Het familieleven der
Oosterlingen
Schoone beloften en
de
Zaterdag 2 Maart 1935.
SCHAGER COURANT.
Tweede Blad. No. 9o70
tt?bii Ke,he'is Dond9rc,a9 «n vrach,au,° «-i»»
Twee meisjes in de Aue geworpen.
Qverstroomingen in Joego-Slavië.
STOOMTRAM GRIJPT EEN VRACHTAUTO.
ASPIRIN
U t de rlch""9 Schiedam naar Maassluis raad. Da chauHaur werd i.ar arnsila g.wond
Verschillen in voeding en
keukeninrichting. - De
rechtelijke positie van
een met een Pers
gehuwde Euro-
peesche vrouw.
(Van onzen reizenden correspondent.)
i Teheran. In Februari.
INDIEN men de wenschelijkheid overweegt van
huwelijken van Europeesche meisjes met
Oostersche jongelui, dan zou men feitelijk
eerst het godsdienstvraagstuk moeten behandelen,
doch dit wil ik hier buiten bespreking laten, daar
deze aangelegenheid door de betrokkenen beter in
de binnenkamer des harten kan worden uitgemaakt
Ik wil me tot de meer uiterlijke zijden bepalen,
die evenwel eveneeps voor het toekomstig geluk der
jonge vrouwen van onschatbaar groote beteekenis
zijn.
Het familieleven in de Oostelijke landen is
veel sterker ontwikkeld dan hij ons, doch dienten
gevolge is het gezin sleven veel minder huiselijk
en intiem. De familie leeft samen, niet in de eer
ste plaats het gezin. De huizen der meer gegoede
klassen zijn in Perzië meestal zeer groot. Ze vor
men de woonplaats der geheele familie. Trouwt een
zoon, dan zoekt hij zich niet een eigen huis, doch
vindt als regel wel een woning in het huis zijner
ouders en zijn dezen arm en hun huis dus zeer
klein, dan is er voor de jonggehuwden altijd nog
wel een klein hokje of een hoekje in dat kleine
huis. Een dochter, die trouwt, gaat als regel met
haar man mede en wordt als het ware een lid van
haar mans familie.
Een meisje, dat in den Oriënt' trouwt, trouwt, om
het zoo uit te drukken, niet slechts met haar man.
doch als het ware ook met al zijn verwanten en
leeft daarna in een huiselijke gemeenschap met haar
schoonouders, haar schoonbroers, een aantal schoon
zusters. Ik vrees, dat er ook in Europa van zulk een
stelsel niet al te veel terecht zou komen, doch in den
Oriënt is dit minder erg, daar de vrouw er nu een
maal niet veel in te brengen heeft, maar dat een
F.uropeesch meisje zich onder dergelijke omstan
digheden gelukkig zou kunnen voelen, komt me
toch hoogst twijfelachtig voor. Men denke zich een
jong Europeesch meisje, dat natuurlijk zeker in den
aanvang de taal des lands nog niet kent, en dan
leven moet onder zulke omstandigheden, tusschen
schoonbroers en schoonzusters, bij schoonouders, die
haar allen zeker niet steeds welgezind zijn!
De jonge man, die zich in Europa een meisje tot
vrouw heeft uitgekozen, zal, dit neem ik aan, zeker
aanvankelijk de beste bedoelingen en voornemens
koesteren. Gewoonlijk heeft hij eenigen tijd in Euro
pa geleefd en zich min of meer Europeesche opvat
tingen eigen gemaakt, doch teruggekeerd in zijn
land, heeft hij rekening te houden met de begrippen
fijner naaste verwanten en vrienden, tusschen wie
hij leven moet. Het zou dan wel eens kunnen zijn,
dat hij, onder deu drang der omstandigheden en zij
ner omgeving, anders sprak en handelde, dan hij in
Europa voornemens was en beloofde.
Juist dezer dagen wordt hier te Teheran gespro
ken over een Pers, die met een Duitsch meisje is
getrouwd en met haar naar hier is gekomen. Geen
der broeders of zusters van den man, noch zelfs
zijn vader of moeder wil nu meer een woord tot den
jongen man spreken en uit den aard der zaak la
ten ze de jonge vrouw geheel links liggen.
Een bakker bij zijn brooden.
Een mijner kennissen, een Zweedsch ingenieur,
vertelde me een teekenend geval. Hij had jaren ge
leden te Berlijn kennis gemaakt met een Pers, die
daar studeerde en vol geestdrift was over Europa
en de daar heerschende opvattingen en gewoonten.
Met minachting sprak deze Pers over de achterstel
ling van de vrouw, zooals die in het Oosten gebrui
kelijk is. Hij wenschte nimmer op deze wijze ge
huwd te zijn, zoo betoogde hij te Berlijn lang en
breed.
De Zweed en de Pers verloren elkander uit het
oog. De Pers studeerde te Berlijn af, behaalde zijn
doctorstitel en vestigde zich te Teheran, waar hij in
het huwelijk trad.
Hier ontmoetten de Zweed en de Pers elkander
na jaren weder. De Pers, nog steeds vol geestdrift
over de Europeesche beschaving en opvattingen en
vol minachting voor zijn minder geleerde landge-
nooten, noodigde den Zweed bij zich te eten.
Toen de Zweed bij den Pers kwam, zag hij nog
juist bij het binnentreden een snel verdwijnende
vrouwenfiguur en aan den welvoorzienen disch zaten
alleen hij, de Pers, en een van diens broeders aan.
De vrouw van den Pers kreeg hij niet te zien en over
haar werd ook met geen woord gerept, wat de
Zweed uitermate1 vreemd vond.' daar hij wist, dat
de Pers gehuwd was en hij diens verlichte opvat
tingen meende te kennen. Hem herinnerend aan de
ze opvattingen, vroeg tenslotte de Zweed naar de
vrouw des huizes. De gastheer kreeg een roode ge
laatskleur en stotterde, dat zijn vrouw boodschap
pen deed en daardoor verhinderd was mede aan te
zitten, wat natuurlijk niet strookte met de waar
heid. De broeder van den gastheer keek verbaasd,
daar zulk een vraag naar de gastvrouw in een Per
zisch huis als hoogst ongepast wordt beschouwd.
De ZWeed weigerde ooit meer bij den Pers op be
zoek te gaan en toen hij later den Pers nog eens op
straat ontmoette, verweet hij hem zijn ontrouw aan
zijn opvattingen, maar de Pers antwoordde: „Ge
kunt toch niet verlangen, dat ik oneenigheid krijg
met mijn geheele familie en me sluit buiten de ge
meenschap mijner landslieden, en dit alleen om een
vrouw?"
Menigmaal ben ik op bezoek geweest bij Perzen
en op één uitzondering na heb ik er nog nimmer de
vrouw, de moeder of een der zusters van den gast
heer ontmoet. De ééne uitzondering was bij een hoog
ontwikkelden Pers, die vele jaren in Europa stu
deerde en gehuwd is met een Zwitsersche vrouw,
eveneens met een wetenschappelijke opleiding. Hier
ontmoette ik ook de vrouw met wie ik enkele malen
slechts een oppervlakkig gesprek kon voeren. Ik
achtte het onbescheiden haar meening te vragen
over huwelijken van Europeesche meisjes met
Oriëntaalsche jongelieden of mannen, maar duide
lijk constateerde ik bij haar een knagend heimwee
naar haar vaderland en naar Europa. Dit heimwee
maakte haar zelfs onrechtvaardig in haar oordeel
over Perzië, waar volgens haar dan ook niets goed
was. Voor mij is het volkomen zeker, dat deze
Winkeltjes in een buitenwijk.
vrouw zich in of door haar huwelijk niet gelukkig
gevoelt.
Er zijn behalve dit alles nog duizenden kleinighe
den, die elk op zichzelf niet heel belangrijk zijn,
maar alle tezamen voldoende, om een Europeesche
vrouw zich in een Perzisch huis ongelukkig te doen
gevoelen. Denken we eerst slechts aan de meubi
leering van de huizen. Bij welgestelde Perzen is
deze. meubileering heel vaak fraai, zelfs artistiek
schoon, maar allerminst naar onze begrippen hui
selijk. „Gezelligheid" zal voor een in Perzië met een
Pers gehuwde Europeesche vrouw niet meer be
staan. „Gezelligheid" is trouwens een bij de Perzen
onbekend begrip, wat niet verbazingwekkend ge
doemd kan worden. Het klimaat immers brengt
mede, dat men het allergrootste deel van het jaar
niet leeft in huis, maar in galerijen of in den tuin,
of op den hof. De enkele korte wintermaanden
evenwel zal een Europeesche vrouw het ontbreken
van gezelligheid wel heel sterk gevoelen en ook in de
zomermaanden zal ze toch nog wel heel veel missen.
Wat het eten aangaat, hebben we er eerst rekening
mede te houden, dat reeds het brood geheel anders
is dan bij ons, een soort platte brooden, die uiter
lijk aan pannekoeken doen denken Slecht is dit
brood niet, maar toch was ik blijde, dat ik hier te
Teheran een bakkertje ontdekte, geen Pers, die
Europeesch, hier genoemd „Fransch" brood bakt,
doch in Perzische gezinnen komt dit brood als regei
ni.et. De Perzen houden er zelfs niet van.
Het bereiden van eten in Perzië is geheel anders,
dan bij ons en de meeste schotels, die wij lekker vin
den, kunnen de Perzen niet bekoren. Bovendien
zullen vele dier schotels door het ontbreken der
noodige grondstoffen hier niet kunnen worden toe
bereid. Doch dan is er nog de inrichting der keu
kens, waar een kachel of een fornuis bijna steeds
ontbreekt. Gekookt en gebakken wordt er op „roau-
gaals" (houtskoolcomforen), die een Europeesche
huisvrouw tot wanhoop zouden kunnen brengen.
Men zou kunnen zeggen: „Goed, maar dat zullen wij
anders doen." Dan evenwel heeft men voor zulk een
revolutie in een Perzisch huishouden dadelijk te
maken met de heele familie, voornamelijk de vrou
welijke leden, zusters, schoonzusiers, schoonmoeder,
tantes, enz.
Een Europeesch meisje, dat met een Pers huwt
en in Perzië woont, staat volkomen alleen, want
door haar huwelijk wordt ze ook Perzisch onder
daan. Zelfs indien de wet van haar land haar toe
staat na haar huwelijk haar oorspronkelijke natio
naliteit te behouden, dan is dit onmogelijk door de
Perzische wet, die haar tot Perzisch onderdaan
maakt.
Bij dit alles heb ik voornamelijk gedacht aan een
Europeesche vrouw, die, met een Pers gehuwd, te
Teheran woont, waar men zich toch nog zoo goed
als in Europa kan wanen. Voor een Europeesche
vrouw, die, gehuwd met een Perzischen dokter of
ingenieur, ergens in een dorp of in een kleine stad
moet wonen, worden de meeste der opgenoemde be
zwaren nog oneindig veel grooter.
En bij dit alles heb ik dan nog de bezwaren vau
De bestuurder zat in de cabine bekneld. Een wiel
rijder de heer Koning uit Rotterdam, die uit de rich
ting Kethel kwam en liet ongeluk zag gebeuren,
werd getroffen door een stuk hout, afkomstig van
den auto. Hij sloeg met zijn fiets tegen een hek en
kreeg verwondingen aan armen en beenen. Zijn rij
wiel werd totaal vernield. Met tal van verwondin
gen en kneuzingen is de bestuurder uit de cabine
gehaald en in een blokhuis binnen gebracht. Daar
was dr. G. Sauer uit Kethel spoedig ter plaatse. Hij
heeft het slachtoffer met assistentie van enkele ver
pleegsters uit de Dr. Nolet-stichting te Schiedam, die
toevallig in de buurt waren, voorloopig verbonden.
De toestand van den getroffene was zoo ernstig, dat
hij naar het gemeenteziekenhuis te Schiedam is ver
voerd. Daarheen is ook de heer Köning gebracht
De locomotief bleek door de aanrijding te zijn be
schadigd en er moest een locomotief uit Vlaardingen
komen om den trein, welke een half uur vertraging
had, naar de plaats van bestemming te brengen.
De bestuurder was ter plaatse goed bekend, daar
hij geregeld met een vrachtauto Kethel bezocht. Het
uitzicht op de spoorbaan was niet belemmerd en de
machinist heeft voor het passeeren van den over
weg signalen gegeven.
godsdienst cn taal geheel buiten beschouwing gela
ten en evenmin gewaagd van het geestelijk gebrek,
dat intcllectueele vrouwen hier zouden moeten lij
den door het ontbreken van omgang met gelijk-ont-
wikkelden.
I.aat ik erbij voegen, dat ik op Voor een deel de
zelfde gronden ook het huwelijk van een Europeesch
meisje met een Oriëntaalschen Christen niet zou
durven aanraden.
J. K. BREDERODE.
Moord om onbekende redenen door onbe
kend gebleven dader.
In Soellingen heeft Woensdagmiddag een afschuwe
lijk lijk drama plaats gehad, waarvan twee jonge
meisjes het slachtoffer zijn geworden.
Twee 10-jarige meisjes, Lisa Eberhardt en Lita
Wafleben genaamd, waren op ongeveer 2 kilometer
afstand van de stad langs de rivier de Aue aan het
bloemen plukken.
Onderweg kwam een onbekende man naar beide
kinderen toe en duwde dezen op een gegeven oogen-
blik in de Aue. De meisjes verdronken.
Tot dusver is nog niet opgehelderd, welke redenen
den onbekenden dader tot deze misdaad hebben aan
leiding gegeven.
Tengevolge van het smelten der sneeuw.
Belgrado: Tengevolge van het plotselinge
smelten van de sneeuw zijn op verschillende plaat
sen de rivieren buiten hun oevers getreden en heb
ben groote oppervlakten overstroomd. Het hooge wa
ter kwam op oenige plaatsen zoo plotseling, dat mi
litaire troepen moesten assisteeren om de bevolking
tc redden.
Te Paratsjin en te Warbara brachten pioniers de
bevolking met pontons in veiligheid. In het dal van
de Rasina staan 1-400 huizen onder water. De bewo
ners zijn naar de bergen gevlucht. Tot nog toe zijn
twee personen verdronken.
Ernstig ongeval op den onbewaakten over
weg ie Kethel. - Bestuurder van de
auto ernstig gewond.
behoeft te
genwoordig
niemand meer
te lijden.
uaivt aSXijd telfft
het product van vertrouwen.
Donderdagochtend omstreeks half twaalf
is op den onbewaakten overweg te Kethel
een ernstig ongeluk gebeurd. De stoomtrein
2132, die om 11 u. 29 uit Schiedam naar Hoek
van Holland was vertrokken, heeft daar
den uit Schiedam komende vrachtauto van
de firma Koot uit Rotterdam, bestuurd door
den 42-jarigen J. C. de Bruyn uit Rotter
dam gegrepen. De auto werd ongeveer 200
meter door de locomotief meegesleurd en
totaal vernield. Tal van onderdeelen en stuk
ken van den auto en den motor met de cabine
lagen over den weg verspreid.