VARIA
ZAL MADAGASKAR
VERKOCHT WORDEN?
MIDDENSTANDSBELANGEN.
DEN HELDER
De jaarlijksche tentoonstelling der
Speeltuinvereniging.
De gezamenlijke Speeltuinverenigingen (die van
de Vischmarkt, de Oude Helder, en Tuindorp) heb
ben gisteren weer hun jaarlijksche tentoonstelling
geopend. Ten einde alles goed tot hun recht te laten
komen, had men de groote en de kleine zaal van
Musis Sacrum samengevoegd en het mag gezegd
worden, met succes.
Om ruim twee uur nam de voorzitter der Vereni
ging, de heer H. J. A. Lucker, het woord en riep de
aanwezigen een hartelijk woord van welkom toe. In
het bijzonder was het hem een genoegen te mogen
bogroeten de Loco-Burgemeester, Wethouder W. de
Boer, die zich terstond bereid had verklaard, 1111
de Burgemeester door ziekte verhinderd was, dit
zelf te doen, in diens plaats de tentoonstcling te wil
len openen. Verder heette spr. welkom de leden van
den Baad van Toezicht, het Bestuur van Veilig Ver
keer, de Inspecteur van Politie K. Heldir, alsmede de
Pers. liet was spreker aangenaam te kunnen memo-
reeren, dat dit de 4e tentoonstelling was, die door de
Vereeniging was georganiseerd en deze had wel een
bijzondere beteekenis door het iubileumsjaar, want
kort geloden werd het eerste lustrum gevierd. Spr.
verzocht thans den heer De Boer het woord te wil
len nemen.
Wethouder De Boer drukte er zijn spijt over uit,
dat hij genoodzaakt was thans de plaats van den
Burgemeester te moeten innemen door de reden, die
ae aanleiding daarvoor was. Toch deed het spr. veel
genoegen op deze plaats uiting te kunnen geven
aan de gevoelens van erkentelijkheid jegens het
werk der vereeniging. Uit deze tentoonstelling blijkt
immers, dat haar doel niet alleen is de kinderen
van do straat te houden, door hen in de speeltuinen
to vcreenigen, maar ook begreep zij de beteekenis
van het spreekwoord „Ledigheid is des Duivels kus
sen", en het thans tentoongestelde gaf een over
zicht van de door de kinderen in hun vrijen tijd
vervaardigde voorwerpen. Spreker uitte den wcnsch,
dat de vereeniging alom waardering mocht vinden
en dat dit voor haar aanleiding te meer zou zijn
om op den ingeslagen weg voort te gaan. Hiermede
verklaarde de heer De Boer de tentoonstelling voor
geopend.
Nadat de heer Lucker den loco-Burgemeester dank
had gezegd voor diens woorden, werd de thee ge
serveerd.
De tentoonstelling zelf geeft een alleraardigst beeld
van de werkwijze der vereeniging. Niet alleen zijn
er mooie gebruiksvoorwerpen, gemaakt. borduur
sels, thecklceden, kussens, enz., doch ook speelgoed
en snuisterijen. Zoo is er een heel vak met zeiljach
ten, voor de vervaardiging waarvan men bewonde
ring moet hebben. En dat niet altijd de duurste ma
terialen behoeven te worden gebruikt om leuke din
gen te maken wordt u getoond door de kinder
ameublementjes, die van leege lucifersdoosjes
zijn gemaakt.
In het midden der zaal is een tafel met materiaal
der Vereeniging voor Veilig Verkeer.. Men vindt er
uitgestald oen Verkeersmaquette van den A.N.W.B.
Ook hiermede bewijst de speeltuinverecniging den
geest des tijds te begrijpen, want zij geeft haar klei
ne leden ook verkeersonderwijs.
Heldersche lezers, verzuimt u niet vandaag of mor
gen eens even naar Musis Sacrum te gaan kijken. U
zult er geen spijt van hebben, want ook kunt IJ
voor weinig geld de tentoongestelde voorwerpen be
komen. En als u een 2oe bczoeker(ster) bent, wacht
nog een verrassing ook.
WIERJNGEN
De Middenstandsvereeniging „Wieringen"
toegetreden als afdeeling van den
Koninklijken Nederlandschen
Middenstandsbond.
De Middenstandsvereeniging vergaderde gister
avond in „Concordia" van den heer S. Halfwecg te
Hippol ylushoef.
De Voorzitter de heer C. J. Bosker, opent met wel
kom en sprak zijn genoegen uit over de groote op
komst.
In het hijzonder werden welkom goheeten de heer
F. L. v.d. Leeuw, directeur van het Bureau van den
Kon. Ncd. Middenstandsbond, Burgemeester Kol ff en
de besturen van de zusterverenigingen uit Anna
Paulowna en Wieringermeer. Spr. hoopt dat deze
avond een hoogtij-avond zal worden voor de vereeni
ging en dat ze er door in betere banen wordt geleid.
Spr. zet. uitvoerig den toestand van den middenstand
en de bedoelingen uiteen, memoreert uitvoerig over
de tijden van voorheen en thans, en geeft daarna het
woord aan den spreker van dezen avond, den heer
v. d. Leeuw.
Deze vond bij de aanwezigen een zeer aandachtig
gehoor. I11 het bijzonder wordt aangehaald dat op ad
ministratief gebied onder de middenstanders nog veel
verbetering gewenscht is.
Ook is vermeldingswaardig de groote daling der
netto-winst onder de middenstanders. Het verloop der
bedrijfsonkosten staat daar wel schriel tegenover. De
ooi-zaken laten zich duidelijk zien. De winsten lager
en de lasten hooger. Spr. noemt de hooge electrici-
teits-, gas-, water- en telefoontarieven. Spr. geeft op
al deze zaken nadere toelichting.
Het ongerief der omzetbelasting. Spr. meent dat
50 der opbrengst van de omzetbelasting gedragen
wordt door den middenstand, en zoo gaat het in me
nig opzicht.
Breedvoerig wordt gesproken over het Werktuigen-
bureau, en het doordringen van de grootbedrijven op
het platteland. Spr. vraagt zich af, of het redelijk is,
dat door bemiddeling van het Werktuigenbureau
goederen aan landbouwers worden geleverd en daar
bij den middenstand uitschakelen. Alleen door sa
menwerking is wat te bereiken, in samenwerking
moeten we onze kracht zoeken.
Na zijn rede heeft spr. een warm applaus te
oogsten.
De Voorzitter zet dan uiteen hoe de mogelijkheid
bestaat een krachtige samenwerking te verkrijgen.
De contributie zal bij toetreding bij den hond f 5
per jaar moeten zijn. Bij gedane opgaven blijken 42
aanwezigen voor aansluiting bij den Kon. Ned. Mid
denstandsbond te zijn, zoodat de middenstandsver
eeniging thans een afdeeling van dien hond vormt.
Dc heer P. Jongkind stelt een vraag over wel of
niet toetreden waarop de voorzitter een bevredigend
antwoord geeft.
Voorts vraagt de heer S. Veerdig Sz. aan den spr.
welk percentage del andbouwer nu minder verdient
dan in 192S. Spr moet deze vraag ontkennend beant
woorden, maar is van meening dat menig boer een
nog grooter percentage minder winst maakt als een
middenstander.
Dc heer O. J. Bosker zegt dat spr. in 't algemeen
gesproken heeft, doch dat de boerenbevolking hier
ter plaatse zich wel verstaat met den middenstand.
En dat zij niet elders zullen koopen. wat hier is
te verkrijgen, al zou dat met een financieel offer
gepaard gaan.
De heer O. J. Bosker bespreekt ook de druk der
omz.etbelasting en de brug, die getracht wordt te
leggen tuschen groothandel en gebruiker. Even
eens wordt door spr. naar voren gebracht, dat sinds
lange jaren hier een coöperatieve aankoopvcreeni-
ging bestaat, doch dat deze geenszins den midden
stand benadeelt.
De heer de Leeuw heeft in het algemeen gespro
ken, doch dat gezegde is niet gelijk aan de werke
lijkheid hier.
De heer van Kalsbeek zegt met genoegen naar spr.
geluisterd te hebben, doch had verwacht dat spr.
dieper zou ingaan op het kwaad dat de groote wa
renhuizen stichten op het platteland.
Spr. wijst ook nog op het tegenwoordige verschijn
sel dat de grootindustrieelen en groothandelaren zich
vercenigen. Spr. pleit dan ook voor een krachtiger
middenstandsbond, waarbij alle middenstanders zich
aansluiten.
Verder zegt deze spreker dat vroeger op den mid
denstand is neergezien, zoowel door de groote als.
de kleine, en dat zij die vroeger de middenstandei's
verafschuwden, nu zeggen: sluit U bii ons aan.
Spr. ontraadt dit ten zeerste, want zij hebben de
Coöperaties op 't oog. Laat vooral de middenstand
op zich zelf staan, en bepleit het gezamenlijk inkoo-
pen. Al deze heeren worden door den heer v. d.
Leeuw naar genoegen beantwoord. Spr. constateert
met genoegen, dat de verhouding tusschen de boe
renbevolking en de middenstanders hier goed is.
Na een uitvoerige toelichting van den spreker
wordt deze door den Voorzitter hartelijk dank ge
zegd. Dc heer v. d. Leeuw verlaat de vergadering
om zijn terugreis naar Den Haag te aanvaarden.
Het hengelverbod.
Dan komt aan de orde het reeds veel beschreven
hengelverbod in het Amstelmecr. De Voorzitter
geeft een zeer uitvoerig overzicht van de besprekin
gen, welke zijn gevoerd tusschen de besturen en af
gevaardigden d"r middenstandsvereeniging en de
vi ssch ers vereen igi ng.
Na deze uiteenzetting wordt besloten over dit tcc-
re punt schriftelijk te stemmen, welk standpunt de
vereeniging zal innemen. Alvorens hiertoe over te
gaan, wordt het woord hierover gevoerd door de
heeren v. Kalsbeek, Iv. Keuris en W. Waibcer, de
laatste van v. Ewijcksluis. De een pro en de ander
contra. Het zou werkelijk te veel ruimte vragen als
we al het gesprokene zouden moeten weergeven.
Er werd echter zeer verstandig en zakelijk ge
sproken. Er was echter geen bestuursvoorstel, zoo
dat ten slotte werd gestemd over de zaak, of de
middenstandsvereeniging wel of niet een request
zou indienen bij den Minister om het hengelverbod
in hot Amstelmeer weer op te heffen. Van de 42
uitgebrachte stemmen was de meerderheid er voor
wel een request in te dienen, verzoekende het hen
gelverbod in te trekken. Hierna sluiting.
LANGEND IJ K
DE R.K. TUINDERS GETUIGEN.
De R.K. tuinders, hehoorende tot den Kring Lan-
gendijk van den L.T.B hebben, naar ons ter oore is
gekomen, een vergadering gehouden, waarin door
hen ook is „getuigd" van den groot en nood, waarin
zij verkeeren. Een drietal sprekers hebben in schril
Ie kleuren de nooden der tuinbouwers geschilderd,
de heeren Blokdijk, Weel en De Boer. De heer Weel
komt uit Zuidscharwoude, het hart van Langen-
dijk, dat weer het hart is van de geheele tuinbouw
streek. iemand dus, 'die het kan weten, hoe het er
in de gezinnen van hem en zijn collega's toegaat in
dezen tijd van crisis, ondergang en malaise.
Vóór hem had de heer Blokdijk daarover reeds
een dik boek opengedaan, had in bijzonder sombere
kleuren den nood der tuindersgezinnen uitgeteekend,
de zwarte armoede, die cr geleden werd. met zwar
te houtskool uitgestippeld, verontwaardigd er op ge
wezen, hoe tal van huismoeder geen cent meer in
huis hebben en alleen nog leven van hun schuld-
oischers, wien ze niet betalen. Vooral werd een
lans gebroken voor de groote gezinnen, die het dub
bel zwaar hebben in dezen tijd.
De heer Weel bad daar, voor wat Langendijk be
treft. niet veel meer aan toe te voegen, kon de ge
geven schets nog wat zwarter arceeren en toonde
met cijfers aan de omzetten der veilingen ontleend,
aan hoe bitter slecht het wel in deze streek is. Bij
zondér jammer was het van dezen spreker, die zoo
diep den harren nood besefte, dat hij zijn neutrale
collega's, verccnigd in den Ned. Tuindersbond, een
ezelstrop moest geven door het demonstreeren te be
titelen als demogagie en volksmisleiding.
De heer De Boer. burgemeester van Obdam, le
vende te midden van een zeer verarmde bevolking,
samengesteld uit veelal groote gezinnen, kon meepra
ten van de crisis in den tuinbouw en bewijzen, hoe
de stetin veel en veel te laag is, en de noodzakelijk
heid schreit om onmiddellijke uitbetaling van de
richtprijzen.
Als burgemeester bekend met den toestand der ge
meenten in het geteisterde West-Friesland, waar
Armbestuur en Instellingen van Maatschappelijk
Hulpbetoon zooveel van de financiën vergen, dat de
gemeenten er door aan den grond raken en zich
niet meer kunnen bewegen, zelf verarmen en de
hulp moeten inroepen van de regeering, die ze moe
ten steunen met bijdragen in de kosten van de ge
meentehuishouding. Het kan zoo niet langer blij
ven, meende deze hij uitstek deskundige en van
goeden wille zijn den spreker; als niet spoedig wordt
geholpen, is het weldra met den tuinbouw gedaan.
De heer Groen van Zuidscharwoude, lid van de
Tweede Kamer, op wien de R.K. tuinders, toen hij
in 1933 werd gekozen, alle hoop hadden, gevestigd,
kon niet anders doen dan beamen, wat de sprekers
hadden gezegd. Een steun van 9 millioen, aanvan
kelijk zelfs maar 5 millioen, is veel en veel te laag.
Er zal over 1934 een verlies van 16 millioen naar
schatting door de tuinders worden geleden. Hij meen
de te mogen verwachten, dat de einduitkeering over
1934 wel spoedig zal worden gedaan, doch moest he
laas meedeelen, dat er niet veel kans was, dat het
steunbedrag zou worden verhoogd. Misschien zou er
nog wel iets extra's worden gedaan voor de meest
gedupeerde tuinbouwstreken, waaronder dan Lan
gendijk zeker in de eerste plaats in aanmerking
komt. Overigens werden weinig moedgevende woor
den gesproken en kon weinig hoopvol perspectief
worden aangewezen.
Alle sprekers drukten de honderden aanwezigen
op het hart, de eenheid te bewaren, vertrouwen te
stellen in de regeering en op God.
Een motie werd aangenomen, waarin van de re
geering maatregelen werden gevraagd, die kunnen
dienen om den toestand in den tuinbouw te verbe
teren. Moge zij meer succes hebben, naar 's heeren
Weels oordeel, dan een demonstratie.
KOE GR AS
JULIANADORP.
Concert van „Kunstzin".
Dinsdagavond gaf de Harmonievereeniging „Kunst
zin" een uitvoering in de zaal van den heer A. Kos-
sen, voor donateurs en andere belangstellenden. Om
ruim 8 uur kon de voorzitter, de heer C. W. de Graaf,
het welkom toeroepen aan een flinkaantal bezoekers.
In het bijzonder gold dit welkom de heeren G. Schut
en H. Dekker uit Den Helder, twee van de oprichters
van „Kunstzin". Hierna voerde de Harmonie een vijf
tal nummers uit, welke getuigden van een flinken
vooruitgang.
In de pauze trad de heer G. Schut naar voren om
op humoristische wijze de oprichting van de vereeni
ging te releveeren, en zelfs werden we nog vergast
op een voordracht van hem.
Hierna had de opvoering plaats van de klucht in
twee bedrijven: De truc van Tienus. Dit is een dolle
klucht en de heer T. Speur, die hierin de rol van Tie
nus vervulde, had volop gelegenheid zijn gave op
dit gebied ten tooneele te brengen. Hij deed dit .dan
ook op de hem eigen wijze, zoodat het publiek volop
genoot.
Na afloop hield de dansmuziek van de Kunstzin
Boys de aanwezigen nog een paar uurtjes gezellig
bijeen.
Zrllen drie millioen menschen van
„eigenaar" verwisselen?
De „Sunday Express" bevatte dezer da
gen het bericht, dat Frankrijk bereid
zou zijn het eiland Madagaskar voor
75.000.000 p.st. aan Italië te verkoopen.
Een blik op de kaart doet ons leeren, dat Mada
gaskar, naar grootte het vierde eiland der aarde, ge
legen is in den Grooten Oceaan, ten Oosten van
Afrika en daarvan gescheiden is door het Kanaal
van Mozambique. Het Zuidelijkste punt van het
eiland is Kaap St. Mar ie $3° 35 Z.Br.), het Noorde
lijkste punt Kaap Amber (11° 58' Z.Br.) De lengte
van het eiland is 1615 kilometer, de gemiddelde
breedte 500 kilometer.
Het eiland levert een aparte aanblik. Het onder
scheidt zich zoowel van Afrika als van Azië. De
diepte der zeeën, die het eiland omringen, zijn zoo
groot, dat de hypothese, als zou Madagaskar een on
derdeel van deze contingenten uitgemaakt hebben,
verworpen moet worden. Volgens sommigen zou het
eiland het overblijfsel zijn van een groot wereld
deel, dat men den naam Lemoerië gegeven heeft.
De inwoners van het eiland, die zichzelf Mala-
gassi noemen, welke naam door de Europeanen ver
basterd is tot Madagassen, Malagasjen of Malga-
ches, kunnen in twee hoofdvolksstammen ingedeeld
worden. Aan den Oostkant van Madagaskar woont
een olijfkleurig, gedeeltelijk vrij blank en welge
bouwd ras, dat ecnige gelijkenis met de Maleiërs
vertoont, terwijl aan den Westkant van het eiland
een donkergekleurd volk woont, de Sakalawa's ge
naamd, dat eenige overeenstemming vertoont met
de Kaffers. Op Madagaskar wordt het Malagassi ge
sproken, dat tot de Maleische taalstam behoort.
Sinds 1896 is het eiland een Fransche kolonie en
wordt bestuurd door 'n gouverneur.Tijdens de laatste
groote opstand der inboorlingen werd hun koningin
Ranavalona III afgezet en naar Algiërs verbannen.
Doch het Fransche bestuur maakte toenmaals een
groote fout. Het eiland werd in twee deelen geschei
den. Het eene was de provincie Imerina, waar zich
de zetel van den gouverneur bevond en waar de
Europeesche beschaving voet kreeg. Het andere, ver
reweg het grootste, werd „de wildernis" genoemd.
Tijdens een expeditie naar de binnenlanden kwamen
de inboorlingen in opstand; deze rebellie duurde
eenige weken, eischte vele slachtoffers en werd ten
slotte door de Fransche regeeringstroepen bedwongen.
Wat de geschiedenis van het eiland betreft, hier
omtrent het volgende:
Madagaskar, dat de inboorlingen Nassi-Ndambo
(eiland der wilde zwijnen), de Arabieren Dsiesiret-
al-Komr (maaneiland) en de bewoners der omrin
gende eilanden Tani-be (groot-eiland) noemen, werd
in 1506 door don Portugees Fernando Suarez op St.
Laurentius ontdekt en bleef derhalve langen tijd
onder den naam van St. Laurents-eiland bekend. De
Nederlanders en Engelschen wendden vruchtelooze
pogingen aan, om zich aldaar te vestigen. De Fran-
EEN VIERBEENIGE GEDACH-
TENLEZER.
De belangwekkende verrichtin
gen van geleerde dieren, zooals 't
beroemde paard van Elberfeld of
den eveneens vermaarden hond
van de Parijsche Charita Borde-
rieux, die in staat is letters tot
woorden samen te voegen, of van
„Don, the talking dog", die in
Amerika zulk een bewondering
afdwong omdat hij spreken kon, al
waren het dan ook maar een do
zijn woordjes, hebben steeds het
wetenschappelijk onderzoek bezig
gehouden.
Nog verbazingwekkender zijn de
prestaties van dieren, die door hun
instinct in staat zijn dingen te
doen, die onze bewondering op
wekken. Het is een bekend feit, dat
bijv. bijen een naderende aard-
heving vooraf voelen en reeds uren
te voren hun korven in groote zwer
men verlaten.
De beroemde natuuronderzoeker
Bozzano was in staat uitvoerig de
ons bovenzinnelijk lijkende talen
ten van dieren, onder wie zich
meer gedachtenlezers en helder
zienden bevinden dan men over 't
algemeen aanneemt, in een groot
boek te beschrijven.
Het navolgende gebeuren, waar
van de held een kleine foxterrier
is, die naar den naam van Pedro
luisterde, mag als een record wor
den beschouwd.
De bezitter van het hondje, de in
Venetië wonende koopman Robert
Barzini, vertelt hiervan het vol
gende:
„In de afgeloopen maand kwam
ik op een dag, tegen den middag,
na mislukte pogingen om een zaak
in orde te brengen, naar huis. Na
het middagmaal zette ik me voor
mijn lessenaar, opende de laden,
om daarin een brief te zoeken, wel
ken ik voor een onderhoud met
den vertegenwoordiger van een
buitenlandsche firma, dien ik om
4 uur zou antwoorden, noodig had
Ik doorzocht alle laden, maar ik
kon het papier niet vinden. Ik
doorzocht ook een kast, waarin een
groot aantal akten en doctimenten
lagen. Ik vermoedde, dat de brief
daaronder lag en hoopte hem des
te eerder te kunnen vinden, daar
ik me wist te herinneren, dat ik
den brief in een roode enveloppe
had gedaan. Maar ook ditmaal
zocht ik tevergeefs. Nu besloot ik,
.vermoeid en uit mijn humeur, een
De Emmabloem-collecte welke Woensdag te Amster
dam gehouden werd, kon zich in een groote belang
stelling verheugen, een chauffeur die niet vergat en
niet vergeten werd.
schen stichtten in 1642 een kolonie te St. Luce en
plaatsten stations te Teneriva en Manahar, alsmede
op het schiereiland Tholangar, een sterkte, later
fort Dauphin geheeten. De voornaamste hinderpaal
voor de vestiging der Europeanen was het in 1810
door koning Radama I gegrondveste rijk der Howas.
27 Juni 1865 sloot Engeland een verdrag, waarin de
koningin Basoherina de afschaffing van de giftproef
bij rechtzaken en van den slavenhandel beloofde.
De weigering om de beschermheerschappij van
Frankrijk over de Oostkust te erkennen, gaf in
1S83 aanleiding tot vijandelijkheden, die met de
verovering van Tamatowe door de Franschcn en de
blokkade der Oostkust een aanvang namen, docih
zonder veel succes voor de Franschen tot Februari
1886 duurde. Bij het vredesverdrag werd het Fran
sche protectoraat over Madagaskar erkend. Het tijd
perk van rust, dat nu volgde, veroorloofde verschil
lende ontdekkingen in het binnenland te maken. In
1S98 werd het protectoraat opgegeven en werd Ma
dagaskar, zooals reeds gezegd, tot een Fransche ko
lonie verklaard.
Voor het oogenblik zal men dienen af te wachten
of de door het Engelsche blad gemelde transactie
inderdaad zal plaats hebben. Niet ontkend kan wor
den, dat Madagaskar met zijn rijke koper-, man
gaan-, lood-, zwavel-, grafiet-, bruinkool- en mar-
mermijnen, met zijn groote mais- en rubberplanta
ges een begeerenswaardig bezit is voor een land»
dat niet al te rijk van grondstoffen voorzien is.
uur te gaan slapen en begaf mij
in de kamer naast het kantoor.
Pedro, mijn foxterrier, lag reeds
op een kussen naast de sofa, in het
gewone middagslaapje verzonken.
Toen het dier mij hoorde, werd 't
een moment wakker, maar sloot de
oogen weer. Ik had een onrustigen
slaap, steeds weer moest ik aan de
onderhandelingen met den verte
genwoordiger van de buitenland
sche firma en aan den vermisten
brief denken. In mijn droom zocht
ik koortsachtig naar de roode en
veloppe en ik werd gekweld, om
dat ik haar niet vond. Tenslotte,
toen ik reeds alles in mijn droom
had ondersteboven gehaald, droom
de ik, dat ik naar het nachtkastje
ging, waarop mijn portefeuille,
welke ik eenige dagen geleden
daar had gedeponeerd, lag. De
portefeuille was geopend en ik
greep er naar en had in deze se
conde de zekerheid, dat zich daar
in de roode enveloppe moest be
vinden.
Op hetzelfde oogenblik werd ik
plotseling wakker door het blaffen
van Pedro. Ik kon nauwelijks mijn
oogen gelooven. De foxterrier was
op het lage nachtkastje gespron
gen en trok mijn portefeuille naar
beneden. Uit de tasch vielen vele
papieren op den grond en daaron
der ook de roode enveloppe. De
foxterrier nam deze couvert tus
schen zijn tanden en legde ze op
zijn kussen, waarop hij gewoon
was te slapen. Toen keek hij mij
aan, alsof hij wilde zeggen: „Zie
daar."
ETIKETTE OOK BIJ AARD
BEVINGEN.
Wanneer de aarde beeft, zijn de
menschen gewoon mede te beven...
van angst. Dat zich hierbij ook
amusante momenten kunnen voor
doen, leert ons de volgende ge
schiedenis, welke, volgens de New
York Times, zich i.d.t. bij een aard
beving in Mexico heeft afgespeeld.
De zeer eerwaardige wijlen Mr.
Morrow, de schoonvader van den
beroemden vlieger kolonel Lind-
bergh, was buitengewoon gezant
van de Vereenigde Staten van Ame--
rika, om de verwikkelingen tus
schen de V. S. en Mexico tot een
goede oplossing te brengen. Mr.
Morrow bevond zich juist op het
moment, toen de eerste aardschok
werd gevoeld, in het Amerikaan-
sche gezantschap in een kamer,
parterre, in gesprek met den
Mexicaanschen onderhandelaar.
Toen de eerste schok plaats had,
stokte het gesprek eenige oogen-
blikken. De heeren dachten waar*
schijnlijk, dat het verstandiger zou!
zijn, zich naar huiten te begeven)
en het gesprek op een meer gunsti
ge gelegenheid voort te zetten,
maar daar beide heeren hun na>
ties vertegenwoordigden, wildej
geen van heiden daartoe het voor*
stel doen. En daar geen van bei
den wilde- opstaan, begonnen dö
heeren opnieuw hun gesprek. Daaü
kwam een tweede schok, welke de
vensterglazen in splinters sloeg,
terwijl stof van de muren en de
zoldering viel.
Nu werd het toch werkelijk tijd»
Mr. Morrow verhief zich daarom
langzaam en vol waardigheid vait
zijn zetel en ging met zijn bezoe
ker rustig in den tuin van het ge
zantschap zonder het gesprek te
onderbreken. En verhaastte ook'
niet zijn stap, toen hij van de da
ken met kalkbrokken en stof werd!
bedekt, want hij wist precies, dat
hij op het kritieke oogenblik zijn
land vertegenwoordigde. Aan de
huisdeur liet hij zijn gast hoffelijk
den voorrang. En als was ook de
wereld vergaan, de waardigheid
van de Vereenigde Staten was in
elk geval door hun vertegenwoor
diger bewaard.
MUZIEK-ANECDOTEN.
B e 11 i n i had, evenals Gounocfy
het verhaal van Romeo en Julia'
tot opera gemaakt, en eens zou hij:
een opvoering in het hoftheater tq
Dresden leiden. In de hoofdrollenl
traden twee bekende zangeressen!
op, die elkaar een hevige jaloezië
toedroegen en iedere gelegenheid
aangrepen, om elkaar dwars te zit
ten. De voorstelling verliep inmid
dels tot groote tevredenheid van
allen en met groot succes tot aan
de dramatische scène in de zesde
acte, waar de schijndoode Julia in
de kist ligt en Romeo zich schreiend,
buigt over het lijk van zijn ge
liefde. Tot dat oogenblik had de
zangeres, die Romeo speelde, ge
wacht om haar haat lucht te ge
ven. Midden onder een hartver
scheurende klacht gaf ze haar me
dedingster een venijnigen steek!
met een speld. Julia sprong op
uit de kist, gaf Romeo een oorvijg,
die klonk en riep: „Kan je niet
uit je oogen kijken!" Daarna viel
ze weer dood in de kist neer.
Bellini heeft na dien tijd nooit!
meer opgewekt over Romeo en Ju
lia kunnen spreken.
'V