II I# beter door een Bril van
Tol!
E
conomi
sche Kroniek
HET VERONGELUKTE VLIEGTUIG
GEVONDEN.
Koppensnellers op het oorlogspad.
DE AFMARSCH DER SAARTROEPEN.
Ernstige vechtpartij.
Jongeman overvallen.
men. Mijn Tsjechische makker bevindt zich immers
aan de Kaspische Zee en ook ik zal daarheen gaan
en ik wacht reeds meer dan een week op de auto
mobiel, die me af zal komen halen voor den tocht
naar de kust. Tot nu toe kon die automobiel niet
komen door de sneeuw, die in de bergen tusschcn
Teheran en de Kaspische Zee hier en daar meters
hoog ligt. I-Ionderden arbeiders werken daar om
den weg vrij te maken en dit was reeds gelukt, toen
nieuwe sneeuwbuien opnieuw het verkeer onmoge
lijk maakten. Is het evenwel mogelijk weg te ko
men naar Deh-now aan de Kaspische Zee, dan wacht
ik geen oogenblik en zal de merkwaardige proef,
die de „molla" en zijn vriend, de student me hebben
beloofd^ moeten worden uitgesteld tot ik weder te
Teheran terugkeer. Voor het oogenblik is de kans
naar Deh-now te komen evenwel buitengewoon ge
ring, want zelfs in do stad ligt de sneeuw hoog en
de zon, die heden enkele uren is doorgekomen en in
dit zuidelijke land toch ook in wintertijd nog zeer
krachtig is, heeft de dikke sneeuw laag niet kun
nen doen smelten, en in de bergen, die nu tot aan
hun voet met sneeuw zijn bedekt, is het natuurlijk
nog veel erger.
J. K. BREDERODE.
UIT ONZE OOST.
ryestort In den spookkrater. - De be
stuurder gedood.
Donderdagmorgen te zes uur hebben, naar Anota
uit Bandoeng meldt, een 300 man troepen onder lei
ding van den commandant van de luchtvaartafdee-
Ilng het zoeken naar het vermiste vliegtuig hervat
Het vliegtuig dat getraceerd was binnen een cirkel
met een straal van een kilometer is te kwart over
acht in den morgen gevonden. Het bleek in den z.g.
spook-krater te liggen.
Sergeant Wulms bleek bij den val den dood te
hebben gevonden.
Het toestel is gevonden ten noord-oosten van den
grooten krater van den Tangkoeban Prahoe; het lag
30 k 40 meter bezijden een boschpad bij een klein
ravijn met den staart over den rand daarvan.
Wijlen Wulms, die den leeftijd van 26 jaar heeft
bereikt, is waarschijnlijk op slag gedood, daar het
toestel met een geweldigen smak moet zijn neerge
komen.
Een legervliegtuig, waarin een kapitein-waarnemer
was gezeten, steeg te 7 uur van het Bandoengsche
vliegveld Andir op en was te half negen terug. Hij
rapporteerde dat het vernielde toestel volkomen op
gevouwen ligt. Een vleugel zit onder het vliegtuig,
dat op den romp schijnt te rusten. Het toestel is ver
moedelijk voor den val bekneld geraakt Het lichaam
van den bestuurder, zoo i apporteerde hij verder, be
vindt zich waarscijnlijk in het toestel.
De infunterie-troepen waren op het moment, dat
dit rapport werd uitgebracht, nog niet ter plaatse
gearriveerd.
De twee compagniën kwamen half acht op den
rand van den krater aan.
Om kwart, over acht werd het vernielde toestel
door een militaire patrouille aangetroffen. Men vond
toen ook het lijk van den bestuurder.
Bij het zoeken twee man vermist?
Een onbevestigd bericht meldt, dat van een pa
trouille twee manschappen vermist zijn, die deelna
men aan het opsporingswerk.
Het toestel van kapitein KnntzeL
Hedenmiddag om twee uur zal een compagnie uit
trekken om het vernielde toestel van kapitein Kunt-
zel te bergen. Van dit toestel bevindt de staart zich
in de boomen, terwijl de rest in den grond gedron
gen en deels weggezakt is, terwijl de vleugel en de
benzine-tank zijn afgerukt.
Door veldpolitie en bevolking verdreven.
Ondanks het feit, dat in de Molukken van ver
schillende zijden ons bericht meldende, dat de z.g.
„Manowèërs" (verzamelnaam voor de stammen ten
Oosten van Mimikn. West-Nieuw-Guinoa"} aan de
grens van het Mimika Gebied gesignaleerd waren
en de bevolking in een paniek-stemming verkeerde,
vooral in het grensgebied werd tegengesproken. heeft
verder onderzoek uitgewezen, dat onze berichtge
ving volkpmen juist was, schrijft het A.I.D.
Inderdaad zijn de Manowèërs in het grensgebied
geweest, doch zij hebben ditmaal niet gesneld, dank
zij het optreden van de bevolking in samenwerking
m°t de Veldpolitie.
De in het Mimika-gebied en het ten Oosten daar-
van liggende terrein zeer goed bekende Posthuis-
Commandant, is in Oostelijke richting vertrokken en
heeft de Manowèërs nagezet.
In verhand met het steeds terugkeeren der Mano
wèërs in het Mimika-gebied wordt thans ernstig
overwogen het bivak der veldpolitie te verleggen
naar Kaan Stenboom, de iuferste grens van Mimika.
of nog verder naar het Oosten. De sterkte der Veld
politie is nu gebracht op een brigade van 20 man.
Verder is hier nog een zevental Bestuurspolitie
mannen, zoodat. indien noodzakeliik. de gehele
brigade kan uitrukken, in welk geval aan de Be-
stuurspolitie de bewaking van het kamnement kan
worden ongedragen. Dit verleggen van het kamne
ment heeft ten doel de Manowèërs bil een eventu-
eelen inval direct op te vangen, nog voordat zij ge
sneld kunnen hebben. De moeilijkheid is nu een ge
schikte plaats voor dat kamnement te vinden, welke
voldoet aan de eischen voor een langdurig verhliif
Hor hrigefi" en ook zoo gelegen is. dat de koppen
snellers direct worden gezien. Zii komen mee«*al
over zee in hun uitgeholde boomstammen zonder
uitleggers, waarin zii staande roeien, maar zoeken
ook af ?n toe. hun weg door de vele rivieren en de
zijtakken daarvan. Als het hivak komt op een
plaats waar de Manowèërs ongezien een om-
tredende bewegin" kunnen maken, zal m»n in let
terlijken en figuurlijken zin „aan de heidenen zijn
overgeleverd".
In de vischhallen te IJmuiden.
Donderdag heeft in de vischhallen te IJmuiden een
ernstige vechtpartij plaats gehad. Een agent van het
staatsvisschershavenbedrijf, K. genaamd, wilde zeke-
re W., een wachtsman op een stoomtreiler, verbali
seeren, omdat deze een zoodje visch zou hebben weg
genomen. Er ontstond een woordenwisseling, waar
op de agent, W. wilde medenemen naar het politie
bureau. Hierop bemoeide de zoon van W. zich met de
zaak, waarop een vechtpartij ontstond tusschen W.
jr. en den agent. De agent rolde over de daar staande
vischkisten en verloor zijn gummistok, die W. jr.
wilde grijpen. De agent J. kwam zijn collega te hulp
en greep den gummistok, waarop hij met twee gum
mistokken W. jr. te lijf ging. Hij werd echter door
W. sr. en nog een ander persoon in den rug aange
vallen, zoodat het er voor de agenten ernstig uitzag,
daar K. door den val verwondingen had opgeloopen
I Tenslotte kwam er hulp in den persoon van den
hal-chef, de heer H., die met zijn gummistok de vech
tersbazen flinke klappen toediende, die daarna alle
drie in arrest werden gesteld. Beide agenten hadden
verwondingen opgeloopen.
Mariniers 18 Februari terug. Algeheels
ontruiming van Saarland door V.B.-leger
voor de overdracht aan Dultschland.
Saarbrücken: De commissie van drie heeft
thans aan het hoofdkwartier van de internationale
troepenmacht in het Saargebied de definitieve orders
voor het vertrek der troepencontingenten doen toeko
men.
Bevestigd wordt, dat de Nederlandsche mariniers
den 16en Februari en het Zweedsche contingent den
18cn Februari het Saargebied zullen verlaten.
De Engelsche en Italiaansche troepen zullen in ge
lijke contingenten en met gelijke tusschenpoozen tus
schen den 19en en den 2Sen Febiuari, te beginnen
met één Italiaansch en één Engelsch bataillon, af-
marcheeren.
De Engelsche tanks zullen den 25en Februari de te
rugreis aanvaarden.
Op 26 Februari zal het hoofdkwartier der Engel
sche en Italiaansche troepen te Saarbrücken worden
opgeheven.
Hot laatst zullen de Italiaansche en Engelsche
vrachtwagens met de rest der manschappen van
deze heide contingenten van hier vertrekken.
Op den dag van de overdracht van het Saargebied
aan Duitschland zullen dus, zooals van den beginne
af was overeengekomen, geen internationale troepen
meer in Saarbrücken vertoeven.
Rome, 7 Februari: De Duitsche en Fransche
Saardeskundigen zijn uit Bazel, hedenochtend te
Rome gearriveerd.
In den namiddag hielden zije en vergadering, waar
in aan de commissie van drie van den volkenbond
rapport werd uitgebracht over de te Basel bereikte
resultaten.
Slachtoffer bewusteloos op den weg laten
liggen.
Naar eerst later bekend werd, is Dinsdagavond
tusschen tien uur en half elf te Rijkevoort een laffe
overval gepleegd op Jen 23-jarigen B. A., door den
20-jarigen B. en den 20-jarigen landbouwersknecht C.,
beiden wonend te Beugen.
Het slachtoffer werd overvallen, toen hij alleen
naar huis ging. Hij werd zoo ernstig aan het hoofd
gewond, dat hij bewusteloos ineenzonk. Eerst toen
gingen de daders op de vlucht.
Na eenigen tijd keerde A. tot het bewustzijn te
rug en kon hij strompelend een naburig café berei
ken. Na door een verpleegster verbonden te zijn, is
hij door een dokter naar het ziekenhuis te Boxmeer
vervoerd.
De politie heeft de daders nog denzelfden nacht
van hun bed gelicht.
FLESCH IN EEN VERGADERING GEWORPEN.
Dader wist te ontkomen.
Tijdens een vergadering die te Tilburg werd ge
houden door de Vereeniging van Vrienden van de
Sovjet-Unie werd op een gegeven moment aan de
deur geklopt. Nauwelijks was de deur op een kier
of er werd een flesch geworpen in de richting van
den man, die de deur had opengemaakt. De man
werd niet geraakt. De flesch, viel stuk en bleek een
bijtend vocht te bevatten. De man, die de flesch
naar binnen had geworpen, kon niet worden achter
haald, daar hij den uitgang had gebarricadeerd door
een een drietal fietsen voor te zetten. De politie
zoekt den man.
HET LEK GAAT DICHT.
Minder water uit het JulianakanaaL
Het uitstroomende water uit het Julianakanaal is
thans zichtbaar aan het verminderen. Op verschil
lende deelen van den hoogen kanaaldijk wordt se
dert eenige dagen niets meer van uitstroomend wa
ter ontdekt, op andere plaatsen blijft het nog uit-
stroomen, hoewel ook daar de hoeveelheid water af
neemt.
DE TRAWLER „MAIN" MET DERTIEN MAN
VERGAAN.
De Duitsche trawler „Main", die reeds sedert 22
Januari vermist wordt, moet definitief als verloren
worden beschouwd. Uit Stavanger wordt gemeld,
dat nabij de Noorsche kust een reddingboot van de
„Main" is gezien, terwijl nabij Jaederen deelen aan
land zijn gespoeld, die waarschijnlijk van den verlo
ren trawler afkomstig zijn. Het schip mat 255 bruto
register ton en de 13 leden der bemanning, waarvan
de meesten reeds jaren in dienst van de rêederij zijn,
komen bijna allen uit Oost-Pruisen.
EUROPEESCH GEZIN LEVEND VERBRAND.
Te Rangoon is brand uitgebroken in de woning
van een rechterlijk ambtenaar, kapitein Claude Ba
ker Hamilton. Het huis werd geheel door het vuur
vernield. In een vertrek vond men het verkoolde
lijk van den kapitein, zijn arm om het eveneens
verkoolde lijk van zijn negenjarig zoontje. In een
ander vertrek vond men het lijk van het 12-jarig
dochtertje.
(Voor de nieuwe bruggen over
onze groote rivieren is een tolta
rief vastgesteld.)
Wat tellen duizenden van jaren
Per slot in 't wereldlijk bestaan?
Steeds sluit de kringloop van de tijden
Zich tot een ongebroken baan!
Wat eens verdween zal weer verschijnen,
Naar innerlijk dezelfde norm,
Al is het ook in and're lijnen,
En, naar de munt, in and'ren vorm!
Reeds de vernuftige Romeintjes,
De kunstenaars van weg en brug,
Die pasten keurig op de kleintjes,
En hadden nooit van „groot" terug!
U mocht hun bruggen best passeeren,
Want de rivier stond dikwijls hol,
Maar ja, ze moesten concurreeren,
En daarom vroegen ze wat tol!
En jaren later, omstreeks 1000,
Had Dirk HL (glad misschien?)
In een versterkte woning huizend,
Dit kunstje netjes afgezien.
Hij kreeg zijn poorters aan een touwtje,
Wist, waar de mosterd werd gehaald,
En stichtte op zijn eigen houtje
Een tol, waar dik voor werd betaald!
Toen rezen, links en rechts, de tollen,
Als paddestoelen uit den grond,
We lieten rustig met ons sollen,
En hadden nooit een grooten mond.
We dokten centen, stuivers, kwartjes,
't Was hier en daar en overal,
Het werd onmoog'lijk volgens Bartj es,
En 't wés ook werkelijk te mal!
Tot weer na dnlzend jaren, Floris
Te Mniden naar de vrijheid greep,
Hij riep: „Te wapen! Wie er vóór is,
„Brengt met mij dezen tol om zeep!"
Luid toeterden zijn volgelingen,
In rijen auto's opgesteld,
Toen kwam het wonder alleh dingen...
De tol ging open... zonder geld!
Maar steeds herhaalt zich de historie,
En blijft voortdurend aan den rol,
We riepen wat te vroeg victorie,
Want straks betalen we weer tol!
Dan is de kringloop weer gesloten,
Den grooten Floris zelfs ten spijt,
We stappen, weinig opgeschoten,
Terug in den Romeinschen tijd!!
Februari 1935.
(Nadruk verboden).
KROES.
Werkloosheid, aanpassing
en veertig uren-week.
Wanneer we zeggen, dat een van de hevigste ziek
ten, waaraan onze moderne samenleving lijdt, de
werkloosheid is, dan is dat voor niemand iets
nieuws. Erger is het echter, wanneer het er lang
zamerhand op begint te lijken, dat' we hierbij te
doen krijgen mët een verschijnsel van chronischen
aard. En toch is dit zoo. We hebben ons gewend aan
een werkloosheid van exhorbitante afmetingen. Af
eif toe gaat het cijfer eens wat naar omlaag, soms
stijgt, het, doch in hoofdzaak blijft het ongeveer
constant.
De werkloosheid blijft constant.
Dat dit inderdaad het geval is, blijkt uit onder
staande cijfers, die de hoogste en de laatste aantal
len werkloozen weergeven, welke gedurende de ja
ren 1932, '33 en '34 in verschillende landen stonden
ingeschreven. (De opgaven zijn in duizendtallen).
1934
max. min.
Nederland 387 292
Frankrijk 351 311
Engeland 2045 1663
Italië 1158 - 831
U.S.A. 10690 10267
België 184 163
1933 1932
max. min. max. min.
399 275 274 241
332 227 282 232
2423 1970 2358 2184
1229 824 1148 905
13689 11793
207 135 169 153
Men ziet, dat de zeer ingrijpende maatregelen, die
door Roosevelt in de Vereenigde Staten zijn geno
men, inderdaad eenig succes hebben opgeleverd.
Trouwens, over 't algemeen zijn de cijfers over 1934
iets beter geweest dan in 1933.
Of intusschen door een devaluatie, waarop hier te
lande nogal eens wordt aangedrongen, zonder meer
een belangrijke daling zou volgen, mag alleen reeds
op grond van bovenstaande cijfers worden betwij
feld.
De cijfers voor Duitschland geven een zeer veel
gunstiger beeld:
1934
max. min.
3773 2282
1933
max. min.
6014 3S49
1932
max. min.
6128 5103
Alvorens hierover echter een oordeel te kunnen
vormen, zou het noodig zijn enkele bijzonderheden
te vernemen, die voorloopig ontbreken. Zoo zou men
b.v. dienen te weten, of leden van de S.S. en de
S.A., menschen die in 1932 stellig als werkloos wer
den opgevoerd, thans ook nog zijn opgenomen.
Het is echter niet onze bedoeling hierop diepgron
dig in te gaan. Het eenigo wat we met do genoemde
cijfers wilden aantoonen was het feit. dat lane-
zamerhand de werkloosheid inderdaad begint te
worden een blijvend iets.
De werkloosheid drnkt als een looden
last.
Dat laatste neemt Intusschen niet weg, dat ze voor
bijna iederen regeerder in de wereld en stellig in
ons oude Europa een geweldige hindernis is bij zijn
streven om de staatsfinanciën in evenwicht te hou
den. Onze moderne beschaving voelt het als haar
plicht den werkloozo, die geheel zonder inkomsten
is, een uitkeering te doen ten einde hem het leven
mogelijk te maken. Dat daarmee enorme bedragen
aan de rijksschatkisten worden onttrokken, behoeft
geen betoog, evenmin als het feit, dat de belastin
gen, waaruit die gelden moeten worden geput, door
de aangeslagenen langzamerhand als ondragelijk
worden gevoeld.
Zonder Invoer is uitvoer niet mogelijk.
De oorzaak van alle misère wortelt vermoedelijk
grootendeels in de vrijwillige welstandsbeperking,
die de geheele wereld zich heeft opgelegd. Vrijwillig,
omdat overal de meest bekrompen inzichten omtrent
in- en uitvoer hebben geleid tot het moderne protec-
tiesysteem, waarbij ongezonde binnenlandsche in
dustrieën werden gesteund ten koste van een door
en door gezonde exportnijverheid. Men heeft overal
de kip met de gouden eieren willen slachten, men
heeft de uitvoer meenen te kunnen houden, terwijl
men den invoer belemmerde. Het lijkt dwaas, maar
het is waar.
Niet de mechanisatie, maar de Invoerbe-
lemmeringen veroorzaken de werkloos
heid.
Veelvuldig hoort men de meening verkondigen,
dat het vooral de toenemende mechanisatie is ge
weest, die de werkloosheid heeft doen ontstaan. Deze
opvatting is stellig onjuist. Waór is, dat zonder de
machine alle handen ter wereld noodig zouden zijn
om de productie van heden te kunnen opleveren, ja,
men zou er daarmee vermoedelijk nog een heel stuk
onder blijven. Evenzeer echter is het juist, dat bij
een verstandige internationale politiek iedereen in
de industrie zou kunnen worden te werk gesteld, zon
der dat een overproductie behoefde te ontstaan,
zooals we die thans kennen.
Men dient, indien men de werkloosheid behan
delt, niet uit het oog te verliezen dat het niet alleen
menschelijke arbeidskracht is. die braak ligt. Ook
i. dit het geval met land, met fabrieken, met sche
pen. Aan den ecnen kant dus loopt de mensch doel
loos rond, aan den anderen kant staan de machines,
die hij behoorde te bedienen, stil. In de Vereenig
de Staten bedroeg in het afgeloopen jaar de maxi
mum staalproductie 61 pet. van de totaal capaciteit,
de minimumnroductie 19 pet. Zoodat dus 39—81 pet.
van de machines hebben stilgelegen. En dat terwijl
er alleen in ons land duizenden menschenzijn. die
gaarne in een Amerikaansche auto zouden rijden,
zooals er in de Vereenigde Staten duizenden men
schen zijn, die onze goedé land- en tuinbouwpro
ducten uitstekend zouden kunnen gebruiken.
Intusschen hebben vrijwel overal, in dankbare er
kentenis voor de bekwaamheden hunner regeerders,
de bevolkingen den hestaanden toestand voor lief
genomen. Trouwens naast veel ontevredenen, staan
talrijken, die hoogst ingenomen zijn met den gang
van zaken. Jammer is het natuurlijk, dat deze laat-
sten steeds behooren tot de producenten, die het
zonder regeering*steun nooit af zullen kunnen en
die dus gevoegeüikerwiize vertegen woord 'gers mo-
1 "e" worden genoemd voor een ongezonde nijver-
heid.
1 En zoo beg'nt het ..aannassin^snroces". Tn hoofd-
zaak komt dit neer op een zich instellen op een
1 lagere trap van welvaart als noodig zou zijn. Dat
dit móet, is duidelijk. Wanneer een volk een hoe
veelheid goederen voortbrengt, van bij voorbeeld
100. dan ligt het voor de hand, dat ieder in doorsnee
meer zal kunnen kriigen, dan wanneer die produc
tie daalt op 80 of 70.
Dat we druk bezig zijn dit proces door te maken,
ziet ieder, die couranten leest. Er gaat welhaast geen
dag voorbij of we vinden artikelen over salarisver
laging. loondaling en af en toe vermindering van
steunuitkeeringen. Het spreekt vanzelf, dat ook de
waardeverhouding van ons geld ten opzichte van
de goederen daarbij tot uitdrukking komt. Doch
deze mogen we gerust verwaarloozen. ja. de goede-
renprijzen zijn de. laatste jaren in doorsnee eer iets
gestegen dan gedaald.
De indexciifers der groothandelsprijzen bedroegen
in Nederland:
1930
117
1931
97
1932
79
1933
74
Aug. 1934
77
Sept. 1934
76
Oct. 1934
76
Zoodat de vermindering van loonen en salarissen
vermoedelijk in de eerste plaats is een zich aan
passen aan de verminderde productie.
Geen loonsverlaging, maar verkorting
van arbeidstijd is de medicijn.
Intusschen is het duidelijk, dat die aanpassing
nimmer ook maar eenigszins bevredigend zal kun
nen worden genoemd, zoolang nog hondderdduizen-
den medemenschen hun tijd in ledigheid zoek bren
gen.
Het middel om dezen wantoestand te doen beëin
digen ligt als 't ware voor 't grijpen: Verdeel de
arbeid over hen, die daarvoor in aanmerking ko
men. Met andere woorden: tracht te komen tot een
40-urigen of nog korteren werktijd.
We willen hierbij in 't midden laten of een zoo
danige arbeidsduur als ruimschoots voldoende voor
den doorsnee-mensch moet worden aangemerkt en
het voorloopig beschouwen als een overgangsmaat
regel. waardoor de bestaande onbilliike regeling, die
op geheel willekeurige wijze sommigen in armoede
dompelt, zou worden ongeheven. Ten slotte zou er
tevens het voordeel aan verbonden zijn. dat aan de
reo-eeringen een bron van groote zorg werd ontnomen
Deze veertigurenweek nu maakt reeds lang een
nunt van bespreking uit van het Internationaal
Arbeidsbureau te Genève.
Zoo heel veel verder is men er niet gekomen tot
dusverre. De werkgevers vooral ziin er tegen ge
kant. Ze voorzien, dat door een eventueele invoering,
de productiekosten zoodanig zouden worden onge
voerd. dat niet een vermindering, doch een ver
meerdering der werkloosheid er het gevolg van zou
zijn. We willen bieren geen rritiek oefenen Het ia
zeer goed mogeliik, dat ze zich vergissen. Alvorens
men zich om deze belangriike aangelegenheid een
oordeel kan vormen, dient men te beschikken over
statistisch materiaal, dat er nog niet is.
Indien aanpassing on deze wiize mogeliik is. dan
zou het onverantwoo'-dpliik ziin m in onze. gedesor
ganiseerde wereld niet in nractiik te brengen.
Daarom is het wellicht een verstandig besluit,
om on de aanstaande zitting van het Internationaal
Arbeidsbureau het vraagstuk alleen te behandelen
ten aanzien van enkele benaaVle industrieën: open
bare w-'-n. ijzer-, staal- en glasindustrie, bouw- en
♦niinbedriif.
kriigt dan althans de beschikkine over erva
ring.
iTef beste zou echter ziin. wanneer dergelijk© in
ternationale samenwerking don stoot mocht geven
tot een zich beter verstaan op allerlei gebied.