Phillips Oppenheim
Kantongerecht te Minnaar.
door
Zuidscharwoude, 6 Maart 1935.
Aan de Redactie der Schaker Courant.
Verzoeke beleefd onderstaand schrijven in Uw
blad van Zaterdag a.s od te nemen. Rij voorbaat
onzen dank.
In een ingezonden stuk in Uw blad van Zaterdag
2 Maart, onderteekend door mijnbeer .T. du Burck,
kwam een stukje voor van de S.D.A.P. en den Mo
dernen Landarbeidersbond te Zuidscharwoude. be
treffende het samenstel len eener alphabefische
groslijst voor de a.s. gemeenteraadsverkiezing. Dat
deze op een totale mislukking is uitgeloopen. dat
is een gegronde leugen. Wij begrijpen niet hoe Mijn
heer du Burck hieraan komt. Mocht bij evenwel
blijven volhouden, dan verzoeken wij hem beleefd
de persoon die dit gezegd beeft, aan ons openbaar te
maken. Ons bestuur heeft niet. zooals Mijnheer du
Burck schrijft, samenwerking, maar volle mede
werking verleend aan de alphabétische groslijst der
S.D.A.P. Daar on de gecombineerde vergadering met
S.D.A.P. en Bestuur der Landarbeiders volkomen
overeenstemming is bereikt. Wat bliift er nu van de
mislukking over. Mijnbeer du Burck?
On de a.s. ledenvergadering van clcn Landarbei
dersbond. zal dan de officieele groslijst aan de le
den worden voorgelegd, en hun medewerking zal
worden gevraagd. De leden zullen vrijblijvend zijn.
Mijnheer du Burck. maak u niet bang.
Het Bestuur der afd. Landarbeiders,
Zuidscharwoude.
Mijnheer de Red.,
Gaarne had ik onderstaande opgenomen in Uw
veelgelezen blad, waarvoor ik U bij voorbaat dank.
Het is naar aanleiding van het hengelverbod van
't Amstelmeer, opgenomen In uw blad van Zaterdag
2 Maart.
Ik vind het eenigszins verplicht om voor diegene
welke met een cn ander minder goed met den plaat-
selijlten toestand op de hoogte zijn, onderstaande on
der hun aandacht te brengen.
Doordat door den nieuwen verbindingsweg naar
Wieringen, de Van Ewijcksluis als 't ware terzijde
is geschoven, had ik verleden jaar do hoop gekoesterd
mijn zaak weer rendabel te kunnen maken door aan
schaffing van roeibootjes, welke gebruikt worden
voor de hengelaars, welke hier in zeer groote ge
tale het anders zoo stille en afgestorven Van Ewijck
sluis bezochten, om een dag en ook wel twee dagen
van de zoo onschuldige hengelsport te kunnen ge
nieten.
Zooals echter in uw blad van 2 Maart 1.1. is geble
ken, is er een spaak in 't wiel gestoken, waardoor
voorloopig dat. wiel tot stilstand is gebracht.
Dat Zijne Excellentie de Min. van Economische
Zaken tot dit besluit is overgegaan, is voor mij, en
vélen met mij een raadsel, en er zal dan ook door
verschillende lichamen tegen geageerd moeten wor
den. Hoeveel middenstanders zijn door dit besluit niet
getroffen in Anna Paulowna en Wicringcn, om nog
maar niet te spreken over andere plaatsen.
Het moge hier even gereleveerd worden wat Het
Volk van 5 dezer over een onderhoud met deu heer
Do Vries, voorzitter van de Amstcrdamsche Henge-
laarsverecniging schreef:
„Het is vooral do „Heldersche Courant", die
hierin vooraan heeft gestaan en geen middel on
beproefd heeft gelaten een verbod uit te lokken.
In het blad van 31 December 1934 staat een
overzicht van de uitkomsten der visscherij over
1934 die gunstiger bleken te ziin dan in '33. Des
ondanks schrijft het blad: „Is er voor de vis-
schers in het Amstelmeer nog wat zoetwatervis-
scherij uit te oefenen? Deze vraag zou met ja be
antwoord moeten worden, indien de sportvissche-
rij in dit opzicht niet een spaak in het wiel had
gestoken, door mot honderden bij honderden da
gelijks de baars weg tc vangen."
Hoe mislijdend gaat deze redactie te werk, of
spreekt over aangelegenheden waarvan zij niets
afweet.
Baars is waardeloos.
Het is algemeen bekend, dat de baars van het
Amstelmeer en de verwante wateren niet de
minste marktwaarde heeft en bovendien niet ge
wild is bij het publick, doordat zij te veel afwijkt
van de baars in alle overige wateren. Zij is veel
slapper, niet geschikt om overgeplant te worden
en op de markt te koop voor 4 a 5 cent
por pond.
Het nu laten voorkomen alsof de sport de vis-
scliers het brood uit den mond heeft genomen, is
onjuist en onwaar, omdat er niet in 't minst
brood is te verdienen, nu niet, en in de toekomst
niet".
De heer Plekenpol, voorzitter van den Nederl. Bond
voor de Hengelsport zeide nog aan 't Volk:
Inmiddels wordt ook in de omgeving van het
Amstelmeer, o.m. door de Ver. voor Vreemdelin
gen-Verkeer, de middenstand en de Ned. Bond
van Café-, restaurant en koffiehuishouders, afd.
Schagen, alles in het werk gesteld om het be
sluis ingetrokken te krijgen. Want de minister
moge dan al van meening ziin. dat de beroeps-
visschers door de sport hengelaars benadeeld wor
den (hetgeen nog zeer te betwijfelen valt!), hij
heeft er zeker onvoldoende rekening mede ge
houden, dat tal van neringdoenden, o.a. bootjes-
verhuurders, leveranciers van hengelsport-artike
len en van krabben, caféhouders en nog tal van
anderen, veel ernstiger door dit verbod gedupeerd
worden.
Tenslotte zou ik nog de bescheiden vraag willen
stellen of de baten die de middenstand te Anna Pau-
louwna en Wieringen toevloeien tengevolge van het
hcngelaarsbezoek de broodvisschers zelf constateer
den er op sommige dagen 500 niet grooter zijn dan
de schade die ondervonden wordt door de bcroeps-
visschers.
Nogmaals dank voor de plaatsing.
Van Ewijcksluis.
W. WAIBOER,
Hotelhouder.
Zittinq van Vrijdag 8 Maart.
VONISSEN BETREFFENDE VORIGE ZITTING.
Arie B., Schoorl, overtr. Motor- en Rijwielwet
f7.50 boete of 5 dagen.
J. H. Sm., Schoorl, idem, f 15 boete of 15 dagen.
Dirk W., Castricum, overtreding Vogelwet, f5
boete of 5 dagen.
HIJ KREEG DE PARTIJ AAN Z'N BROEK.
De jeugdige, met de zuigkracht van een octopus
begiftigde pluimveefokker L. V. uit Heerhugowaard,
kwam nu al voor de derde maai met zijn aanrijding
voor de heeren. Thans werd nog gehoord de paling
handelaar Wijbrand lvroonenburg van de Karne-
rnelksbuurt, die de weegschaal moest doen ovez*-
slaan. Nu, dit deed Wijbrand dan ook direct, want
onder de neutraliteits verklaring, dat hij met geen
enkel persoon in deze zaak ook maar 'n sier an ze
pet bad, toonde hij met korte woorden aan, dat de
pluimgraaf de schuld was van de aanrijding en werd
deze heer veroordeeld tot f 12 boete of 12 dagen.
Alkmaar.
De Alkmaarsche taxichauffeur Hendr. G., was ge
dwongen in de Brouwerstraat achteruit te rijden en
gaf toen de inelkbakfiets van den melkhandelaar
Hoek n oplawaui, waardoor bedrijfsstagnatie en ma-
terieele schade werd aangericht ten bedrage van
f 14.75. Gevorderd werd f10 boete of 10 dagen en toe
wijziging der vordering. A.s. week vonnis.
ASJEBLIEFT GEEN DIENDERS IN DE SOEP!
De buschauffeur Cornelis F. was heden niet ver
schenen, toen de rijksveldwachter Minnee werd ge
hoord, doch zijn ooren zullen we getuit hebben, want
het was niet veel moois wat Minnee vertelde. Hij
was met zijn collega Kramer achter elkander gaan
rijden, toen de bus hen achterop reed, doch de
chauffeur was zoo dicht langs hen voorbij gejakkerd,
dat Kramer 'n zucht van verlichting, die uit zijn tee-
nen scheen te komen, had geslaakt toen de bus was
gepasseerd en hij bemerkte nog compleet te zijn. De
kantonrechter was dan ook nog tamelijk clement,
toen hij f 10 boete of 10 tiagen oplegde.
Alkmaar.
'N NIET TE ONDERSCHATTEN GEVAAR
VOOR DEN RIJWEG.
De rijksveldwachtders Wiegman en Brouwer van
de Rijksverkeerspolilie te Amsterdam, bielden op 7
Februari te Alkmaar nabij 't veilingsterrein 'n aan
den koopman KI. de B. te Bergen toebehoorenden
en door hem bestuurden tractor met aanhangwa
gen, beladen met gele kool, aan, ter controle en
kwamen alstoen tot de wetenschap dat deze wagen
in een veregaanden staat van verwaarloozing ver
keerde. Zoowel remmen als diverse andere vitale
onderdeelen werkten absolut onvoldoende en zelfs
moest 'n touw dienst doen om de remkracht op te
wekken. De rijksveldwachters, technisch goed onder
legd, stelden een minutieus onderzoek in, dat niet
alleen in proces-verhaal, doch ook in teekening
werd gebracht. Bovendien werd mr. Tack, de amb
tenaar, met het ergerlijke geyal in kennis gesteld
en aarzelde de ambtenaar niet onmiddellijk per
soonlijk ook 'n onderzoek in te stellen. Het resul
taat was zoo bedroevend, dat de tractor met aan
hangsel in beslag werd genomen en buiten dienst
gesteld.
De eigenaar en bestuurder stond heden terecht en
maakte overigens geen onsympathieken indruk. Hij
gaf toe, dat de toestand niet in orde was, doch hij
had alle mogelijke pogingen in 't werk gesteld om de
gebreken hersteld te krijgen, maar dit had hem niet
mogen gelukken. Niettemin gaf hij de toezegging dat
hij den wagen op afdoende wijze wilde doen repa-
reeren en daarna ter keuring aanbieden. Hij moest
er mede zijn brood verdienen.
De ambtenaar wilde daar niet van hooren, naar
zijn meening betrof het hier een zoo ernstig geval
van schromelijke verwaarloozing, dat vernietiging
van het vehikel, waarmede de bestuurder nota bene
nog wel met een zware lading kool naar Brussel
had willen rijden, moest worden uitgesproken. Hulde
bracht spreker voorts aan het voortreffelijk onder
zoek van de rijksveldwachters en de attentie hem in
de gelegenheid te hebben gesteld, de auto zelf te
kunnen onderzoeken. Ten slotte werd gevorderd
DE BROEKER DORPSSTRAAT IS DE PLACE
tor en aanhangwagen. A.s. week vonnis.
Broek op Langendijk.
DE BROEKER DORPSSTRAAT IS DE PLACE
DE LA CONCORDE NIET!
De Hoorrische koopman U. P., reed op 24 Januari
met zijn wagen door de nauwe en tamelijk bochtige
dorpsstraat te Broek op Langendijk met een aan die
benauwde situatie onverantwoordelijke snelheid en
stond nu terecht omdat hij de vrijheid eu veiligheid
van het verkeer in gevaar had gebracht. Hij be
weerde thans, dat het geheele verkeer bestond uit
twee fietsers, 'n spelend knaapje en 'n juffrouw,
maar als men bedenkt, dat één fietser van schrik
tegen een hek opreed, de ander zich in veiligheid
trachtte te stellen en daarbij het spelend jongetje
overreed waarop het kind 'n keel opzette van ge
weld en van de weeromstuit ook de juffrouw begon
te gillen, dan kan men zich voorstellen, welk een
consternatie deze automobilist veroorzaakte en zal
het niemand verbazen, dat, voor al dat spectakel hij
tot f10 boete of 10 dagen werd veroordeeld.
H e i 1 o o.
HIJ MOEST MEER RUIMTE HEBBEN.
De Amsterdamsche chauffeur Piet V., zag 1 Febr
te Heiloo geen kans zijn vrachtwagen tusschen 'n
stoppende autobus en twee stilstaande auto's door te
wringen en veroorzaakte een aanrijding. De schade
werd door de verzekering geregeld. Vonnis: f4 boete
of 4 dagen.
Zijpe. - Stolpervlotbrug.
FLAUWE POTSENMAKERS.
'n Paar brooddronken werkelooze opgeschoten
jongens, we hadden er eigenlijk 'n krachtiger uit-
drukikng voor klaar, Willem de B. en de nog geen 13
jaar oud zijnde. Dirk de B. amuseerde zich op 14
Januari bij de Stolpervlotbrug met steenen over het
N.H. Kanaal te gooien. De metselaar Jan Schoen, die
zich aan die overzijde ophield, maakte zich niet
druk, zoolang hij niet werd geraakt, maar toen een
ruit in zijn woning sneuvelde, begon hij ook warm
te loopeii en deed hij, toen de heeren niet geneigd
waren de schade te vergoeden, aangifte bij de politie
met het resultaat, dat de kantonrechter hen deze
straatschenderij inpeperde door aan ieder der jeug
dige vendalen f 12 boete, te vervangen respect, door
12 dagen hechtenis,, of 1 week tuchtschool op te Ie-g-
Alkmaar.
NOG ALTIJD NIET WEGWIJS!
Soms heb je heele volksstammen, die het nooit lee-
ren en er schijnt 'n zekere categorie fietsers te zijn
die evenmin begrijpt, dat de wet thans ook van den
wielrijder verlangt dat hij bij het veranderen van
richting 'n teeken geeft. Hoewel dit door publicaties
en ook in onze rechtsverslagen, bij herhaling gepre
dikt is.
Ook heden waren weer 'n paar van die achteraan
sloffers present, in de eerste plaats de heer Arie W..
'n maar steeds op de vaart vruchteloos wachtend
schipper uit de Landstraat, die vanuit de Pastoor
steeg de Langestraat inrijdend, het vereischte ge
baar had nagelaten. Voor hem gold echter 'n excuus
dat juist op het critieke moment 'n roekelooze oude
vrouw pardoes van het trottoir afstapte ende schipper
oan 'n ongewenschte carambole met dit oude menscli
te gaan, om haar heen zwenkte en toen het teeken
der straffeloosheid vergat.
Hij kwam er dan ook af met f 1 boete of 1 dag.
'n Zekere mijnheer Machael B., 'n hotelhouder
uit Egmond aan Zee, die uiterlijk niet veel overeen
komst vertoonde met den directeur van het American
Hotel, had op de Laat—HoekRitsevoort te weinig ac
tie betoond, doch heden beweerde hij beslist dit tee
ken wel te hebben gegeven, doch de agenten de Reus
en Hooyer hadden dit niet opgemerkt. De kantonrech
ter wilde aannemen dat de heer Michael ter goeder
trouw was en maakte er ook maar 1 pop of 1 dag
van.
Alkmaar.
'N MALLE SITUATIE.
'n Soort mysterie voor automobilisten en wielrijders
is wel het kruispunt Heldersche wegKanaalkade—
PaternosterstraatMolenbuurt en de proces-ver
baal over het niet behoorlijk aanwijzen van 'n rich
tingverandering bij 'n rijweg, die feitelijk niet van
richting verandert, blijven niet uit. Heden waren
twee delinquenten, de heer Coen H., schilder uit
Bergen en J. M. O., 'n electriciën uit die plaats, die
van uit de Paternosterstraat in de richting Heldersche
weg hadden gereden en het niet noodig hadden ge
oordeeld weer het vereischte verkeersteeken te ge
ven. De ambtenaar stond dan ook sceptisch en sloeg
het nieuwe artikel er op na, om tot de conclusie te
komen, dat hier de weg slechts 'n flauwe bocht maak
te, waardoor bedoeld teeken overbodig is en verwar
ring kan stichten, zoodat voor beide gevallen vrij
spraak werd gevraagd en verkregen.
'n Ander geval is het echter, wanneer wordt gere--
den vanuit de richting Heldersche weg, waarheen ook
de Kanaal kade voert, dan is de motor—wielrijder of
chauffeur bij het inrijden van Molenbuurt of Pater
nosterstraat gehouden bedoeld teeken te geven voor
het inrijden van de Molenbuurt onmiddellijk en;
van de Paternosterstraat na de Molenbuurt te zijn
voorbij gereden. Althans dit is de opvatting van den
ambtenaar, die echter ook were aangevochten kan
worden.
Alkmaar.
NA DRUPPEL BUITEN DE FILM.
'n Gebrilde juffrouw, de huishoudster A. Th.
die kennelijk haar eerste bloeitijd al 'n paar seizoens
voorbij is, was op 14 Januari in een volkscafétje aan
getroffen in een stadium dat gewoonlijk als „verkee-
rende in kennelijken staat" wordt aangeduid. Tame
lijk zenuwachtig en met betraande oogen stond het
vrouwtje thans terecht en mompelde dat haar abnor
male toestand het gevolg was van een heugelijk
feestje. De kantonrechter hoopte de kennismaking
niet te hernieuwen en bepaalde het straflimiet op 4
gulden boete of 4 dagen.
Fgmond a. Zee.
ARIE GEPROMOVEERD VAN DELVER TOT
COMMISSIONAIR.
Onze vriend Arie K. Lz., 'n populaire figuur op da
zitting, had het genoegen zich thans te kunnen voor
stellen als commissionair in gestroopte konijnen, 'n
positie, die volgens de wet geen aanleiding geeft
tot bedenkingen. Met ingenomenheid werd deze pro
motie van strafbaar konijnendelver tot eerbaar han-
Qplsman door den ambtenaar begroet en de kanton
rechter uitte eveneens zijn vreugde, door Arie, die
nog 'n klein delversklusje had uit te knobbelen, tot
slechts 3 dagen te veroordeelen. Arie, altijd correct
en hoffeiijk, dankte voor de coulante behandeling
en hoopte niet het in hem gestelde vertrouwen te
moeten beschamen. Natuurlijk zal dit wel van de le
vendigheid van den handel afhangen.
Winkel.
DE WET KENT GEEN ACHTERDEURTJES.
De heer Piet van Z., 'n nijvere slager uit Winkel,
had zich het ongenoegen van den crisis-spijsvetwet-
arabtenaren op het hoofd gehaald en was geverba
liseerd, omdat hij in zijn winkel 2 pakjes van 3/4
kilogram spijsvet aanwezig had gehad, die niet vol
deden aan de voorschriften der wet. Weliswaar was
van dit vet belasting betaald, en waren de pakjes
behoorlijk voorzien van de vereischte banderolles,
rnar de slager had van dit vet een gedeelte ver
kocht en de pakjes doorgesneden. Dat staat de wet
nu eenmaal niet toe, de pakjes moeten in onge
schonden testand worden verhandeld. De Winkeler
slager scheen te voren een meer ernstig conflict te
hebben gehad met controleur en rijksveldwachter ea
wijdde hierover nog tamelijk uit, doch deze aange
legenheid kon hier niet aan de orde worden ge
steld en volgde veroordeeling tot f2 boete of 2 da
gen.
32.
Anna Knstcllane leunde achterover in haar stoel
en lachte. Met half gesloten oogen, doch open mond,
lachte ze, als iemand die de grootste pret heeft.
I-Iij keek haar eerst toegevend, loen geërgerd aan.
„Je bent werkelijk ontzettend grappig", zei ze
eindelijk, „Ik werkte hcelemaal niet voor je toen
ik van dat lieve schaap van een Amerikaan gebruik
maakte om uit Warschauw te komen. Ik heb mis
schien voor jc gewerkt vroeger maar ik ben
je slavin niet cn evenmin die van de regeering. Ik
heb die juweclcn op eigen houtje gestolen en ik
denk dat ik ze behouden zal."
Nu kwam een heel andere Boris Roussky te voor
schijn. Zijn moncl was samen geknepen tot de hoe
ken een scherpe lijn vormden. Een diepe rimpel
kwam in zijn voorhoofd, zijn oogen blonken als staal
„Als je zoo praat, Anna Kastellane, zul je je bin
nenkort in groot gevaar bevinden," waarschuwde
hij, „gevaar, waar geen macht ter aarde je tegen
zal kunnen beschermen. Je, bent een dienares van
de Sovjet, een feit dat je niet mag vergeten."
„En eischt de Sovjet van mij de Ostrckoff-juwee-
'len?"
„Ja, en ze zal ze hebben ook."
„En zou jij me graag tot privé-secretaresse heb
ben?"
„Het zou een geschikt baantje voor je zijn en een
dat ik vind, dat je verdient."
Ze begon weer te lachen. Hij keek haar woedend
aan.
„Misschien heb je gelijk," gaf ze toe, haar oogen
afwissend. „Misschien verdien ik om je secretaresse
te worden als boetedoening, dat ik me ooit met een
van jullie heb ingelaten. Maar ik zal mezelf niet
zoo streng straffen. Ik zal de juweelcn nog liever
teruggeven aan den jongen man van wien ik ze heb
afgenomen, dan ze aan jullie af te staan."
„Je praat als een gek, Anna Kastellane", riep hij
woedend.
„Jo hebt nooit anders gepraat", antwoordde ze
prompt. „Je praat als een automaat, niet! als een
menschclijk wezen. Denk je dat, ik onder den indruk
kom van zoo'n onzin? Je wilt drie millioen pond
van me af nemen en onder jullie verdeelen om
uit te geven aan jullie kleeren en auto's en mai-
tressen. Ik voel zelf ook wel voor de prettige dingen
van het leven, Boris Roussky."
Hij opende zijn lippen en sloot ze weer. Hij dacht
even na. Het meisje was ten slotte niet zoo dom
als hij gedacht had. Waarom zou ze haar deel niet
hebben? Hij zou waarschijnlijk later wel weer in
de gelegenheid zijn het haar af te nemen.
„Laten we eens nagaan of we niet tot een over
eenstemming kunnen komen", zei hij. „Ik vind wel
dat jou iets toekomt voor je moed. Doe eens een
voorstel. Ik ben je vriend. Ik zal er clan vanavond
met het departement over spreken."
Ze hoog zich voorover en drukte op de bel.
„Het spijt me dat ik je weg moet zenden" zei ze
verontschuldigend. „Ik verwacht ander bezoek cn ik
geloof dat ik de lift hoor. Je kunt er gerust met je
departement over praten, Boris Roussky, maar het
is heter dat het voorstel van jou uitgaat."
Een keurig dienstmeisje verscheen. Er zat voor
Boris Roussky niets anders op dan heen te gaan.
Hij hoog hoffelijk over Anne's vingers, doch het be
zoek had hoegenaamd niet aan zijn verwachtingen
beantwoord.
Hij bleef buiten staan en keek de straat door of hij
een taxi zag. Zijn aandacht werd bijna onmiddellijk
getrokken door een man die aan den overkant op
het trottoir stond en peinzend naar boven keek.
Ondanks zijn vele zwakheden was Boris Roussky
lang geen domme kerel en hij herkende in den man
terstond den detective. Die man was van do politie
de Engelscho of de buitenlandsche hij kon
ook wel een agent zijn van een particulier bureau of
eigen houtje werken. Eén ding was echter zeker, hij
observeerde nu het blok flats waarin Anna Kastel
lane woonde. Boris Roussky draaide zich op de hie
len om, stapte de automatische lift binnen, ging naar
de derde verdieping en liet zich opnieuw bij haar
aandienen. Ze keek hem verbaasd aan.
„Weer terug?" vroeg zij koeltjes.
„Ja, om te waarschuwen," zei hij. „Ik geloof niet,
dat je beseft, in welk een gevaarlijke positie je ver-
koert door die juweelcn to behouden. Op het oogen-
blik wordt je flat bijvoorbeeld bewaakt door een
detective."
„Als het iemand van de politie is, is hij daar
waarschijnlijk om me te beschermen," merkte Anna
op.
„Het is waarschijnlijker, dat hij* je zal arrestee
ren", zei de Rus kortaf. „Ik heb je gewaarschuwd,
Anna Kastellane, je kunt die juweelen niet behou
den. Gezien van het standpunt der wetten van dit
land ben je niet meer of minder dan een dievegge.
Of de autoriteiten zullen je de juweelen met geweld
afnemen, of de een of ander privé persoon zal ze je
ontstelen. In het laatste geval kunnen ze je je leven
kosten. Je doet verstandiger met ze aan ons in be
waring te geven dan zullen wij een royale overeen
komst met je sluiten."
Ze belde opnieuw.
„Ik zal er eens over denken," beloofde ze.
HOOFDSTUK VII.
Kolonel Oliastransky, zijn vrouw en zijn pupil,
prinses Elisaveta Ostrekoff, lunchten den volgenden
dag in volle statie. Het had den kolonel met zijn
slank, militair figuur geen moeite gekost om klee
ren te koopen. Zijn zwart jacquet en donker grijze
broek, lakschoenen, slobkousen en hooge hoed, ston
den hem uitstekend en verhoogden zijn waardig en
aristocratisch voorkomen. De confectiemagazijnen
waren niet zoo gelukkig geweest met zijn vrouw,
doch ook zij was een ander mensch geworden. Eli
saveta had bij de beroemde Fransche modiste een
donkerbruin costuum gevonden, waarin ze er mooier
dan ooit uit zag. Ze stapten uit de gehuurde auto
voor het Gouden Kalf-rcstaurant in de buurt van
Oxford Street en Monsieur Cochot, de eigenaar, haast
te zich, een en al glimlachjes, naar hen toe.
„Monsieur le colonel!" riep hij .„Madame! Madei
moiselle! Er is iets gebeurd! Het groote geluk, hét
is gekomen, ja?"
„Het is gekomen", zei de kolonel plechtig. „Made-
moiselle is niet langer mademoiselle, monsieur Co
chot. Mijn pupil heeft het fortuin dat haar lang ge
leden door haar ouders in Petrograd beloofd was,
gekregen. Daarmede herneemt ze ook haar titel. Zie
hier, monsieur Cochot, prinses Elisaveta Ostrekoff!"
Monsieur boog en boog nog eens. Hij wenkte ma
dame van achter het kleine buffet vandaan waar
ze wijnen en apéritifs inschonk. Ze praatten alle
maal tegelijk, tot de kolonel hen in de rede viel.
„Het is genoeg", zei hij. „Nu willen we lunchen,
het beste wat u te eten en te drinken heeft, mon
sieur Cochot, en dan moet u ons de rekening geven
van alles wat we, dank zij uw vriendelijkheid, nog
aan u schuldig zijn."
Monsieur Cochot wischte een traan uit zijn oog
met een hoek van het servet, dat hij nog in de hand
hield, niets kon hem meer welkom zijn dan zoo'n
huitenkansje. Hij bracht zijn klanten naar het beste
tafeltje in het restaurant en madame maakte met
eigen handen de apéritifs gereed en nam er welwil
lend zelf een van. Ze waren buitengewoon opgewekt.
„Ik ben benieuwd wat er vandaag gebeuren zal",,
zei de kolonel, „of mr. Haven de juweelcn zal mee
brengen of nog meer van deze bijzonder aantrekke
lijke bankbiljetten."
Het meisje lachte gelükkig.
„Het kan me niet veel schelen," bekende ze. „Ik
zal natuurlijk met mr. Haven trouwen. Hij verdient
het wel, omdat hij me dit groote fortuin gebracht
heeft. En ik vind hem heel aardig bovendien."
„Elisaveta heeft gelijk" verklaarde madame Olis»
transky. „De jonge man bevalt mij ook heel goed.
Hij is knap en, volgens wat die advocaat zei, heel
rijk ook."
„Ik ben blij, dat hij rijk is", peinsde het meisje,
een haarlok uit haar voorhoofd strijkend. „Ik vind
het heerlijk dat we ons heele leven rijk zullen zijn
Als we arm waren, geloof ik, dat ik hem toch op
dezelfde manier zou beloonen ik zou toch met
hem trouwen ik heb zoo genoeg van ons leven."
Wordt vervolgd.