid van mij, die jij onzin noemt, zoo oud is? Omdat ze be proefd is en waarheid bevat, daar om!" Dit scheen indruk op van Putten te maken. Hij bleef nog een poos naar zijn schoenen staren. Onder wijl zette ik mijn wijze levensles voort. „Als ik jou was, van Put ten, zou ik dat meisje, die Jeanne of hoe het schaap heeten mag, be handelen, alsof je geen laars om haar gaf. Laat haar niet merken, dat je over haar piokert. Dan zul je eens zien, hoe gauw ze over jou gaat piekeren." „Misschien heb je toch wel ge lijk", riep van Putten opeens uit, terwijl hij energiek opsprong, „ik ga het meteen probceren, bedankt in zooverre voor je goede raad, tot kijk!" De volgende twee, drie dagen zag ik niets van van Putten, doch ik miste hem heelemaal niet, om dat mijn geheele denken vervuld was van fantastische droomen over het allerliefste, ongenaakbare blondje uit het pension naast het mijne. Op een avond, dat ik weer zoo aan het strand zat te droomen, kreeg ik opeens een hevige slag op mijn schouder, opziende zag ik van Putten naast me staan. Hij straalde van genoegen en zich tot mij overbuigend, fluisterde hij me toe: „Het is reusachtig gegaan! Elk woord van je onfeilbare mid del is me een tientje waard!" Ik staarde hem niet begrijpend aan. Dan opeens schoot me die heele malle historie te binnen. „Je wil toch niet zeggen dat het je werkelijk gelukt is volgens die methode die ik je zei?", vroeg ik ongeloovig. „Gelukt?!", fluisterde hij, „man, ze eet uit mijn hand, ze loopt me na als een hondje, ze is dol op me, we hebben ons daarstraks al niet- officieel verloofd!" Van Putten wendde zich om, trok een zachtjes weerstrevend meisjes figuurtje tot voor mijn stoel en zei: „Mag ik je even voorstellen, Jeanne, dit is mijn oude vriend die me zoo dikwijls zulke uitstekende raad heeft gegeven Ik sprong op, nieuwsgierig van Putten's wonderbaarlijke verove ring te zien. Het volgende oogen- blik stamelde ik een beleefdheids frase, terwijl 't was, alsof de grond onder mijn voeten wegzonk. Want Jeanne was het allerliefste blondje met de kuiltjes in de wan gen en de blauwe oogen uit het pension naast het mijne Toen had ik mezelf wel een schop kunnen geven! Horizontaal: 1. Zeegras 4. Plaatsje op Ameland 6. Fransch Departement 8. Stad in Finland 9. Eilandengroep der Carolinen 10. Vorm van 't werkwoord rillen 12. Waar men ververschingen en dranken kan bekomen 13. Palmengroep in de woestijn 15. Noodsein 10. Fransch werkwoord (vervoegd) 18. Deensch eiland 22. Dikhuidig zoogdier 23. Laatste letter van het Griek sche alphabet 24. Stad in Kanaan 25. Plaats in Noord-Holland 2S. Fabrieksstad in Duitschland 27. Poriugeesche bezitting in Voor- Indië 30. Oude inhoudsmaat 32. Sluipkat, komt voor in Azië en Oost-Europa 34. Meer in Italië Het drama van den electrischen stoel. In Sing-Sing, de groote Ameri- kaansche gevangenis, waarin reeds vele menschelijke tragediën op den electrischen stoel tot een eind ge komen zijn, heeft kortgeleden een gebeurtenis plaats gehad, welke overal in de V. S. groot opzien heeft gebaard. Onlangs zou te mid dernacht de terechtstelling plaats vinden van drie veroordeelden, een vrouw en twee mannen, die geza menlijk van moord beschuldigd waren. Het betrof Mrs. Antonio, die twee beruchte gangsters (leden van een roof- en moordbende), tegen een belooning van tweeduizend dollar zou overgehaald hebben haar echtgenoot te dooden, zoodat 35. Olie (Eng.) 36. Tegen 37. Gevreesd strijdmiddel uit den Wereldoorlog 38. Vogel uit het Noorden 39. Lelieachtige plant 40. Bijl 41. Half Verticaal: 2. Vogel, komt veel voor in Egypte 3. Verlegenheid, benauwdheid 4. Uitvinder van het dynamiet. 5. Gedeelte van Voor-Azië 6. Familielid 7. Ingebeeld nuffig meisje 11. Plaats in Groningen 14. Eiland in den Atlantischen Oceaan 17. Oudste Latijnsche bijbelver taling 18. Roofvogel 19. Stad. van den aardbodem ver delgd 20. Europeesch volk 21. Deel van een jaar 28. Zwitsersch herstellingsoord 29. Eerste halswervel 30. Uitvinder van een blinden- schrift 31. Eertijds hoogste ambtenaar in Venetië 32. Sloom 33. Geslacht (Oplossing van de vorige week). Horizontaal: 1. Opdat; 3. Perk; 5. Aula; 8. Ami; 9. Rul; 10. Alsof; 12. Reims; 14. Nopen; 16. Rie; 18. Fulda; 21. Novum; 23. Enorm; 25. Ren; 26. Duo; 27. Deen; 28. Mede; 29. Nihil. Verticaal: 1. Orion; 2. Turen; 3. Palm; 4. Ems; 6. Lui; 7. Alma; 10. Aluin; 11. Fomm; 12. Reede; 13. Salem; 15. Pil; 17. Lord;M8. Ftlnen; 19. Andel; 20. Aroe; 22. Vee; 24. Oud; 26. Del. zij in het bezit kon komen van een hooge levensverzekeringsuitkee- ring. Het proces werd met groote nauwgezetheid gevoerd. De vrouw werd, trots alle betuigingen van onschuld, op grond van de verkla ringen der beide medebeschuldig den, met hen ter dood veroordeeld door middel van den electrischen stoel. Nadat de wottelijke formali teiten waren vervuld, werd het uur der terechtstelling vastgesteld. De veroordeelden droegen bereids de voor de executie voorgeschre ven klecding en waren door de geestelijken der gevangenis op hun doodsstonde voorbereid. Reeds zou de gang begonnen worden naar de executiekamer, waar zich de direc teur der gevangenis en zijn amb tenaren bevonden, toen Saetta, een der twee mannelijke veroordeelden, verklaarde, dat hij nog eenige ge wichtige med- leelingen te doen had. En nu verklaarde hij, dat zijn geweten er hem toe dwong, naar waarheid te getuigen, dat de vrouw niet in het complot was betrokken geweest. De verklaring werd on middellijk aan den directeur over gebracht, die den inhoud van de schriftelijk vastgelegde bekentenis kort voor middernacht telegra fisch aan den rechter, den ambte naar van het openbaar ministerie en den gouverneur van den staat New York doorgaf. De veroordeel den brachten een vreeselijk uur in hun cellen door, daar het geheel onzeker was, of de instructie tot uitstel der executie nog wel tijdig genoeg zou ontvangen worden. De gouverneur, die zich reeds ter rus te had begeven, toen hij het ver rassende bericht ontving, gaf-ter stond per telegraaf order de te rechtstelling met 24 uur op te schorten gedurende welken tijd het proces heropend kon worden, in dien daarvoor termen aanwezig waren. Dit gebeurde en er werd een zgn. „reprieve" (uitstel) toegestaan. Thans worden de elementen der rechtszaak onderzocht. De doods- candidaten hebben het „death hou se" weer verlaten en zijn naar hun cellen teruggekeerd. Terwijl de mannen de kwellingen des doods met tamelijko zekerheid nog een maal doorleven, heeft de vrouw eenigo werkelijke hoop, den elec trischen stoel te ontkomen. Wetenswaardigheden. Is het U bekend: dat Browallia de naam is van een plantengeslacht uit de familie der Nachtschade-achtigen? dat dit genoemd is naar den Zweedschen Bisschop van Abo, Jo- han Browal (overl. 1755)? 71. Profje was inmiddels klaar gekomen met het bekijken der schatten van den burgemeester. De beide heeren waren weer naar de eetkamer gegaan, waar mevrouw een lekker kopje thee voor hen inschonk. Waar is Struisje? vroeg Profje aan zijn gastvrouw. Die is een beetje in den tuin gaan wandelen, was het antwoord. We zullen direct eens gaan kijken of hij het naar zijn zin heeft. 72. En zoo gebeurde. Na een half uurtje te hebben gezeten ging men den tuin in. Het eerste wat ze zagen was natuurlijk de ontvluchting van de kippen en toen het omwoelde bloemperk. Nee maar, riep de burgemeester verschrikt uit, hoe komt dat nu? Heb jij het hek soms laten openstaan? Maar de burgemeesters vrouw kon heelemaal geen antwoord ge ven, ze was verstijfd van schrik en haar mond stond open. 73. Profje kreeg een angstig vermoeden van de toedracht der zaak en de burge meester merkte op, dat de kippen onmo gelijk zoo'n ruïne konden aanrichten. En toen ze de afdrukken van Struisjes pooten zagen, keek het echtpaar niets vriendelijk moor naar Profje. Deze kreeg tranen van spijt in zijn oogen, welke al gauw over zijn dikke wangen rolden. 74. Dat spijt me toch zoo verschrikke lijk, zuchtte Profje. Hij is anders toch zoo gehoorzaam en lief, heusch ik ver zeker het U. Maar natuurlijk zal ik alle onkosten betalen, en Struisje zal ik straffen, al weet ik nog niet hoe. Me vrouw kreeg medelijden met het arme Profje, die het toch niet kon helpen. En toen deze vergeefs in zijn zakken naar zijn zakdoek zocht, gaf ze hem de hare en klopte hem bemoedigend op den rug. 75. Kom, zoo erg *is het nu ook weer niet, zei ze. Toen probeerden ze de kip pen te pakken, maar dat viel niet mee. De kippetjes genoten te veel van hun vrijheid, om die maar weer dadelijk prijs te geven en het kostte heel wat moeite om zo weer allemaal in het hok te krijgen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1934 | | pagina 11