Het afstervende Zeegras. Mushalong Waarnaar men luistert De Afsluitdijk toch de schuldige ZAL DE ZEEGRASINDUSTRIE EENS HERLEVEN? Bevindingen van een ondernemen» de Wieringer in Denemarken. Over het doode zeegrasbedrijf zijn reeds vele pen nen in de weer geweest. Over de oorzaken van het wegblijven van het zeewier zijn de geleerden het nog niet eens. Een ondernemend ingezetene, de heer T. Kort, bracht in verband hiermede een bezoek aan Denemarken om aldaar den stand van zaken, den groei van het zeegras betreffende, eens nader persoonlijk te onderzoeken. Fenerzijds werd beweerd dat een ziekte het wier geheel zou hebben vernie tigd, in verband waarmede mocht worden aangeno men, cdat deze ziekte ook elders, bijv. in Denemar ken zou voorkomen, anderzijds zou de afsluiting der Zuiderzee het uitsterven van het wier op haar ge weten hebben. Als laatstgenoemde theorie juist zou zijn dan moest, aldus oordeelde men, de wier elders buiten de Waddenzee gezond en frisch zijn als ooit tevoren. Ten einde eens iets nader over deze, eens voor Wieringen zoo belangrijke tak van industrie te ver nemen, hebben wij den heer K. opgezocht, die ons zeer welwillend zijn bevindingen in Denemarken mededeelde. Onze eerste vraag gold de reden van zijn bezoek. Op deze vraag deelde hij ons mede, dat, zooals eer der in dit blad vermeld, de ziekte sinds 1932 in het zeegras werd toegeschreven aan de afsluiting van de Zuiderzee. Anderen beweerden echter dat deze ziekte niet in de afsluiting moest gezocht worden, doch dat hier een andere oorzaak moest zijn, daar ook in het buitenland ziek zeegras werd gevonden. Onze zegsman, die van kindsbeen in het zeegras- bedrijf heeft gewerkt, wilde zich thans eens per soonlijk overtuigen hoe of de toestand in het buiten land dan wel was, daar hij ook in de heilige over tuiging verkeerde, dat de afsluiting van de Zuider zee onze zeegrasindustrie had genekt. De heer K., die ongeveer een week in Denemar ken is geweest, heeft alles nauwkeurig onderzocht, ■waarvan wij hier de voornaamste plaatsen noemen. De Kleine Belt, de geheele kust van het eiland Fünen, Langeland en Samsö. Verder heeft hij nog de Sont bij Kopenhagen bezocht. Het zeegras ver toonde op de meeste plaatsen dezelfde ziektever schijnselen als bij Wieringen. Groote veldên "zwarte wier, terwijl op sommige plaatsen, waar het zee gras oogenschijnlijk nog gezond was, de wortel de ziekte reeds te pakken had. Op een heel enkele plaats had hij nog veldjes gezien die betrekkelijk nog niets mankeerden. Het eenigo verschil met Hol land was dat de ziekte daar iets later doorgedrongen is dan hier. Doch dit was volgens K. een kwestie misschien van nog niet eens een jaar, daar hij van meening was dat van den oogst 1905 geen pakje zee gras meer in Nederland ingevoerd zal kunnen wor den, daar het rottingsproces al verder doordringt. Ook de alikruiken, die zich tusschen het zeegras bevonden, waren bijzonder klein van stuk. De bin nenzeeën in het Noorden had K. niet bezocht, doch volgens zeer betrouwbare mededeelingen was ook daar de wier ziek. Ook in de Oostzee aan de Duit- sche kust schijnt het zeegras niet meer te willen groeien, daar Duitschland, dat blijkbaar dit artikel nogal schijnt te gebruiken, zeegras uit Denemarken importeert. Verder vroegen wij den heer K. nog of hij niet een verklaring kon vinden voor het opmerkelijke feit, dat tijdens de afsluiting van het Amsteldiep in 1920 daar het zeegras het eerst verdween, terwijl in 1932 bij de afsluiting van de „Vlieter" zich aan den an deren kant van Wieringen hetzelfde geval voordeed. Men zou dus zeggen, de afsluitdijk is hier de schul dige. De heer K. gaf als zijn meening te kennen, dat, toen in 1926 het Amsteldiep afgesloten was het ge- FEUILLETON. door GEOROE GOODCHILD. 10. HOOFDSTUK VIL Een redding. Een paar dagen lang werd de voortgang gestuit door stroomendc regens. De ijsschotsen in de rivier werden dunner, doch de smeltende bergsneeuw en de bijna tropische regenbuien deden het peil der rivier op onrustbarende wijze stijgen. Zij verveelden zich onder de gegeven omstandigheden doodelijk, en, wat van het vergulsel van het uitstapje nog over was, ging eraf. „Zal het dan nooit ophouden?" klaagde Kate. „Geloof dat maar gerust", antwoordde Musha long. „Men kan niet altijd zonneschijn hebben. U zult eens zien hoe heerlijk en frisch de dingen hier na zijn." Toen het werkelijk met regenen ophield, kwam zij tot het besef hoe zeer hij gelijk gehad had. De lucht was vol van den geur der pijnboomen en elk gras sprietje was afgewasschen. De zon scheen bij haar terugkomst haar best te doen, om haar veront schuldiging aan te bieden. „We zullen morgen weer op het pad gaan", zeide Mushalong. „liet is nu te laat om het kamp nog op te breken. Ik ga probeeren om een paar vischjes aan den haak te slaan." „Laat mij ook een hengel vasthouden", verzocht zij. Joe was ook voor visschen, doch hij gaf er do voorkeur aan, om een plaatsje alleen te zoeken. Bel- don zag het paar vertrekken met een frons op zijn knappe gelaat. Hij liep naar de plaats, waar Goring zat te lezen. Laatstgenoemde keek op. „Hallo, Beldon! Goed om de zon weer eens te voelen, hè?" „Ja. Ik was al aardig op weg, om mij doodelijk te gaan vervelen." „Komaan, je bent toch niet van plan, om door een Infecteerde zeewater daar als het ware dood Kep, terwijl dit in de Zuiderzee toen nog niet het geval was. Zoodra do geheele afsluiting een voldongen feit was, lag het voor de hand dat ook aan den afsluit dijk zich hetzelfde geval zou voordoen. Wel was hij van meenina dat de afsluiting het proces misschien verhaast heeft en erger gevolgen heeft gehad dan als de Zuiderzee niet afgesloten was. Het vele zoele water dat door de rivieren in de voormalige Zuiderzee geloosd wordt had misschien als een soort tegengif kannen dienen en had de ziekte wellicht niet zulke gevolgen gehad als thans het ge val is. Om deze bewering te staven, noemde de heer K. nog het feit, dat toen in 1929 do Wieringermeerdijk gesloten was het zeegras in de meer op het z.g. „Waardje" welig groeide en van uitstekende kwaliteit was. Het geïnfecteerde water kon hier toen immers niet meer binnen komen. Tenslotte vroegen wij den heer K. nog of hij nog hoop had dat het zeegras eens nog weer een bron van bestaan voor Wieringenzou worden. Hij antwoordde hierop dat hij na zijn bezoek aan Denemarken weer hoop had gekregen. Met eigen oogen hafi hij kunnen constateeren dat het zeegras daar dezelfde ziektever schijnselen vertoonde als hier. Was dit niet het ge val geweest, dan zou men den afsluitdijk den schuld gegeven hebben en zou alles voor goed verloren zijn geweest Bij een zieke is kans op herstel dus we zul len hopen van hier ook, besloot de heer Kort Wij van onzen kant hopen ook dat de heer K. zijn onderzoekingen en argumenten steekhoudend zijn, daar er dan misschien voor de zeegrasindustrie van Wieringen, die zoo vele jaren een ruime bron van inkomen geweest is, betere tijden zullen aanbre ken. Naschrift Om van eenzijdige voorlichting verschoond te blij ven omtrent bovengenoemde kwestie die van zeer veel belang is voor het overgroote deel der Wieringer bevolking, hebben wij ons tevens gewend tot den heer J. Tijsen te Den Oever, wethouder dezer gemeente. De heer Tijsen die als terzake zeer deskundig kan worden beschouwd, gaf als zijn meening te kennen dat de argumentatie van den heer K. omtrent de ziekte van het zeegras als zeer ongezond was te be schouwen. Ten eerste deelde gemelde heer ons me de, dat de heer K. niet in September naar Denemar ken had moeten gaan, doch b.v. in begin Juli. Dan zou hij daar geen zwart zeegras hebben aangetrof fen. Thans is het den tijd dat het zeegras is uitge bloeid en als uitgebloeid zeegras niet door b.v. ruw weer van zijn wortel wordt losgeslagen, gaat het zin ken en verrotten. Dit verschijnsel heeft altijd be staan. Immers met het gras op het land gebeurt hetzelfde. Gras dat niet gemaaid wordt en uitgebloeid is verdort en gaat tenslotte rottjsn. Ten tweede deelde de heer T. ons mede dat door de afsluiting van de Zuiderzee de stroom van het zeewater zoodanig is veranderd en in sterkte toegeno men, dat groote Wierwaarden onder een dikke laag zand zijn bedolven en de wortel dus is verstikt Op andere plaatsen zijn zulke geulen gestroomd dat de wier met wortel en tak is verdwenen. Als bewijs voerde de heer T. aan dat Texclsche visschers verle den jaar een stuk met mosselen hadden afgedamd om de sterke stroom te keeren en zie, het zeegras be gon er te groeien. Het tweede bewijs is te zien In het feit dat op plaatsen waar mosselen zich op den bodem hebben vastgezet, hier wordt de bodem voor uitschuring dus ook beschermd, zich vrij lang zeegras bevindt Ver der deelde onze zegsman nog mede dat ruim drie jaren geleden de visschersvereeniging D.E.T.V. stap pen had gedaan om van gemeentewege tot stichting te komen voor opslagplaatsen en perserijen voor het zeegras. Spreker die toen ook al zitting in het col lege van B. en W. had, hoewel veel voor hot zeegras bedrijf voelende, had dit ontraden, daar hij toen al bemerkte dat de afsluiting van de Zuiderzee een funesten invloed op het zeegras zou hebben. Ook deelde de heer Tijsen nog mede dat tot op heden nog door niemand het bewijs is geleverd dat het zeegras ziek is, want hoe is het dan te verklaren dat op sommige plaatsen het zeegras weer gaat groeien, tot dat het door de stroom weer vernietigd wordt? De ziekteverschijnselen treden toch niet op als het zee gras een bepaalde lengte heeft bereikt, maar zouden den groei reeds in den kiem smoren. Tot slot gaf de heer T. als zijn meening te kennen, dat het verdwijnen van het zeegras z.i. absoluut een gevolg is van de afsluiting van de Zuiderzee. Ziehier twee meeningen omtrent de brandende zee- graskwestio die lijnrecht tegenover elkaar staan. Wie van beide partijen hier gelijk heeft zal te gelegener tijd door de daartoe bevoegde autoriteiten welke de zaak in studie hebben genomen, worden uitgemaakt beetje guur weer je vacantic te laten bederven." „Hier maar te zitten en niets te doen, is des dui vels." „Ga dan Kate opzoeken, en zet een „boom" met haar op. Er is niets, wat zij meer apprecieert, dan een andere zienswijze aan te nemen als een ander, en dan net te doen, alsof zij het ernstig meent" „Kate is juist weggegaan met Mushalong." „Dan zal zij wel den wind van voren krijgen te genover elk argument, dat zij te berde brengt" „Ze zijn gaan visschen." „Aha!" Beldon aarzelde een oogcnblik. „Geloof je niet, dat Kate een beetje onbezonnen is, Goring?" „Hoe bedoel je?" „Wel Mushalong. Ik moet toegeven, dat hij een uitstekende gids is en wat daarmede annex is, maar die kerels zijn geneigd een geheele hand te nemen, wanneer je hun een vinger geeft." „Daar ben ik niet haiig voor met Mushalong", zeide Goring. „Hij is zoo fatsoenlijk als iets. Hij amuseert haar, en het is wel goed, dat iemand er bij haar den moed inhoudt Hij is steeds vol grap pige invallen. Waar is Datchet?" „Met een geweer weggegaan, om te trachten iets te schieten." „Ik hoop, dat hij om God's wil niet in deze rich ting schiet. Datchet schiet vervloekt slecht Musha long moest een beetje op hem passen." Beldon krulde verachtelijk zijn lip. Mushalong had reeds het hart van den kolonel veroverd, en nu was daar Kate - die meer dan belang in hem stelde. Zijn eigen vorderingen in haar richting wa ren niet geheel en al bevredigend woest Zij had met hem een beetje geflirt, cn hem aangemoedigd om haar van tijd tot tijd vleierijtes toe te voegen. Maar Mushalong was hem steeds in de gedachten, en nam langzamerhand den vorm aan van een groo- ten hinderpaal op zijn weg. Ondertussehen hadden Mushalong en Kate een gunstige plek gevonden om hun lijnen uit te gooien. Zij deden stukjes doode visch aan de haken, en spoedig ving de hengelsport aan. Beiden stonden op een groote, platte rots, waar het gele sneeuwwa ter omheen warrelde, en tusschen hen en den oever was een natuurlijke brug, gevormd door een rij van keien. „Verdorie, ze bijten best!" zeide hij. „Kom eruit, Jou schat!" Dit, toen hij een glinsterende visch aan land zwaaide. Hij maakte aan het spartelen van het HAANDAG 24 SEPTEMBER. HILVERSUM (1875 MA A.V.R.O.: 8.00 Gramofoonmuziok; 10.00 Morgenwij ding; 10.15 Gramofoonmuziek; 10.30 Voordracht door Ric Beijer; 11.00 Orgelconcert door Piet van Egmond Jr.; 12.00 Lunchconcert door Kovacs Lajos en zijn orkest; 2.00 Zangvoordracht; 3.00 Middagconcert door het Omroeporkest; 4.00 Overschakeling zender: 4.15 Gramofoonmuizek; 4.30 Causerie door Max Tak; 5.30 Concert door het Rembrandt Theater-orkest; 6.45 Gramofoonmuziek: 7.30 Fransche gramofoonplaten; 8.00 Vaz Dias; 8.05 Gramofoonmuziek; 9.00 Radio- tooneel; 9.30 Omroeporkest o.l.v. Nico Treep; 10.30 Concert uit het Carlton-Hotel te Amsterdam: 11.00 Vaz Dias; 11.10 Het Orkest van Dinteren; 12.00 Slui ting. HUIZEN (301.5 MA N.C.R.V.; 8.00 Schriftlezing; 8.15 Morgenconcert; 10.30 Morgendienst; 11.00 Lezen van Chr. lectuur; 11.30 Friesch halfuurtje; 12.00 Politieberichten; 12.30 Zangrecital: 1.30 Hobo-recital; 2.00 Uitzending voor scholen; 2.35 Gramofoonmuziek; 2.45 Wenken voor de keuken; 3.15 Gramofoonmuziek; 4.00 Bijbellezing 5.00 Gramofoonmuziek; 5.30 Bespeling van 't studio orgel door L. Blaauw; 6.30 Vragenuurtje; 7.00 Poli tieberichten; 7.15 Gramofoonmuziek; 7.30 Vragen uurtje: 8.00 Klein-orkest o.l.v. Piet van der Hurk; 10.45 Gramofoonmuziek; 11.45 Sluiting. LUXEMBURG (1304 MA 7.35 Gevarieerd gramofoonplatenconcert: 820 Concert 825 Idem; 9.15 Symphonieconcert; 10.25 Dansmuziek BRUSSEL (484 MA 12.15 Opera-fragmenten; 1.30 Populair concert: 820 Symphonieconcert; 9.20 Idem; 10.30 Dansmuziek. BRUSSEL (322 MA 1220 Populair concert: 1.30 Gramofoonmuziek: 5.20 Symphonieconcert; 6.50 Cellorecital; 820 Omroepor kest; 10.30 Dansmuziek. KALUNDBORG (1261 MA 220 Omroeporkest;920 Operctte-muziek; 1120 Dans muziek. BERLIJN (357 MA 120 Omroeporkest; 320 Solistenconcert; 1020 Muzi kaal cabaret. HAMBURG (332 MA 2.35 Gramofoonmuziek: 4.20 Concert; 9.05 Opera; 11.05 Gramofoonmuziek; 1120 Dansmuziek. KEULEN (458 M.) 12.20 Omroepkwintet; 4.20 Operaconcert; 5.35 Solis tenconcert; 10.40 Concert door koor, solisten, enz. DAVENTRY (1500 M.) 12.35 Dansmuziek; 1.05 Concert; 8.20 Promenadecon cert; 11.10 Dansmuziek. PARIJS POSTE PARISIEN (313 MA 7.09 Gramofoonmuziek; 7.57 Idem; 9.10 Gino Bordin en zijn hawaian-orkest; 10.00 Jazzmuziek. PARUS RADIO (1648 MA 1220 Populair concert; 9.50 Kamermuizek; 10.50 Dansmuziek. MILAAN (369 MA 5.30 Dansmuziek; 8.15 Gramofoonmuziek; 9.05 Con cert; 10.20 Kamermuziek. ROME (421 MA 5.20 Concert; 6.15 Gramofoonmuziek; 820 Idem; 1020 Symphonieconcert. WEENEN. (507 M.) 5.00 Solistenconcert: 5.50 Dansmuziek; 9.25 Radio- muziekfeest; 11.05 Weensche muziek; 12.05 Boeron- orkest WARSCHAU (1345 M.) 4.05 Concert; 5.20 Kamermuziek; 6.55 Koorzang; 7.20 Mandolinemuziek; 820 Gramofoonmuziek; 10.35 ld. BEROMUNSTER (540 X.) 420 Kamermuziek; 5.50 Pianorecital. beest een einde door een slag met het handvat van zijn zakmes en lachte, toen hij Kate zag worstelen met een slachtoffer van vrij aanzienlijke afmetin gen. „Pas op die rots!" waarschuwde hij. „U zult 'm zeker verliezen Voordat hij den zin kon voltooien, had de bedacht zame visch zich om de rots gedraaid, en haak en lijn met zich mede genomen. Kate keek op, met een berouwvol gelaat. „Ik wist niet, dat ze zoo sterk waren, en ook niet, dat ze zooveel verstand bezaten," zeide zij. „Ik vermoed, dat wij ook wel wat verstand zouden toonen, wanneer de één of ander ons aan een haak sloeg. Neem een andere lijn!" Zij volgde dezen raad op, en deed een goeden worp. Gedurende eenigen tijd kreeg zij niet beet, ofscnoon haar metgezel voortging met visch aan wal te halen. Toen verdween plotseling do dobber met een vaart. Zij uitte een kreet van vreugde, en begon met den visch te „spelen". Hierbij kwam haar voej dicht hij den rand van de rots. Do groote visch schoot plotseling vooruit, en de stevige lijn sneed haar in de hand. Zij maakte een schuiver, en stort te voorover. Mushalong draaide zijn hoofd om, en zag, dat haar lichaam met den stroom meegesleept werd, ondanks haar zwemkunst. Hij dook recht naar heneden, en zwom naar het worstelende li chaam. De kracht van den stroom verraste Kate. Onmid dellijk wist zij, dat haar zwemkrachten daartegen nutteloos waren. Zij trachtte aan den wal te komen, doch een maalstroom dreef haar naar het midden. Door haar zware kleederen, moest zij het zwemmen beperken tot een paar slagen. Zij voelde, dat haar krachten zich begaven en haar hart beefde van angst. „Houd moed!" Het was de stentorstem van Mushalong, dewelke haar bereikte, ondanks het geraas van de rivier. Zij draalde haar hoofd om, en zag, dat hij achter hAnr aankwam. Haar hoop herleefde, en zij keerde zich om, teneinde naar hem toe te zwemmen. Doch haar slagen waren zwak en haar vaart stroomafwaarts ondervond er slechts weinig hinder van. Toen gaf zij het op, en dreef op haar rug, met haar oogen ge vestigd op Mushalong's vastberaden gezicht. Geluk kig wist zij niet, wat Mushalong wist. Een kwart mijl verderop stortte de rivier haar massa's een twintig voet lood.echt nnar heneden op de rotsen! Zij zag hem dichter en dichterbij komen maar zoo langzaam. Een eigenaardige dofheid bekroop DINSDAG 25 SEPTEMBER. HILVERSUM (1875 MA A.V.R.O.: 8.00 Gramofoonmuziek; 9.00 Ochtendcon cert door het ensemble Rentmeester; 10.00 Morgen wijding; 10.15 Gramofoonmuziek; 10.30 Ensemble Rentmeester; 11.00 Kook- en bakpraatje; 11.30 Gramo foonmuziek; 12.00 Lunchoncert door „De Minstreels"; 2.15 Gramofoonmuziek; 2.30 Cellorecital; 3.00 Cause rie over den a.s. Knipcursus; 3.10 Gramofoonmuziek 4.00 Overschakeling zender; 4.15 Gramofoonmuziek; 4.30 Radiokinderkoorzang o.l.v. Jaroh IInmel; 5.00 Halfuur voor kleinere kinderen: V.P.R.O.: 5.30 Bijbel vertellingen door Ds. B. J. Aris; A.V.R.O.: 6.00 Om roeporkest; 6.30 R.V.U.; 7.00 Vervolg concert door het Omroeporkest; 8.00 Vaz Dias; 8.05 Fred Fry: „De a.s. cursussen Engelsch": 8.15 Omroeporkest; SAO Twin tig minuten voor Clinge Dooronhos; 9.00 Gevarieerd programma; 11.00 Vaz Dias; 11.10 Gramofoonmuziek. HUIZEN (301.5 MA K.R.O.: 8.00 Morgenconcert; 9.45 Hoogmis; 11.45 Gra mofoonmuziek; 12.00 Politieberichten; 12.15 Gramo foonmuziek; 1.00 De KRO-boys; 1.45 Verzorging zen der; 2.00 Vrouwenuurtje; 3.00 Gramofoonmuziek; 3.30 Zang- en Vioolrecital; 4.00 Gramofoonmuziek; 4.30 Zang- en vioolrecital; 5.00 Gramofoonmuziek: 5.15 Do KRO-boys; 6.00 Lezing; 620 De KRO boys; 7.00 Politieberichten; 7.15 Lezing; 7.35 Gramofoonmuziek 7.50 Toespraak: 8.00 Orkest o.l.v. Johan Gerritsen; 8.30 Vaz Dias; 8.35 Causerie; 8.45 Orkest; 9.30 Russisch ensemble; 10.00 Orkest; 10.30 Vaz Dias; 10.35 Voor dracht; 10.45 Orkest; 11.00 Russisch ensemble; 1120 Gramofoonmuziek; 12.00 Sluiting. LUXEMBURG (1304 MA 7.40 Gramofoonmuziek; 8.40 Belgisch concert; 9.30 Pianorecital; 10.00 Concert door trio; 10.30 Dans muziek» BRUSSEL (484 M.) 12.15 Gramofoonmuizek: 7.50 Solistenconcert; 8.20 Concert; 9.30 Symphonieconcert; 10.30 Gramofoon muziek. BRUSSEL (322 MA I.30 Gramofoonmuziek; 520 .Symphonieconcert; 7.35 Gramofoonmuziek; 8.20 Orkest; 9.35 Idem. KALUNDBORG (1261 MA 12.20 Ensemble; 3.20 Omroeporkest; 9.35 Franscho muziek; 1120 Dansmuziêk. I BERLIJN (357 MA 4.20 Concert; 5.50 Dansmuziek; 9.25 Omroeporkest; II.10 Dansmuziek. HAMBURG (332 MA 12.35 Concert; 2.35 Gramofoonmuziek; 8.30 Omroep orkest; 11.20 Orkestconcert. KEULEN (456 MA 1220 Schrammelmuziek; 420 Omroeporkest; 720 Harmonie-orkest DAVENTRY (1506 MA 12.50 Orkest; 4.29 Gramofoonmuziek; 7.40 Idem; 1120 Dansmuziek. PARIJS POSTE PARISIEN (313 MA 7.09 Gramofoonmuziek; 7.50 Idem; 820 Concert; 9.10 Schubertmuziek; 10.00 Dansmuziek. PARIJS RADTO (1648 MA 12.20 Concert; 7.05 Gramofoonmuizek; 10.50 Dans muziek; MILAAN (389 MA 5.30 Dansmuziek; 6.15 Gramofoonmuziek; 9.05 Opera. ROME (421 MA 5.30 Populair orkestmuziek: 7.30 Gramofoonmuziek; 9.05 Kamermuziek; 10.35 Dansmuziek. WEENEN (507 X.) 5.55 Dansmuziek: 7.50 Populaire Italaansche muziek; 11.10 Dansmuziek; 12.50 Gramofoonmuziok. WARSCHAU (1345 M.) 1220 Hawaiinmuziek; 7.20 Mandolinemuizek; 720 Idem 920 Omroeporkest; 1020 Gram.-muziek. BEROMUNSTER (540 M.) 4.20 Omroeporkest; 620 Populair concert; 7.35 Vrou wenkoor; 8.00 Marechmuziek; 9.30 Vroolijk pro gramma; 10.30 Omroeporkest. haar als slaap, want het water was buitengewoon koud. Het gelaat van Mushalong scheen zich op te lossen. Zij zag alles door een verwrongen lens. Toen verdween het allemaal! Toen zij wederom bij kennis gekomen was, vond zij zichzelf op de stevige aarde liggen, opkijkend naar oen ontluikenden beukel>oom. Iemand boog zich over haar heen, en bewoog haar armen over haar borst heen en weer. Doch dit hield plotseling op. „Dat Is beter!" zeide een stem. Haar oogen waren plotseling op een gelaat ge richt, dat dicht bij haar was. „Mushalong!" zeide zij week. „Ik vermoed, dat U nu wat heter is. En U schijnt ook het peil van de rivier niet verlaagd te heb ben." „Wel, ik ik moet mijn bewustzijn verloren heb ben!" „Zeker, maar ik was niet ver weg. U bent slechts eenmaal ondergegaan." Zij ging overeind zitten, en keek hem aan. „U U hebt mijn leven gered!" „Het is mij gelukt U eruit tc visschen. IIoc voelt U zich overigens?" „Ik ben in orde in orde nu." „Beter, dat U een beetje uitrust" Zij gehoorzaamde hem en het zwakke gevoel dreef voorbij, zoodat zij blijkbaar van het avontuur niet al te veel geleden had. „Het was de visch," zeide zij. „Het moet een mon ster geweest zijn! Maar U..." Op de één of andere wijze, vond haar hand de zijne. Hij voelde haar vingers stevig om do zijne, en zijn hart bonsde stormachtig. Het was de eerste keer, dat de vingers van een vrouw hem op die ma nier beroerden, en het gevoel was zeer verontrustend senstftiewekkend feitelijk. „Hoe hoe kan ik je ooit bedanken, Mushalong?" vroeg zij. „Het is niets geweest." „Hoe kun je dat toch zeggen?" „Wel ik had een beetje geluk in ieder geval." „Ik was het, die geluk had, dat je zoo dicht bij mij was. Wat een goed vriend ben je toch." Hij wist nauwelijks, wat hij moest antwoorden. Zulke situaties overkwamen hem niet dikwijls. Al, wat hij wist, was, dat zij uitermate knap was. dat haar oogen op hem gericht waren, en dat haar hand klein was en zacht en warm. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1934 | | pagina 7