•!e •Iroote ergissing Gemeenteraad Winkel. Afscheid Burgemeester Koster. HONIG's BOUILLONBLOKJES - 6 voor 10 cent - voor Ragout Vergadering van den Raad op Donderdag 27 De cember I!XH. des middags 2 uur. Voorzitter do heer D. Brugman, loco-burgemeester, secretaris de heer A. de Ridder. Afwezig is de heer Kamp wegens ongesteldheid. De Voorzitter opent deze laatste openbare vergade ring die dit jaar gehouden wordt, een zeer belang rijke vergadering, omdat aan de orde zal worden ge steld het officieelc afscheid van Burgemeester Koster. De notulen worden onder dankzegging aan den secretaris vastgesteld. Bij de mededeelingen wordt verstrekt een lijst van uitbetaalde looncn in werkverschaffing. Rij het opmaken der agenda stonden als geplaatst bekend bij do werkverschaffing 33 personen, als niet in de werkverschaffing geplaatst ingeschreven 26 personen, waarvan 21 georganiseerden en 5 ongoor- faniscerden. >o kosten der werkverschaffing bedroegen f 10.511.37, waarvan voor rekening der gemeente zal komen 16201.71. Aan steun word in 1031 uitgekeerd f224324. Armenzorg vorderde een uitgaaf van f 10.000. Aan ziekenzorg werd uitgegeven f 1.000.72. In verhand niet een circulaire van den Minister van Sociale Zaken, werd in «Ie week van 16—22 Dec. aan keretgave uitgekeerd f 40.37. De heer Haven inerkt op, dat de kosten van do werkverschaffing voor de gemeente zoo groot zijn. Uit vroegere mededeelingen had spr. begrepen dat do bijdrage voor de gemeente zou bedragen de meer kosten van productief werk in vrije bedrijf. De Secretaris licht toe, dat voor noodzakelijke kostpn eerst 15 worden afgetrokken en dat van do overblijvende 85 als werkverschaffing het Rijk bijdraagt 41 en voor de gemeente overblijft 59 Voor volgend jaar heeft de gemeente een extra bij drage van 40 aangevraagd. In verband met de mogelijkheid om van dc Crisis- Zuivelcentrale kaas te betrekken voor 10 cent per K.G. ter verstrekking aan werkloozcn en behoeftigen, is door B. en W. 200 K.G. aangevrnagd. Ten opzichte van de plannen Inzake sportterrein en zwembassin, heeft een onderhoud plaats gehad inet het voorlooplg bestuur eener opgerichte zwomver- eeniging en met een deskundige, vertegenwoordiger van den Ned. Zwem bond. Het gevolg daarvan is, dat de aanvankelijk opgezette plannen een wijziging on dergaan, waarvan de financieele gevolgen nog niet bekend zijn. Inmiddels heeft de Gymnastiekvereniging „Spar- 1a" zich onder bepaalde voorwaarden bereid ver klaard een jnarlijkscho bijdrage te verleenen van f50.— per jaar. God. Staten berichten bereid te zijn een bijdrage in de looncn te verstrekken, wanneer duidelijk blijkt dat dit werk als werkverruiming zal worden uitgevoerd. Ter voorziening in het geven van onderwijs in het vak wiskunde, na de op wachtgeldstelling van den heer C. de Wit, onderwijzer aan do School voor Uit gebreid Lager Onderwijs, worden onderhandelingen gevoerd. Ten opzichte van het uitstellen der aflossing van do leeningen aangegaan t«jn behoeve van do gasfabriek, gaan blijkens ingekomen schrijven de bezwaren van Ged. Staten niet tegen dit uitstel, doch daarnaast wenschen zij de rente dier leeningen verlangd te zien, zoo noodig door convertle, terwijl omtrent do jaren waarin niet afgelost zal worden, eenstemmig heid zal moeten bestaan met de gemeente Nieuwe Niedorp. Het komt B. en W. gewensc.ht voor renteverlaging to bevorderen van alle ten laste der gemeente ge sloten leeningen. Overleg wordt inmiddels gepleegd. Een mededeeling van Gedeputeerde Stoten, houden de mededeeling dat de beslissing op het raadsbesluit tot het aankoopen van grond van S. Vethman, voor verbreeding van den weg in Lutjewinkel is aange houden. Mededeeling wordt gedaan van het proces-verbaal van kasopname bij den gemeente-ontvanger op 18 December 1.1. Ingekomen stukken. Ingekomen is een verzoek van M. Geevers, N. Wijn, P. C. Peetoom-Harthoorn, H. Bijhouwer en Jb. Korff om huurverlaglng. B. en W. stellen voor dit verzoek, dat na hun ver gadering is ingekomen, te stellen in hun handen om advies. Aldus wordt besloten. Ingekomen is een verzoek van de Afd. Winkel van den N.T.B., om in de stounregeling op te willen ne men die kleine bouwers, tuinders en boeren, wier inkomen van dien aard is, dat ze onmogelijk tot het volgend seizoen kunnen rondkomen, zonder in ern stige financieele moeilijkheden te geraken. Van dezelfde afdeeling is een verzoek ingekomen om het komende jaar weder aan de meest behoef tigen kunstmest te verstrekken. B. en W. stellen voor beide verzoeken bij de be grooting te behandelen. De heer Kort vraagt wanneer die behandeling zal plaats hebben, want de tuinders hebben nu de hulp noodig. De Voorzitter weet niet wanneer de begrooting, die naar Haarlem ter beoordeeling is gezonden, terug ontvangen zal worden. B. en W. kunnen echter in de eerstvolgende vergadering met een voorstel komen los van de begroot ing. De heer Kort wijst er op, dat in Anna Paulowna do kleine tuinders in de gewone steunregeling wor den opgenomen. De Secretaris merkt op dat hier zelfs alle werk loozcn niet in de steunregeling worden opgenomen, zooals bijv. werklooze bakkers. Dc heer Van Zoonen zegt dat het schijnt dat de kleine tuinders enz. zich te Anna Paulowna als werklooze arbeiders laten inschrijven bij het Ar- bcidsbemiddelingbureau. De Secretaris zi^t, dat het gemeentebestuur moet opgeven wie de laatste patroon is geweest en wat verdiend is. Maar spr. zal nagaan wat mogelijk is. Een verzoek van Zuster Van Duijvenbode om de rijwielvergoeding op f 50 te handhaven zal bij de be grooting behandeld worden. Uit een brief van den Raad van State blijkt dat de zaak J. van Ens, in verband met de herstelling van onjuiste cijfers weer geheel opnieuw behandeld zal worden. Besloten wordt dat de zitting niet door een vertegenwoordiger van de gemeente zal worden bijgewoond. De heer Van Zoonen herinnert er aan. dnt door Van Ens een bijdrage in de vervoerkosten werd ver zocht van f62 terwijl Ged. Staten besloten dat do gemeentelijke bijdrage f80 moest zijn. Als men dis beslissing nagaat begrijpt men niet, dat de heer en die dergelijke geschillen beoordeelen. en waar een legio ambtenaren zitten, een dergelijke flater kun nen maken. De Voorzitter beaamt dat het gevolg is dat de ambtenaren van nieuw af deze zaak weer moeten be handelen. HET AFSCHEID VAN BURGEMEES TER KOSTER Bij brief van den Commissaris der Koningin in deze Provincie van 5 December j.1. is bericht, dat met ingang van 1 Januari 1935 aan den heer J. Kos ter op zijn verzoek eervol ontslag als Burgemeester is verleend. Inmiddels is van den Burgemeester zelf bericht in gekomen, waarin hij mededeelt zich met ingang van genoemden datum ontslagen acht van de functie van: Vertegenwoordiger in den Gemeenschappelijke» Vleeschkeuringsdienst; Lid en Voorzitter der Gas- commissie; Gemachtigde voor de poldervergaderin gen; Voorzitter van het Crisis-comité; Lid der schat tingscommissie; Molenmeester van den Lagelands- polder; Voorts verzoekt hij ontslagen te worden als Ambtenaar van den Burgerlijken Stand. Burgemeester en Wethouders stellen voor, voor die functies waarvoor ontslag moet worden ver leend, dit op do meest eervolle wijze te verleenen en voorts dank te betuigen voor datgene, wat door hem in allo bovengenoemde functies in het belang der gemeente is gedaan. Voorgesteld wordt voorzieningen in bovengenoem de functies voor zoover die aan den Raad zijn, aan te houden. Aldus wordt besloten. Do Voorzitter leest vervolgens het volgende schrij ven van Burgemeester Koster voor: Aan den Raad der Gemeente Winkel, Mijne Heeren, Den eersten Januari 1935 zal het oogenblik zijn aangebroken, waarop ondergeteekende zijn ambt als Burgemeester Uwer gemeente beëindigd ziet. Het middernachtelijk uur op 31 December 1934, waarin de menschheid elkaar gelukkig Nieuwjaar wenscht en met de gedachten nog eens tevens na gaat, wat in het gepasseerde jaar is geschied, is voor inij wel van zeer ingrijpende beteekenis. Dat oogenblik sluit de werkkring die mij bijzonder lief was, en welke ik met groote opgewektheid ver vulde, af, en voor mij ligt de vraag van wat nu? Mijn langdurige en ernstige ongesteldheid werd de oorzaak van mijn heengaan en ik zie in dat de raad der doktoren in dezen een goede raad geweest is. Het was in het jaar 1926, op den 16en Maart (be noemingsdatum) dat ik als Uw burgemeester optrad, komende uit de gemeente Callantsoog, waar ik ruim vijf jaren werkzaam was geweest, en waar wij, mij ne vrouw en ik te midden eener eenvoudige bevol king zeer gelukkig leefden en zeer veel hartelijk heid ondervonden. Hoe zou dat in de nieuwe woonplaats Winkel zijn? Reeds de eerste entrée, toen wij in deze ge meente met groote spontane opgewektheid ontvan gen werden, en uit deze ontvangst en het verder verloop van dezen feestdag even groote hartelijkheid sprak, stelde dit ons al dadelijk gerust. Hoe kon het dus ook anders, dan dat ik ook hier weer met ongewekthcid mijn werk begon en mijn best wilde doen d^ belangen Uwer gemeente zoo goed mogelijk te behartigen. Ik trof al dadelijk bij het begin van mijn werk een College van Wethouders, dat met gelijke lust bevngen was en op zeer te waardeoren wijze mij in alles ter zijde stond. En deden dit de wethouders dio ik allereerst aantrof, in niet mindere mate was dat het geval met hen die nader hunne plaatsen innamen, Met genoegen denk ik terug aan het wer ken met ieder hunner zonder onderscheid. Niet minder was dit hei geval met het geheele Raadscollcge. De geest toch die in de vergaderingen heerschte was steeds buitengewoon aangenaam, onder uitzondering was het hun ernst de zaken zoo goed mogelijk te behartigen onder waardeering van elkanders meening. Het leiden van de Raadsverga deringen was mij inderdaad een groot genoegen en de verslagen toonden wel zeer duidelijk hoe een drachtig er werd gewerkt. En hoe moeilijk ook langzamerhand de vraagstuk ken die aan de orde kwamen waren, steeds weer werd na ernstige behandeling een goede oplossing verkregen. In dit verhand past het mij zeker de groote werkzaamheid der weihouders te loven. De laatste tijden toch was de wisseling van voorschrif ten en wetten zeer groot, en dit gepaard aan de moeilijkheden, ontstaan door den heerschenden toe stand, cischte van hun beiden alle belangstelling. Dit alles te saam genomen doet mij hierbij wijzen op de groote werkzaamheid van onzen Secretaris, den heer De Ridder, die in ons viertal gerust ge noemd mag worden een groote kracht De arbeid ter secretarie ontstaan uit dc vele nieuwe en gewichtige vraagstukken tengevolge van den crisis, waren ge woonweg enorm. Hulde dan ook aan dezen noesten werker, die op zoo uitnemende wijze ons College ter zijde stond. Wij boden Uwen Raad, het is U allen goed bekend, onze uitgewerkte plannen voor elke vergadering breed uitgewerkt aan, en ik twijfel dan ook niet of deze wijze van behandeling had mede grooten in vloed op dc verdere uitwerking der door ons Collego aangeboden voorstellen op den gehcclen Raad. Vele zaken zijn in het tijdsverloop dal ik Uw Bur gemeester was, afgewerkt. Zeer belangrijke en moei lijke vraagstukken kwamen in dien tijd voor en is het mij een genoegen enkele zeer belangrijke geval len nog eens in herinnering te brengen. Het toenemende verkeer eischte een krachtiger on derhoud der wegen en alhoewel daaraan zooveel mo gelijk werd voldaan, bracht toch do overdracht dor hoofdwegen aan het Hoogheemraadschap Noordhol lands Noorderkwartier een prachtige oplossing, waar mede heel de gemeente, het eens was. Hot leggen van een geheel nieuw trottoir door het dorp en de gelijktijdige verbetering van verschillen de hoeken en bochten; De aanbouw van nieuwe lokalen aan de beide schoolgebouwen De bouw van twee geheel volgens de eischen van den tijd ingerichte gymnastiekgebouwen, nl. te Win kel en te Lutjewinkel; De verhouw van het huis voor ouden van dagen benevens de moderne inrichting ervan; Do komst der electricitcit in de gemeente, met het gevolg van gevoerde actie, dat vrijwel de geheele gemeente daarvan kon profiteeren; De aansluiting door finantieele medewerking der gemeente van zeer veel onrendabele gedeelten der gemeente aan het waterleidingnet; kortom tal van grooterc en kleinere verbeteringen ontstonden. Intusschen had door de drooglegging van de Zui derzee eene tijdelijke wijziging van de gemeente grenzen plaats. Do Strijd tegen de werkloosheid, welke eenigszins verlicht werd door de arbeid in hot zoojuist genoem de drooggelegde gebied, doch aan welken arbeid naar mijne meening veel te veel moe-t worden be taald door de gemeenten, die hunne arbeiders er heen zonden, was zeer zeker en is dat nog wel een van de moeilijkste problemen. Verder noem ik: De verbeteringen aangebracht door het Hoog heemraadschap, door de verlaging der opritten in den Westfrieschen dijk zoowel voor het dorp Win kel als aan den Boerensluis, benevens het verbeteren van verschillende bochten in genoemden dijk, waar aan in sommige gevallen dc gemeente, haar finan- tieelen steun verleende; Het verdwijnen van den Stoomtram Wognum Schagcn met gevolg van.de terugstorting van een vrij groot bedrag in de gemeentekas; Dc voorbereidende plannen der kanalisatie waar toe door de gemeente eene jarenlange vrij belangrij ke subsidie is toegezegd geworden; Subsidieering van het Centraal Ziekenhuis te Alk maar; kortom een reeks van zeer belangrijke gebeur tenissen waarin de gemeente in vele gevallen ge heel en in andere gevallen toch gedeellelijk betrok ken is geweest en nog is. In de gemeente heerschte een opgewekt verceni- gingsleven, dat zeer vele menschen nader tot elkaar bracht en een hoogst gunstigen invloed op de alge- meenc ontwikkeling ten gevolge had. Het onderwijs werd op zeer prijzenswaardige wijze gediend onder de leiding van den heer B. Span te Winkel en den heer K. Mulder te Lutjewinkel, welke beiden op lof waardige wijze werden gesteund door hun mede aan de school verbonden personeel. Het U.L.O.-onderwijs is in een krachtige hand en bereikte zelfs het belangrijke resultaat, dat van de tien aan het examen deelnemende leerlingen er ne gen slaagden. Hulde hiervoor aan de Directie en zijn staf. Aan het geheele personeel der scholen breng ik volgaarne mijn hulde. Het gemeentepersoneel zonder onderscheid werkte op voor mij aangename wijze en verdient daarvoor dan ook mijn welgemeenden dank. Nadat ik nog speciaal mijn dank betuig aan het personeel der gemeentesecretarie, «lat met den heer de Ridder op zoo flinke wijze en zeer tot mijn ge noegen werkzaam was, kom ik tot de beëindiging van dit verhaal. Vergaderingen van den Raad en de aanwezigheid van den vertegenwoordiger der Schager Courant gin gen altijd samen. De verslagen welke de verslagge ver den Burgerij verstrekte waren altijd buitenge woon correct en juist. Als Burgemeester geef ik de verzekering dat ik de aanwezigheid van den verslag gever op hoogen prijs stelde en wil ik dan ook do Redactie hartelijk dank zeggen voor dc groote dien sten, die zij met haar arbeid aan de gemeentenaren heeft bewezen. En hiermede neem ik afscheid van U met de hes- te wenschen voor Uwe gemeente, die mij en mijne eclitgenoote zeer lief was en blijven zal. Van harte hopen wij, da tde zoo zwaar drukkende toestand tengevolge van den crisis zoodra mogelijk haar keerpunt zal bereiken, opdat de gemeente Win kel naast, alle anderen weer komen moge tot don welstand van voorheen. Aan Winkel's burgerij betuig ik mode namens mijne vrouw onzen hartelijken dank voor de vele medewerking en vriendschap, die wij van hun moch ten ondervinden. Het ga U allen en Uw fraaie gemeente wel. Met betuiging mijner hoogachting, Uw Burgemeester, J. Koster. BENNEKOM, December 1934. Dankbaarheid en waardeering. De Voorzitter zegt. er straks al op te hebben gewe zen dat deze vergadering een zeer belangrijke verga dering zou zijn, in verband met het afscheid van Burgemeester Koster. Inderdaad is dit. gebeuren voor Burgemeester Kos ter van zeer ingrijpenden aard en wordt er voor hem een werkkring afgesloten, die hij met groote. opge wektheid vervulde. Het doet ons leed dat dc langdurige en ernstige ongesteldheid oorzaak is van zijn heengaan als Bur gemeester. Hij heeft zoo lang mogelijk getracht zijn ambt waar te nemen, docli zijn ziekte liet dit niet langer toe. Gelukkig bleef zijn geest steeds gezond en Burgemeester Koster was nog altijd bezield met een onverwoestbaar optimisme. In zijn afscheidsbrief brengt de Burgemeester en kele belangrijke zaken naar voren, zaken die inder daad van groote beteekenis voor de gemeente zijn geweest. En spr. wijst er op dat voor en aleer die zaken tot stand kwamen, vele voorbereidende werk zaamheden reeds waren verricht. Talrijk bijv. waren de conferenties die plaats vonden voor dat het on derhoud der wegen aan het Hoogheemraadschap overging. Spr. kan zich levendig indenken dat Bur» door JOAN SUTHERLAND. 35. ..Best," zei Suzanne en ging naar beneden, meer verbaasd én verwonderd, dan ze zelf wel besefte. Natuurlijk kreeg men wel eens een zovenmaandsch kindje, zooals Marilyn had gezegd, maar do ver pleegster zou er toch zeker niet op hebben gerekend, nu al te moeten komen. Maar daarin vergiste zo zich, want een frissche Jonge stem antwoordde haar, «lat Nurse Downcs zou zorgen, dat zo klaar stond, als de auto kwam. De dokter, was uit maar kon elk oogenblik thuis komen cn dan zou men de bood schap doorgeven. Suzanne liet de boodschappen over brengen aan Marilyn cn belde Lionels kliniek op. Ja. Dr. Moroton was er. Zijn vrouw was niet erg in orde. Of hij zoo gauw hij maar kon, thuis wilde komen. Best, men zou het hem zeggen. En met dat bericht ging Suzanne terug naar Marilyn en deed haar best haar wat op te vroolijketi, tot dc zuster, wier opgewekt gezicht geheel in overeenstemming was met haar opgewekte stem, arriveerde. Zo sprak Marilyn even alleen en kwam toen be neden, bij Suzanne. „Alles is in orde met haar. Miss Lanler," zei ze opgeruimd. „We behoeven den dokter voorloopig nog niet lastig te vallen. Ik heb Mevrouw Moreton over gehaald beneden thee te komen drinken. Ze behoeft zich nergen ongerust over te maken en hoe langer ze in beweging blijft, hoe beter." Suzanne knikte. „Natuurlijk ben ik ongenist. Het ia toch altijd min «»f meer gevaarlijk voor den tijd, is 't niet? Denkt u dat alles goed zal gaan?" „Voor dan tijd f Maar mevrouw Moreton ach ja. natuurlijk... Maar it moet u maar niet ongerust maken. Ze is zoo gezond, dat er geen enkele reilen is. bijzondere moeilijkheden te verwachten. Nu, ik ga haar even halen." FEUILLETON De theetafel stond klaar op het grasveld, vlakbij het huis, in de schaduw van een grooten kersenboom en het was er heerlijk zitten. De mooie, oude tuin met zijn mospaadjes, waarlangs hagepalmpjes groei den, de glooiende weide en het roggeveld, het strook je boschland, waartusschen de enkele huizen, maar een stuk of twaalf van het moderne Oak- thorpe lagen en dan daarachter de lijn van den At- lantischen Oceaan, glinsterend in de zonneschijn. Hier, hoogerop, woei een lekker briesje, de vogeltjes zongen de bloemen geurden en Suzanne zotte haar tanden op elkaar en begon tot Marilyn kwam op echte schooljongensmanier te fluiten om haar ge dachten af te leiden van alles, wat toch nooit zou kunnen zijn. Marilyn kwam bij de theetafel zitten en werd overgehaald wat te gebruiken en de zuster den tuin eens te laten zien. Ze was net weg toen Lionel thuis kwam en Suzanne in den voortuin aan het bloemen plukken vond. „Heb Je om me gestuurd?" vroeg hij kort, bij wij ze van groet. „Hoe ts het met Marilyn?" Suzanne keek op van het .perk, waarover ze juist gebogen stond. „Dc zuster is er, en de dokter zegt, dat hij niet terug behoeft te komen voor na den eten. Marilyn lic tme je opbellen. Ze is nu met de zuster in den boomgaard.' „Dank je. Ik zal naar haar toegaan." Hij koerde zich op zijn hielen om en Suzanne nam haar bloemen bijeen «*n ging er mee naar binnen, om ze in vazen te schikken. Toen ze daarmee klaar was, liet ze bij Dawes de boodschap achter, dat ze, nu mijnheer Moreton thuis was, maar weer ging en liep vlug den tuin door, bang, dat ze terug geroepen zou worden. Zo kwam nog net op tijd thuis om zich voor het diner te kleeden en haar moeder uit tc leg gen. waarom ze er ni°t geweest was. Alicla fronste de wenkbrauwen. „Nu? Wat lastig? Ik zal toch wel kunnen wach ten tot na het diner, met er heen te gaan?" „Dat zou ik wel denken," antwoordde Suzanne droogjes. Alicias kinderen waren nooit gewend ge weest haar in tijden van ziekte en moeilijkheden om en bij zich te hebben. „Ze leken me heel tevre den met den stand van zaken." „Goed dan. Ik zal Lionel even opbellen. Je moest maar niets tegen David zeggen. Hij is hier en mis schien zou hij dan overstuur raken." Maar die wensch van haar zou niet vervuld wor den, want David, op weg naar de badkamer, na een flinke partij tennis, kwam er net aan en had die laatste woorden gehoord. „Wat is er? Waardoor zou ik overstuur raken?" Alicia slaakte een ongeduldigen uitroep, maar ze moest het nu wel vertellen. En hoewel hij het nieuws blijkbaar zeer onverschillig opnam, merkte Suzan ne toch wel aan zijn oogen, dat hij meer ontroerd was dan hij zijn moeder wilde laten merken. Hij sprak dien avond weinig, maar tegen tienen kwam hij bU Suzanne, die juist aan het bridgetafeltjo had weten te ontsnappen. „Er is een telefoontje gekomen", zei hij fluiste rend. „Moreton vraagt of je komen wilt Marilyn blijft maar om je zeuren. Ik zal je even brengen met de auto." *JÜ?" „Ja. Dacht je, dat het me nu nog schelen kon, wat hij zegt? Haast je een beetje, Suzanne!" De auto reed voor het huis en toen ze de hall binnenkwamen, kwam Lionel uit de huiskamer en voor het eerst na dien avond in Parijs stonden de mannen tegeno\er elkaar. David sprak het eerst. „Hoe is het met haar?" Lionel verdroeg zijn woedende blik heel koeltjes, maar zijn gelaat stond hard en hij was heel bleek. „Alles verloopt naar wensch. Ik verwachtte niet jou hier te zien." „Dacht je, dat je me weg kon houden?" antwoord- do David. „Dacht je, dat je, omdat je haar van mij gestolen hebt Vlug ging Suzanne voor hem staan en duwde hem zacht terug. „David, doe nu niet zoo dwaas... je bent hier niet gekomen om te twisten." En tot Lionel. „Je zei, dat Marilyn me noodig had. Nu, Ik ben er zooals je ziet." Moreton boog ironisch beleefd. „Als David twisten wil, ben ik tot zijn orders," zei hij met een flauw glimlachje, „maar ik ben het met je eens, dat het er nu feitelijk tijd noch plaats voor is. Ja, Marilyn heeft jo noodig. Ze is boven.n Hij wilde nog wat zeggen, toen een lange snerpen de kreet hem deed zwijgen. Boven werd er ergens vlug een deur dicht gedaan. David hield van schrik zijn adem in en wendde zich tot Moreton. „Je hebt gelijk,' zei hij heesch. „Maar vertel me in Godsnaam de waarheid. Is er gevaar? Ja? Man, zeg de waarheid!" Zijn vervallen gelaat, de angst die uit zijn oogen sprak, ontroerden Moreton diep. Hij vergat alles behalve de tragedie, die zich thans afspeelde en legde zijn hand op David's arm. „Niet meer dan iedere andere moeder", zei hij. „Dc dokter beweert, dat alles goed gaat. Wil je hem spreken en het hem zelf vragen?" David schrok en Suzanne keek verbaasd van den eèn naar den ander. Want nu sprak weer de oude Lionel, de man, wien ze haar kinderhartje had ge schonken jaren geleden op Brillioc de man, voor wien ze haar hart had uitgestort, die haar moed en hoop en geloof had hergeven, toen die haar alle drie dreig«len te ontzinken, dc man, van wien ze gedaehth ad, dat hij haar lief had; en de wilde woede verdween uit Davids gelaat, om plaats te ma ken voor een doodsangst, die hij niet trachtte te verbergen. „Wat zou het helpen?" zei hij heesch. „Ze moet er toch doorheen." Lionel nam hem bij den arm, ging met hem de huiskamer binnen, schonk een straffe whisky-soda en overhandigde die hem. „Drink uit", beval hij. „Ik beloof je, dat je alles zult weten, wat ik zelf weet. maar voorloopig valt er kan er nog niets worden gezegd. Den eersten keer duurt het altijd zoo lang." De jongeman nam het glas, dronk het achter el kaar leeg, trok zijn schouders naar achteren en zag zijn vriend aan. Maar Lionel had zich afgewend en staarde nu in den donkeren tuin naar de kalme blauwe oceaan. De maan wierp Juist een breede, gouden streep over het water en naarmate de tijd verliep zou dat goud ovenloeien in zilver. Eensklaps werd de stilte verbroken door een gil boven. Een gil. die gesmoord als het geluid was, toch wreed duidelijk doordrong tot de drie wachtende menschen heneden. David smoorde een kreet en greep zich vast aan de leuning van zijn stoel. Suzanne trad op hem toe, legde haar hand op zijn arm en sprak zoo kalm ze vermocht. Maar die onverwachte, door geen con venties te smoren gil had haar evenwichtigheid wel verstoord. ..David we kunnen later wel weer terugkomen," zei ze. „Laten we nu niet blijven. We we hooren hier nu niet." Rij het raam maakte T.'onpl een gebaar, als wild" •hij hen tegenhouden, maar hij bedacht zich en Dav»d ging gehoorzaam, maar zwaaiend als een blinde man, mee naar buiten.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1934 | | pagina 14