•Ie •Iroote Vergissing Vee= en Varkenshouders protesteeren. Zaterdag 10 November 1934. SCHAGER COURANT. Vijfde blad. No. 9593 Tegen de wijze van nitvoering der verschillende crisiswetten. De organisaties treden niet krachtig genoeg opl In café „Cérès" van den heer J, Schenk werd Don derdag j.1. een protestvergadering gehouden van vee- en varkenshouders, tegen do wijze waarop de ver schillende crisiswetten worden uitgevoerd. Scheen aanvankelijk de belangstelling voor deze vergadering gering te zijn, gedurende de besprekin gen nam het aantal bezoekers steeds toe en weldra was de zaal nagenoeg geheel bezet. Het voorloopig comité van actie bleek te bestaan uit de heeren: 1J. Kooijman, Wognum, K. Bregman, Oudendijk, T. van Diepen, Grosthuiijzen en H. Zijp, Twisk. Allereerst voerde de heer Kooijman het. woord, dio wees op het feit, dat de verschillende crisismaatre gelen zoo scherp ingrijpen in het bedrijf. Het. comité is bovendien van meening dat de uitvoering der cri siswetten niet plaats vindt zooals gewenscht is en dat ze dan ook, in stede van voordcelen, eerder na doelen aan de vee- en varkenshouders bezorgen, wat de finantieele zijde van de zaak betreft. Het is 2 jaren goleden dat de crisis-varkenswet werd ingesteld en nu, na 2 jaren, ondervinden we de resultaten die bereikt zijn. Het is moeilijk te consta- teeren dat. zonder de genomen maatregelen, thans de toestand beter zou zijn geweest, maar wel is te con- stateeren dat de huidige toestand niet deugt. Dat vóór de inwerkingtreding van de wet de mcnschon zijn overgegaan tot doen laten dekken van de zeugen, koint door de fout om reeds maanden tevoren de te treffen maatregelen ter kennis van het publiek te brengen, waardoor de menschen hun maatregelen kunnen nemen. De grootste fout van de leiding der crisis-varkens centrale noemt spr. het dat toen Engeland de 5000 on de 10.000 bacon-varkens niet wilde afnemen, deze leiding de zaak maar op haar beloop heeft gelaten, in plaats van tegen eiken prijs het overtallige aan tal varkens op te ruimen en dus het ontstane ver lies maar te aanvaarden. Was dit gebeurd, dan zou thans een veel gezondere toestand beerschen. De varkenshouders hebben de zware varkens te lang moeten houden en in de laatste maanden on dervonden zij nu de finantieele nadeelen, nu tot op ruiming der varkens moest worden overgegaan. Daar komt nog hij de instelling van de graan- anonopolie, waarbij f 1.50 per 100 kilo op den meel- prijs wordt gelegd. Spr. wijst er op dat door dezen maatregel de regcering lasten op de vee- en varkens houders legt, teneinde de akkerbouwers te helpen. Voor oen dergelijke daad is geen verontschuldiging te vinden. Wij gunnen den akkerbouwers loonende prijzen, maar dat mag niet ten koste van een andere groep gaan. liet is daarom dat spr. den regeerings- commissaris lr. Louwes getart heeft» te ontkennen dat thans door de vee- en varkenshouders wordt op gebracht de vierde penning, in tegenstelling met het opbrengen van de tiende schoof in de tijden van het bewind van Alva. Een dergelijke toestand teekent de situatie en daar gaat ons protest tegen. Het comité meent dat, los van de organisatie, een krachtige ac tie tegen deze maatregelen dient te worden gevoerd. Spr. spreekt er zijn verwondering over uit, dat het bestuur der Hollandsche Maatschappij van Land bouw liet blijkbaar nog steeds niet noodig acht een protestvergadering te houden en daarom moet een 'krachtige actie ontketend worden uit de menschen zelf die in het bedrijf zitten. Spr. ontkent niet dat op 't oogenblik de regeering de zware varkens voor een deel wil afnemen en laten we dan ook hopen, dat we weldra misschien oen betere toekomst tegemoet gaan. Maar de on kosten zijn veel te hoog, de prijs der varkens is cen ten lager, do mcelprijs daarentegen guldens hooger. Als tweede grief noemt spr. het niet-uitkeeren van den zuivelpot ad f 10 millioen. Spr. noemt dat een miskenning van den toestand voor de boeren, want het beteekent, dat. geoordeeld wordt dat de boeren deze gelden nog niet noodig heeft. Maar als deze gelden tot het volgend jaar worden bewaard, zullen er weldra tienduizenden deze gelden niet meer be hoeven, omdat ze ten gronde zullen zijn gegaan. Wat het derde punt betreft, de instelling van een ministerie van landbouw, daaromtrent bestaat op 't oogenblik wat meer optimisme. Immers we hebben in de pers kennis kunnen nemen van het voornemen om den heer Ir. Roebroek te benoemen tot directeur- generaal van den landbouw. Spr. wijst op dc groote noodzakelijkheid dat iemand steeds voor de boeren werkt en deze benoeming zal dan ook op hoogen prijs worden gesteld. Evenwel een directeur-generaal is nog geen minister, we zijn dus dankbaar maar nog niet voldaan. In de besturen der verschillende organisaties is ge voeld, dat leden der organisaties hun hoofden bij elkaar staken, ontevreden als ze waren over dan gang van zaken en dit is misschien wel oorzaak ge weest dat ook de organisaties zelf besprekingen heb ben gehouden. Wij wenschen niet tegen onze organi saties in te gaan, maar willen ze imponcercn, dat krachtiger moet worden opgetreden. Zij moeten onze belangen begrijpen, de leiders onzer organisaties zijn niet altijd even krachtig opgetreden. En de regeer ders dienen te hegrijpen dat de landbouw weer moet opbloeien, teneinde de industrie weer aan het werk te helpen. Dc landbouw, moet. een plaats in het te genwoordig regccringsbestuur opeischcn! Niet tevreden over onze vóórmannen. Als tweede spreker voert de heer K. Bregman het woord, die een vraag of wij over dc uitvoering der crisismaatregelen en over onze voormannen tevreden zijn, ontkonnend zou beantwoorden. Het doel dezer actie is dan ook om de leiders van onze groote land bouworganisaties bij te brengen, dat ze voor onze be langen krachtiger moeten optreden. Het is niet noo dig, crisis-lotgcnooten, aldus spr. tot de aanwezigen, dat wij al meer on meer in dc put geraken. Wij be hoeven onze producten niet op de mesthoop te bren gen, want in Japan en Amerika is nog groot gebrek. De tolmuren evenwel moeten weg. Spr. herinnert aan het feit, dat Duitschland zijn betalingen staakt en hoe de kaasexporteurs dan ook het voornemen heb ben den kaasexport naar Duitschland stop te zetten. De crisis-maatregelen zijn genomen om de platte- landsche bevolking te helpen, potten worden gemaakt, maar met voorbeelden is aan te toonen hoe het in werkelijkheid gaat. Wij moeten achter onze organi saties staan en zij die nog geen lid zijn dienen lid van een organisatie te worden wij willen niet afbreken, doch opbouwen. Evenwel dc organisaties voegen zich teveel naar den wensch der regeerings- commissarissen. Als onze afgevaardigden niet hard genoeg voor onze belangen werken, dan moeten we andere afgevaardigden hebben. T.a.v. dc rundveecentrale wijst spr. op de beper king van het aantal kalveren, een regeling waarbij hij die liet meeste geld geeft, ook de meeste kalveren mag houden. Immers wanneer men voor f20 een kalf laat schetsen, mag men het houden. Allaen uit Noordholland is op deze wijze voor de kalveren een bedrag van f3000 bij elkaar gekomen. Ook gaat spr. na hoe de boterexport naar Engeland aan den gang wordt gehouden, waarbij men in En geland onze boter tegen lagen prijs kan bekomen, terwijl onze eigen bevolking de boter met hooger prijs moet betalen. Wij moeten in Den Haag iemand hebben, die op de hoogte is van dc landbouwzaken en we moeten Den Haag aan 't verstand brengen dat de landbouwende bevolking moet worden gehol pen. Spr. roept dc aanwezigen op elkaar te steunen, opdat de vee- en varkenshouders eendrachtig opko men voor hun huis en hof, voor hun vrouwen en kinderen. Een garantie van inkomen. Dc heer T. van Diepen betoogt dat cr aan de he sluiten van den Minister van Economische Zaken iets ernstigs ontbreekt, n.1. een garantieregeling, een zekere compensatie tegenover dc maatregelen die ons worden opgelegd. Als er van ons steeds meer in krimping van den aanfok van koeien en varkens wordt gevraagd, dan dient daar tegenover te worden gesteld een garantie van inkomen in den vorm van een hoogeren vleeschprijs of melkprijs. Wij moeten ons bedrijf toch gaande kunnen houden. Spr. vraagt zich af of cr inderdaad overproduc tie van melk is en wijst dan op het luttele bedrag dat in Engeland voor onze boter wordt betaald, ter wijl bij ons vele gezinnen geen natuurboter kunnen betalen. Spr. wijst op dc vermenging met margarine en op het feit dat in liet leger nog altijd margarino wordt verstrekt, op dc ondervoeding van vele kin deren in ons land, doordat ze de dure melk moeten ontberen. De consumptie-melkprijs toch is veel te hoog. Al deze voorbeelden toonen aan dat er geen goede toestand heerscht. Dc graanheffing werkt voor de veehouders funest. Spr. wil hij den Minister van Economische Zaken een audiëntie aanvragen, opdat die eigenaardige toe standen worden toegelicht, toestanden die om ver beteringen roepen. Moeten wij langer een lijdzame houding aannemen? Dc heer H. Zijp vraagt of wij nog langer een lijd zame houding moeten aannemen tegenover dc men schen die tot taak hebben voor onze belangen te zor gen. Spr. meent van niet. De verschillende maat regelen die worden getroffen, blijken onaannemelijk te zijn en veelal wordt met dio maatregelen het. tegen overgestelde van wat zij beoogen, bereikt. We krij gen aanstonds weer een tweede afslachting van ons vee, thans dc jonge koetjes, de bloem der boerderij. Spr. wijst er ook op dat Noordholland wat de afname van'de kalveren betreft, er zoo slecht af is gekomen. Het wordt daarom tijd dat we onze belangen zelf ter hand nemen en dat we bij den Minister aandringen op uitkeering van den z.g. zuivelpot, of opheffing van de graanrechten. Reeds eeider is hij den Minister van Economische Zaken een onderhoud aangevraagd, ten einde dc toestand in te lichten, maar op dit verzoek is taal noch toeken ontvangen. Spr. wil nu aan den Minister van Economische Zaken een telegram zen den, waarin cr op wordt gewezen dat de veehouders zich niet langer kunnen vereenigen met de manier waarop hunne belangen worden behartigd, zij niet langer lijdzaam hun organisaties kunnen volgen.dat ze verzoeken niet tot 'n nieuwe afslachting van vee over te gaan en de verhoogde accijns op koe- en var- kcnsvleesch op te heffen. De heer Kooijman neemt nu nog eens het woord en vraagt zich af wie toch dc adviseurs der re- geeringscommissarissen zijn. Een afname toch van 150.G00 stuks jongevec is niet to verdedigen. Waar om wordt de regeling niet dat als men één stuks jongevec afstaat, men in de gelegenheid zal zijn een oudere koe in te leveren? Het vertrouwen in dc adviseurs wordt op deze wijze bij ons geschokt. Spr. verzoekt den aanwezigen handteckeningen te ver zamelen, waardoor goedkeuring wordt verleend aan de te voeren actie. Van de gelegenheid om het woord te voeren wordt in de eerste plaats gebruik gemaakt door den heer P. Meijne, Akersloot, die propageert het uitsluitend bakken van melkbrood, afschaffing van de boter- merken bepleit, inkrimping van het margarincvcr- bruik, en die inkrimping van den veestapel wil zien geregeld per H.A. grasland. Spr. wil in den breedo uitwijden over de lasten die de boeren hebben op te brengen, doc-h de Voorzitter, de heer Kooijman, geeft hem in overweging zich te bepalen tol de on derwerpen die besproken zijn. Geen verdeeldheid. De heer Joh. do Veer, Schagen, heeft met genoe gen vernomen dat het comité zich achter dc orga nisatie wil scharen en toch wil het buiten de orga nisatie om een audiëntie aanvragen bij den Minis- OM VOOR 30 NOVEMBER A.S. 60 VOORZIJDEN VAN PRESTO PAKJES AAN ONS ADRES TE AMERSFOORT IN TE LEVEREN DAN ONTVANGT U EEN PRACTISCH GESCHENK ïï&u&ftotiuten darJi om 't fouisto p&scAoinA f ter Spr. verwacht weinig resultaat. De georgani seerde landbouw wordt gehoord en laat men dan do gewraakte maatregelen bij dc organisaties in be spreking brengen. Voor dc toekomst acht spr. do productiebeperking van veel belang. Evenwel Noordholland is er wat de aanwijzing van het aan tal kalveren betreft, zeer slecht afgekomen. Er wordt door dc organisaties in gewerkt oni daar verande ring in te krijgen. Spr. is voorstander van de heffing op buitenland- scho granen. We hebben nu eenmaal een te groot kwantum melk en wat van eigen bodem wordt ge produceerd dient dc voorrang te hebben. Bij even wicht van productie on consumptie verkrijgt het product waarde. Maar spr. wijst er met nadruk op, dat de heffing op do granen ton goede moet komen van de veeboeren, niet van dc bouwbocrcn. Voorts merkt spr. op, dat men niet teveel moet spreken over het verleden, hij de maatregelen die genomen zijn zal dc beste bedoeling hebben voorge zeten, maar bij de toepassing barst dc bom wel eens verkeerd. Wij moeten het oog gericht houden op do toekomst en dan wijzen op den achterstand van Noordholland wat de toewijzing der kalveren be treft en op de groote onredelijkheid dat de graan- heffingen den bouwboeren ten goede komen. De heer Kooijman noemt het betoog van den heer De Veer een zeer sympathiek geluid. Spr.'s grief is dat de leiders onzer organisaties niet krachtig ge noeg optreden. Als voorbeeld noemt spr. het advie3 van den voorzitter van den F.N.Z., aan de verga dering om er zich muur bij neer te leggen, dat het zuivelpot je bewaard zal worden. Spr. heeft toen ge wezen op de noodzakelijkheid tegen een dergelijk besluit op te komen en daarna heeft het bestuur van den F.N'.Z. besloten zich over deze kwestie tot den Minister to wenden. De heer Van Diepen adviseert den leden van zui velfabrieken aan te dringen op vermindering van do margarinefabricagc, zoo mogelijk op een verbod ervan. De heer G. Gaijaard, Nieuwe Niedorp, ontkent, dat er een teveel aan productie is, vooral wat boter be treft. Voor een bevolking van 8 millioen is 80 mil lioen kg. boter geproduceerd, wat neerkomt op 2 ons per week. Er is dus een tekort aan boter. Spr. zou willen, dat de margarinefabrieken alleen aan- -rullend mochten werken. De vermenging van de boter is oorzaak dat tienduizenden noodgedwongen margarine gebruiken en spr. vreest dat als de cri sis voorhij is, deze tienduizenden inargarineverbrui- kers zullen blijven. Stopzetting van dc margarine- fabrieken raag enkele honderden arbeiders werk loos maken, maar als de natuurboter togen behoor lijken prijs van de hand kan worden gedaan, zullen de boeren weer meer arbeiders te werk kunnen stel len. Spr. wijst cr op, dat dc steun aan melk dio f2.56 heet te bedragen, in werkelijkheid slechts een voordeelig verschil geeft van 40 cent per 100 Kg. Spr. herinnert aan de protestmotie indertijd door nu wij len den heer Jcnsma voorgesteld en waarin gewe zen werd op het feit, dat de directeuren van de zui velfabrieken niet aan de leden mochten vertellen welken steun zij ontvangen. Spr. wijst cr ook op, dat zijn fabriek, de zuivelfabriek „Aurora" de kaas exporteert naar Frankrijk en van dc gemaakte winst moet afstaan voor de zuivelpot. Dat alles doet bij spr. de vraag rijzen, of het niet beter was dat alle cri sismaatregelen maar aan zijde warden gezet, een minimumprijs voor margarine te bepalen en 'n mi nimumprijs voor natuurboter van bijv. 60 cent. De heer F. Kooijman wijst er nog op, dat de var kenshouderij een steungeefstcr is, geen steunneem- ster. Het telegram. De vergadering keurt goed dat het volgende tele gram aan den Minister van Economische Zaken wordt verzonden: Excellentie! In aansluiting van ons telegram verzonden op 30 October 1934, vanuit de vergadering te Purmerend en op aandrang van de vergadering gehouden op Donderdag 8 Nov. te Schagen, verzoeken wij U be leefd ons ten spoedigste gehoor te willen vcrlcenen, in het bijzonder met het cog op de nieuwe afgekon digde gedwongen afslachting van jong vee. Namens het Comité, P. KOOIJMAN, Wognum. K. BREGMAN, Oudendijk. Hierna volgde sluiting. door JOAN SUTHERLAND. „Dat is, volgens mij nog de vraag. Dan hadden Jullie een vrijgemaakte negerbevolking gekregen en uitgesrektc landen, die noodig in cultuur moesten worden gebracht. „Een voorzichtiger politiek zou ons meer hebben gebaat. We hebben, in het algemeen gesproken, nu toch ook nog even goed onze neger- en kleurlingen- bevolking en daarenboven nog heele horden vreem delingen uit Oost- en Midden-Europa en aan lager wal geraakte joden uit allo declcn der wereld. Het is geen verkwikkelijk probleem en met ieder jaar, dat men het niot. onder de oogen wenscht te zien, hoopen de moeilijkheden zich op. Maar kom waarom zouden we onze laatste oogenhlikken hier mee verknoeien, je hebt me wel eerder mijn mee ning daaromtrent onder woorden hooren brengen. Laten we nog con poosje naar je studio gaan en gezellig samon praton. 't Is nog vroeg." Zc gingen dc hol verlichte hall van het hotel, waar Moreton dc laatste dagen verblijf hield hij had een week geleden zijn apartcmcnt opgezegd binnen, dron gen er nog eens op aan, dat hij vroeg zou worden gewekt voor de Cunard expresse van het Gare St. Lazarc, vroegen en ontvingen do laatste post en zou den juist weer gaan, toen een piccolo hen achterna kwam. „Pardon, m'sieur dit is een oogenblik geleden voor U gekomen!" en hij duwde Moreton een tele gram in de hand. Ze sionden alleljei stil: Moreton trad terug binnen den lichtcirkel, die uit de deur naar buiten viel en opende de vodderige enveloppe. Het was slechts een kort bericht en toch scheen hij langen tijd noodig te hebben eer hij goed wist, wat er stond. Toen hij ten laatste sprak, klonk zijn stem absoluut toonloos. FEUILLETON „Walter mijn broer is gisterenavond omgeko men bij een auto-ongeluk", zei hij en reikte David het vodje papier toe. HOOFDSTUK II. Precies vijf dagen later stapte Moreton in New York aan land en reed regelrecht naar zijn huis, dat in do Fifth Avenue gelegen, op het park uitzag, om de bijzonderheden omtrent de tragedie, die zich hier had afgespeeld, te vernemen. Het was een schit terende dag met een heldere blauwe lucht, een pit tige frischheid en een stijf briesje over de rivier. Terwijl hij door de hem zoo lang ontwende straten reed, kon hij dc waarheid nog maar niet gelooven. Het was vijf jaar geleden, dat hij zijn broer het laatst gezien had, want Walter was te jong geweest om aan den oorlog deel te nemen. Hij, Lioncl, had aan het oostelijk front gevochten en drie jaar te vo ren had hij Amerika slechts tweemaal bezocht. Wal ter was een knappe jongen van achttien jaar ge weest, vol vuur en levenslust, dol op sport en aan trekkelijk door zijn ongerepte jeugd en het viel Lio- nel moeilijk, te beseffen, dat den avond, voor zc hun kennismaking zouden hernieuwen, dc dood tussehen heiden was gekomen en dat jonge leven had wegge maaid. Gezeten in de eenigszins sombere bibliotheek van het huis, dat nu al jaren lang zoo zelden was ge bruikt, luisterde Moreton naar alle bijzonderheden, die de huisarts, Dr. Keilick hem kon geven. Walter was als wcek-end uitstapje wezen visschen, ergens in de Adirondacks en reed zelf naar New Cork te rug. toen laat op den avond, op een berucht gevaar lijke bocht, waar het laatste jaar al heel wat on gelukken waren gebeurd, het ongeval plaats vond. „Hij schijnt bij het nemen van die l>ocht wel flink hard. maar toch absoluut zeker te hebben gereden", zei de oude man, „en de wielsporen hebben nitco- maakt, dat hij op het goede wegdek reed. terwijl de andere wagen de bocht te wijd nara. Hij probeerde nog te wijken, maar die andere bestuurder schijnt zijn hoofd te zijn kwijt geraakt en ze zijn bijna recht op elkaar ingereden. Walter moot op slag ge dood zijn, de arme jongen dat is tenminste nog een geluk. De andere man komt er, naar men meent, wel bovenop. Ik kan je niet zeggen, hoe het me spijt, dat ik je, nu je na zoo n lange afwezigheid thuis komt, met dit droeve nieuws moet ontvangen." Lionel gaf geen antwoord, er viel niets te zeggen. Hij was misschien meer ontsteld, dan dat hij er ver driet over had, want de omstandigheden hadden er nooit toegeleid, dat hij en zijn gestorven broer erg intiem met elkaar waren. Het speet hem dan ook meer van het jonge leven, dat zoo snel geëindigd was, dan dat hij zelf hel gemis voelde, want de laatste jaren was Walter zoo goed als een vreemde voor hem geweest. Ook was cr, nu hij na zooveel jaren voor het eerst weer thuis kwam, heel wat te regelen en hij was nog geen vier en twintig uur in New York of een andere tragedie trof hem van bijna even nabij. Den avond dat Guy Lanier zich in de pompeuse „stijl" bibliotheek van zijn woning, East 57thn street voor het hoofd schoot, was iedereen het er roerend over eens, dat het bal, door zijn vrouw ter eere van hun aangenomen dochter Marilyn in de Ritz-Carlton gegeven, een van de schitterendste feesten van liet seizoen was en toen Alicia Lanier tussehen licht en donker alles nog eens overzag, voelde zelfs zij zich tevreden over den afgeloopen avond. Marilyn zag er in haar zacht schelp-rose kleedje met haar gebobde krullen als een bleek gouden kapje om haar hoofd, haar tecre teint verlevendigd door een blosje en haar oogen, die schitterden als sterren, stralend uit en ze was zoo gefêteerd, dat ze nu omtolde van slaap en vermoeidheid. Iedereen die rnaar iets te beteekoi tien had in New York was tegenwoordig en er wa ren de wonderlijkste bal-surprises, de beste strijkjes ook was er voldoende champagne geweest niet openlijk, doch zeer artistiek verhuld om zelfs de dorstigste gasten tevreden te stellen en iedereen scheen vast besloten, tot het allerlaatste oogenblik te blijven. Alicia zelf zag er in alle opzichten be lachelijk jong uit voor een moeder van een volwas sen zoon als David en de donkere Suzanne, met haar grijze oogen, die niet minder gevierd werd dan de heldin van het feest. Ze droeg een japon van Mo- lynoux, groen en zilver, met een langen ketting van los geregen smaragden, afgewisseld door diaman ten. die haar bijna op haar middel hing. En het zou in het ooi» loooon'' onhebbelijk zijn geweest, haar te zeegen. r'r' enkel en alleen gekocht, om bij haar japon te passen, evenzeer het laatste wapen bij den zelfmoord van haar echtgenoot was geweest, als de kleine plompe revolver, dio in zijn verstijfde hand werd gevonden. Het mocht onredelijk hecten, van Alicia, dio beminnelijk, als ze wilde amusant was en ontegenzegeglijk behoorde tot de allerbeste kringen, te veronderstellen, dat ze bovendien ook nog omzichtig en verstandig zou wezen en Guy La nier had de fout begaan, dat van haar te denken. Hij werkte van den vroegen morgen tot den laten avond, zorgde voor automobielen, juwcclen, winters in Florida, of Zuid-Frankrijk, uitstapjes naar Cali- fornië of Engeland en een keurig huis in New York en de Berkshires voor zijne familie. Hij was terecht trotsch op dc schoonheid en gevierdheid zijner vrouw en hield van zijn kinderen, al zag hij ze weinig. Maar hij miste de noodige taaiheid om die voortdu rende spanning van lichaam en zenuwen te kunnen volhouden en toen hij dus kwam op een punt, waar hem niets dan tegenspoed scheen te wachten, sloeg hij den weg in, die het laatste redmiddel van een lafaard is. Hij besefte heel goed, wat hij deed en wat men in zijn kringen van hem zou zeggen. Maar die menschen waren ook niet negen-en-twintig, bijna dertig jaar met Alicia getrouwd geweest en konden dus zijn daad niet bcoordcelen. En er zijn lasten, die geen man verplicht is te dragon, zelfs niet ter wille van de kinderen. Dus nam hij zijn besluit, maakte, voor zoo ver dat mogelijk was, zijn papie ren in orde, hield zijn revolver precies op dc ver- eischte plaats, haalde den trekker over en vond een snellen dood. De geheele uitgaande wereld van New York schrok op. want dc Laniers behoorden tot de meest exclu sieve groep daarvan en men vond Guy Laniers daad des te betreurenswaardiger, omdat mén het waarom niet begreep. Hij was naar liet scheen, in geen enkele, ernstige zaak betrokken, hoewel door een bepaaldo zakengreep het inkomen zijner weduwe noodzakelij kerwijze heel wat minder was dan dat zijner echt- genoote. Zijn vrienden mochten hem gaarne en acht ten hem zeer hoog en hoewel een groote spoorweg- speculatie verkeerd was uitgeloopen en hom een paar jaar lang gevoelig onder zijn verlies deed lij den, was dat toch geen schande of misdaad. Zijn vrienden en kennissen wisten absoluut niet, wat ze ervan denken moesten, als ze zochten naar een reden, sterk genoeg, om hem te brengen tot wat hij gedaan had, en in hun wildste theoriën raakten ze nooit aan de eenvoudige waarheid: dat hij gestor ven was, omdat hij alle lust om verder te leven mis te. daar wat men hem omtrent zijne gezondheid had medegedeeld van dien aard was, dat zijn vrouw zich vol afschuw van hem terug zou trekken. Een af-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1934 | | pagina 17