II kijkt beter door oen Bril van ROTGANS De salarisregeling in N.-Hoiland. Rondom de Zuid=Chineesche Zee. Het bericht De Witte Olifant tusschen drie yuren.. BOEKHOUDBUREAU der Holl.-Mij. v. Landbouw Surinamestraat 37, den Haag Wederom diefstallen van vischwant. Arrondissements Rechtbank te Alkmaar. Een nieuwe aanmaning van de regeering. Kort verhaal Als het Maleische ras ontwaakt. De zorgen der mogendheden. BLIKSEMFLITSEN BOVEN SINGAPORE. VAN Zuid-China en Bengalen tot aan de Timor-Zee, tusschen den Grooten Oceaan en den Indischen Oceaan, rond om de Zuid- Chineesche Zee en de Java-Zee, bijna langs 35 breedte- en lengtegraden, strekken zich de lan den uit, waar de Maleier thuis hoort! De macht van dit ras heeft zich overal doen gelden en zijn hoog staande Boeddhistische cultuur heeft langen tijd ge heel Indië beheerscht! Totdat na die glansperiode het verval volgde, Noordelijke Brahmanen in het Wes ten en Mongoolsche stammen in het Oosten het land binnenvielen. Een chaotisch tijdperk volgde, dat het mogelijk maakte voor de volken uit het avondland, deze gebieden buit te maken. Over Birma en Ma- lakka fladdert tegenwoordig de Union Jack, boven Cambodsja waait de tricolore, boven de Philippijnen waaide de sterrenbanier en de Hollandsche vlag prijkt boven do eilanden van den Soenda-archipel. Slechts een betrekkelijk klein deel der Maleische schiereilanden heeft de oude vrijheid weten te hand haven: Siam, het land van den Witten Olifant! In de laatste maanden en weken verliep er nau welijks één dag, waarop niet in het een of andere deel van het Maleische gebied een gebeurtenis van belang plaats vond, waardoor de wereld even een stoot kreeg. Men heeft de militaire oproertjes op Java gehad, de muiterij op de „Zeven Provinciën", de experimenten der Amerikanen op de Philippijnen, de Fransche opiumschandalen in Indochina, de spi- onnage-schandalen, de vloot demonstraties en ma noeuvres bij Singapore en ten slotte het konings conflict in Siam. Al deze gebeurtenissen hebben na tuurlijk grootendeels geheel verschillende oorzaken. Maar de gemeene noemer, als er zoo iets tenminste bestaat in dit geval, is toch: Het ontwaken van de Maleische wereld! Ook ddt heeft verschillende oorzaken! Siam had reeds ldng voor den wereldoorlog het Japansche voor beeld nagevolgd en zijn zonen in Europa laten stu- deeren. Universiteiten en cadettenscholen telden tal van leerlingen van Maleischen bloede en dat waren zeer zeker niet de slechtste leerlingen! De slappe handhaving der koloniale bestuursdwang heeft er veel toe bijgedragen, dat de Maleiers met de cultu reel e en technische vorderingen van het Westen wel dra bekend en vertrouwd waren. Zij hadden in den goeden zin van den Ilollandschen boom der Kennis gegeten en zagen plotseling dat zij niet vrij waren. Gods molen maalt ook in het Verre Oosten lang zaam maar met onheilspellende zekerheid. Do Maleische onafhankelijkheidsbeweging was voor do Westersche mogendheden het signaal voor een ster ker, dwingender ingrijpen. En weldra moest men vaststellen, dat de vrijheidsdorst der inboorlingenbe volking door niet. minder dan drie bronnen gevoed werd. In de eerste plaats natuurlijk moet het con tingent beschaafde Maleiers genoemd worden, dat uit Europa en Amerika nieuwe denkbeelden mee bracht en propageert, denkbeelden, die echter door de Maleische boeren niet erg vlug verwerkt worden en gemiddeld weinig succes hebben. Dat zijn namelijk de in het Avondland reeds ta melijk in discrcdiet rakende liberalistische ideeën, de erfenis der Fransche revolutie, die nu in het Oosten nog eens te vuur gezet worden. Zoodoende kreeg de roode afgezant het gemakkelijker; met de handig heid, welke deze politici gewoonlijk bezitten, hebben zij nationale gedachten weten te mengen met wereld revolutionaire leuzen! De door Moskou betaalde pro paganda heeft zonder twijfel in de Maleische wereld opgang gemaakt en het aantal naar de Australische eilanden verbannen knalroode revolutionairen uit de Nederlandsche bezittingen beweegt zich in stijgenden lijn. Zelfs Siam bleef niet bespaard voor deze oproe rige beweging en de laatste gebeurtenissen ten op zichte van den koning vinden hun oorzaak in Mos- cousche invloeden in en om Bangkok! Het is gemak kelijk een systeem ten val te brengen, maar oneindig moeilijk, daarvoor in de plaats iets beters te stel len. Do boer en de jager in de Siamecsche verkie zingswereld mag dan geen Westersche opvoeding en ontwikkeling bezitten, maar wèl bezit hij een zuiver gevoel voor alles, wat hem vreemd is en alles wat hem vreemd is, beschouwt hij als vijan dig! Dat is in Siam precies hetzelfde als elders op Aarde. En het heet afwachten of de „constitutioneele" pogingen in Bangkok succes zullen hebben of niet. De derde oorzaak voor het ontwaken van den Ma leier is gelegen in de pogingen van Japan om ook ;n de Aziaten' te propageeren. Deze onderneming be looft nog het meeste succes. De Japanner staat den Maleier veel nader, dan de blanke. Want de bewo ners van Nippon zijn zelf ontstaan uit een vermen ging van Mongoolsche stammen met Maleische vol ken uit het Zuiden. Japan wil Hief niet veroveren, mar alle volkskrachten wakker schudden en mobili- seeren tegen de vreemde overheersching. Deze bewe ging wint steeds aan aanhangers en zij vormen ook de aanleiding van de Britsche manoeuvres, het Brit- «che machtsvertoon! Met de grootste spoed wordt al les gedaan om een aanval op Singapore, vanaf de zeezijde, te verhinderen. Daartoe alleen tracht de Brit- jsche regeering met Washington een overeenkomst tc treffen, zoekt Parijs een bondgenoot om de be langen der Westelijke mogendheden tegenover de plannen van Japan te verdedigen. Daartoe alleen zoekt Nederland steun bij de groote mogendheden; het beveiligen van het koloniale bezit, zonder het welk Nederland aan armoede ten prooi zou zijn. In het parlement te Tokio heeft men de mogelijkheid reeds besproken een opleiding tot landbouwer in te stellen, voor de aanstaande kolonisten. Tevens hoeft men reeds een zelfbestuur samengesteld voor het stcrk-Maleische volk van het eiland Formosa De landstreken om de Zuid-Chineesche Zee vormen 'dus het schouwtooneel van een voorloopig nog on bloedige worsteling tusschen staten en wereldbe schouwingen. Ze zijn hier alle vertegenwoordigd: de Vereenigde Staten van Amerika, Groot-Brittannië, Frankrijk en de Nederlanden, Moscou en Japan en hun gemeenschappelijk schaakbord is de Malei sche wereld, hun schaakfiguren zijn de millioerien Maleiers. Nog is niet na te gaan, wie de uiteindelijke win naar zal zijn van dit gigantische spel waarbij reus achtige materieele en moreele goederen den inzet zullen vormen! De militaire stellingen aan de Straat van Malakka, bij Singapore en Balabao (tusschen Borneo cn de Philippijnen) mogen van groot ge wicht zijn van nog grooter beteekenis is zonder twijfel de rijkdom van don Maleischen Archipel wiens grondstofbasis bij een goede behandeling en ex ploitatie voldoende is om de behoeften te dekken van bijna den geheelen aardbol. En om deze rijkdommen gcat het tenslotte Het zijn stoute droomen, die spreken van een toe komstig Siam, dat zijn kusten laat bespoelen door de golven van twee wereldzeeën! Droomen van de ver- eeniging van alle Maleische stammen, tot zelfs in Midden-Amcrika toe! Stout zijn ook de plannen van Moscou, die to do „revolutionaire" massa's van Chi na ook de Maleiers rekenen; want Moscou wil met hun hulp de beslissende slag tegen Japan en Enge land leveren! In Nederland hopen we nog op een machtiger po sitie door het uitbouwen en rationaliseeren der grondstof-exploitatie op de Soenda-eilanden. Enge land verti'ouwt op zijn onneembare machtspositie te Singapore. En zelfs Frankrijk vleit zich met de hoop, aan zijn zwarte en bruine soldaten ook nog ééns gele toe te kunnen voegen ter „beveiliging" van Euro pa! Maar Japan is ervan overtuigd, dat ééns de dag zal komen, waarop de laatste blanke koloniaal, het laatste West-Europeesche geschut en het laatste vliegtuigmoederschip uit de Zuid-Oostelijke gebieden van Azië verdwenen zal zijn. Dat zijn droomen dat is hoop. Slechts één koestert geen enkele fantasie., kent slechts vlijt en arbeid: de Chineesche handarbeider en de Chinecsche koopman! Hij komt zonder wapens, zonder spionnen en zonder geheime agenten, arm en berooid; maar na één tot twee generaties is zijn heele familie orn hem heen verzameld een groot aantal menschen en allemaal zijn ze rijk, Allemaal werken en ver dienen ze! Deze verovering schrijdt onophoudelijk verder. Zij zijn reeds een machtsfactor van den eer sten rang in de geheele Maleische wereld geworden! En misschien is er meer gevaar gelegen in deze stille veroveraars, dan men in Londen en Parijs, in Tokio en Bangkok, in Moscou en Washington, aanneemt!... Men denke aan de woorden van Li-young-tsjang, die tegen generaal Waldersee zeide: „Het Eeuwige China (Nadruk verboden.) BOERDERIJ RUNDVEELEVERING. De Nederlandsche Veehouderijcentrale maakt be kend, dat in de week van 24 Febr. tot 2 Maart 1935 op de onderstaande plaatsen in Noordholland gele genheid zal worden gegeven runderen in de ge vraagde soorten aan te bieden: Amsterdam, Maandag 25 Febr., 911 u. v.m. op de veemarkt. Purmerend, Dinsdag 26 Febr., 810 u. v.m., op de veemarkt. Schagen, Donderdag 28 Febr., 8—10 u., v.m., op de veemarkt. Hoorn, Zaterdag 2 Maart, 911 u. v.m. bij het abat toir. De aangiftekaarten, welke verkrijgbaar zijn bij de districtssecretarissen der Gewestelijke Landbouw Crisis Organisaties, moeten vóór Zaterdag 16 Febr. 1935 zijn ingezonden bij de Gewestelijke Land Cri sis Organisatie, waaronder de betrokken veehouders ressorteeren. Z IJ PE In deze gemeente is in totaal 140 Kg. van regee- ringswege beschikbaar gestelde kaas onder de werk- loozen gedistribuecrd.De kwaliteit bleek zeer goed te zijn. B. en W. dezer gemeente hebben aan den heer G. van Bruggen te 't Buurtje vergunning verleend tot het bouwen van een woonhuis aan den Ruige weg aldaar. 'T ZAND. Naar wij vernemen is aan den dienstplichtige J. F. Truijman alhier vrijstelling van de herhalingsoefe ningen verleend, waarvoor hij dit jaar zou moeten opkomen. Tot voorzitter en secretaris van de commissie tot wering van schoolverzuim alhier zijn benoemd res pectievelijk de hecren J. A. de Wit en B. Elzer. door WILLY CORSARL HIJ las 't op het zonnige terras van een café. En het was, als sloeg hem een vuist in den nek. Minuten lang zat hij als verdoofd. Ze was dood. Een auto-ongeluk in Italië, samen met dien anderbeiden dood. Met een beweging alsof hij iets vreeselijks van zich trachtte te gooien, wierp hij de krant weg, liet hij zijn oogen dwalen over het zon-blijde plein, de ro zen in het plantsoen, de lichte figuren van menschen in zomerdracht. Maar hij zag dat alles als van heel ver, als door een glazen wand, die er hem van Ze was dood. Hoe dik wijls had hij haar dood gewenscht in deze ja ren. Nu was ze dood. Nooit had hij kunnen gelooven, dat zij jong zou sterven. Ze was zoo frisch, zoo bloeiend en levenslustig. Aan een ongeluk had hij nooit gedacht. Neen, ,en nooit had hij kunnen denken, dat haar dood hem nog zooveel doen zou, na al zijn haat en wrok. Maar de dood verandert wonderlijk het beeld van een mensch in de gedachten der levenden. En veran dert op dezelfde wijze gebeurtenissen en daden. Vreemd was dat. Nog een paar minuten geleden zou hij, als hij aan haar gedacht had, het gedaan hebben met al den verbeten wrok, waarmee hij te gen haar bezield was geweest vanaf den dag, dat ze hem verliet voor dien ander. En met al de pijn, die nooit had willen genezen. Nu dacht hij opeens aan haar, aan alles, als aan iets van lang geleden, dat in weerwil van leed en haat, toch een weemoedige vreugde ook in zich go- borgen had en het verlangen, waartegen hij jaren lang gevochten had, het verlangen, dat hij niet meer had willen voelen, het welde nu op in zijn hart, on weerstaanbaar, maar machtig en teeder. Het volgde hem toen hij naar huis ging, volgde hem in den nacht. En hij verzette zich niet meer. Stap eens op die zitdagen van het Boekhoudbureau der Holl. Mij. af. U kunt daar alle mo gelijke inlichtingen krijgen omtrent boekhouding en belastingzaken. Later zult U zeker zeggen„wat jammer dat ik dat niet eerder gedaan heb". W 1 ER1NGEN Opnieuw botnetjes vermist. Nadat de vorige week reeds bij den Rijksveldwacht te Den Oever en Oosterland aangifte was gedaan van de vermissing van 15 botnetjes, blijken thans van een visscherman wederom botnetjes, in totaal 20 stuks, te zijn ontvreemd, waarvan eveneens aangifte is gedaan. Voor de Rijkspolitie, welke helaas niet over een vaartuig beschikt, is het bijna niet doenlijk den dader op heeterdaad te betrappen en het zou in verband hiermede zeer wenschelijk zijn, indien op de mede werking van andere visscherlieden, hetzij door het verstrekken van inlichtingen, hetzij op andere wijze, door de Rijkspolitie zou kunnen worden gerekend. Ondertusschen is het haar, na enkele nachten sur- veilleeren, wel gelukt op het spoor van den vermoe- delijken dader te komen, echter heeft nog geen ar restatie plaats kunnen hebben. Brand. Dinsdag werd de brandweer te Hippolytushoef ge alarmeerd voor brand te Westerland. De motor spuit rukte dadelijk uit, doch weldra bleek dat het geen ernstige brand betrof. Er was n.1. in een vee- boet van den veehouder P. Veerdig brand ontstaan in een rookgelegenlieid, welk brandje spoedig ge- bluscht werd. ZITTING VAN DINSDAG 3 FEBRUARL MEERVOUDIGE STRAFKAMER. Uitspraken vorige zitting. Joh. de B., arbeider, en Hein Dr., arbeider' bel den te Haarlem, thans gedetineerd, voortgezet mis drijf van diefstal, onder verzwarende omstandig heden. Tusschenvonnis. Hervatting onderzoek zal op onbepaalden tijd worden hervat. Joh. de B., Haarlem, gedetineerd, diefstal van konijnen, als voren. I Ze was dood. Hij kon, hij mocht weer naar haar verlangen. Want nu zou ze nooit weer kunnen ko men en hem weerloos vinden. Dat was het, wat hij gevreesd had en hem er toe dreef, zijn wrok en bit terheid aan te hitsen. Had hij niet al vroeger haar teruggenomen, haar alles vergeven in de zwakheid van zijn liefde? En toen hij later haar dat voorhield, had ze hem onbeschaamd in het gezicht gegooid: Waarom was je zoo dom? En had gelachen. Toen had hij zich gezworen, dat het ditmaal voorbij was, uit voor altijd. Dat hij haar uit zijn denken zou scheuren,.haar weggooien uit zijn leven. Na de schei ding had hij gereisd en gezworven, als een dwaas en altijd was daar het stille, verbeten gevecht in hem geweest tusschen zijn verbitterden trots en zijn verlangen. Nu eindelijk, hoefde hij zich niet langer af te matten. Ze zou hem niet meer kunnen overvallen, hem niet meer tot een dwaas en een zwakkeling kunnen maken. En na deze jaren van haat en woede, was het als een weldadige droom, weer teeder en verlangend aan haar te kunnen denken. Ja, ze had hem bedrogen en belogen. Maar nooit zou hij meer voor een ander dét kunnen voelen. Ja, ze had hem tot een lafaard en zwakkeling gemaakt. Had hij niet eens, als opdracht, in droeven zelfspot in een boek dat hij haar schonk, geschreven: Ich habe dir ja immer geglaubt Auch wenn ich wusste, es war nicht wahr. Moedwillig blind, smartelijk, verbitterd en onweer staanbaar. Tot hij al zijn denken en voelen had geconcentreerd op den wil, haar te haten en niet meer te verlangen. Nu, als terugkeerend van een verre, verre reis, kwam zij weer in zijn gedachten, licht en blij en mooi, zooals vroeger. Ja, zoo was zijn liefde voor haar geweest. Daar waren haar oogen, deze wonderlijke, mooie oogen, die hij nergens op de wereld had kunnen terugvinden, deze reine oogen, die onschuldig en tee der bleven als zij loog of hoonde. Daar was haar slank figuur, het eigenaardig-elegante van haar be wegen, daar was de golf van haar donker haar-over het voorhoofd, haar lachje... En haar kleine, dwaze voeten, die zoo dikwijls pijn deden en nooit ver wil den loopen. En haar verwende, mooie handen met de rose-glanzcnde nagels en spitse vingers. Deze fijne, verstandige, wat wreede vingers. En als een stroom, warm en weldadig, vervulde hem het lang weerhouden, het lang vervloekte ver langen. Het was eenigc weken later, dat de huisknecht Jan de B., Harenkarspel en Joh. de B., Haarlem, thans gedetineerd, diefstal van levende paling uit de kaar, als voren. Theodorus B., vischventer, Harcnkarspel, opzette- lijke heling van gestolen paling, f 50 boete of 25 dg, Gerrit K„ visscher, Urk, in hechtenis, diefstal on der verzwarende omstandigheden en wederspannig heid 6 maanden gev. Sjoerd de R.. Hoorn en Nic. B., Berkhout, hooger beroep vonnis kantongerecht Hoom. vonnis bev. D. W. van W., werkman. Den Helder, diefstal van; gonjezakken. f 40 boete of 20 dagen gëv. E. v. d. I-I., los werkman te Don Helder, mlsdr. art. 249 Strafr. 6 maand engev. voorw. met 3 proeft* Salarisherziening voldoet nog niet aan de wenschen der regeering. Gister kwamen de Prov. St. van Noordh. bijeen te* bespreking van de nieuwe ontwerp-salarisregeling. Het conflict tusschen de provincie Noordholland eri, de regeering over de herziening van het salarisregle ment is nog niet opgelost. Op 26 Januari zonden Ge deputeerde Staten het ontwerp der nieuwe regeling; aan den minister van Binnenlandsche Zaken, doch bij een schrijven van 31 Januari ontvingen zij eeh nieuwe aanmaning om met de daarbij door het de partement opgesomde opmerkingen rekening te hou den en het verbeterde reglement zoo spoedig mogelijk wederom ter beoordeeling van den minister toe tel zenden. In den brief van het departement wordt o.m. opge merkt, dat de salarissen voor de meeste functiëh door de ingediende herziening inderdaad een zoo danige vermindering zullen ondergaan, dat zij geaent mogen worden te beantwoorden aan het desideratum, uitgedrukt in het Koninklijk besluit van 18 Januari jl De bezoldiging van vele andere functiën is intus- schen naar het oordeel van den minister nog wel iets aan den hoogen kant, echter ook weer niet zóó danig, dat een verdere verlaging bepaald noodzake lijk zou zijn. Voor eenige ambten komt hem de nieuwe salariee- ring echter te hoog voor. Bij het vaststellen daarvan is z.i. niet, of niet in voldoonde mate, rekening ge houden met de salarissen, welke voor overeenkom stige functiën gelden bij het Rijk en/of bij gelijksoor tige publiekrechtelijke organen, i.c. moer in het hij zonder de provincie Zuid-Holland. De bedoelde amb ten zijn in het schrijven aangewezen. Heden komt deze kwestie in de buitengewone Sta* tenzitting ter sprake. De Statenleden Asschër, Droog, De Jong, Schouwen burg, Ketelaar, Polak en Weiss hebben een voorstel) bij de Provinciale Staten ingediend om, nu goed keuring is onthouden aan hot Statenbesluit van 29| November j.1., waarbij o.m. is bepaald dat n^et in gang van 1 Jan. 1935 door de leden van Ged. Stater* een pensioenpremie zal worden betaald van 10 pet, op hun jaarwedde, te besluiten, de jaarwedden van Ged. Staten vast te stellen op f 4750 en te bepalen dat door elk der leden van Ged. Staten een pensi oenpremie zal worden betaald van f 250 per jaar. Bespreking uitgesteld tot 11 Februari. Regeling voor Gedeputeerde Staten aan genomen. Gister is in de vergadering van Prov. Staten op voorstel van den heer Ketelaar, met 4123 stemmen' besloten, om de bespreking over het nieuwe ontwerp- salarisregeling van het provinciale personeel, tot 11 Februari uit te stellen. In behandeling kwam toen de voordracht inzake de salarisregeling van de leden van Ged. Staten. De leden van Ged. Staten verlieten de zaal. De heer Ketelaar (v.d.) verdedigde het voorstel var* den heer Asscher c.s., waarbij het salaris van Ged, Staten wordt gebracht op f 4750 en een pensioenpre mie wordt gevorderd van f250 per jaar. Het voorstel werd aangenomen z.h.s., waarna dei vergadering werd verdaagd tot 11 Februari, half elf, hem een bezoek aankondigde. Een dame, die nie? haar naam wilde zeggen. En daar, in het helle licht, dat door een hoog§ venster juist op haar viel, daar zat ze. Het duizelde hem even en hij had een tijd noodig, voordat hij begreep. Zoo, ze was alleen verwond geweest? Een vergis sing? Ik wou iets zakelijks met je bespreken Ze zag bleék, haar gezicht was smal geworden, Haar groote, wonderlijke oogen smeekten. Hij klem de de handen in elkaar; ditmaal niet... neen dit maal. Maar vergeefs trachtte hij den haat en wroW weer op te wekken, die hem deze jaren vervuld had den. Ze waren gestorven... gestorven met haar, zoo- als hij meende. En na weken van droomen en ver- teedering en verlangen was hij machteloos. Maar zi| wist dat niet en hij wilde zich niet verraden. Dus besprak hij met een strak koel gezicht eenige zake lijke aangelegenheden. Ze was in geldmoeilijkhedeni nu die, ander gestorven was en met haar kindek lijke, zachte onbeschaamdheid, die hem altijd wee*! overbluft had, kwam ze bij hem om hulp. Hij keek naar haar stil gezichtje, naar den golf van haar haren. Hij trachtte te bedenken, dat ze hem tweemaal bedrogen had, dat ze hem had uit gelachen, toen hij haar weer bij zich nam na den' eersten keer... maar het was hem, als dacht hij diti alles over een andere vrouw, een vrouw die sinds* weken dood was: verongelukt op een autotocht. Een! tweede maal zal ze mij niet uitlachen, dacht hif voortdurend, een tweede maal niet... Maar de ge dachte was mechanisch en gedwongen. De vrou0 die lachte, de vrouw tegen wie hij zich verzette... die was gestorven, dood... weg voor altijd. Hij kon aan dit gevoel niet ontkomen en aan het verlangen, dat hij al deze Weken over zich had laten beheerschen. En toen ze opstond om weg te gaan, haatte en vei* achtte hij alleen zichzelf nog maar, omdat hij haar niet kón laten gaan. En een moment, als in waan zin, strekten zich zijn handen, wilden haar hals om spannen... Was het niet beter haar te dooden, zich zelf en haar te vernietigen, dan nog eenmaal... Maar toen zijn handen haar hals raakten en zij op keek, verwonderd, even bevreesd voor de vreemde uitdrukking in zijn oogen, omvatte hij slechts haar gezicht en stamelde: Blijf. En hij kuste haar warmen, rooden mond, kuste haar mond als bezeten, als krankzinnig... als wilde hij met zijn kussen dezen mond beletten weer te lachen. scheidde.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1935 | | pagina 2