Dozen voor een doode.
De Radio verovert de Zuidzee.
Hollandsche Maatschappij v. Landbouw
en Landbouw en Maatschappij.
Het laatste bolwerk der eenzaamheid valt
Luisteraars op afgelegen posten.
Kort
verhaal
Ingezonden stukken.
Mijnheer de Redacteur,
Naar aanleiding van het resumé van uwen ver
slaggever over de gecombineerde vergadering van
verschillende afd. van de H. M. v L. bij den heer
A. do Graaf te Barsingerhorn, verzoek ik U beleefd
•cr-n en ander ter nadere verduidelijking naar voren
te mogen brengen, waarvoor bij voorbaat mijn dank.
Ik verzoek dit, teneinde te trachten weg te ne
men ongerechtvaardigde critiek op het werken en
(streven van den heer Joh de Veer als propagandist
voor den.nieuwen boerenbond Landbouw en Maat
schappij, Velen duiden het den heer De Veer ten
kwade, dat hij, als zijnde lid van de H. M. v. L., be
nevens secretaris van de afd. Schagen, tevens
aan het werkprogram van L. en M. bekendheid tracht
■te geven en hetzelve met alle macht tracht te ver
dedigen. Waarom dit niet zou mogen, Mijnheer de
•Redacteur, is mij een raadsel, schijnt mij het ge-
;volg van veroordeelingen van oningewijden, van de
•lichtvaardig oordeelenden, die zelden vergaderingen
bezoeken waarin hunne belangen worden bespro
ken, die anderen de kastanjes uit het vuur laten
•balen, en op wie het spreekwoord: „De beste stuur
lui staan aan wal", terdege van toepassing is.
Er steekt volstrekt geen kwaad in, lid te zijn zoo
wel van de H. M. v. L. als van L. en M., die beiden
'beoogen het behartigen van de belangen van den
boerenstand, maar daarbij wel grootendeels, doch
'niet geheel denzelfden weg bewandelen en niet altijd
eenzelfde oordeel hebben over de verschillende pun
ten die bij die belangen naar voren komen. In 't
algemeen kan men zeggen dat beider weg denzelf-
,den kant uitgaat, maar die van L. en M. iets verder
dan die van de H. M. v. L.
Dan beweegt de H. M. v. L. zich niet op politiek
gebied, terwijl L. en M. wel is waar ook geen poli
tieke vereeniging of bond is, maar wel tracht alle
vooraanstaande politieke partijen te winnen voor
•hare inzichten, en dit kan zij, juist omdat zij strikt
neutraal is, omdat ieder lid van haren bond kan
.worden, onverschillig van welke politieke richting
.hij of zij is. Vandaar dat L. en M. onlangs bespre
kingen heeft gevoerd en haar programma heeft voor
gelegd en verdedigd tegenover verschillende Kamer
leden, als de heeren Louwens en Bierema (V.B.),
Ebels tV.D.), Weitkamp (C.H.), Van Voorst tot
Voorst (R.K.), Westerman (N.H.). Hiemstra en v. d.
Sluis (S.D.A.P.).
Het Hoofdbestuur van L. en M. zit dus niet stil en
tracht door conferenties met de politieke partijen
deze een meer waar inzicht te doen krijgen in de
nooden van de landbouwbedrijven. Is dit niet al
leen reeds dubbel waard L. en M. te steunen in
haar streven?
Zeide de heer Huisman niet te Barsingerhorn, dat
het ook voor de ministers zoo moeilijk was, want al
zouden zij de boeren meer willen steunen, dan wor
den zo door de Kamerleden direct op hunne vingers
getikt als die achten dat ze te ver gaan? Dit ver
sterkte mij nog meer t.o.v. L. en M., die juist de
Kamerleden tracht te bewerken.
Het is niet de bedoeling van L. en M., om de
H. M. v. L. af te breken, maar om mee op te trekken
voor de landbouwbelangen, doch in algemeener, uit
gebreider en krachtiger zin. De heer De Veer was
niet naar Schagerbrug en Barsingerhorn getogen
um af te breken, zooals velen ten onrechte denken,
art aar op verzoek van den heer
Huisman zelf, teneinde het verschil in werken
van L. en M. en H. M. v. L. te doen uitkomen.
Mijnheer de Redacteur, nu zegt Uwe verslaggever
wel, dat de heer Huisman op buitengewoon duide
lijke wijze het standpunt van de II. M. v. L. uiteen
zette, vooral wat betreft de richting t.o.v. den in
voer van voedergranen, maar net is mij nog niet vol
doende duidelijk, daar de heer Huisman niet positief
zegt wat hij wil, door te zeggen, wij willen in de
zelfde richting als L. en M., maar niet zoo ver, hij
houdt dus een slag om den arm. Ook is het stand
punt van de H. M. v. L. mij nog niet duidelijk, om
dat ze thans bezig is hare bakens te verzetten. Ze
heeft gevoeld dat het standpunt dat ze in n a m niet
bevredigde bij hare leden, vandaar deze vergaderin
gen. Meer dan eens heb ik hooren zeggen door voor
aanstaande mannen in de organisatie, dat het
Hoofdbestuur en vooral de heer Huisman zijn
zwaai neemt. Laten we dan eerst eens wachten tot
ze uitgezwaaid zijn en dan zien of de nieuwe rich
ting duidelijk is. Om een enkel voorbeeld te noemen.
In het orgaan van 25 Jan. jl. kunnen we lezen, dat
in Juli 1933 het Hoofdbestuur rapporteerde, dat uit
sluitend melkbroodconsumptie de Nederlandsche
veehouderij geen voordeel, doch den Nederlandschen
akkerbouw wel nadeel zou toebrengen De in 1934
KURT VESPER stapte den grooten bloemen
winkel binnen, nam zijn hoed af voor het
aardige meisje, dat hem begroette, op zijn
gewone, zwierige, vlotte manier en zei:
Goedenmorgen... goedenmorgen... als ik een
mooie vrouw was, zou ik nooit anders willen doen
dan bloemen verkoopen... past bij elkaar, bloemen
en vrouwen... En hij glimlachte haar toe. Kurt's
glimlachje had al lastiger harten dan dat van de
kleine Grete veroverd. Ze kleurde een beetje en
lispelde:
Waarmee kan ik U dienen?
Bloeden, zei Kurt vroolijk, helaas slechts bloe
men... iets anders zou ik niet durven vragen... Bloe
men voor een jonge vrouw.
Grete's gezichtje veranderde een nuance, maar ze
wees op een vaas anjers...
Rose anjers mis
schien? Of orchideeën,
rozen?
Ik hou van rozen,
zei Kurt en stak zijn
neus in een prachtigen
ruiker donkerroode ro
zen. Deze zijn heerlijk.
Het meisje nam oeni-
ge van de langstelige
rozen uit de vaas in
haar hand en toonde ze
hem op een kleine af
stand.
Kurt keek welgeval
lig naar do rozen en naar haar.
U bent een schilderijtje, zei hij. Blijf alsjeblieft
nog even zoo staan... ik ben namelijk portretschil
der... Ik zou U zoo wel willen schilderen!
Grete bloosde weer en dacht, dat de jonge vrouw
misschien maar een oppervlakkige kennis was, de
vrouw van een vriend waar hij ging dineeren of...
Geeft U mij er twintig, zei Kurt. In ernst... ik
kom eens praten over dat portret... heb nu geen tijd,
op condolatiebezoeken moet men niet te laat komen.
Grete legde verschrikt de rozen neer.
Condo... u... u brengt die rozen voor een doode?
Tja, zei Kurt, arm vrouwtje... wie had dat ge
dacht? opeens dood, drie en twintig jaar...
Maar meneer, dan moet U witte rozen nemen of
in het Oosten des lands begonnen actie en later ook
tot hier doorgedrongen campagne: „Eet meer Melk-
brood", is voor het Hoofdbestuur der II. M. v. L. aan
leiding geweest de Crisis Veeteelt- en Zuivelcommis-
sie op te dragen de kwestie opnieuw te bezien. Deze
commissie heeft naar aanleiding van de haar ver
leende opdracht het H.B. rapport uitgebracht, met
hetwelk het H.B. zich volkomen kon vereenigen. Op
grond van de conclusies wartoe het rapport kwam,
meent het H.B. thans dat een wettelijke verplich
ting tot het uitsluitend bakken van melkbrood in het
belang van den Nederlandschen Landbouw is. Het
verheugt me, dat bet H.B. niet star aan het oude
standpunt in deze vasthoudt, maar ik wil er toch op
wijzen, dat ook het H.B. van de H. M. v. L. wel eens
dwaalt. En dat zal in de toekomst steeds gebeuren,
met iedere organisatie, met ieder mensch, en dat
is geen schande.
Straks heb ik betoogd, dat de wegen van de II. M.
v. L. en L. en M. momenteel vrijwel parallel gaan,
maar een verschil is toch, dat de H. M. v. L. thans
nog zoekt den weg dien zij denkt te bewandelen
en L. en M. thans aangeeft den weg dien zij be
wandelt.
Uwe verslaggever zegt, dat het den heer Huisman
volkomen gelukt is de vergadering er van te over
tuigen, dat het bekende standpunt van L. en M. nooit
redding kan geven. Toch weet ik dat zeer velen, al
gaan ze niet voor 100 mee met de ideeën van L
en M., deze steunen evengoed als de II. M. v. L„
want medewerking aan de eene, sluit die aan de
andere niet uit. Dat er zich achter de H. M. v. L.
meer schaarden dan achter L. en M. is te begrijpen,
daar L. en M. in Noord-Holland nog te weinig bo
kendheid heeft verworven en de H. M. v. L. door ha
ren secretaris hier werd vertegenwoordigd in den
vorm van een uitstekend spreker, die op vlotte en
aangename wijze zijn voordracht hield. En dat niet
tegenstaande dit er van de 80 aanwezigen zich niet
meer dan 40 achter de II. M. v. L. schaarden, geeft te
denken, daar we toch veilig kunnen aannemen, dat
alle aanwezigen lid waren van de H. M v. L. Dat een
minder juist gestelde vraag op resolute wijze, onder
instemming van de vergadering werd afgeslagen,
was waar, maar als men dan even daarna van den
heer Huisman verneemt, dat crisisambtenaren, die
DE eilanden van de Stille Zuidzee wekken
bij de meesten slechts gedachten op aan
koraalriffen, waartegen de branding slaat
en atollen, waarip palmen groeien. Bij de bevolking
denken zij aan donkere menschen van een min of
meer Grieksche gestalte, die zich vermaken aan de
oevers der Lagunen bij Hollywoodsche maneschijn
en aan een handjevol Europeanen, die zich gedra
gen volgens de beste tradities der moderne romans.
In werkelijkheid is het leven op deze eilanden, al
thans tegenwoordig, even prozaïsch en onromantisch
even eentonig en braaf als in een klein Hollandsch
stadje. Er wordt misschien wat meer whisky ge
dronken; men hoort wel eens inlandsche meisjes
zingen onder de afnemende gele maan, en als men
zich ervoor interesseert, kan men zelfs krijgsdansen
en allerlei andere ceremoniën bijwonen. Doch na af
loop keert men terug naar Europeesche steden in
miniatuur met luxueuse hotels en winkels, als men
op de grootere, of naar zeer moderne bungalows,
als men op de kleinere eilanden woont Het is waar,
dat op de minder toegankelijke eilanden nog de
oude wetten en gebruiken der inboorlingen heer
schen, doch de moderne vervoermiddelen hebben
reeds lang de zegeningen en schaduwzijden der be
schaving op deze eilanden gebracht. En tegenwoor
dig komt de radio over de hoogste vestingwallen der
afzondering heen.
Er zullen krachtige zenders worden gebouwd, be
stemd om programma's van goede kwaliteit uit te
zenden, niet alleen ten behoeve van de Zuidzee
eilanden, maar ook van Nieuw-Zeeland en het Oos
telijk gedeelte van Australië. Ze zullen komen op
Soeva (Fidji-eilanden, Samoa en Norfolk. Tot nu toe
was er voor den Stillen Oceaan slechts de zender
lelies, beleerde Grete. Dan kunt u geen roode bloe
men meebrengen.
Och onzin, zei Kurt, die zijn heele leven gedaan
had wat hij wilde. Ze hield van bloemen met warme,
sterke kleuren, dat weet ik toevallig.
Maar men zal dat heel vreemd vinden, protes
teerde Grete nog.
Kurt lachte.
Lieve juffrouw, mijn heele leven lang heb ik
dingen gedaan, die men „vreemd" vond, en mij
daar best bij bevonden... Dank u... en tot weerziens...
ik kom morgen met U afspreken voor dat portret!
Grete keek hem glimlachend na.
Kurt trad met zijn roode rozen in de hand, het
vertrek binnen, waar de familie der overleden vrouw
bijeen was. Een burgerlijk-nette familie.
Kurt kende hem sinds iaren, was nooit bijzonder
intiem met hem geweest, maar had, dank zij den
trouw van den ander, die nooit vergat hem geregeld
uit te noodigen, deze vriendschap langer dan eenige
andere aangehouden, hoewel hii Erich Vend in den
grond volkomen onbelangrijk vond.
Erich zag bleek, maar was kalm. Zulke menschen
zijn altijd kalm en gelaten, dacht Kurt. Lieve hemel,
als ik veel hield van een vrouw en ze stierf opeens...
nu ia, wat weten zulke menschen van „veel hou
den"? Zij ook... goed vrouwtje... goede huishoud
ster... voelde niets dieper, was tevreden in dat
huisbakken leventje zonder zorgen...
Hij drukte zijn vriend de hand, zonder zich te
storen aan al de blikken, die zich als het. ware boor
den in zijn roode rozen. Eigenlijk wilde hij dadelijk
weer weggaan, maar Erich ging hem al voor naar
de kamer waar de doode lag.
Toen de deur zich achter hem sloot, maar ook geen
seconde later, zei tante Lili:
Róóde rozen!
Men keek elkaar aan.
Vreemd, stemde Herbert toe.
Heel vreemd, zei tante Milly vinnig. Onge
past om niets ergers te zeggen... ongepast... ver
dacht!
Het woord viel in de treurende kring als een steen
in een vijver. Er rimpelden emoties over alle ge
zichten. Twijfel, verbazing, nieuwsgierigheid.
Wie is het ook weer? vroeg iemand.
Die schilder... Kurt Vesper... een echte Don
Juan... ik moet zeggen... dat Erich zich zooiets laa»
welgevallen...
Maar er was toch niets, wierp oom Herbert
schuchter tegen.
Tante Lili wierp hem een verpletterenden blik toe.
Róóde rozen!... En zag je niet hoe bleek hij was?
En dat hij ons geen van allen aankeek? Durfde ons
te veel voor de boeren opkomen, ook op hun vingers
worden getikt, dan geeft dit weer te denken. Over
't algemeen worden die baantjes toch veel beter
beloond dan bet vrij? bedrijf, en het gevolg is dat
de belanghebbenden zich verder rustig houden. Wie
niet blind en doof is, ziet en hoort toch dikwijls
dat onze voormannen niet meer zoo vrijuit spreken
als we dat eerder van hun gewend waren, zoodra
ze verbonden zijn aan crisislichamen. En toch is het
goed dat ze er zitten, we moeten het kwade
maar op het goede toenemen.
De voorzitter der vergadering had ook vele bezwa
ren tegen L. en M., waarvan enkele ook waren con
tra de meening verkondigd door Dr. Ir. Dijt op de pas
gehouden cursusvergaderingen te Schagen. Jammer
vond ik het daarom, dat voorzitter dit niet naar
voren gebracht heeft tegen Dr. Ir. Dijt.
Bij de sluiting der vergadering drong de voorzit
ter aan om een zoo sterk mogelijke Provinciale
Landbouw Organisatie te houden, die ons aller be
langen kan behartigen, zoolang het egoisme zal be
staan.
Ik meen, dat naast een Provinciale, een Nationale
organisatie reden van bestaan heeft. Nationaal kan
raen tenslotte meer bereiken dan provinciaal, al wil
ik het laatste geensdeels uitscnakelen.
Het is zeer wel mogelijk nationaal te ordenen mat
in achtneming van provinciale bijkomstige omstan
digheden en vind ik het volstrekt geen misdaad,
geen egoisme, als bij de sterke inkrimping van de
varkenshouderij, zooals L. en M. die voorstaat, eenige
tegemoetkoming zou worden gegeven aan de kleine
zandboeren in het Oosten des lands, en misschien
kwamen er hier in N.H. en andere provïncieën ook
wel voor in aanmerking Egoisme vind ik het van de
minder zwakkere, want zwak zijn we thans alle
maal, die dit niet inziet.
Tenslotte wil ik ieder belanghebbende aanraden,
blijf lid van uwe landbouworganisatie, in deze ook
de H. M. v. L„ maar steun tevens het streven van
den nationalen neutralen bond Landbouw en Maat
schappij door uwe toetreding als lid!
Nogmaals dankend voor de verleende ruimte in
Uw blad,
Een volgeling van L. en M., die zich tevens
noemt een goed lid van de H. M. v. L.
K.Z.B.M. te Manila, die echter ten Zuiden van den
evenaar slecht wordt ontvangen, wanneer men ten
minste afziet van twee zwakke zenders op de Ha
wai-eilanden. Op de Fidji-eilandn is de ontvangst
van deze zenders niet zeker en de meest© luisteraars
op deze eilanden zijn dan ook aangewezen op den
zender 2 Y A te Wellington op Nieuw Zeeland, wan
neer zij behoefte hebben aan wat afleiding.
Draadlooze telegrafie is natuurlijk voor het ge
bied van den Stillen Oceaan niets nieuws meer. AHe
belangrijke eilanden, zooals Raratonga, Tonga an
Fidji, staan geregeld in verbinding met de buiten
wereld en de meeste bewoonde eilanden hebben
reeds telegrafiezenders of worden daarvan voorzien
Toen Samoa voor dep wereldoorlog nog onder
Duitsch bewind stond, had het reeds een telegrafie
zender. Een gedeelte daarvan is nog steeds in ge
bruik. Apia, het aardige plaatsje in zijn schilder
achtige omgeving, die voldoet aan de voorstellingen
van den vreemdeling omtrent de Zuidzee, bezit den
eenigen omroepzender van de Samoa-groep. Een
Nieuw Zeelandsche amateur heeft daar een zender
van 5 Watt geplaatst voor een plaatselijken om
roepdienst. Later werd deze zender door de planters
overgenomen. Apia heeft een vrij talrijke blanke bo
volking en de meeste inwoners hebben wel een ra
diotoestel. Een der bezienswaardigheden is het graf
van Robert Louis Stevenson, den grooten verteller,
dat men hoog boven de kuststad tusschen het groen
ziet liggen.
De ontvangers, die men in Apia gebruikt, hebben
natuurlijk verscheidene lampen, zoodat men er ook
Amerikaansche zenders mee kan hooren. Deze wor
den op Somoa het beste ontvangen en zijn ook het
populairst. Overdag kan raen echter zeer weinig ont
vangen. De Amerikaansche zenders worden gehoord
in den laten namiddag, de Australische en Aziati
sche 's avonds. In den regentijd heeft men veel last
van atmosferische storingen; deze tijd duurt onge
veer van Kerstmis tot Maart In Apia zelf zijn vee)
netontvangers in gebruik, doch op meer afgelegen
gewoon niet in de oogen te zien. Schande.
Lat had ik van Erna nooit gedacht! zei tante
Milly plechtig.
Maar, maar, protesteerde neef Frans, wij veron
derstellen nu maar dadelijk
Róóde rozen! fluisterde tante Milly nadrukkelijk.
En om de waarheid te zeggen waren er wel geruch
ten natuurlijk, heeft de arme Erich nooit ver
moed Zoo gaat het gewoonlijk Och, och en
dat zoo'n gemeene schurk dan nog durft te komen...
Misschien was het niet zijn schuld, opperde tan
te Lili, die onder den indruk was van Kurt. Er zijn
zoo van die vrouwen, weet je de arme jongen....
wie weet wat een goede man en vader hij zou kunnen
worden zij heeft hem zonder twijfel van trouwen
afgehouden Wel hij zal nu misschien verande
ren
Maar Erna was toch altijd, begon neef Frans
twijfelend.
Ja, deed erg stiekem, zei vinnig tante Milly.
Zoo'n stil water leek een keurig vrouwtje, hui
selijk, trouw en dat zijn de 'ergste!
En misschien hier boog zich opeens Else
voorover en fluisterde heesch, misschien heeft ze
heelemaal niet „bij ongeluk" te veel slaapmiddelen
genomen
Nieuwe steen, nieuwe rimpelingen.
Het kwam mij ook vreemd voor, zei dan tante
Lili.
En oom Herbert stemde toe:
Ja voor iemand, die sinds maanden slaapmid
delen nam, is het wel eigenaardig, zich dan opeens
te vergissen
Hij had het misschien uitgemaakt, opperde tante
Lili.
In ieder geval had hij den schijn moeten bewa
ren, knorde oom Herbert.
Ja, stemde neef Frans aarzelend toe, róóde ro
zen
Intusschen stond Kurt aan het bed van de doode
en keek naar haar eenigszins schuw, want hij hield
n:et van zulke dingen. Maar toen hij eenmaal ge
keken had, bleef hij kijken, getroffen verbaasd.
Was dat de kleine, onbeduidende, lieve Erna?
Zooveel grooter leek ze, ernstiger, een beetje streng
zelfs. En waren haar handen altijd zoo mooi ge
weest? Madonnahanden, verfijnd en smartelijk
Kurt naderde aarzelend legdb zijn roode r<}zen tus
schen de witte bloemen, die haar bedekten. En on
willekeurig zei hij, als een verklaring:
Ze hield van kleurige bloemen.
Ja?
Kurt keek snel op. Zoo, dat had hij niet geweten?
Plotseling vroeg hij zich af, wat deze man wel gewe
ten had van zijn vrouw. En of Erna werkelijk het on
plaatsen moet men volstaan met batterij-toestellen.
De Samoa-groep omvat 14 eilanden, doch slechts 3
hiervan hebben noemenswaardige afmetingen. Het
zijn Savaü, Upolu en Tutuila; het laatstgenoemde
eiland is een Amerikaansche bezitting. De groep
werd in de achttiende eeuw ontdekt door Van R">g'
geveen, doch de aandacht viel er eerst op in het mid
den der 19de eeuw. In 1861 vond men er reeds een
Engelsche, een Amerikaansche en een Duitsche con
sul. In 1899 was het geval reeds zeer ingewikkeld
geworden; toen werd overeengekomen, dat Amerika
Tutuila zou krijgen en Duitschland de meeste an
dere eilanden. In 1914 namen Zieuw-Zeelandscho
troepen de Duitsche eilanden in bezit, welke sinds
dien door deze dominions worden bestuurd onder
mandaat van den Volkenbond. Er is op Apia niets
meer overgebleven van de radiomasten, die in den
Duitschen tijd zijn gebouwd. Ze werden eenige ja
ren geleden afgebroken op een tamelijk origineel©
methode. Men verving de ijzerdraden, waardoor ze
overeind werden gehouden, door tn petroleum ge
drenkte touwen, die vervolgens in brand werden ge<
stoken. De omroepzender is in een modern gebouw
ondergebracht.
Op Niue, waarvan de postzegels onder de philate
listen bekend zijn, vindt men slechts een paar bat
terij-ontvangers, waarvan door de bevolking geza
menlijk gebruik wordt gemaakt om te luisteren
naar de radio meestal naar de Nieuw-Zeeland-
sche zenders. Niue is een belangrijk centrum van den
coprahandel en heeft een kortegolfzender voor com-
mercieele doeleinden. Voordat deze zender er was,
kun men slechts verbinding met de buitenwereld
krijgen door den kleinen zender' te Samoa (op een
afstand van ongeveer 550 K.M.), want Niue wordt
alleen aangedaan door copraschepen, die meestal
slechts driemaal per jaar komen. Dank zij de radio
staat het eiland nu echter tweemaal per dag in ver-
b:nding met Nieuw Zeeland en drie- of viermaal per
dag met Apia, terwij] men bovendien contact kan
zoeken met schepen in den Stillen Oceaan.
Een treffend voorbeeld van de voordeelen der ra
dio levert Niuafoon, ook wel het blilckeneiland ge
noemd, omdat de mail daar wordt bezorgd in een
d:chtgesoldeerd petroleumblik Er is geen plaats,
waar de schepen kunnen ankeren en de verbin Iing
met de schepen moest vroeger, toen er nog geen ra
dio was, worden onderhouden door inlandsche
zwemmers, die goed thuis waren in deze door haaien
bewoonde wateren en de blikken aan een lange bam
boestok voorttrokken. Nadat een paar van deze
zwemmers door haaien waren gedood, werd de ver
binding met de schepen door kano's onderhouden.
Niaufoon, dat tusschen Apia en Soeva ligt, is een
zeer interessant eiland, waar men een krater met
een omtrek van 40 K.M en vier meren vindt. Het
eiland heeft een rijke fauna en flora; men vindt er
de molan en andere zeldzame vogeis.
Onder de vele andere Zuidzee-eilanden zijn Bara-
tonga een vaste aanloophaven tusschen Nieuw-
Zeeland en de Amerikaansche kust en Tonga het
meest bekend. Tonga heeft een eigen bestuur met
een koningin en ene parlement van 21 leden, al is
het koninkrijk schatplichtig aan Engeland. Het
heeft in 1914 dan ook zelfstandig den oorlog ver
klaard aan de Centrale Mogendheden Zoowel op Ba-
ratonga als op Tonga vindt men slechts enkele ra«
dio-ontvangers, waarvan een zeer druk gebruil
wordt gemaakt.
De Zuidzee-eilanden, waar men voornamelijk leeft
van den uitvoer van copra, tropische vruchten en
rietsuiker, worden voortdurend bedreigd door na
tuurrampen in den vorm van orkanen. De radio
maakt het onder zulke omstandigheden tenminste
mogelijk om spoedig hulp in te roepen van de andere
eilanden Weliswaar zijn er ook nog verspreide atol
len, die bevolkt worden door een handjevol blanke
handelaars en van de groote eilandengroepen ge
isoleerd zijn, doch voor de overige eilanden zullen de
zenders, welke op het oogenblik worden gebouwd,
betrouwbare verbindingen verzekeren. Bovendien
worden er ook in Australië en Nieuw Zeeland krach
tiger zenders gebouwd, waarvan de luisteraars on
de Zuidzee-eilanden mede profiteeren.
beduidende, goede vrouwtje was geweest, als zag
hij haar nu heel anders. Als keerden uit het ver
leden momenten terug een wijze van hem aan
kijken, een glimlach, aarzelend, droevig, een beetje
smeekend een beweging de klank van haar
stem Hij begreep niet meer, dat hij haar altijd
zoo heelemaal onbeduidend had gevonden, zóó on
beduidend, dat hij nooit uit zijn gewonen, luchtigen
toon was gevallen als zij samen spraken Een
vrouw met de handen
Het is vreeselijk, fluisterde Erich. Zoo opeens.
Kurt boog zich langzaam voorover en drukte eer
biedig zijn lippen op de koude handen.
Zwijgend verlieten zij de kamer. Het was als glim
lachte de doode, als overstraalde haar iets van den
gloed der roode rozen.
Buiten liep hij in gedachten verzonken door de
zon. Hij voelde zich ongewoon neerslachtig.
Ze had teveel slaapmiddel genomen, zonderling.
Ze leek heelemaal geen vrouw om aan slapeloosheid
te Jijden en dan, zich opeens zoo te vergissen.
Ze leek geen vrouw om zich in zooiets te vergissen.
Ja, wat wist men ooit van een ander? Wat en wie
was zij geweest? Hij berekende hoe lang hij haar ge
kend had. Erich kende hij al zes jaar! Drie jaar ge
leden had hij Erich getrouwd gevonden en had ge
dacht: Net een vrouw voor hem, goed, onbeduidend.-
Zal hem trouw zijn, zal goed voor zijn huishouden
zorgen, zijn kinderen opvoeden... Kinderen waren er
dan niet gekomen....
Hoe kwam het, dat hij nooit tevoren gemerkt had,
dat zij mooi was, een vreemde stille, geestelijke
schoonheid? Of had de dood die over haar gelaat
gespreid? Was het enkel de dood, die haar zoo my
sterieus maakte?
Hij wandelde langzaam verder.
I
Tante Milly nam de roode rozen weg. Fatsoens
halve.
Maar Erich protesteerde.
Waarom?
Róóde rozen bij een doode Erich, dat komt
niet te pas. Ze keek hem aan, alsof ze zeggen wilde:
begrijp je dan niet?
Erich zeide nadenkend:
Ze hield van kleurige bloemen
Hij is blind, zei tante Milly naderhand tot de
anderen.
Maar Erich, misschien voor het eerst van zijn le
ven, deed iets waarvoor hij zelf geen verklaring kon
geven, deed het een beetje schichtig, als schaamde hij
zich of vreesde hii, dat men een verklaring van hem
zou verwachten. Hij nam de roode rozen en legde
ze naast de doode in de kist, voordat het deksel over
haar gesloten werd.
WILLY CORSARL