Het bij Gotland gestrande smokkelschip.
„DE ZAKENLIEDEN MOETEN HELPEN."
EEN FANTAST.
Ingezonden stukken.
Exploitatie van
Radio-Centrales.
Auto-ongeval.
Veevoeding m 't algemeen.
SPORT.
Bijeenkomst Landarbeiders.
De opvarenden van de Mila voor de
rechtbank te Stockholm.
Men meldt uit Stockholm aan de N.R.Ct.:
De Tweede Kamer van de rechtbank alhier
heeft Woensdagmiddag voor de eersto maal
de zaak behandeld van de opvarenden van
het den zesden Januari aan de Zuidpunt
van Gotland gestrande stoomschip Mila, dat
zooals bekend onder Nederlandsche vlag voer
en twee Nederlanders, den kapitein Teunis
W. en den eersten machinist Arend B. aan
boord had. Deze twee Nederlanders, elf Est-
landers en twee Zweden wordt ongeoorloof
de invoer van ruim 56000 liter alcohol ten
laste gelegd.
Eenige honderden personen, waaronder zich naar
het schijnt verscheidene dranksmokkelaars bevonden
stonden bij de rechtszaal te wachten, maar daar het
aantal verdachten zoo groot was en er bij de ambte
naren van de douane en de drankpoütie ook veel
belangstelling voor deze zaak bestond, kon slechts
een klein aantal belangstellenden worden toegelaten.
Do kapitein van de Mila, de Nederlander T. W.,
was niet aanwezig, daar hij voor de verzorging van
zijn bij de stranding opgcloopen wonden in een zie
kenhuis verpleegd wordt. De 44-jarige machinist
Arend B., die nogal hilariteit verwekte toen hij mee
deelde op den Atlantischcn Oceaan geboren te zijn,
vertelde, dat hij door bemiddeling van het Neder
landsche consulaat te Dantzig in 't midden van Oc-
tober 1934 als eerste machinist op de Mila aange
monsterd was. Hij had geweten, dat er sterken drank
geladen werd, maar wist niet, waarheen de reis
zou gaan. Na een langdurig verhoor van de andere
beklaagden, waaronder enkele beruchte Zweedsche
dranksmokkelaars, is de verdere behandeling van
deze zaak tot do volgende week uitgesteld.
Het onderzoek van do drankpoütie heeft o.a. aan
liet licht gebracht, dat de Mila de laatste maanden
van het vorige jaar vijf reizen op de Oostzee heeft
genmakt met telkenmale ongeveer 60.000 liter smok-
kelarank aan boord. De Mila zou eigendom zijn van
een Estlander en twee Duitschers. Bij het verhoor
van de politie heeft kapitein W. o.a. meegedeeld, dat
hij tevoren drie reizen met de Mila had gemaakt.
Toen het schip bij Gotland strandde, had de Estlan-
sche stuurman te wacht. De stranding zou aan fou
tief navigeeren te wijten zijn.
De laatste dagen heeft de drankpoütie in samen
werking met veldwachters nasporingen verricht naar
verschillende dranksmokkelaars, die bij de smokke
larij van de Mila betrokken moeten zijn.
Volgens de bladen worden de nasporingen in den
scheren-archipel in hooge mato bemoeilijkt door dat
de bediening van enkele telefoonstations onbetrouw
baar zou zijn en de smokkelaars zou waarschuwen.
EN NIET ALTIJD WACHTEN OP DADEN DER
REGEERING. REDEVOERING VAN
MACDONALD.
MacDonald heeft een redevoering uitgesproken in
Newcastle, waar hij, sprekende over de moeilijke tij
den, die Newcastle had doorgemaakt, zeide, dat er
thansweer eenige aanmoediging te vinden was in
de vooruitzichten. Men is nog niet door de moeilijk
heden heen en dit zal ook niet het geval zijn voordat
de internationale toestand opgehelderd is. De Brit-
sche regeering heeft onophoudelijk gewerkt en rustig,
teneinde in het buitenland in Europa de zaden uit te
zaaien van wcderzijdsch vertrouwen tusschen de vol
ken. Voor zoover de tegenwoordige moeilijkheden op
dat terrein een zakenprobleem vormen, zal dit niet
bevredigend worden opgelost voor men de moeilijk
heden heeft overwonnen van de internationale valuta
Het is een kwestie van wisselkoers en handelspoli
tiek en men heeft zich zelf moeten beschermen in
toestanden, die voor het grootste deel opgedwongen
waren. Do regeering kan haar cssentieele industrieën
niet opofferen om tegenover een onbeschermdemarkt
te komen staan. Spr. betreurde zeer diep, dat in dit
opzicht andere landen niot de gelegenheid hadden
aangegrepen, die hun geboden was op de economi
sche conferentie teneinde een regeling tot weder
zij dsch voordeel te bereiken.
Ht is treurig te moeten erkennen, dat productie al
leen van geen waarde was en dat alleen wanneer de
produceerende krachten in effectief contact gebracht
werden met de consumeerende krachten de handel
aan het rollen gaat en de volkeren tot bloei komen
Het is de taak der zakenlieden te helpen en niet
altijd te wachten op daden van de regeering. Alleen
voor zoover het land samenwerkt met de regeering
kunnen haar beste pogingen succes afwerpen.
Van een Engelsche dame, die in spiritisme
geloofde en door een Jongeman om den
tnin geleid werd.
De rechter te Brighton in Engeland heeft een jon
geman van 23 tot een jaar dwangarbeid veroordeeld
wegens oplichting van een oude, om haar milddadig
heid bekend geworden dame voor een bedrag van
ruim 700. Hij verkreeg toegang door zich voor te
doen als spiritist, waarna hij een plan ontvouwde om
Hitier en Mussoüni voor deze geestesrichting te in
teresseeren, waarvoor hij dan naar Berlijn en Rome
moest. De oude dame verstrekte hem 250 pond, die
hij in een goede week te Londen opmaakte in een
leventje van vrooüjke Frans. Toen kwam hij terug
en vertelde dat hij geslaagd was, maar dat beide
staatslieden in verband met den gespannen poütieken
toestand nog niet openlijk van hun sympathie blijk
konden geven, maar dat de Engelsche regeering hem
alvast beloond had door hem tot ridder te benoemen
Voor een passend rostuum en verdere requisieten
verstrekte de oude dame hem nogmaals £150 en toen
deze denzelfden weg waren opgegaan, kwam hij terug
en vertelde hij, dat hij op 's Konlngs verjaardag tot
Lord gecreëerd zou worden, maar dan een staatsie
kleed noodig had om in het Hoogerhuis te kunnen
zitting nemen.
Dit was het laatste wat er nog als zoete koek
in ging en den ondernemenden jongeling nogmaals
800 pond opleverde. Toen do geldgeefster zijn naam
echter niet op de lijst der verjaardags'-ondorscheidin-
gen aantrof, kreeg zii argwaan, sprak er met een^be-
vriend dokter over, die den toeleg natuurlijk onmid
dellijk doorzien had en aangifte deed.
De jongeman bekende gister volmondig en voerde
als een excuus aan dat de oude dame het hem zoo
buitengewoon gemakkelijk had gemaakt. De rechter
nam dit argument bij zijn vonnis in aanmerking en
zeide dat hij met één jaar wilde volstaan, waar hij
cr drie had kunnen geven om den jongen nog een
kans te geven
Door het ingezonden stuk van den heer J. Wil-
lemse in dit blad van 14 Januari, zal ik mij niet op
zijpaden later verleiden; slechts zal ik trachten nog
eens precies uiteen te zetten, waar het om gaat.
Allereerst moge geëlimineerd worden het misver
stand als zou het tegen een of andere Centralehou
der persoonlijk gaan. In bet uiteraard korte verslag
van mijn betoog op de vergadering van 10 Januari in
dit blad lezen we ook uitdrukkelijk: „Spr. wil niet
persoonlijk zijn, het geldt hier de (Centrale-)houders
in het algemeen."
De heer Willemse schrijft: „Er bestaat tussen de
Omroepverenigingen en de B.E.R.C. een zuiver juri
disch wetenschappelijk verschil van mening over het
al of niet bestaan van een recht tot betaling van een
vergoeding aan de Omroepverenigingen". Onwillekeu
rig denken wc we bij deze bekende klanken aan de
uitlating van een algemeen geacht staatsman, die
meende „maling aan de juristerij" te moeten hebben.
De juristen zijn het in deze niet eens, de geachte in
zender wijst er zelf op, en Mr. Witteman ei Mr. Hel-
lema laten een heel verschillend geluid horen. Waar
men het echter wel over eens kan zijn en het
zal ook den lieer Willemse bekend zijn, dat dit met
een belangrijke stroming in de B.E.R.C. het geval is
dat is, dat er momenteel een schfeve verhouding
bestaat tussen de radio-distributie en de Omroep.
Men kan met zijn klompen voelen, dat het te gek
is, dat, wat door de Omroepverenigingen ten koste
Van honderdduizenden guldens in de aether wordt
gebracht, eenvoudig zonder meer door de Radio-cen
trales verder aan de klanten (abonnees) tegen een
behoorlijke betaling wordt gedistribueerd. Zo den
kon juristen van naam er over, zo denkt b.v. de
Uninon Internationale de Radiodiffusion. De ook door
ons hooggeschatte en door den heer Willemse geci
teerde Prof. Gerbrandy schrijft t.a.p. :n zijn boek
„Het vraagstuk van de Radio-Omroep": „Er bestaat
aanwijsbaar een zeker ongecontroleerd instinctief
besef, dat toch eigenlijk de exploitant der radio-
centrale zich verrijkt ten koste der programma-
verzorgende omroepvereniging".
Mr. Dr. Enserinck zeide in zijn rede, op 17 Juni
1934 voor de K.R.O.-microfoon gehouden: „Een be
vredigende oplossing voor de vaststelling van een
vergoeding, welke de cent ral eb ouders billijkerwijs
hebben te betalen aan de omroepverenigingen, die
hen toch van de benodigde disfributiestof voorzien,
is tot op heden niet tot stand gekomen". En verder:
doch het blijft een weinig bevrediging schen
kende toestand, dat de radio-distribuanten door het
commercieel aanwenden van de omroensfof van an
deren winsten, soms zelfs zeer grote winsten maken,
zonder tot een tegenprestatie hoegenaamd verplicht
te zijn."
Er mag laten wij hopen ook bij de centrale-
houders van een communis opinio gesproken
worden over de wenselijkheid een hillijke verhou
ding tussen de Distributie en de Omroep tot stand
te brengen. Ook Prof. Gerbrandy staat op dit stand
punt Bij de laatste radio-debatten in de Tweede
Kamer kwam ook deze mening algemeen tot uiting.
Laat ons nog één citaat geven tut bovenbedoelde
radio-rede van Mr. Dr. Enserinck: „Omroepvereni
gingen en Radio-distribuanten hebben ieder on hun
gebied in het Nederlands omroeo-organisme een
taak te vervullen; met het toespitsen van mogelijke
onderlinge belangentegenstellingen wordt. niets
eoeds bereikt, slechts door samenwerking zijn. ook
op dit. gebied, deugdelijke resultaten te verkrijgen.
Een ieder blijve daarbij op eigen terrein: de radio-
centrales als tethnisch verbrcidingsmiddel, de om
roepverenigingen, ook als de aetherweg geheel in
de toekomst verlaten mocht worden, als cultureel
verzorger der uitzendingen. Mochten heide groot
heden elkaar niet vinden, dan zal het zou de
eerste keer niet zijn langs administratief-rechter-
de OMGEVING
ANNA PAULOWNA
VAN EWIJCKSLUIS.
Woensdagavond omstreeks tien uur had bij de
verkeersbrug over het Balgzandkanaal oen auto-on
geluk plaats, dat ernstige gevolgen had kunnen heb
ben. Een tweetal families, één uit Breezand en één
uit Oudcsluis, werd door een chauffeur der garage
Renso Nanninga te Aduard (Gijpningen) per auto
thuisgebracht. Toen de verkeersbrug bijna gepas-
soerd was, raakte de wagen uit het stuur en liep
daarbij tegen en op het trottoir ter linkerzijde van
den weg. Op dit trottoir werd nog eenige meters
voortgereden en juist toen de wagen het trottoir weer
zou verlaten, kwam het achtergedeelte met een zwaai
tegen den bok van den afsluitboom terecht, waar
door het geheele onderstel uit elkaar werd gerukt
en de versnellingsbak er bij neer kwam te hangen.
Toch liep de auto vandaar nog. 18 meter door, eer
hij dwars op den straatweg tot stilstand kon worden
gebracht. Wel een bewijs dat zeer hard moet zijn ge
reden.
De inzittenden (behalve de chauffeur nog vier vol
wassen personen en vier kinderen) kwamen er won
der boven wonder goed af. Slechts één der mannen
kreeg een bloedneus, terwijl één der vrouwen, die
door den schok het hoofd had geslooten, over hoofd
pijn klaagde.
De chauffeur gaf voor, dat de wagen was geslipt,
doch hiervan was Donderdagmorgen aan de sporen
niets waar te nemen. Integendeel wezen deze er op,
dat van een der wielen een band gesprongen moet
zijn en dit de oorzaak van het ongeval is geweest.
Vermelding verdient nog, dat deze families door
een auto van de garage M. Broers te Breezand zou
den zijn opgehaald, doch dat deze auto op weg daar
heen is aangereden en ernstig beschadigd. Inplaats
daarvan werd nu de terugtocht met de.hier veronge
lukte auto gemaakt,
BREEZAND.
Uitgenoodigd door de Coop. Land- en Tuinbouw-
aankoopvereeniging te Breezand, welke hiertoe sa
menwerking had gezocht on verkregen met de afd.
Anna Paulowna, van de Holl. Mij. van Landbouw,
waren Woensdagavond in het lokaal van den heer
Jb. Borst een aantal belanghebbenden bij den Vee-
üjke weg de nodige samenwerking wel verplicht
gesteld worden.
Laat mij, om tegenstellingen niet verder toe te
spitsen, het hierbij laten, zonder mij te verdiepen
in andere mogelijkheden. Mijn betoog op de verga
dering van 10 Januari j.L had een voor ingewij
den zeer begrijpelijke reden en doel. Thans, nu
een nieuw element schijnt te komen in de door mij
aangeroerde belangrijke kwestie, lijkt mij verdere
polemiek in de pers voorshands ongewenst. Op het
stukje van den heer N. Kossen, dat mij zoo juist
bereikt, zal ik daarom niet ingaan.
F. A. HOF.
Hilversum, 16 Januari 1935.
Wieringen, Jan. 1935.
Mijnheer de Redacteur,
In zou gaarne in uw veelgelezen blad onderstaande
willen plaatsen; bij voorbaat mijn dank.
Een volgende keer beter.
In het verslag van 9 Januari 1935, in uw courant is
niet alles geheel juist gegeven.
Mijn eerste opmerking was dat het niet juist was
met de toeslag van f 2.56 per 100 liter melk of 80 ct.
por kilo vet. Het bleek ook uit mijn tweede betoog
dat de heer Huisman het met mij eens was, dat wij
niet op f 2.56 konden rekenen, want daar gaat af
de schuld aan C.Z. Centrale. Ik heb dat naar voren
gehaald omdat wij daar niet op rekenen moeten,
waartegenover staat dat de graanbouw geweldig veel
hooger wordt gesteund en dat wij daar ernstig tegen
dienden te protesteeren. Verder heb ik het niet ge
heel over de rijke boeren gehad, want dat was de
tweede spreker, de heer J. Lont, en die kreeg daar
nog een terechtwijzing van den voorzitter over, dat
hij zich diende te houden aan uiteenzetting van den
inleider.
Verder heb ik het niet gehad over inkrimpen van
de varkenshouderij; of daar nog onderscheid werd
gemaakt tusschen gras en graanboer. Dit was de
heer D. Veerdig. Ook is uw verslaggever er geheel
naast wat de* heer J. Veerdig heeft gezegd, want
wat daarvan in dit verslag staat, was de heer Jac.
Lont, polder Waard-Nieuwland.
Dan neemt de voorzitter het woord en hij gaf
eerst een terechtwijzing aan den heer J. Lont; zoo
ging hij zichzelf te buiten. Hij viel naar mijn mee
ning ten onrechte de crisisorganisatie fe Alkmaar
aan. Ik heb dit ook naar voren gebracht en geef
daarvan de schuld aan onze eigen afdeeüng. En er
staat ook niet in het verslag dat de heer Huisman
dit niet geloofde, dat het in Alkmaar zoo'n janboel
was. En de voorzitter sprak dan namens het bestuur,
maar dat lijkt mij niet geheel duidelijk, als de
tweede voorzitter gewoon in de zaal zit en niet aan
de bestuurstafel.
En ik geloof dat alle bestuursleden het met me
eens zijn, wat de voorzitter er van vertelde. Ik wil
er niet op vooruitloopen, want Ingenieur Huisman,
secretaris van het Hoofdbestuur, zal hiernaar een
onderzoek instellen. Zoo zien wij in het verslag, dat
ik het Bestuur tracht de oen op den neus te zetten.
Maar, mijnheer de verslaggever, U weet veel te
goed, hoe het gaat bij ons in het bestuur van de
Hollandsche Maatschappij van Landbouw. U weet
wel, hoe de lakens daar uitgedeeld worden. Dus dat
had ik niet van U verwacht, want als u uw hart
eens recht uitspreekt, is u dan altijd tevreden? Denk
eens aan de tentoonstellingen, wordt u dan rechvaar-
dig bediend? Ik wil daar ook niet verder op in
gaan, want u moet dat boontje nu zelf maar verder
uitdoppen.
Verder wil ik het nog even over de bestuursver
kiezingen hebben. Nu, of het daar altijd volgens het
reglement gaat, dat weet ik niet, maar toen de heer
Nan Mulder Dz. benoemd is, toen was hij heelemaal
geen lid van de Hollandsche Maatschappij van Land
bouw, afdeeüng Wieringen. Maar ik heb den voor
zitter den raad gegeven, dat' hij zijn goede leden
niet voorbij diende te gaan, en op tijd te vergaderen,
dan zou ik wel de eerste zijn op wiens medewerking
hij kon rekenen. Dus, mijnheer de verslaggever, be
licht ook de zaak in 't vervolg even van den ande
ren kant, dat is in hot belang van den landbouw.
P. VEERDIG.
Westerland, Wieringen.
teelt samengekomen, waarvoor de heer Ir. L. de
Vries, Rijks-veeteeltconsulent te Alkmaar, eene le
zing zou houden over ^Veevoeding in het algemeen".
Nadat de heer K. Daalder als voorzitter der Coop.
Aankoopvereeniging de vergadering met een kort
woord had geopend, waarin hij, naast de opgekomen
aanwezigen in het bijzonder den heer de Vries wel
kom heette, werd aan dezen het woord verleend.
De heer de Vries begon met er op te wijzen, t^oe
moeilijk het is, het vraagstuk der veevoeding in een
avond te behandelen. Bij de veevoeding dienen theo
rie en praktijk samen te gaan. Maar het is zeer moei
lijk, om menschen, die slechts gewoon lager onder
wijs hebben genoten, zoodanig over deze theorie in
te lichten, dat zij deze ook begrijpen en dus gezegd
kan worden, dat hen de noodige theoretische kennis
is bijgebracht. Spr. acht het daarom beter, meer een
korte inleiding, gevolgd door een praatavond te hou
den, dan een lange lezing. Daar ook het bestuur
zich hier mee kan vereenigen, zal spr. zich dus hier
toe bepalen.
Bij de verschillende scheikundige onderzoekingen
die op het dierlijk lichaam zijn toegepast, is bevon
den, dat de bouwstoffen hiervan vrijwel overeenko
men met die van de voedingsmiddelen, die voor den
bouw van en de productie door dat lichaam noodig
worden geacht.. Feitelijk berust de veevoeding dul
op een doelmatig omwisseüngsproces en het komt
er dus op neer, de voedingsmiddelen zoo te kiezen,
dat bouw en productie van het dierlijk lichaam op
de meest rendabele wijze wordt mogelijk gemaakt.
Deze omwisseling geschiedt door verbranding door
middel der ingeademde zuurstof.
Bij de voedingsleer nu maakt men onderscheid tus
schen organische en anorganische stoffen. Het komt
hierbij vooral aan op de organische (eiwitten, vetten,
ruwvezel en zetmeelachtige stoffen). De anorgani
sche stoffen (zouten of asschcn) achtte men vroeger
niet zoo noodzakalijk, maar het groote nut voor den
bouw van het dierlijk lichaam is later toch wel ge
bleken. Een gedeelte hiervan, dat niet verbrandt,
blijft namelijk in het lichaam achter. Van de orga
nische stoffen is eiwit stikstofhoudend, de overigen
niet. Waar ook bij een lichaam in rust geregeld ver
lies aan eiwitachtige stoffen plaats heeft, al is dat
soms minimaal, is altijd eiwit noodig. Bij produ
ceerende dieren behoort dit naar behoefte te worden
aangevuld, evenals ook de zotmeelwaarde, e.a. Voor
dit alles heeft men normen gevonden, die natuurlijk
voor elk dier afzonderlijk wel iets kunnen verschil
len, doch die toch vrij juist de behoefte der soort
weergeven. Waar het er daarbij echter op aankomt,
dat ook de onderlinge verhouding tusschen de droge
stof in het voedsel, het verteerbaar eiwit en de zet-
meelwaarde, die bij rustende en produceerende die
ren verschillend zijn, in het oog wordt gehouden
(bij een tekort aan droge stof is bijv. de vertering
van het voedsel bij koeien onvoldoende, bij een teveel
staat dit de vertering in den weg), is de juiste keuze
der voedingsmiddelen niot zoo gemakkelijk.
In de eenvoudige weidebedrijven gaat dit allicht
nog, in de gemengde bedrijven moet echter het voed
sel steeds onder controle staan, anders komen voort
durend fouten voor.
Spr. geeft dan op een daartoe aangebracht bord
de verschillende normen aan' welke voor koeien in
rust en voor produceerende koeien gelden, en geeft
daarnaast de waarde aan verteerbaar eiwit en zet
meel der verschillende voedingsstoffen aan, waarbij
deze laatste worden gerangschikt in eiwitrijke, ge
matigd eiwithoudende en oitwitarme voedingsmid-
PROGRAMMA-WIJZIGING N.H.V.B.
Uitgesteld 1 D: Succes 2Schoorl (staat dit in ver
band met de huldiging van den Wieringer burge
meester op het Succesterrein?).
Uitgesteld 3 D: Alkm. Boys 4—Bergen 2 (Alg. Sp.)
K.N.V.B.
2 A: Uitgesteld O.S.V.Kinheim; ingelascht: Kin-
heimHilversum en O.S.V.B.F.C. (Sp.kr.)
ENKELE STANDEN.
We geven hier enkele comnetit.iesta.nden tot en met
13 Januari ontleend aan de officieele N.H.V.B.-me-
dedeelingen.
Adspiranten K.
Alcm. Victrix a
8
7
1
0
15
64— 3
Alkm. Boys a
8
6
1
1
13
31— 9
Alcm. Victrix b'
8
5
0
3
10
32—12
Bergen a
8
3
0
5
6
22—48
Uitgeest a
8
1
1
6
3
10-45
Alkm. Boys b
8
0
1
7
1
7—49
Adspiranten L.
D.T.S. a
9
9
0
0
44—11
Vrone a
11
8
1
2
17
53—13
Alcm. Victrix c
8
4
0
4
8
21—15
Alkmaar a
9
3
2
4
8
17—24
Egm. Boys a
10
3
2
O
8
21—23
Koedijk a
10
3
1
6
7
19—12
N. Niedorp a
8
2
1
5
5
14—31
A.S.V. a
9
2
1
6
5
10-35
C.S.V. a
7
2
0
5
4
7—14
Adspiranten M.
Schoorl a
12
12
0
0
24
77— 6
Alkm. Boys c
10
8
1
1
15
35-16
Akersloot a
10
7
1
2
15
57—10
Alcm. Victrix d
8
5
1
2
11
31— 9
Oterleek a
10
5
0
5
10
28—21
Vrone b
13
3
2
8
8
13—62
Alcm. Victrix e
,10
2
2
6
6
12—27
D.T.S. b
7
2
1
4
5
10-34
Alkm. Boys d
9
1
0
8
2
1238
Uitgeest b
11
0
1
10
1
4-57
Alkm. Boys c twee verliespunten w.n.o. tegen Aker
sloot a d.d. 6 Jan. 1935.
I
delen. Daarbij wordt tevens aangegeven, in welke
voedingsmiddelen naast verteerbaar werkelijk eiwit
ook verteerbaar ruw eiwit (zgn. amiden) voorkomt,
terwijl ook een en ander over de verschillende vita
minen wordt verteld.
Na deze interessante uiteenzetting waaruit de
groote waarde van de juiste keuze van benoodigde
voedingsmiddelen duidelijk naar voren treedt, wordt
ccn korte pauze gehouden, waarna gelegenheid wordt
gegeven tot het stellen van vragen.
Van deze gelegenheid wordt een ruim gebruik ge
maakt en zoo hooren wij, aan do hand van deze vra
gen, de'heer de Vries nog uiteenzettingen geven over
enkele nieuwe voedingsmiddelen als protena en pro-
tenose, welke waarde aan blo,embollenr voorname
lijk tulpen en hyacinthen als veevoeder mag worden
toegekend over jong en oud hooi, weinig, matig en
sterk gebroeid hooi, over snijrogge, palm,pitten, enz,,
-te veel om hier in een kort bestek te kunnen weer
geven.
Als dan ook eindelijk de Voorzitter de vergadering
sluit en daarbij de heer de Vries dank brengt voor
de gegeven uiteenzetting, is hij daarbij zeker den
tolk der vergadering, die hier een bijzondere leerrij
ken avond heeft meegemaakt, welke er zeker toe
zal bijdragen, dat het begrip over doelmatige vee
voeding weer eenigermate is verruimd.
De heer D. Burger van Kolhorn kon op de bijeen
komst, gehouden in de zaal van den heer Jb. Borst,
door den Nederlandschen Bond van Arbeiders in
het Landbouw- Tuinbouw- en Zuivelbedrijf, fede
ratie Noordhollands Noorderkwartier, een groot aan
tal aanwezigen welkom heeten. In 't bijzonder gold
dit welkom het Modern Amsterdamsch Kleinkunst
Ensemble, dat dezen avond medewerking verleende
en den Jazzband, gevormd uit leden van den Ne<L
Arb. Sportbond, die voor de dansmuziek zou zorgen.
Het Kleinkunst Ensemble, voor ons nog een on
bekende, maar waan an een zeer goede roep uitging,
heeft de verwachtingen niet teleurgesteld. Bij het
eerste liedje „Wij stellen ons voor", waaraan het
geheele gezelschap deelnam, was er reeds contact
met de zaal en den heelen avond door is dat con
tact ook gebleven. Dit kwam zeker wel mede hier
door. dat het gezelschap is gevormd door geestver
wanten, die natuurlijk bij hun gehoor gemakkelijk
de juiste snaar weten te treffen. Het ensemble bracht
een zeer gevarieerd programma voor het voetlicht,
waarvoor het na elk nummer een geestdriftig ap
plaus en aan het slot nog een mooie fruitmand in
ontvangst had te nemen.
De heer Hiemstra, voorzitter van bovengenoemden
bond, hield een propagandistische rede. waarin hij
het fascisme bestreed en er op aandrong georga
niseerd te blijven. Wel zijn de tijden slecht, maar ze
zouden voor den arbeider zeker nog slechter zijn,
zei spr., indien de arbeiders hun organisatie on
trouw werden en de vakvereeniging niet als rem
werkte tegen verdere loondaling. Spr. richtte zich in
zijn rede, die met groote aandacht gevolg werd. in 't
bijzonder tot de vrouwen, die hij opwekte naast de
mannen mee te strijden, om hun kinderen een betere
maatschappij na te laten, een maatschappij, waarin
voor allen zal zijn: „Vrijheid, Arbeid, Brood."
TT 4R F. NKARSPET.
DIRKSHORN.
Woensdag gaf de Zangvereeniging „Crescendo" te
Noordscharwoude, dirigent de heer Willem Hespe,
een concert in de Ned. Hcrv. Kerk alhier. Medewer
king verleenden Mej. G. C. Smit te Apeldoorn, so
praan en Mevr. Marie VeterDam, orgel.
In het tamelijk bezette kerkgebouw opende het
machtige orgel met een Preludium van Sachs, ge
volgd door „Jesu dulcis memoria" van Theo v. d.
Bijl en „De klokken luiden" van Willem Hespe, ge
zongen door een vrouwenkoor. Twee mooie num
mers. Het tweede klonk, vooral voor een Vrouwen
koor, zeer vol. Een goede overgang naar het thans
volgende Gemengd Koor, dat" mooi en krachtig zong:
„Beati mortui" van Mendelssohn, bew. van Wil
lem Hespe benevens „Dag van toorn" van dezelfde.
Ter afwisseling zong nu Mej. Smit een paar num
mertjes met begeleiding van orgel. Deze zangeres
zingt zeer gemakelijk, en sch»?n aanvankelijk het
orgel haar juist machtig genoeg, in een volgend
nummer „Menios, erwach, erwach," van G. F. Han
del, bleek haar stem ook voldoende kracht te kun
nen ontwikkelen. Dit zware nummer werd met vuur
gezongen. In een concertzaal zou hierna hartelijk
zijn geapplaudiseerd.
Naast een paar mooie orgelnummers van Handel
vermelden we van het Vrouwenkoor nog bet -lieflijk
klinkende „Zomerweelde" van Willem Hespe.
Het geheel vormde een zeer afwisselend concert,
waarvan de beoordeeling niet werd vergemakkelijkt
door het ontbreken van de tekst der liederen.