E
conomische Kroniek
Verlost van hevig
SPIT IN DEN RUG
KL09STERBALSEM
UlT de OMGEVING
Probeer Kruschen
voor onze rekening
l)e economische wetenschap heeft tot opgave om
den mcnsch tot gids te dienen bij zijn zoeken naar
verhoogde welstand en grooter rijkdom. Maar het ls
een gids, die nog al eens faalt, hetgeen ten gevolge
heeft, dat een economische kroniek, die het relaasf
behoort, te zijn van alles wat de mensch op zijn
zwerftocht naar het sprookjesland van den eeuwi
gen bloei ontmoet en ondervindt, een bont verhaal
is van slagen en mislukken, van allen en weer op-
staan.
Evenwel, de laatste jaren schijnt dat bonte er in
zooverre wat nf te raken, dat het bijna alleen nog
mislukken en vallen is, wat de historie weet te ver
melden, terwijl van slagen of weer opstaan er niet
of nauwelijks sprake is.
Op zichzelf is dat vreemd. Ja, het komt eigenlijk
niet te pas! Want grootc geleerden hebben zich hun
hersens suf gepeinsd op middelen om de steeds
voortschrijdende verarming der mensehheid het
hoofd te bieden, ze hebben „onfeilbare" systemen
ontworpen en ten uitvoer gebracht. Niettegenstaan
de dat alles echter denkt de malaise er niet aan het
veld te ruimen, zo blijft het menschdom uitmergelen
en verarmen, alle economen van de theorie en alle
wereldbewoners van de practijk ten spijt. Of juist
ten gevolge van hen?
Hoezeer de deskundigen bij uitnemendheid de
kluts kwijt schijnen te zijn geraakt, daarvan hebben
de laatste dagen een frappant staaltje geleverd.
Gedurende langen tijd toch werd doorloopend als
hoogste wijsheid de opvatting verkondigd, dat de
crisis dan beëindigd zou zijn, wanneer de goederen-
prijzen weer zouden gaan stijgen. Het was dus geen
wonder, dat met alle mogelijke middelen werd ge
tracht, dit ideaal na te jagen. Verhooging der goede-
renprijzen was d e leuze, die in alle toonaarden werd
gezongen. Rooscvelt en Hitier experimenteerden, to
Londen en waar niet al werd geconfereerd en altijd
kwam 't er weer op neer: we moeten eon stijging
verwekken in de goederenprijzen. Mede met het
oog hierop werd het middel der devaluatie toegepast.
Van dit laatste vooral had men hooge verwachtin
gen. Immers, het verhoogde de prijzen in het bin
nenland, terwijl men in het buitenland even con-
curreerend bleef of nog concurreercndcr werd als
men voorheen reeds was.
De resultaten bleven uit.
Intusschen, de resultaten bleven uit. F.n de midde
len schijnen vaak erger te zijn geweest dan do
kwaal. Want in de landen, die 't hevigst experimen
teerden, stijgt de nood het hoogst. En hoewel de Duit-
sche leiders b.v. met luider stemme laten hooren,
dat hun tegenwoordig rijk eeuwig is, zou het ons
niet verwonderen, wanneer ze voorloopig heel erg
blij zouden zijn. indien ze zeker wisten, dat er het
eerstkomend halve jaar geen ongelukken zullen ge
beuren.
Neen, de theorie der stijgende prijzen heeft geen
resultaat opgeleverd.
Als het niet met verhoogde goederen-
prijzen gaat, dan eens met lagere prijzen
probeeren.
Doch ziet! Plotseling zijn de geleerden tot andere
inzichten gekomen! Dat, wat vroeger werd verstoo-
ten, schijnt voortaan te zullen worden aanbeden.
Roosevelt liet in zijn jongste radiorede uitkomen,
dat het misschien aanbeveling zou kunnen verdie
nen. het eens met verlangde prijzen te pro
beeren. En de Fransche minister van financiën, Ger-
maln Martin, wees er enkele dagen later met blijk
bare voldoening op, dat in Frankrijk de goederen-
prijzen van September 1931 tot 1934 met 21 wa
ren gedaald.
Hoe hebben we het nu!
De oorzaak dezer veranderde apvatting is heel ge
makkelijk aan te wijzen.
Want wel zijn onder zekere omstandigheden
stijgende prijzen bevorderlijk voor handel en in
dustrie. door dalende prijzen echter wordt men in
't buitenland n>et zijn goederen concurreerender,
neemt de export toe. En die export die tegenwoordig
in ieder land het troetelkindje is, kwijnt meer en
meer weg. Men oordeele zelf (de vermelde cijfers
zijn de gemiddelde uitvoeren per maand in millioe-
nen guldens:
1928 1929 1930 1931 1932
rrankrijk 425 408 350 248 150
U.S.A. 1048 1073 788 495 328
Dultschland 625 630 563 453 280
Nederland 165 168 143 108 70
Nu mag men zich met ccnige verwondering af
vragen of het optimisme ten aanzien van toenemen
de export door verlaagde prijzen niet schromelijk
overdreven is en of men zoo iets van een Roosevelt
of een Fransch minister van financiën mag ver
wachten! Immers, nicmund kan beter weten dan zij
zelf, hoe door één enkele pennestreek de Invoerrech
ten opnieuw kunnen worden verhoogd, de contingen
ten verkleind, de invoer geheel verboden, de ver
houdingen door het laten vAllen van het ruilmiddel
weer volkomen gewijzigd, kortom, hoe het een klei
nigheid is de voordeden van dio prijsverlaging weer
geheel ongedaan te maken.
„Hoe moet het dan wel?" zal men terecht vragen.
Ken klein voorbeeld kan ons hier veel leeren.
We denken ons twee gebieden. In elk er van wo
nen honderd inenschen. Het eene produceert l>oter
en keus. het andere granen en groente. F.n heiden
doen dat in zoodanigen omvang, dat er van alles ge
noeg is voor tweehonderd personen. Sedert men-
sehonhctigenis hebben beide streken met elkaar in
innig contact gestaan: wel waren het twee onafhan
kelijke gebieden, maar ze vormden één economisch
geheel. Ze ruilden met elkaar wat ze over hadden en
zoo had ieder niet alleen boter en kaas, maar ook
groente en graan.
Hoe nu de prijzen precies altijd waren, dat deed
er betrekkelijk weinig toe, zo waren met elkaar in
evenwicht en altijd zoodanig, dat de welstand hoog
was: ieder had boter en kans, groente en graan, zij
het dan misschien in onderling eenigszins wisselen-
lendo hoeveelheden, al naar dc veranderlijke grootte
der oogstten en der productie.
Om eenige reden nu werd het contact verbroken:
door autarkische maatregelen werden van het ééne
economisch geheel twee economische, van elkaar
volkomen onafhankelijke gebieden gemaakt. Er
wenl niet geruild. Het gevolg moest zijn, dat de
prijzen in elk gebied bun eigen verloop gingen ver
tonnen, Hoe dit verloop was, ligt voor do hand. In
het eene gebied met 100 ntenscben had men groente
en graan voor 200. maar hoegenaamd geen boter en
kaas. De groente en graanprijzen daalden, daalden,
die van boter en kaas. artikelen, die men niet meer
had. stegen tot in het waanzinnige. Om dc prijs
daling tegen te gaan, ging nten er toe over. voorraden
te vernietigen .den aanbouw te beperken: men ging
saneeren. In het andere gebied gebeurde hetzelfde,
doel» niet do andere artikelen. Men nam o.a. zijn
toevlucht tot vee-afslachting.
Maar al die maatregelen hadden voorloopig géén
ander gevolg, dan dat do welstand daalde. In plaats
van groente, graan, lioter en kaas had men nog
sl-rhts Af eroonte en graan, óf boter en kaas.
lilijii dc 'dng tusschen dc beide gebieden
Onveranderd, dau n natuurlijk wel de vroegere 1
welstand wordcu IcruKvenvorvcu. Daarvoor is het
noodig, dat elk gebied, ook die goederen gaat voort
brengen, die het vroeger niet maakte. Wanneer het
gebied, dat vroeger alleen groente en graan produ
ceerde, doch tweemaal zooveel als de bevolking noo
dig had, er toe overgaat ook boter en kaas te maken
onder opgave van een deel van dc groenten- en
graanproductie, dan wordt het evenwicht geleidelijk
hersteld. Dit beteekent, dat, naarmate de graan-
en groenteteelt afneemt, de prijzen beginnen te stij
gen, dat, naannate de boter- en kaasproductie die
aanvankelijk geheel ontbrak -— toeneemt, de prijzen
van deze artikelen beginnen te dalen.
Herstel binnen het kader van één economisch ge
heel gaat dus samen metd e stijging van sommige
prijzen, met de daling van andere.
Daarom kunnen maatregelen, die alle prijzen even
redig verhoogen of verlagen, zooals b.v. inflatie of
devaluatie, nooit duurzaam resultaat opleveren.
Wil men den economisrhen toestand binnen de
grenzen van een afgesloten economisch gebied ver
beteren, dan kan dit alleen door de verhooging van
sommige prijzen, de verlaging van andere, door dc
beperking van sommige industrieën, de uitbreiding
van andere.
Dit is lang niet altijd mogelijk. En als het mogelijk
is, dan kost het altijd een massa tijd. En gedurende
dezen tijd, waarin het proces van aanpassing zich
voltrekt, zal do bevolking zich tevreden moeten stel
len met een welvaart, kleiner als die, welke ze eens
heeft gekend. Wij allen weten daarvan op 't oogen-
blik mee te praten.
Sommige moeilijkheden, welke zich daarbij kun
nen voordoen, zullen we allicht bij volgende gelegen
heden eens kunnen besproken. Intusschen make men
zich geen illusies omtrent wonderdoktoren, die zéggen
de toestand hij tooverslag weer gezond te zullen
maken. Menschen, die dit inderdaad kunnen, bestaan
niet. Zeker, dc één brengt er meer van terecht, dan
de ander, maar ten slotte moet iedere regeerder, op
wien de taak van handelen rust, toch weer te rade
gaan bij do deskundigen. Deze laatsten, die op zich
zelf reeds niet uit den grond te stampen zijn. be
schikken slechts over datgene, wat de wetenschap
der economie vermag te leeren .Dit nu is overal over
de wereld precies hetzelfde en eenige verandering in
de wijze, waarop een staat wordt geregeerd, dat
moet duidelijk zijn kan deze kennis vermeerderen
noch verminderen.
De mensch van deze eeuw heeft dit vaak niet
willen inzien. Hij heeft de toestand willen forceeren
door vérstrekkende, diepingrijpende maatregelen. En
hij heeft daarbij telken male vergeten, dat alles
zoowel zijn voor als zijn tegen heeft. Hij heeft zich
blind gestaard op vermoedelijke voordeelcn, niet ge
dacht aan de nadeelen. Tot zijn schade en schande.
Want tot dusverre hebben al die grootsche experi
menten hem slechts dieper in de put geholpen.
Warop we ook nog wel eens terug komen.
Het bovenstande was pas geschreven, toen we ver
rast werden door een berichten uit de Vereenigde Sta
ten, dat president Rooscvelt nu weer heeft verklaard
te streven naar hoogere goederenprijzen. Vermoede
lijk omdat dit na zijn jongste uitlatingen tocli een
wel wat wonderlijken indruk zou maken, heeft hij
er echter aan toegevoegd, dat hij tegen een al te
groote prijsverhooging was. Wat onder „een al te
groote prijsverhooging" ls te verstaan, heeft hij ver
geten te vermelden en gezien zijn heele manier van
doen, zou men mogen betwijfelen, of hij het wel pre
cies weet. l)c meest voor de hand liggende verkla
ring van deze nieuwe zwenking is, dat hij door zijn
adviseurs wordt heen en weer getrokken, daet hij nu
aan voorstanders van deze, dan van die richting het
oo rleent.. Dat WalIstreet na deze jongste verklaring
in nerveuze stemming verkeerde, is begrijpelijk.
Niets is zoo fnuikend voor den geldhandel als on
zekerheid.
Dc waarheid ligt vaak in 't midden en Rooscvelt
voelt dit blijkbaar zoodanig aan, dat hij meent het
midden te hebben gevonden, wanneer hij zoo iets
wazigs als „een niet al te groote prijsverhooging"
zal hebben weten te verkrijgen.
Ons echter wil het voorkomen, dat dat midden
ook nog op een andere en wellicht betere wijze kan
worden bereikt.
WINKEL
Donderdagavond vergaderde het departement Win
kel der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen.
Verslag Spaarbank 1933.
De totale ontvangsten hebben bedragen f 30473,26,
dc uitgaven f 28726.97, kas op 31 Dec. f 1746.29. In
1933 werd door spaarders ingelegd f 8672.78, terugge
haald 1 11587.42. Op 31 Dec. 1933 waren in omloop
154 spaarbankboekjes, tegen 153 in het vorige jaar.
Winst 1 622.12.
Van deze winst wordt *4 ot f 155.53 uitgekeerd aan
de Departementskas. Alles wordt goedgekeurd.
Verslag nutsbibliothcek.
Uit dit verslag blijkt dat de belangstelling in de
nutsbibliothcek niet stijgende is, het iaatste seizoen
liep hot getal lozers terug tot 23. Uitgegeven werden
634 boekwerken.
Bestuursverkiezing.
Ter voorziening in de vacature, ontstaan door pe
riodieke aftreding van den heer G. J. van Leersum
(niet herkiesbaar), wordt bij tweede stemming be
noemd de heer J. Broekens.
Jaarverslag.
Uit het door den secretaris uitgebrachte jaarver
slag teekenen wij aan, dat het lcdontal terugliep
van 65 op 62.
Vervolgens wordt een overzicht gegeven van dc
vier nutsavonden in het afgeloopen seizoen gehou
den.
Rekening 1933.
Door de heeren A. J. Porte en A. de Ridder wordt
de rekening van den penningmeester onderzocht en
in orde bevonden. De ontvangsten waren f 403.90,
de uitgaven f 491.79. nadeel ig saldo f 87.89. Op de
nutsspaarbank is echter nog ingeschreven f 137.54,
zoodat er een werkelijk batig saldo is van f 49.65.
De rekeningen worden goedgekeurd.
Benoemingen.
Tot beheerder der Nutsspaarbank wordt herbe
noemd de heer C. Keizer, en In de vacature ontstaan
door het bedanken van den heer J. Koster, wordt bo-
noemd de heer P. Langerois.
Tot commissaris van de spaarbank wordt herbe
noemd de heer J. Breebaart Kz. en in de vacature,
ontstaan door benoeming van den heer P. Langereis
tot beheerder, de heer W. Keetman.
Wintercampngne.
Uitvoerig worde de aanstaande wintercampagne
besproken en ten slotte bepaald dat er vier avon
den zullen worden georganiseerd: een muzikale
avond, met den heer Alt uit Bolsward; een weten
schappelijke avond met den heer Jhr. Dr. Mollertis,
over zijn verblijf in Rusland; een filmavond; en tot
slot een tooncelavond.
Algemeene vergadering.
Ter tafel komt thans dc beschrijvingsbrief der al-
DANK ZIJ KLOOSTERBALSEM
„Ziezoo, dat Is achter den rug.
van mijn SPIT ben ik fijn af!
was de verzuchting, die ih slaakte,
toen ik na het gebuik van 2 potjes
Kloosterbalsem finaal van mijn spit
af was. Niet staan, niet zitten, niet
liggen te kunhen en toch vooruit te
moeten om de boterham te verdienen.
Door de vreeselijke spit, die in mijn
stuit begon en door mijn geheele rug
trokwas ik hulpeloos als een klein
kind. Vanaf het oogenblik, dat ik den
geneeskrachtigen Kloosterbalsem aan-
wendde, begon mijn genezing. En nu
heb ik in geen 8 maanden meer een
aanval gehad." j Zw A_
AKKER'S ORIGINEEL T1R INZ»0«
„Geen goud zoo goed"
Onovertroffen bij brand- en snij wonden
Ook ongeëvenaard als wrijfmlddel bij
Kheumatiek, spit en pijnlijke spieren
Overal per pot v. 20 gr. f 0.60 en 50 gr. f 1.—
Bovengenoemde prijzen wordt verhoogd
met bijslag voor Omzetbelasting.
gomecne nutsvergadcring, waarin het 150-jarig be
staan van do Maatschappij zal worden herdacht
Om financicelo redenen moet echter van deelname
aan dio vergadering worden afgezien.
Aan het slot dor vergadering brengt de heer Vries
een woord van dank aan den scheidenden voorzit
ter, voor hetgeen hij gedurende de nu afgeloopen zit
tingsperiode voor het Nut heeft gedaan.
Na afloop der ledenvergadering is door het bestuur
tot voorzitter benoemd Dr. J. Broekons, alhier.
Donderdagmiddag was in het lokaal van den heer
R. Laan alhier, door enkele dames een bijeenkomst
belegd, om te komen, tot de oprichting van een af-
deeling van den Nedcrlandschen Bond van boerinnen
en andere plattelandsvrouwen.
Aan deze uitnoodiging was door omstreeks 40 vrou
wen gehoor gegeven en het lid van het Hoofdbe
stuur, cmvrouw Wicrsma, heeft daar uiteen gezet
het nut om tot genoemden Bond toe te treden.
Met belangstelling werd deze uiteenzetting gevolgd
en het reslutaat daarvan is geweest, dat staande de
vergadering een afdeeling werd opgericht met een
veertig leden.
Het bestuur zal bestaan uit de dames H. Keetman-
Schoorl, A. SchenkRozenburg, E. Brugman—Groo-
tes, Broekens, en T. van Leersumvan Gulik.
De functies zuilen onderling worden verdeeld.
ANNA PATJJOWNA
Vergadering „Theorie en Praktijk."
Dc vergadering van de Vereeniging van oud-leer
lingen van den Landbouwwintercursus „Theorie en
Praktijk", werd geopend door den heer C. Schenk,
die behalve de eigen leden, ook vele leden van do
H. M. v. L. en in het hijzonder nog den rijksland-
houwconsulent. Ir. Lienesch, welkom heette. De laat
ste was uitgenoodigd een praatje te houden over
proefvelden, omdat het hoofddoel van dezen avond
was, de leden op te wekken proefvelden met tarwe
aan te leggen. Maar aan de besprekingen naar aan
leiding van een vragenlijst, die vóór dat praatje in
behandeling kwam, nam hij natuurlijk ook een
groot aandeel.
De heer Raap lichtte het ontstaan van de lijst
toe. De bedoeling, is dat dezelfde vragen ook in an
dere plaatsen door de oud-leerlingen van cursussen
worden behandeld en de conclusies uitgewisseld
worden.
De le vraag luidde: Is de uitbreiding van de tar-
weteelt hoven een derde van de oppervlakte van het
bedrijf wenschelijk en mogelijk. De vraag was cul
tuur-technisch bedoeld en dus bleef buiten beschou
wing, dat thans wettelijk niet meer dan een derde
bebouwd mag worden.
Over de mogelijkheid was men het voor de zwaar
dere gronden vrijwel eens. Er waren landbouwers
die vroeger, als ze geen tarwe of rogge zaaiden, re
gelmatig meer dan een derde van het land gebruik
ten. Ir. Lienesch oordeelde dat het meeste land niet
voor uitbreiding der teelt geschikt was en dat aan
uitbreiding onverbrekelijk vast zat. dat ook meer
bakvnichten, kool, bicten, aardappelen, werden ge-
teelt.
De 2e vraag handelde over het verhand tusschen
uitbreiding der teelt en ziekte, b.v. voetziekte. Uit
het feit. dat men vaak en gedurende jaren meer dan
een derde bebouwde, bleek dat men geen grooter
vatbaarheid voor ziekte constateerde.
De 3e vraag luidde: Welk ras verdient voorkeur?
Als oordeel werd uitgesproken, dat dc praktijk
uitwees, dat in een bepaalde streek een bepaald ras
liet best voldoet. De meeste voorkeur hebben wel
Wilhclmina, Juliana en Imperial of Emma.
Vraag 4 informeerde naar de ervaring met vroeg
of laat zaaien van wintertarwe.
De heer Lienesch wees er op, dat vroeg of laat, in
dit opzicht betrekkelijk is. In Groningen zaait men
over 't geheel vroeger dan hier en wat men hier
vroeg noemt, is daar reeds laat. Als nadoelen van
vroeg zaaien werden genoemd: grooter kans op voet-
ziekte en eerder uitwin teren.
De vraag of de grondsoort en het klimaat invloed
op de kwaliteit hebben, werd wat het eerste aangaat
ontkennend beantwoord. Van klimaatverschil en dus
van invloed daarvan kan op pen klein gebied als
Noord-Holland is, geen snrake zijn.
De laatste vraag gold de hoeveelheid zaaizaad per
bunder gebruikt. Die varieerde van 130 tot 150 Kg.
ner bunder bij 9 pijpen op de zaaimachine. Voor
lichtoren grond en bij later zaaien achtte men dich
ter zaaien gewenscht.
Ir. Lienesch stelde bij zijn praatje over proefvel
den voorop, dat men nooit uit het oog moet verlie
zen, dat elke boerderij iets individueels heeft en
dus resultaten, op het eene bedrijf hereikt, niet al
tijd voor iedere andere boerderij zuilen gelden.
Houdt men rekening met de volgende punten, dan
hebben proefvelden echter zeker groot nut en zijn
ongetwijfeld van meer waarde dan laboratorium
proeven. die niet getoetst zijn aan de praktijk.
De conclusies, waartoe de heer Nienesch kwam,
waren:
le. De proefnemer moet er wat voor voelen, niet
opzien tegen wat werk en dat werk goed doen;
2e. Men moet goed weten wat men eigenlijk op de
verschillende proefvelden wil vergelijken. Heel
moeilijk is het te zorgen, dnt. alle omstandigheden
dezelfde zijn, behalve dan voor de zaak welke men
wenscht te onderzoeken. Liefst zal dus een proef ge
nomen worden op dat deel vnn het bedrijf, dat als
't gemiddelde kan beschouwd worden. Rekening is
te houden met bemestingstoestand, afwatering, voor
geschiedenis van het land (de voorvrucht enz.);
3e. Het is raadzaam niet tc veel objecten tegelijk
op éénzelfde proefveld te willen onderzoeken;
4e. Eén proef is geen proef. De proeven dienen
over meerdere jaren te loopen;
5e. Om den invloed van gemaakte fouten zooveel
mogelijk te verkleinen, is het gewonscht, de proef
minstens in vijf herhalingen te nemen en als dat op
bezwaren stuit dan op vijf plaatsen in enkelvoud.
6e. Men sluite zooveel mogelijk aan hij de praktijk
en neme daarom de proefvelden niet te klein, zoo
dat alle bewerkingen op de gewone wijze kunnen
plaats vinden.
Nadat de heer Lienesch nog enkele vragen had
beantwoord, volgde sluiting.
BREEZAND.
Het Nut Vriendenkring verzoekt ons te vermelden,
dat het op Zondag 21 October een avond heeft georga
niseerd, waarop Daan Pool en Tommy Bouman zul
len optreden. Voor bijzonderheden zie men adv. in
dit nummer.
LANGEND IJ K
Het baggeren is hier weer begonnen en wordt uit
gevoerd in den vorm van werkverschaffing. In tegen
stelling met de vorige campagne worden de schui
ten nu gemeten, en wordt de arbeid niet meer be
taald per praam, doch per kubieke meter. Er zal
door de arbeiders ongeveer f 12 worden verdiend,
waarvan door het rijk hoogstwaarschijnlijk de helft
en door de tuinders en de gemeente een vierde deel
zal worden betaald. Volo tuinders, dio hun land niet
meer lieten bemesten met modder, zijn daartoe nu
weer, gedwongen door de slechte uitkomsten van 't
tuinbouwbedrijf, overgegaan. Door de bijdragen van
de overheid in de kosten verkrijgen zij, nu een goed-
koope bemesting, waarvan de resultaten over 't alge
meen bevredigend kunnen worden genoemd.
De Minister van Sociale Zaken heeft aan de 4
Langendijker gemeenten en St. Pancras toegestaan
de proef, waarbij dc arbeiders in het tuinbouwbe
drijf met toeslag op het loon door de overheid te
werk worden gesteld, tot 1935 te verlengen. Over 't
geheel is deze proef zoowel bij arbeiders als tuinders
goed bevallen. Over 't geheel werd van deze regeling
een bevredigend gebruik gemaakt; alleen in Noord-
scharwoude was dit minder gunstig. Men verwacht
nu, dat blijven de economische omstandigheden voor
den tuinbouw ongunstig, men volgend jaar definitief
tot de regeling, die nu als proef geschiedt, zal over
gaan en dat daarbij meer gemeenten zullen worden
betrokken dan de 5 genoemde.
Men is thans gereed gekomen met de verharding
van den provincialen verkeersweg door het Geest-
mer Ambacht. Spoedig wordt nu met het gedeelte
in Noordscharwoude begonnen. Men is nu druk be
zig met de opritten, zoodat hij eerlang voor het
verkeer kan worden opengesteld.
Van de 4 Langendijker gemeenten zullen er slechts
3 de bekende verklaring afleggen, dat de tijdsom
standigheden het noodzakelijk maken, dat de ver
koop gelegenheid op Zondag voor verschillende win
kels ruimer wordt gemaakt. Alleen Broek op Lan-
gendijk acht die noodzakelijkheid niet aanwezig
(verreweg het grootste aantal winkeliers had er
trouwens ook niet om gevraagd), zoodat die gemeen
te aan Langendijk de eenige zal zijn, waar de win
kels 's Zondags gesloten zullen blijven.
Er is nu geen enkele reden meer om niet eens een
proef met Kruschen Salts te nemen. Immers ge ont
vangt een gratis proefflacon verpakt hij de groote
flesch fl.60, dus ook meer Kruschen Salts voor
hetzelfde geld.
Kruschen Salts zuivert Uw bloed, het zal U vcr-
frisschen en verjongen. Het wordt tevens over do
geheele wereld erkend als het beste middel tegen
rheumatiek, ischias, etc.
In het buitenland is door opkoopers met Kruschen
Salts geknoeid. Men koope daarom in geen geval
Kruschen Salts in buitenlandscne verpakking, doch
uitsluitend in ongeschonden Hollandsche verpak
king met den naam N.V. Rowntree Handels Maat
schappij op verpakking en etiket der flacon gedrukt.
(Adv.)
OUDE NIEDOBP
Gemeenterekening 1931.
De ontvangsten en uitgaven van de rekening der
inkomsten en uitgaven van deze gemeente voor den
dienst van 1931 zijn door Ged. Staten van Noord-
Holland vastgesteld op de navolgende bedragen:
Ontvangsten van den gewonen dienst f44.322.51.
Uitgaven f51.400.23. Het nadeelig slot bedraagt al-
zoo f 7.077.72.
Ontvangsten van den kapitaaldienst f 111.633.11.
Uitgaven 1216.012.94. Het nadeelig slot van den ka
pitaaldienst bedraagt alzoo f 104.379.83.
Ziektewet en ongevallenwet.
In opdracht van den Minister van Sociale Zaken
werd door den Inspecteur voor de werkverschaffing
in Noordholland het volgende medegedeeld:
Ziektewet: De gemeenten, waterschappen en pol
ders, die met Rijkssubsidie arbeid in werkverschaf
fing laten verrichten, moeten tot dusverre, indien zij
er prijs op stellen in de kosten van de ziektepremie
van overheidswege subsidie te verkrijgen, bij de
Centrale Ziekenkas van den Raad van Arbeid te 's-
Gravenhage zijn aangesloten. Het ligt in de bedoe
ling deze regeling te wijzigen. Met ingang van 1
Januari 1935 toch zal de verplichting om voor het
ontvangen van subsidio in de vorengenoemde kos
ten, aangesloten te zijn bij de centrale Ziekenkas,
komen te vervallen.
Ongevallenwet: Eenzelfde gedragslijn zal terzake
met betrekking tot de Ongevallenwet vnn 1 Januari
a.s. af zijn tc volgen, d.w.z. aansluiting bij de Rijks
verzekeringsbank is dan niet meer verplicht voorge
schreven.
Daar men mitsdien van 1 Januari 1935 af gehecï
wordt vrijgelaten in de keuze van aansluiting zoowel
voor de Ziekte- als de Ongevallenwet, zal ook voor
plaatsing op de z.g. lijst geen aanleiding meer be
staan.
NADENKARSPET
Tn het Bestuur van den Ringpolder zijn herkozen
als molenmeester de heer J. H. F. Baas te Haren
karspel en als Hoofdingeland de heer P. Jonker te
Sint Maarten.