Trolzky's ballingschap. Phillips Oppenheim Arrondissements-Reelitbank door De eeuwige samenzweerder. te Alkmaar. De mysterieuze villa aan de Rivièra. Uit Juan les Pins verluidt bij geruchte, dat Trotzky zich aldaar zou ophouden. Frankrijk, dat bekend staat wegens zijn gastvrijheid aan politieke vluchtelingen, of het nu Spaansche mo narchisten of uitgewekenen uit het Saargebied zijn herbergt onder andere ook Leo Trotzky, sinds deze het klimaat van Stamboel te warm werd. Omtrent de persoon van Trotzky werd langen tijd een waas van geheimzinnigheid geweven. Het be gon reeds bij de landing in Frankrijk van den voor maligen rooden dictator. Een motorboot van de Fransche marine haalde hem in volle zee van boord en zette hem op eenige tientallen kilometers af stand van Marseille aan wal. De gastvrijheid, welke de Fransche regeering Trotzky verleende, zou haar iater in menige onge legenheid brengen. In het begin echter bleef Trotz- kys verblijfplaats geheel onopgemerkt. Zelfs de ijverigste Araerikaansche reporters slaagden er niet in een spoor van den gezochte te ontdekken. Zoo doende kwam de Russische banneling eenigszins in het vergeetboek. Geheel onverwacht echter kwam zijn naam en persoon weer op het tooneel in ver band met een mysterieuze affaire. Dit was ongeveer ten tijde van het Stavisky-schandaal. Het geval speelde zich namelijk te Barbizon, een dorpje in de nabijheid van Parijs, bekend om de vele schilders die hier gewoond hebben en nog wonen, af Hier bevond zich een villa, omgeven door een groot park. Om het park was een hooge muur ge bouwd en toegang verkreeg men door een groot ijze ren hek, dat echter' steeds hermetisch gesloten was. De villa, die langen tijd leeg had gestaan, was en kele maanden geleden door onbekenden gehuurd. Behalve een oude dienstmeid, die slechts gebroken Fransch sprak, en haar inkoopen bij tijd en wijle in de winkels van het dorp deed, had men nooit iemand van de bewoners van de villa te zien gekregen. Sinds eenigen tijd echter had het de aandacht ge trokken, dat de bewoners van de villa 's nachts be zoeken ontvingen. Auto's kwam uit de richting van Parijs tegen het vallen van den avond en vertrok ken pas weer bij het aanbreken van den nieuwen dag. De vreemde gasten deden alle mogelijke moeite om niet door de dorpsbewoners gezien te worden. Op een nacht echter werd een verdacht motorrijder door een gendarme aangehouden. De man bleek een zak met poststukken bij zich te hebben. Bij het ver hoor, dat hem afgenomen werd bekende hij koerier te zijn en in dienst van den bewoner van de villa. Eenige uren later verscheen de politie in de als een nest van samenzweerders uitziende villa en ver langde de heer des huizes te spreken. „Hoe is Uw naam", vroeg de inspecteur. „Sokoloff", was het antwoord. „Uw papieren, alstublieft". Sokoloff, een man van middelbaren leeftijd, gaf zich niet eens die moeite. „Ik ben Trotzky", bekende hij onmiddellijk. „Leo Trotzky". En sarcastisch er aan toevoegend, „mijn heele leven lang blijf ik een samenzweerder". Hierop deed de politie een huis zoeking. Het resultaat was, dat een uitwijzingsbevel tegen Trotzky uitgevaardigd werd. Doch waar moest hij heentrekken? Turkije had genoeg van hem. Rus land eveneens. Zwitserland wilde hem ook niet heb ben en Holland en Engeland nog minder. Zoo was men wel gedwongen Trotzky binnen de grenzen te houden. Bij de huiszoeking te Barbizon was het de politie opgevallen, dat de gewezen volkscommissaris zich 19. Haven was uit zijn humeur, boos op de heele we reld en bedroefd. Hij antwoordde bijna ruw: „Als de directeur me wil spreken, kan hij me op mijn kamer vinden." De man gaf den liftjongen een teeken, die daarop zijn duim van den knop af nam. De lift bleef staan. „Het zou beter zijn, mijnheer, als u even mee ging naar het kantoor," zei hij. „Er is daar iemand van de politie. Het is van groot belang." Haven wendde zich van do lift af. „Goed," zei hij kortaf. De klerk ging hein voor door de hall, een lange gang door naar het kantoor en klopte aan, daarna liet hij Haven binnen gaan, die daar tegenover een typischen Pool kwam te staan met zwarten baard en van middelbaren leeftijd, die achter een schrijftafel zat en de vale gelaatskleur had van iemand, die zijn heele leven te veel gerookt heeft. In een stool naast hem zat een man in een eenvoudige zwarte uniform met een krommen neus en lichtblauwe oogen van een bcdriegelijke zachtheid. De hotelma nager stond op en boog. „Spreekt u Fransch?" vroeg hij. „Eenigszins," zei Haven, „ik ben beter thuis in mijn eigen taal." in een buitengewoon grooten welstand mocht ver blijden. Geld scheen naar alle waarschijnlijkheid geen rol te spelen. De huur van de villa was betrek kelijk hoog. De winkeliers vertelden, dat het dienst meisje bijna dagelijks bankbiljetten van 500, en 1000 francs wisselde. In de garage van de villa stond een prachtige auto. Voorts werd vastgesteld, dat de villa-bewoner verschillende secretarissen en typisten in dienst had en een groot aantal couranten in ver schillende talen liet verspreiden. De Fransche regeering had geen andere keus, dan Trotzky in Frankrijk te laten verblijven Slechts werden eenige veiligheidsmaatregelen getroffen, op dat de „eeuwige samenzweerder" niet te lastig kon worden. Dies besloot men hem te doen verhuizen. Tot dit doel reed op zekeren dag een auto van de geheime politie tot voor de villa, haalde Trotzky af en bracht hem naar een tot dusver onbekend ge bleven oord. Strafzitting van Maandag 4 Febr. '35. Helder. HERHAALDE OPVOERING. Een Heldersch visscher, de heer Teunis Kr., die volgens de justitioneele annalen nu niet bepaald als een voorbeeld van deugd en strikte eerlijkheid kon worden beschouwd, had een aan zekeren heer Piet Bais toebehoorende transportfiets en 2 rollen touw achterover gedrukt en was te dier zake op 21 Jan. op de matiné van den politierechter genoodigd. Waar de heer Kr. echter destijds niet verscheen, werd verondersteld, dat hij met elke beslissing ac- coord ging en veroordeelde de rechter hem op voor stel van den officier in de volste gemoedsrust tot 4 maanden gevangenisgenot. Het bleek echter ach teraf dat de begunstigde heelemaal niet ingenomen was met dit douceurtje, zooals kon worden gedistil leerd uit het heden behandelde door hem ingestel de verzet. De opposant ontkende den diefstal, hij had bedoeld rijwiel en touw in „beslag" genomen. Volgens verdachte lag aan de zaak een geldkwestie ten grondslag. Hij had geld te vorderen van zeke ren Mastemaker, die hem f 10 schuldig was aan loon. De heer Bais had daar echter niets mee te maken. Opposant is reeds meermalen veroordeeld. Vonnis thans f 25 boete of 25 dagen. Bergen. ONBEHOORLIJK OPTREDEN. De niet aanwezige heer Frits B. te Bergen had op 11 Augustus den heer H. Granaat uit Amsterdam in de Rustende Jager, beleedigd door hem te quali- ficeeren als een vuile rotjood, zulks zonder eenig motief. De heer Granaat diende een klacht in en werd heden de vuilspuwer veroordeeld tot f 25 boete of 15 dagen hechtenis. Volgens een getuige was ver dachte getooid met een hakenkruisinsigne. Medemblik. ROSSIGE OPROERIGHEID. Een 28-jarig heerschap, Harm. ter H., met ruige coiffure, metselaar, voroheen te Medemblik, thans te N. Niedorp overgeplaatst, was naar aanleiding van een hem treffende uitsluiting van de werkver schaffing, zoo vrij geweest in diverse pamfletten, uitgedeeld op het terrein der werkverschaffing, het gezag te beleedigen in den persoon van burgemees ter Peters te Medemblik, welke gemeentelijke ge zagvoerder van dit kleine, maar blijkbaar onrustige stadje, nogal het doelwit is van paedagogische, maar ook van positief roode elementen. Genoemde metselaar had zich dan ook niet onbe tuigd gelaten en de burgervader naar zijn beschei den meening zoo z'n vet gegeven, dat hij thans voor deze litteraire buitensporigheden terecht stond. Een geweldig lange dagvaarding, die de officier grooten- deels maar coupeerde, had hem bereikt en de poli tierechter behandelde dan die punten, die speciaal burgemeester Peters beleedigden. Burgemeester Peters, die twee klachten had inge diende achtte zich in elk pamflet in zijn goede repu tatie als burgemeester beleedigd en zijn gezag aan getast., Nadat de Politierechte r deze getuige nog extra had voorgehouden met volle wetenschap on der eede naar waarheid te verklaren, werd de heer Peters gehoord. De burgemeester ontkende dan on der meer niet, verdachte, naar aanleiding van zijn „We zullen Fransch spreken, als u het goed vindt" zei de ander, „want kolonel Madriwill spreekt geen Engelsch. Mag ik u mr. Haven voorstellen, kolonel? Kolonel Madriwill, chef der politie van Warschau en die gedurende den oorlog aan het Inlichtingen- Bureau verbonden was." Haven boog en nam plaats. Hij zat daar somber zwijgend, de tasch onder zijn arm geklemd. „Kolonel Madriwill is hier bij me gekomen om me op de hoogte te stellen van de opvattingen van de autoriteiten omtrent het door Polen trekken van verschillende vreemdelingen, die genoodzaakt zijn geweest overhaast Rusland te verlaten," zei de di recteur. „Kunt u het me kwalijk nemen, dat ik er naar verlangde zoo'n varkensstal van een land te verla ten?" vroeg Haven. „Een regeering mag geen sym- of antipathieën hebben", zei kolonel Madriwill. „Haar opvattingen worden geheel beheerscht door de politieke noodza kelijkheid." „En Mr. Haven moet tevens begrijpen," viel Nako- li in, „dat Polen zonder de minste sympathie den tegenwoordigen staat van zaken in Rusland gade slaat. Ik mag dit wel zeggen, omdat ik geen officieel persoon ben. Ik ben er van overtuigd, dat binnen enkele weken Rusland, dat niet meer als militaire macht aan de zijde der Geallieerden staat, in een burgeroorlog gewikkeld zal zijn. De sympathie van Polen zal dan niet met het Roode Leger zijn." „Het is niet noodig om lange explicaties te geven aan dezen jongen man", zei kolonel Madriwill min zaam. „Laten we hem liever zeggen in welke situ atie wij verkeeren. We hebben een officieele aan klacht binnen gekregen van een organisatie, die zich zelf een „Commissie voor publieke veiligheid" schijnt te noemen en het document is geteekend door ver schillende mannen, die zichzelf als beambten van de nieuwe Russische Republiek beschouwen. Men zegt Eenige weken geleden toen de moord op Kirof plaats vond, werd in de pers een brief ge publiceerd, waaruit bleek, dat Trotzky weer bij deze politieke affaire gemoeid was. Zijn naam werd wederom aan de vergetelheid ontrukt en ijverige nasporingen vonden plaats om uit te visschen waar hij verbor gen werd gehouden. Sommige beweerden zelfs dat Trotzky het slachtoffer van de G.P.Oe geworden was en dat de regeering zulks geheim hield. Op het oogenblik fluistert men te Juan les Prins aan de Rivièra, dat Trotzky onder den naam van Evreinoff een villa in de nabijheid van deze bad plaats zou bewonen. In hoeverre dit juist is kan nog niet worden nagegaan, daar de bewoner van deze villa, evenals die van de villa te Barbizon, zich steeds schuil houdt, slechts 's avonds en 's nachts gasten ontvangt en zijn post door middel van een koerier per motorrijwiel naar onbekende bestemming laat bezorgen. optreden, 'n verdomde lafaard genoemd te hebben en hem de deur te hebben uitgewerkt. Volgens verdachte zou hij ook kwajongen en blik- semsche aap gezegd hebben. Waar overigens de verdachte een zeer behoorlijke houding aannam, ontbraken de traditioneele emoties. De officier kwam dan ook betrekkelijk spoedig tot het nemen van zijn requisitoir, strekkende tot veroordeeling van verdachte tot 6 maanden gev., waarvan 3 maanden onvoorwaardelijk en 3 mnd. gev. voorwaardelijk. Verdachte hield daarop een langdradig betoog, tot conclusie hebbende, dat het niet zijn bedoeling was den burgemeester of het gezag te beleedigen, doch om strijd te voeren voor zijn beginselen. Verdachte werd daarop veroordeeld wegens schrif telijke beleediging tot f 25 boete of 15 dagen en 3 m. gev. voorwaardelijk met 3 proefjaren. Texel. NIET MET HANDSCHOENTJES AANGEPAKT. De 2S-jarige slager Geert T. te Texel is blijkbaar een patroon, die niet gewend is zoete broodjes te bakken, althans had hij op 22 Oct. zijn knecht W. Wegers, die zijn ontevredenheid had opgewekt en wien hij bereids den dienst had opgezegd, aange pakt, tegen den grond gekwakt en gestompt. De heer T. beweerde dat het optreden van dien knecht, van wien zijn vrouw doodsbang was, krach tige maatregelen noodig maakten. De knecht, thans gehoord als getuige nummer 1, diende nog een vor dering in tegen zijn voormaligcn baas ten bedrage van f 42, doch hij maakte echter bij den pol.rechter geen kans. Gevorderd werd f 10 boete of 10 dagen. Uitspraak conform. Schagen. 'N ZWIJNEMERKJAGER ONDER HET MES. De 18-jarige Theodorus Gcr. v. d. H., een landbe- werkcr te Schagen, van wien met recht het spreek woord van toepassing is: nog zóó jong en reeds zóó slecht", had op 5 Aug. j.1. de brutaliteit het rijwiel plaatje van een- jonge dame, die zich ter kerke had begeven en haar rijwiel aan de eerlijkheid van Jan Publiek had toevertrouwd, gestolen, stond terecht en requireerde de officier in begrijpelijke veront waardiging over deze laagheid, niet minder dan 4 maanden den petoet separatie. De politierechter kon echter niet direct besluiten dit jonge leven al direct achter gevangenismuren te verstikken en gelastte een reclasseeringsonderzoek. De heer Wiggers bracht thans zijn rapport uit en adviseerde aanhouding dei- zaak voor twee maanden. De snaak had nu werk, maar is ondertusschen weer te Bovenkerk aan het knokken geweest, waarvoor hij te Haarlem nog te recht moet staan. Uitstel alzoo tot 6 Mei. Westwoud. VARIATIO DELECTAT. Jongeheer Jan Timon B., vroeger te Westwoud, bracht wat variatie door te moeten verschijnen in een zaak, die op grond van het zedekwetsende met gesloten deuren moest behandeld worden. Dit on smakelijke ventje werd veroordeeld tot 4 maanden gev. voorw. met 3 proefjaren. Onder psychiatrisch toezicht gesteld. L i m m e n. HIJ HAD ER GEEN TABAK VAN. Een 25-jarige opperman uit Limmen, Adriaan Wil- lebrordes Kr. had op 26 September niet voldaan aan de vordering van twee belastingambtenaren, Ver voort en Buys, die zich bezig hielden met rijwiel- belastingcontrole enz., om van zijn rijwiel af te stap pen, welk feit was gepleegd op den Vischweg te Limmen. Dientengevolge stond de belastingambte dat u, Mr. Haven, het land verlaten heeft met ge stolen bezittingen tot een zeer hoog bedrag. Men eischt verder uw uitlevering aan een militair escorte dat op weg is hier heen." „U weet heel goed, dat u schuldig zult zijn aan moord als u me uitlevert", zei Haven. Kolonel Madriwill glimlachte beleefd. „We zijn gelukkig in staat uw uitlevering te wei geren, daar we geen nieuwe regeering van Rusland erkend hebben," zei hij. „Maar tegelijkertijd hebben onze geheime agenten in Rusland ons te verstaan gegeven, dat een groote troepenmacht de monarchis tische begrippen trouw is gebleven en na oproep van Groothertog Michael zich tot aparte troepen vereeni gen. Er komt ongetwijfeld burgeroorlog. Ik zal u nu in vertrouwen nemen, mr. Haven. U kunt wel begrijpen, dat dit land uitgeput is. We zouden liever tegen de Russische revolutionnairen vechten, als we dan vechten moeten, nddat de groothertog zijn troe pen opgeroepen heeft en het Witte Leger gereed is." „Wat heeft dat allemaal met mij te maken?" vroeg Haven verwonderd. „Dit", legde de chef der politie uit. „We wenschen niet onhoffelijk te zijn tegen den vertegenwoordiger van een bevriende natie, doch het zou ons aange naam zijn als u ons de verwikkelingen van uw te genwoordigheid hier wilde besparen." „Dat wil zeggen," zei Nakoli, „dat de regeering blij zal zijn als u dit land wilde verlaten voor het es corte hier aankomt." Haven boog zich voorover. Hij werd rood van drift. „Denkt u dat ik niet verlang om uw uw ver vloekte land te verlaten?" vroeg hij heftig. „Denkt u, dat ik hier als toerist ben, die rondloopt met een Baedeker om uw museums en uw gebouwen te bekij ken? Ik ben hier heen achtervolgd, in voortdurend levensgevaar. Ik hunker er naar om weg te komen. Zeg me hoe ik in een beschaafd en bevriend land kan komen en ik zal even blij zijn om weg te gaan als u om mij kwijt te raken." „Dan zijn we het eens", zei de hoteleigenaar. „Mr. Haven is bereid om vanavond nog te vertrekken Dat is toch volgens uw wensch, nietwaar, kolonel?" „Absoluut," was het kalme antwoord. „Als dat zoo is." zei Haven, „zult u misschien ook wel zoo vriendelijk willen zijn me te zeggen, hoe ik de stad uit kan komen en waar ik heen kan gaan." De hotelier stak zijn handen met een wanhopig gebaar uit.. „Dat is helaas de moeilijkheid," zuchtte hij. „On ze connecties met de buitenwereld zijn tijdelijk ver broken." „Dus dan vraagt u me dus", zei Haven, „om van hier te vertrekken naar Duitschland, Oostenrijk of naren schuwen heer Kr. heden terecht. Volgens Arïe had Vervoort alleen geroepen: Hoores everi, en niet| Halt, rijksambtenaar! De officier zou het van het rijk verstandig noe men, deze controleurs in een volledige of gedeelte* lijke uniform te steken, om van dit gezeur af te ko men. Eisch en vonnis f 25 boete of 15 dagen. St. Maartensbrug. ONBARMHARTIGE EN ONSPORTIEVE JOCKEYfi Een vrachtrijder uit Nieuwer Amstel met name Leendert C., die gedurende een harddraverij met sulky's te St. Maartensbrug op 9 Oct. dienst deed als jockey, zou volgens twee ooggetuigen het door hem gereden paard zonder noodzaak of redelijk doel( wreedaardig met een zweep twee slagen op den kop hebben gegeven. Hij stond nu terecht ter zake dieren mishandeling, doch beweerde het paard, dat kwaad aardig was en naar hem beet, een slag op den nek te hebben toegebracht en had hij 4 getuigen uit Nieuwer Amstel opgeklopt om dat te bevestigen» Het paard is verkocht en later gestorven. Gerequireerd werd uit bewijsgebrek vrijspraak. Vonnis conform, dus de 4 getuigen a decharge kon» den ook afzwaaien. Oude Niedorp. HET „OORLOGSHUWELIJK". De 49-jarige heer Piet de B. uit O. Niedorp, did op 7 Januari werd veroordeeld tot 10 gulden boete, omdat hij zijn zwaarlijvige echtgenoote Johanna Maria Roerink met een kopje had gegooid, stond nij alweer terecht wegens mishandeling van zijn voor* malige 50 procent op 6 November j.1., welke damd door hem was geslagen en met pakjes boter en brood naar het hoofd was geworpen. Haar zoons, die jam wilden hebben, hadden vader zoo'n beetje opgehitst, moeder op bovenomschreven minzame manier te maltraiteeren. De keurige echtgenoot werdl veroordeeld tot f 5 boete of 5 dagen. Moeder woont nu te Utrecht en dus hebben wa dergelijke onverkwikkelijke echtelijke tooneeleii niet voor de rechtbank meer te verwachten. Egmond Binnen. EEN VUISTVECHTER. De niet verschenen Corn. Sch. had op 1 Septem ber den 18-jarige J. Pepping te Egfnond-Binnen 'ni vuistslag in het gelaat toegebracht .Kees zou boos geweest zijn, omdat Pepping de politie eenige in lichtingen had gegeven, omtrent eenden. Vonnis f 13 boete of 10 dagen. Schermerhor n. SCHOPPENBOER IN ACTIE. Een agrarisch arbeider uit Z.- en N.-Schermer, Gerrit J., stond terecht ter zake het feit, dat hij op 19 November Klaas Koopman, 'n arbeider uit dei Beemster, die zijn meisje thuis bracht, eenige schop pen had toegebracht. Deze strafoefening had plaats op de Noordervaart. Vergissen we ons niet, dan be geerde Schoppenboer ook het meisje, waarmee Klaas op stap was. Klaas reed voorop met zijrf hittepetiti en 'n stuk of 6 adorateurs reden als eerewacht ach ter het paartje aan. Koopman reed eensklaps hardi vooruit en werd door Gerrit J. achterna geraced. Do getuige A. v. Zwol leek wel wat „draaierig" in zijnj verklaring en de heer Brak, die opgaf te zijn „bank werker", waaruit de Politierechter verstond „bank directeur", (wat precies hetzelfde is, alleen bestaat! er verschil in salaris), beweerde, dat Gerrit niet had geschopt. Vonnis f10 boete of 5 dagen. Heerhugowaard. ONWILLIGE BEZOEKER. De 24-jarige arbeider Pieter M. te Heerhugowaard vertoefde op 19 Nov. tegen den wil van den eigenaafl of rechthebbende in de woning van den thans zie ken heer Korver aldaar en had zich op Heggelaars eerste vordering niet verwijderd, voor welk feit hij nu terecht stond. Het scheen dat er „bonje" was tusschen de respectieve families, wat overi gens op het platteland zelden of nooit voorkomt. De Officier kon het bewijs niet voor elkaar bok sen en werd Pietje M. vrijgesproken. Egmond aan Zee. DAMESHEIBEL TE EGMOND SUR MER. Volgens dagvaarding zou op 3 Nov. mej. Antho nia Hendrika Alida G., huisvrouw van den heer Thijs Zw. haar dorpsgenoote mej. E. Wijker, huis vrouw Jan Half, een scheldwoord hebben toege voegd, dat we voor geen 100 gulden in de kolom men van dit eerwaardige blad zouden willen lan- ceeren. Door de dame in kwestie werd het feit ont-i kend en beschuldigde zij mej. Wijker onomwonn den van een valschcn eed te hebben afgelegd. Desondanks was zij de pisang en werd veroor deeld tot f 8 boete of 4 dagen. Roemenië dat nu, meen ik, in handen der Duik schers is om beroofd te worden van mijn bezit tingen en voor de.rest van den oorlog geinterneerd te worden." De chef der politie streek langs zijn baard. „U schijnt hier uit eigen vrijen wil te zijn geko men, mr. Haven, dus u kunt niet verwachten, dat wij de verantwoordelijkheid voor uw verdere daden op ons nemen." „Welke grenzen zijn open?" vroeg Haven. „De grens terug naar Rusland," zei hij, strak naar de tasch kijkend, „dezelfde grens die u schijnt over gestoken te zijn met gestolen goed van groote waar de." Haven stond op. „Zoo dus dat is de zaak," zei hij bitter. „U stuurt eerst mijn lijfwacht weg, u laat die... Rooden een zoogenaamd escorte zenden om met mij af te reke nen en u zet me het hotel uit, opdat u geen verant woordelijkheid omtrent mij zult hebben." „Maar dat is onbillijk," protesteerde de hotelier. „Als er treinen liepen en de grenzen open waren, zoudt u zonder eenig protest van onzen kant uw reis kunnen voortzetten. Het is onze schuld niet, dat de heele wereld in oorlog is. Ik vraag u, als man met gezond verstand, wat kunnen we doen?" „U kunt me een vliegmachine en een piloot bezor gen", stelde Haven voor. De hotelier schudde van het lachen. De chef der politie nam het ernstiger op. „Zooiets is helaas uitgesloten," zei hij. „De enkele militaire vliegtuigen die we bezitten zijn dag en nacht in gebruik. Hoe gaarne we een vertegenwoor diger van een bevrienden staat, die in moeilijkheden schijnt geraakt te zijn, zouden willen helpen, toch kunnen we helaas niets doen tenzij..." „Tenzij, wat?" vroeg Haven. „Er is een alternatief", zei de chef der politie, „en ik heb gehoopt, dat u dit zelf zoudt voorstellen." „Ik dacht al, dat er iets achter stak," zei Haven prikkelbaar. „Kom er mee voor den dag en zeg me, hoe ik mezelf in veiligheid kan brengen." Madriwill keek hem met zijn lichtblauwen oogen aan. „Als u alles wat u aan waarde bij u heeft, zoudt willen toevertrouwen aan een van onze vooraan staande banken de Nationale Bank van War schau hij voorbeeld zou de zaak nader overwogen kunnen worden." Haven wendde zich naar de deur. „Wat heeft u een hoop tijd verknoeid," hoonde hij. „Ik zal vannacht nog dit hotel verlaten." Wordt vervolgd. MREK°ïrEELtH

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1935 | | pagina 6