De strijd tusschen oud en nieuw
Stervende Bachtyaren-
Mdlieden in Perzië
Tragische gebeurtenis te Alkmaar.
Moederen kind
vergiftigd.
Zaterdag 15 December 1934.
SCHAGER COURANT.
Tweede Blad. No. 9168
Nuttelooze samenzweringen
tegen een gevestigden
troon
(Van onzen rcizendcn correspondent.)
Teheran, 1 December.
Acht personen hoofdmannen der Bachtyaren,
zijn deze week nabij Teheran gevallen onder de ko
gels van een strafpeloton, vier werden er veroor
deeld tot levenslange gevangenisstraf, een zestien
tal tot gevangenisstraffen van drie tot tien jaren.
Dit alles was het einde van een procés, dat voor een
krijgsraad werd gevoerd en waarbij van het dertig
tal beschuldigden er acht werden vrijgesproken. De
aanklacht luidde op landverraad en de zaak had
reeds een aanvang genomen voordat ik in Perzië
kwam. De strenge vonissen vormen als het ware het
einde van een strijd, die van de zijde d§r huidige
Perzische regeering werd gevoerd met het doel het
land te maken tot een werkelijke eenheid, de onaf
hankelijkheid zeker te stellen en rust en veiligheid
te doen hcerschen. Gewone misdadigers waren de
veroordeelden niet, tenminste niet in den zin, dien
wij aan dit woord hechten. Zij vertegenwoordigden
een idee, maar een idéé, die in het verleden thuis
behoort en in strijd is met en gevaarlijk voor de toe
komst van het herboren Perzië. Tot recht begrip
van dit alles dient men te weten, dat Perzië als
staatkundige eenheid vijftien jaar geleden, dus vóór
Rcza sjah Pachlevi aan het bewind kwam, feitelijk
niet bestond, Perzië was toen eigenlijk meer een
aardrijkskundig dan een staatkundig begrip. Een
heid ontbrak en een centraal bestuur, dat over het
geheele land heerschtc, bestond niet. Zeer Keker
was er ook vroeger een sjah, maar diens macht
strekte niet heel veel verder dan Teheran en zelfs
daar was die macht nog beperkt door de Russen, die
tot aan de Russische revolutie in Perzië deden wat
zo wilden. De sjah beschikte zoogenaamd over een
goed gedrild en uitgerust ruiterkorps, de Perzische
kozakken, maar dit korps stond onder Russische of
ficieren. Er bestond ook nog een Perzisch ieger met
Perzische officieren, maar de manschappen die hier
in dienden, kregen bijna nooit soldij. Indien de re-
gcering van de toenmalige sjahs al eens geld had
om deze soldaten te betalen (op de betaling van het
ruiterkorps hield Rusland toezicht), dan verdween
bet voor een groot deel in de zakken der ministers
en de rest bleef bijna geheel hangen bij de officieren,
die zelf ook vaak moesten honger lijden.
In het zuiden van het land had Engeland zeer
veel te zeggen. Daarbij had het minder rekening te
houden met den toenmaligen sjah, dan met de goe-
verneurs, en met de hoofden van stammen, die zich
onafhankelijk gevoelden van Teheran. Sommige
goeverneurschappen waren erfelijk in bepaalde fa
milies en het ontbrak den sjah aan macht de goe-
verneurs en de hoofden der groote stammen tot ge
hoorzaamheid te dwingen. De goeverneurs kregen
van de regeering te Teheran geen salaris, maar
moesten daarentegen aan de centrale regeering een
zeker tribuut betalen uit de belastingen, die ze het
volk afpersten. Vele goeverneurs, die zich sterk ge
noeg voelden en ver genoeg van Teheran verwijderd
waren, hielden zich daaraan niet en betaalden geen
cent
Eén vierde k een derde deel van de Perzische be
volking bestond toen uit nomaden, uit zwervende
stammen, waarvan de Koerden de talrijkste waren.
Daarna kwamen in getalsterkte de Bachtyaren. Over
deze zwervende stammen hadden de vroegere sjahs
in het geheel niets te zeggen. Ze mochten al blijde
zijn, als deze stammen tenminste in naam de re
geering te Teheran erkenden. Enkele dezer stam
men beschikten over tienduizenden krijgslieden, die
heel wat beter waren bewapend dan het steeds hon
ger lijdende legertje van den sjah.
Het aantal dezer nomaden was niet steeds het
zelfde en wisselde tamelijk sterk.
Bij gunstige omstandigheden ging zulk een zwer
vende stam soms over tot een „gehuisvest" leven;
de menschen werden van „tsjadernesjien" (tentbe
woners) tot „deh-nesjien" (dorpbewoners), om later
dikwijls, bij misoogst, bij oorlog of onderlingen strijd
der stammen, het zwervend bestaan weder op te ne
men.
Vanaf den aanvang zijner regeering heeft Reza
sjah Pachlevi, de huidige Perzische souverein, er
naar getracht deze zwervende stammen te bewegen
tot een „gehuisvest" bestaan. Hij vermeed daarbij
zooveel mogelijk geweld en dwong de menschen niet.
Tot slechts enkele weken geleden bevatte de Per
zische kieswet nog bepalingen om aan de nomaden
stammen het uitbrengen hunner stemmen mogelijk
te maken. Deze bepalingen zijn nu geschrapt, daar
er zoo goed als geen zwervende stammen meer be
staan.
Door de toenemende veiligheid en zekerheid kwa
men de stammen er als van zelf toe hun zwervend
leven op te geven en zich ergens te vestigen.
Er waren natuurlijk stamhoofden, die aanvanke
lijk niets wilden weten van een onderwerping aan
het centrale bestuur te Teheran, doch spoedig leer
den ze inzien, dat de nieuwe sjah niet alleen kwam
met nieuwe idealen, doch ook met een heter georga
niseerd leger, waartegen de krijgslieden der stam
men niet waren opgewassen. Reeds jaren geleden
hebben de Koerden in Perzië zich bij den nieuwen
staat van zaken nedergelegd en ook de Bachtyaren
schenen tot een ander inzicht te zijn gekomen. Voor
de allergrootste meerderheid van dezen volksstam
moge dit in werkelijkheid het geval zijn, doch eenige
hoofden konden in het verlies van hun macht (dat
ze gewoonlijk niet in het belang van hun volk aan
wendden) niet berusten, zoo bleek eenige maanden
geleden.
De Bachtyaren zijn door taal en afstamming zui
vere Perzen. Hun aantal wordt geschat op tweehon
derdduizend een kwart millioen. Zij bewonen een
gebied van ongeveer zestigduizend kilometer (dus
bijna tweemaal zoo groot als Nederland) ten westen
van Ispahan en zijn volgens sommige Europeesche
schrijvers, dapper, edel, maar een beetje roof
ziek.
Het maakt me altijd min of meer kriebelig, der
gelijke oordeelcn te lezen, geschreven door menschen,
Feest bij de Bachtyaren.
die lekker thuis bij een warme kachel zitten. Het
zelfde heb ik ook gelezen over de Bedoeïnen, die in
Irak, Syrië, Noord-Afrika stelen als dc raven cn
daarbij ook tegen een moord niet opzien, als ze kans
hebben ongestraft weg te komen. Ik, die in mijn le
ven met deze menschen nog al eens in aanraking
ben gekomen, wetend welke gevaren mc bedreigden,
hob dan steeds in het diepst van mijn hart gc-
wenscht de bravo zielen, die zulke gunstige oordec-
len vellen, eens bij den kraag te kunnen nemen om
ze van achter de kachel weg to sleepen en te zet
ten tusschen de kerels, over wie zc met zoo'n goed
moedigheid schrijven, en dan opnieuw hun oordeel
te vragen.
Onder het krachtige bewind van Reza sjah Pach
levi hebben de Bachtyaren hun roofziekte moeten on
derdrukken. Laten we hopen, dat ze desniettegen
staande even dapper cn edel zijn gebleven. Voor en
kele hunner hoofden is dit niet het geval. Dezo
hoofden hebben niet alleen hun groote macht verlo
ren, maar moeten ook aanzienlijke inkomsten derven.
De algemcene opbloei van het land onder Rcza sjah
Pachlevi beteekende voor hen geen verbetering en
een strenger centraal bestuur, gepaard met een
krachtige handhaving der openbare veiligheid kon
hen uit den aard der zaak weinig behagen. Open
lijk verzet togen de regeering van Reza sjah Pach
levi zou, zoo begrepen deze ontevredenen, niet de
minste kans op welslagen bieden. Het Perzische le
ger bestaat niet meer uit manschappen, die bijna
steeds tevergeefs moeten wachten op hun soldij en
die kousen moeten breien of als lastdrager dienst
doen om niet te sterven van honger, doch dit leger
is geworden tot een eerbied afdwingende krijgsmacht,
goed georganiseerd, gedisciplineerd cn bewapend. Er
bleef den ontevredenen, naar hun meening, nog
slechts één kans en wel hulp en bijstand te zoeken
bij een vreemde mogendheid, wier steun zij zouden,
trachten te verwerven met beloften van concessies cn
andere voorrechten, indien zij cr in zouden slagen de
huidige Perzische regeering omver to werpen en een
einde te maken aan het bestuur van Reza sjah
Pachlevi, wiens krachtig beleid het oude Perzië zoo
grondig hervormde cn een nieuw cn heter tijdperk in
de Perzische geschiedenis opende, wat evenwel niet
mogelijk was, zonder dat hier en daar dc belangen
van half onafhankelijke stamhoofden en feodale
heeren ten bate van het algemeen belang deerlijk in
de klem kwamen.
Het proces, dat eindigde met dc ter dood veroor*
deeling van acht invloedrijke Bachtyaren, is in ver
band met het landsbelang niet openbaar gevoerd en
niet alles is er van bekend. In de stad, ook onder de
Europeanen, wordt cr over gefluisterd cn men noemt
de buitenlandsche belanghebbenden, die achter de ter
dood veroordeelden stonden en op deze wijze tracht
ten een verloren machtstelling te heroveren.
Het is niet voor dc eerste maal, gedurende do re
geering van Reza sjah Pachlevi, dat buitenlandsche
invloeden zijn positie trachtten aan te tasten, maar
vermoedelijk zal het langzamerhand wel een der
laatste malen zijn, want men zal wel loeren inzien,
dat zulke pogingen niet de minste kans op welsla
gen hebben, wat een geluk is niet alleen voor do
toekomst van Perzië, maar ook voor den vrede in
nog grooter gebieden dan het land van den sjah.
J. K. BR EDERODE.
Woning was met
blauwzuur
ontsmet.
In den nacht van Woensdag op Donder
dag heeft zich te Alkmaar een tragisch ge
val van gasvergiftiging voorgedaan, waar
bij een moeder en haar tweejarig zoontje 't
leven hebben verloren.
Wij hebben hierover een onderhoud met den com
missaris van politie gehad, die ons mededeelde, dat
Dinsdagmiddag de woning van den 65-jarigen R.
de Jager aan de Bleekerskade 101 op Rochdale door
den outsmettingsdienst van het Witte Kruis gerei
nigd moest worden met cyaan natrium, opgelost in
zwavelzuur. Dit werk nam een uur in beslag. De
bewoners hadden Dinsdag de woning tijdelijk verla
ten en mochten deze Woensdagmorgen tien uur met
goedvinden van den ontsmettingsdienst wederom
betrekken. Vader, moeder en zoontje vertoefden
Woensdag den geheelen dag in de woning. Het huis
werd schoongemaakt en de bedden gelucht. De maal
tijd werd echter gebruikt ten huize van een ge
trouwden zoon. waar men ook tijdens de ontsmet
ting vertoefd had. Tot 5 uur des namiddags werd
niets bijzonder gemerkt.
Nadien werden echter moeder cn kind on
wel en moesten zij braken. Om half negen
gingen zij naar bed in een klein kamertje,
waarin het geheele gezin sliep. De vader be
gaf zich pas om één uur ter ruste. Toen hij
om vier uur wakker werd, kwam hij tot de
ontstellende ontdekking, dat zijn vrouw le
venloos naast hem lag. Ook het bijna twee
jarig zoontje lag levenloos in zijn bedje.
Hevig ontdaan snelde de oude man naar zijn
zoon in de Ricardostraat, waar hij ook on
wel werd.
Intusschen werden politie en G.G.D. gewaar
schuwd. De waarnemend directeur van den G.G.D..
Dr. Moolhuyzen die spoedig ter plaatse was. kon
bij moeder en kind helaas slechts den dood consta-
toeren. De vrouw, dc 45-jarige J. G. de Jong, moet
reeds omstreeks middernacht overleden zijn.
Waarschijnlijk heeft het cyaan natriumgas zich
nog in sterke mate in het beddegoed bevonden. Dit
gas maakt het ademhalen moeilijk en werkt vooral
schadelijk wanneer het verwarmd wordt Voldoen
de luchtverversohing was er in de slaapkamer
niet, daar ramen en deuren alle gesloten waren. I>e
politie en de officier van justitie. Mr. G. van der
Feen de Lille stelden een onderzoek ter plaatse in.
De lijken zijn voor gerechtelijk onderzoek in be
slag genomen en naar liet Centraal Ziekenhuis ver-
Het huls aan de Bleekerslaan, waar de vrouw
met haar kindje door gasverstikking om het
leven kwam.
voerd. De vader vertoeft nog ten huize van zijn zoon;
de man verkeert niet in levensgevaar. Dat hij eerst
om één uur naar bed is gegaan, heeft hem zeer
waarschijnlijk het leven gered. De ontsmettings
dienst van het Witte Kruis heeft reeds veel wo
ningen in Alkmaar met cyaan natrium ontsmet,
zonder schadelijke gevolgen. De vraag of de hoe
veelheid cyaan natrium in dit geval niet te groot
geweest is, zal door het gerechtelijk onderzoek moe
ten worden opgelost. De woning werd, zooals reeds
medegedeeld, met goedkeuring van den ontsmet
tingsdienst wederom betrokken.
Een onderhoud met den directeur van
den ontsmettingsdienst.
De directeur van den Ontsmettingsdienst, de heer
W. Voorthuyzen, zeide in een onderhoud, voor een
raadsel te staan. De ontsmetting is, als altijd, ge
schied door den heer Dokter, hoofdontemetter, bijge
staan door den heer Nieman. ontsmetter en zij heb
ben zich precies gehouden aan de Rijksvoorschrif
ten. Do juiste hoeveelheden cyaan-natrium cn zwa
velzuur werden verwerkt zooals zij dit nu reeds
tien jaar lang hebben gedaan.
Voordat de woning weer voor de bewoners wordt
opengesteld, wordt door den hoofdontsmetter en
dat is ook in dit geval gebeurd een chemische
proef genomen. Wijst deze aan, dat er geen gas meer
aanwezig is, dan wordt het perceel nog zestien uur
open gehouden. Het is eveneens de gewoonte, dat de
buren worden gewaarschuwd, om tijdig hun wonin
gen te kunnen verlaten. Den volgenden morgen
wordt gewoonlijk gelegenheid gegeven om de woning
opnieuw te betrekken.
De eenige mogelijkheid is, dat er ergens een zgn.
gashaardje is blijven zitten of dat er in strijd met
de voorschriften levensmiddelen door de bewo
ners in het huis zijn achtergelaten, waarvan later
wellicht gebruik is gemaakt.
Wat het droeve voorval zelve betreft, vernemen
wij nog, dat do heer De Jager niet orn één uur des
nachts naar bed gegaan is, maar, evenals zijn vrouw
en het kind, des avonds om half negen. De, familie
heeft toen een zeer onrustigen voornacht gehad. Al
len gevoelden zich onpasselijk. Pas tegen één uur
viel men in slaap. Om vier uur werd de man opnieuw
wakker doordat hij zich onwel gevoelde en toen deed
hij de vrceselijke ontdekking.
Door den trein gegrepen.
Ongeluk op het station te West woud-
De wegwerker Do Graaf werd Donderdagmorgen
door den lokaaltrcin Enkhuizcn-IIoorn gegrepen, even
nadat de trein het station Westwoud had verlaten.
Gelukkigerwijs werd de wegwerker buiten do lijn
geworpen. Toch moest hij met ernstige inwendige
kneuzingen naar het ziekenhuis te Hoorn worden
vervoerd.
De machinist heeft blijkbaar niets wan het onge
val bemerkt; de trein reed door. Ook de andere twee
wegwerkers, welke een klein stukje verder aan het
werk waren, hebben niets gezien. Door een voorbij
ganger werden zij er van op de hoogte gebracht,
waarna direct de noodige stappen werden gedaan
om het slachtoffer te helpen.
Het gevaarlijke oversteken.
Echtpaar door vrachtauto aangereden. Anto
botste daarna tegen een boom.
Donderdagavond zijn op de Loolaan te Apeldoorn
ter hoogte van den Daendelsweg, de heer en mevrouw
Foks, terwijl zij ter plaatse den weg overstaken,
door een vrachtauto van den heer Schreuder uit
Hilversum aangereden. Na de aanrijding botste de
wagen nog tegen een boom aan, die afknapte en
werd daarbij zwaar beschadigd. De bestuurder kwain
er wonder hoven wonder zonder noemenswaardig
letsel af.
De heer en mevrouw Foks werden naar het zie
kenhuis overgebracht. Mevr. F. bleek er het ergst
aan toe te zijn, zij had een gevaarlijke hoofdwonde
bekomen. De heer F. kon na verbonden te zijn weer
huiswaarts keeren.
i
Jongeman door trein gegrepen en gedood.
Vrijdagnacht is eenige meters ten Zuiden van den
overweg Boekenrode te Heemstede op de spoorlijn
het lijk gevonden van een jongeman, die blijkbaar
door 'n passeerenden trein was overreden en gedood.
Uit de op hem gevonden papieren bleek, dat het
slachtoffer een 21-jarige Amsterdammer was. Een
heerenrijwiel lag op eenige meters afstand van het
ontzielde lichaam. De plek van het ongeluk is gele
gen op de lijn Heemstede-Aerdenhout.
Twintig arbeiders verbrand.
In een loods, waarin ze sliepen.
Moekden: Nabij de stad Yingkau brak brand
uit in een barak, waarin 45 bij wegenaanleg werk
zame arbeiders sliepen. Twintig hunner vonden den
dood in dc vlammen. De overigen konden p»ered
worden. Verscheidene der geredden hadden zware
brandwonden opgeloopen.
Meening van een deskundige.
Waar in Amsterdam ook met cyaangas gewerkt
wordt, heeft de „Tel." aan deg directeur van den
G.G.D., den heer L. Hcijermans, nadere inlichtingen
gevraagd.
Deze deelde mede, dat daar ter stede het cyaan
gas alleen op fabrieken of schepen wordt aangewend,
maar nooit in bewoonde perccelcn. Het gevaarlijke
gas heeft zich in bovenstaand geval vermoedelijk in
de matras geconcentreerd, cn is er door dc warmte
uitgekomen. Men zou zulk oen matras uren moeten
uitkloppen, of met reactie-papiertjes moeten nagaan,
of er nog gas in was. Ook kan men met oen va-
cuum-oven het gas er uitzuigen.
Het aanwenden van cyaangas in bewoonde pcrcee-
len is gevaarlijk en vcreischt vele voorzorgen. Men
zoekt thans naar een onder, niet gevaarlijk gas.