evemq emsnttiren
Eendracht
Tuinbouwvereen. „De
leder pak HONIG's VERMICELLI
GRATIS
U,T de OMGEVING
OUDKARSPEL.
LANGEND IJ K
De tulnbouwvereeniglng hield Zaterdagavond hare
alg. jaarvergadering bij den heer C. Vis, alhier.
De opkomst der leden was goed.
'De voorzitter, de heer Jb. de Boer. opende met
welkom, in het bijzonder tot burgemeester Wijnveldt.
Spr. vestigde de aandacht op de goede medewerking
welke men van het gemeentebestuur heeft ontvan
gen. ten aanzien van de gehouden demonstratie.
Voorzitter ging daarna den toestand van de tuin
ders uitvoerig na, waarbij de vanuit Koedijk gevoer
de actie werd gememoreerd, waarvan de cijfers niet
door den minister worden geloofd, althans in twijfel
getrokken.
Eendrachtig moeten wij op hulp blijven hameren
«n één lijn trekken.
Wij behooren zoo langzamerhand tot de onderste
ïhgen der bevolking. Toch zullen we het hoofd zoo
lang mogelijk boven water houden.
Mededeellngen.
tTltsfe! van aflossing van bet voor de poterbewaar-
plaat.s ontvangen voorschot van de Boerenleenbank
kon niet worden verleend.
Het jaarverslag van den secretaris, den heer P.
,Wijn, was hierna aan de orde.
De toestand werd uitvoerig geschetst.
De poterbewaarplaats heeft zich in meerdere be
langstelling mogen verheugen.
De rekening, uitgebracht door den heer Wijn,
werd hierna vastgesteld.
De ontvangsten waren 11584.58, de uitgaven
f 1506.69, alzoo een kassaldo van f77.89.
Op de spaarbank was f87.62 geplaatst.
Voorzitter dankte d enheer Wijn voor zijn gehou
den beheer.
De zetkoolregeling gaf aanleiding tot eenige be
sprekingen, waarbij werd aangedrongen op hand
having .van de regeling.
- Voorstellen Noordermarktbond.
De heer P. Paarlberg stelde voor het entréegeld in
de veiling te verlagen van f 3 op bijv. f 2.
Het voorstel werd niet voldoende gesteund.
De heer J. van Hout stelde voor. een aanvoerre-
geling te maken om aan de ongeregelde aanvoeren
een eind te maken. Bijvoorbeeld door 'n seriestelsel.
De heer C. Borst Pz. merkte op, dat men last had
van Warmenhuizen, waar men net zoo lang op
steekt tot men genoeg heeft.
De Voorzitter antwoordde, dat als Warmenhuizen
zulke noodsprongen doet, de veiling daar dan geen
reden van bestaan heeft. Aan den N.M.B. hebben
de kooplui alle gelegenheid om voldoende te koo-
pen.
Na eenige besprekingen besloot men voor te stel
len, om de aanvoer te regelen, den veilingleider te
machtigen om op de drukke dagen een gedeelte te
laten liggen, met de verplichting, dat dan den vol
genden dag moet worden geveild.
Naar de consenten-verstrekking door de veiling
aal worden gevraagd.
De heer L. Kalverdijk stelde voor, dat voor de aan
werkloozen verstrekte producten den vollen mini
mumprijs zal worden betaald.
De heer K. Kaan vestigde er de aandacht op, dat
voor de goede kool, die doordraait, minder wordt
betaald dan den minimumprijs, alsof het een min
derwaardig product is.
Bij de steunuitkeering wordt daarmee geen reke
ning gehouden. Het bestuur stelde daarom voor de
volle uitkeering te vragen voor alle doorgedraaide
producten.
De heer G. IJff wilde den minimumprijs gaarne
verhoogd zien.
Het bestuursvoorstel werd aldus aangenomen.
De heer L. Kalverdijk wees nop op de foutieve wijze
van distributie, zooals van zuurkool in het volle sei
zoen, als de zuurkool niet onverkoopbaar is. Spr.
stelde nog voor, een witte-koolregeling in te voeren,
zooals die twee iaar geleden is toegepast»
Het voorstel werd aangenomen.
De beer L. Kalverdijk wilde voorstellen, dat het
Tand. dat men met aardappelen niet had kunnen
beplanten, mag worden gebruikt voor kool.
Men zag er geen licht in. Wanneer het persoonlijk
wordt aangevraagd, met redenen omkleed, zou er
wel eenige kans bestaan op toelating.
Er werd aangeraden, persoonlijk naar Alkmaar
te gaan.
De heer K. Kaan wilde dit voorstel wel aanhangig
maken. Hoofdzakelijk met de vrijwillige beperking
stuit men op moeilijkheden. Wanneer verleden jaar
compensatie is verleend, zal dit vrij zeker op het
teeltbewijs dit jaar tot uiting komen.
De heer C. Borst Pz. drong aan op erkenning van
Rusland en zette de noodzakelijkheid uiteen. Voor
de groenten kan er exportmogelijkheid door komen.
Het voorstel werd aangenomen.
Het bestuur had reeds adhaesie betuigd aan het
congres voor de erkenning van de Sovjet-Unie.
De heer Borst stelde voor, dit congres door een ver
tegenwoordiger te doen bijwonen.
Aldus besloten.
De heer A. Bakker stelde voor, de draaihartigheld
te bestrijden, door bijv. in een zeker deel kool te
verbouwen en in een ander deel graan.
De heer Jb. de Boer ried de leden aan, de strui
ken van het land te zoeken, wat goede resultaten
geeft.
De heer A. Bakker wilde er op aandringen, dat
voor het kleine land bijv. f 2.50 per 100 Kg. meer
werd betaald voor de tarwe, daar men het voor den
tegenwoordigen prijs niet kan doen.
De Voorzitter meende, dat het in practijk niet
kan worden toegepast.
Het bestuur stelde voor. dat de richtprijzen voor
de bewaarkool in verband met het gewichtsverlies,
verhoogd worden. Daarmee wordt, geen rekening ge
houden bii de vaststelling van de richtprijzen.
Aldus aangenomen.
Bii de gehouden bestuursverkiezing werd in de
vacature-P. Wijn de heer J. van Hout benoemd.
In de vacature-Wijn voor het N.M.B.-bestuur werd
gekozen de heer K. Kaan; plaatsvervanger de heer
W. Jonker.
Voorzitter bracht den heer Wijn waardeerende
dankwoorden voor zijn plichtsvervulling.
De heer Wijn motiveerde zijn aftreden. Hij had te
weinig tijd beschikbaar om zich aan zijn functie te
geven. Spr. dankte den Voorzitter voor de aangena
me samenwerking en voor het ontvangen vertrou
wen.
Bii de rondvraag stelde de heer C. Hink" voor. aan
te vragen dat de kolenbon nog 14 dagen werd ver
strekt
De burgemeester deelde mede. dat deze kolen-
bonnen een week verlengd zijn.
De heer K. Borst Kz. vroeg de medewerking van
het gemeentebestuur, dat de rente der prov. credie-
ten door de gemeente worden betaald.
Men besloot weer wortelzaad te gaan telen. n.I.
verbeterde Flakkeesche.
De heer J. Hink deelde mede, dat de ronde Duc
onder de vroege aardappelen hoort.
De heer Kaan geloofde dat men hiermee voorzich
tig moest zijn, omdat er een soort spraakverwarring
bestaat omtrent Ducen.
Naar aanleiding van den vraag'van den heer A.
Bakker merkte de heer D. Wonder on. dat bii con
tracteeren van kool in den nolder per spoorwagon
het teeltrecht aan den polderboer komt. Per H.A.
komt het aan den contracteerende van elders.
Daarin moet verandering komen.
De heer P. Volkers bracht het zenden van een af
gevaardigde naar de Sovjet-Unie ter sprake. Spr.
wilde uit deze vereen, een candidaat benoemen.
Het bestuur had eenige bezwaren tegen de candi-
daatstelling, gezien de consequenties van dit bezoek
aan Rusland, zooals spreekbeurten e.d. In het be
stuur was geen candidaat. Ook niet in de vergade
ring.
De heer C. Borst Pz sprak er z'n sniit over uit. dat
de Boerenleenbank aandrong op aflossing. Spr. bad
gehoopt, een gunstiger antwoord te zullen ontvan
gen. Spr. stelde voor, nogmaals uitstel te vragen.
De heer Wiin vroeg of bet niet voldoende was. dat
men wéét, wat de houding van de Boerenleenbank
is.
De burgemeester antwoordde, naar aanleiding van
de vraag van den heer K. Borst dat betgeen door
spr. is gezegd van de stoep van 't raadhuis altijd
nog waar is, maar dat B. en W. verplicht zijn, op
betaling der crodietnemers aan te dringen, volgens
circulaire van Ged. Staten. Wat de banken geschre
ven hebben, laat spr. voor bun rekening. Op de
raadsagenda staat een voorstel om bet aandeel voor
rekening van de gemeente te nemen.
Daarna sluiting.
SINT MAARTEN
De vereen, ziekenfonds „Helpt Elkander" hield een
ledenvergadering in het lokaal van den heer P.
Schrijver alhier.
Toen voorzitter te 8 uur de vergadering opende,
kon dit weer geschieden met de gewone klacht over
de geringe belangstelling. Daar dit echter te alge
meen wordt werd geopend met een welkom tot aan
wezigen en pers.
Hierna werden de notulen gelezen en goedgekeurd.
Hierna volgt de rekening, nagezien en goedge
keurd door den heer C. Pronk. Ontvangsten f 571.35
uitgaven f 498.83, batig saldo f 72.52. Bezit op 1 Jan.
1934 f 467.181/2, totaal bezit 1 Jan. 1935 f 539.70y2.
Uit het jaarverslag bleek dat 1 bestuurs- en 1 le
denvergadering zijn gehouden. Dat het fonds op 1
Jan. 1934 83 leden en lJan. 1935 84 leden telde met
8 donateurs. Dat er zijn voorgekomen 16 ziektegeval
len met 74 uitkeeringen.
Bij de bestuursverkiezing werden de aftredende
leden, de heeren C. Pronk, G. Tesselaar en P. Kos
herkozen en in de vacature D. Stoop werd gekozen
de heer J. Kos. Deze heeren, ter vergadering aanwe
zig, nemen allen hunne benoeming aan.
Bii de reglementsherziening werd besloten om art
16 thans luidende dat voor ziektegevallen van lan
gen duur in totaal in 2 boekjaren voor elk jaar 12
volle weken zal worden uitgekeerd, te wijzigen in
dien zin, dat bij ziektegevallen waarvoor de patiënt
voor rekening van gemeente, arm voogdij, of andere
instellingen van liefdadigheid verpleegd wordt geen
uitkeering zal plaats vinden.
Bij de rondvraag zegt voorzitter op een desbetref
fende vraag van den heer/A. Groet dat de uitkeering
op f 5 per week blijft bestendigd.
Hierna sluiting.
W E RT N O E N
13e Jaarvergadering Muziekver. Ooefe-
ning Kweekt Kunst.
De muziekver. Oefening kweekt kunst, hield haar
13de jaarvergadering in de concertzaal Concordia
alhier. De voorzitter de heer P. Jongkind opent deze
vergadering met de volgende inleiding.
Leden van O.K.K.
Onze 13e jaarvergadering is momenteel bijeen en
het verheugt mij U ook thans weer een hartelijk
welkom te mogen toeroepen. In deze dertien jaren
heeft O.K.K. zich ontwikkeld en is uitgegroeid van
een klein clubje tot een zeer groote en populaire
vereeniging, gerugsteund door een groot aantal kunst
lievende leden en wij mogen ons vleien met de ge
dachte dat wij thans een eereplaats innemen in de
rij van onze plaatselijke vereenigingen. Als wij ons
de voornaamste gebeurtenissen releveeren, welke al
zoo in de bestaansperiode van O.K.K. plaats von
den dan trekken voorbij ons geestesoog in het bij
zonder de negen groote concoursen, in welke wij in
den loop der jaren uitkwamen op verschillende plaat
sen. Dit vooral waren belangrijke en spannende da
gen in ons vereenigingsleven en volgens mij het ef
ficiënte middel om de eerzucht van een goede ver
eeniging te prikkelen. Welnu dames en heeren,
O.K.K. heeft getoond niet weinig eerzucht te bezit
ten, want altijd als zij het concours bezocht wist zij
zich een eerste prijs te veroveren. Over eenige weken
trekt O.K.K. opnieuw naar concoursen; laat ons
trachten ook voor de tiende maal een eerste prijs
voor ons mooie vaandel te bemachtigen.
Als leider van onze vereeniging ben ik er trotsch
op dit met u te kunnen bereiken en stel ik er prijs
op U te complimenteeren met de tot nog toe behaal
de successen, en vertrouw, dat wij ook thans ge
lauwerd uit den strijd te voorschijn zullen komen in
de hooge eereafdeeling. Mochten soms zoo nu en dan
eens eenige wolkjes zich vertoonen in ons vereeni
gingsleven, dan verzoek ik U toch altijd te bedenken
dat dit van voorbijgaanden aard is en dat steeds
onze hoofdgedachte moet zijn: Een voor allen; en
allen voor een, en dat wij vredig doch niet minder
energiek moeten strijden voor het doel, hetwelk e wij
ons zelve hebben gesteld en dat wij kunnen bereiken
door samenwerking, eendracht en ernstige studie.
Dit dames en heeren, moet de hoofdgedachte zijn
van de mooie spreuk en den naam van onze vereeni
ging Oefening Kweekt Kunst". Met deze enkele
woorden open ik onze 13e jaarvergadering en ver
zoek ik onze secr., Mej. Koorn de notulen te willen
voorlezen.
Aldus voorlezing der notulen, welke onveranderd
worden goedgekeurd.
Hierna volgt rekening en verantwoording van de
penningmeesteresse.
Notulen en kasbeheer is dusdanig in orde bevon
den dat de Voorzitter niet kan nalaten beide functio
narissen de dames H. Koorn en M. Wigbout hartelijk
dank te zeggen voor hun bijzonder keurig werk cn
hij uit den wensch dat beide dames nog langen tijd
hunne krachten in dienst van Oefening Kweekt
Kunst willen stellen.
"Volgt bes'tuursverk'iezi ng.
Na stemming is de uitslag aldus: Mej. H. Koorn,
secr., M. Wigbout, penningm. Dames bestuursleden*
T. Metselaar, T. Lont Jd., N. Lont Jd., T. Dijkshoorn,
De verkiezing van den voorzitter levert eenige
moeilijkheden op, daar de heer Jongkind zich liever
niet meer beschikbaar stelt. Desondanks brengt de
vergadering en bloc haar stem op den heer Jong
kind uit Deze uit echter den wensch te wachten
met zijn besluit tot het einde der vergadering.
Punt 8 van de agenda is: bespreking„bals". Voor
zitter meent hiervan zoo weinig mogelijk gebruik te
moeten maken, welk voorstel algemeene instemming
vind.
Aan de orde is aanschaffing van eenige nieuwe
instrumenten met het oog op een groot aantal nieu
we leden, welke uit den gehouden cursus bij O.K.K,
zullen worden ingelijfd. Wordt aldus besloten.
Bij de rondvraag brengt een der dames nog onder
de aandacht zoo veel mogelijk stilte en orde te be
trachten op de ledenuitvoeringen en zoo mogelijk
alle toegangen tot de zaal gesloten te houden tijdens
de afwerking van het programma. Terecht merkt zij
op dat deze uitvoeringen op hoog peil staan en dat
dit zoo moet blijven.
Niets meer aan de orde zijnde neemt de Voorzit
ter weer het woord en komt thans terug op zijn
herbenoeming als zoodanig.
Spreker betoogt dat hij als voorzitter en als di
recteur altijd zijn beste krachten heeft gewijd aan
O.K.K. Thans echter, nu de vereeniging op een dus
danige hoogte staat, meent hij er met nadruk op te
moeten wijzen dat hij alleen dan zijn functie weer
zal aanvaarden als alle leden eenparig zullen voort
gaan hunne beste krachten te blijven inspannen om
de vereeniging op het hoogst mogelijke peil te hou
den.
De vergadering gaat hiermede accoord en alzoo
neemt de heer Jongkind onder dankzegging voor 't
in hem gestelde vertrouwen de functie als voorzit^
ter weer aan.
Tenslotte verzoekt de heer P. Bruul nog het woord
en spreekt als 't volgt de vergadering toe.
Voorzitter en leden yan O.K.K.
Hoewel ik reeds enkele jaren als gast In Uw mid
den vertoef en ook als zoodanig op Uw vergadering
ben kan ik toch niet nalaten, eenige woorden te
spreken. In de eerste plaats zou ik dan de leden
willen feliciteeren met hun voorzitter en directeur,
den heer Jongkind, die altijd op zoo zakelijke maar
niet minder prettige wijze de belangen van Uw ver
eeniging behartigt.
In de tweede plaats dank ik U allen voor de ge
zellige samenwerking en ik hoop dat wanneer mijn
ouderdom dit toelaat nog vele jaren in Uw midden
te mogen vertoeven.
Voorzitter dankt den heer Bruul voor ziln korten,
toespraak en sluit hierna de vergadering.
BARSINGERHORN
De Jaarlijksche avond met eigen krachten van do
vereeniging „D.O.G." werd Vrijdagavond in de zaal
van den heer A. de Graaf gehouden.
De belangstelling voor dezen avond was zeer be
vredigend. zoowel wat betreft de opkomst van de
leden als van hetgeen op het tooneel werd geboden.
Een mooi gevarieerd programma werd afgewerkt,
waaraan velen hun of haar medewerking verleen
den. Zonder aan de overigen ook maar iets te kort
te doen, kunnen wij zeggen, dat een dans, uitge
voerd door de dames Nobel en de Graaf, ons het
best beviel, van hetgeen vóór de pauze werd gege
ven. Dit nummer, dat op keurige wijze was uitge
voerd. werd dan ook op verzoek herhaald.
Na de pauze is er wederom volop genoten. En
ioen te ruim 12 uur het laatste nummer van het
programma, een artisten-revue. dat een waardig
slot bleek te zijn, was beëindigd, was vrijwel nie
mand zich bewust, dat het middernachtelijk uur
reeds was verstreken.
De Voorzitter, Dr. J. J. Werner, dankte in zijn
sluitingswoord allen, die tot het welslagen hadden
meegewerkt. Spreker uitte zijn tevredenheid over
de spontane medewerking en hoopte een volgend
jaar weer op den steun van velen voor een derge-
lijken avond te mogen rekenen.
Namens allen, die iets ten beste hadden gegeven,
waarbij de heer Joh. van Stipriaan als pianist be
hulpzaam was geweest, bood de Voorzitter den heer
v. Stipriaan een pianolamp aan en diens vrouw een
bouquet bloemen. Met een hartelijk applaus werd
deze sympathieke geste begroet.
Onder een gezellig dansje bleven de aanwezigen
nog ge rui men tijd bijeen.
D.O.G. kan met genoegen op dezen avond terug
zien.
bevat ter kennismaking een
HONIG's BOUILLONBLOKJE
1L
Er viel een fijne motregen terwijl Beresford en
Joan hun weg naar de stallen zochten.
„Ik breng je een eind terug", zei de jonge man.
„Je kunt nu niet meer zooveel van Lightfoot vergen,
en ik voel er bitter weinig voor den heelen avond in
huis te blijven."
„Ik wist niet dat Je mijn familieleden op de thee
verwachtte", gaf Joan te kennen, terwijl ze door de
modder stapte.
Beresford lachte. „Het was grappig dat Persis er
van langs had gekregen, vond je niet?"
„Jij hebt het zeker met Sally geleverd?" vroeg Joan
dadelijk. „Ik dacht wel, dat je kattekwaad had uit
gehaald toen ik je vanmiddag zag. Ik vermoedde al
dadelijk iets."
Beresford lachte weer. „Jij verwacht blijkbaar al
tijd iets."
„Ik vind het allesbehalve aardig van Je" ging ze
voort, toen ze in den stal stonden .„Je sloeg geen
goed figuur. Je zult moeten toegeven dat Persis zich
beter gedroeg dan jij."
„Dank je voor het compliment", zei Beresford.
„Wat moet Ik nu doen? Aan haar voeten knielen en
vergiffenis smeeken?"
„Nee, je dient echter wel op te houden met Je als
een idioot aan te stellen", zei Joan met nadruk. „Ik
zou het ellendig vinden als zij je de haas werd."
„Beste kind, je bent slechts een vrouw", zei hij
neerbuigend.
Ze keerde zich om zonder te antwoorden en liep
door ETHEL M. DELL
den knecht tegemoet die het paard naar buiten
bracht.
„Rijd je?" vroeg Beresford.
„Nee, het dier is te moe. Ik loop, als je nog een
eind meegaat."
„Wat zeg je van zulk afschuwelijk weer."
„Ja het is bar. Geef maar een lantaarn, Watson.
Het zal stikdonker zijn op den weg. In orde. Vooruit
maar, Joan. Ik zal Lightfoot wel aan den teugel hou
don."
De regen viel nu bij stroomen neer en Joan droeg
de lantaarn, terwijl Beresford het paard leidde.
Ze praatten heel weinig onderweg: hun vriend
schap was een dusdanige dat ze evengoed geruimen
tijd konden zwijgen. Het was zelfs een feit dat Be
resford Joan eigenlijk meer als een jongen dan een
meisje beschouwde. Ze begrepen elkander volkomen
en waren het zelden oneens.
„Lacy Denham", en het huis der Harbridgo's la
gen slechts enkele mijlen van elkander verwijderd,
en die afstand kon nog flink verkort worden, wan
neer ze door de weilanden gingen en langs het
kerkje van Denham.
„Het is jammer dat Lightfoot geen trappen loopen
heeft geleerd", merkte Joan op, toen ze langs het
kerkje kwamen. „Als ze niet zoo glibberig waren
dan zou ik het nu nog probecren."
„Je kon aardig op je bol krijgen als hij ineens op
het oude kerkhof verscheen", zei Beresford glim
lachend. „De koster kreeg stellig een beroerte van
schrik."
„Ja, dat is mogelijk," gaf Joan toe. „Sommige men-
schen maken zich echter geweldig gauw van
streek."
„Waarom neem jij nu niet den weg door de wei
landen en laat mij Lightfoot dan maar thuis bren
gen. Het scheelt je een heel stuk," stelde Beresford
voor.
Joan stond stil en dacht even na.
„Vooruit, verdwijn nu', drong hij aan. „Het is
dwaas dien langen omweg te maken als het niet
hoeft. Waarom je niet opstijgt is me een raadsel,
want jc bent minstens even moe als het paard."
„Wanneer hij werkelijk zoo moe is als ik, dan is
het reden te meer hem te ontzien", gaf Joan te ken
nen. „Goed dan, ik ga door de weilanden. Kan ik
de lantaarn meenemen?"
„Natuurlijk. Ik zal die in het dorp niet noodig
hebben. Maak voort, Joan. Jij moet het eerst thuis
wezen."
„En dat zal wel gebeuren ook", lachte het jonge
meisje.
Bij de laatste woorden nam ze de lantaarn van
hem over en ging in de richting van het weiland.
Het was erg moeilijk geweest er met Lightfoot door
heen te komen, begreep ze al dadelijk, want de mod
der plakte aan haar laarzen.
Het kerkje lag op een heuvel gebouwd en werd
omringd door hooge, oude boomen. Hierdoor wekte
dat gedeelte een somheren, spookachtigen indruk
zelfs op een zomeravond, en op dezen killen Maart
avond terwijl dc wind door de hoornen loeide en alle
mogelijke griezelige geluiden gehoord werden, zou
iemand die gevoelige zenuwen had gehad, zeer ze
ker angstig zijn geweest Joan was evenwel altijd
bedaard en volmaakt evenwichtig. Dit was niet de
eerste maal dat ze in donker over het kerkhof ging
en ze kende eiken boom en elk pad.
Ze had echter niet verwacht, dat het zóó donker
zou wezen, toen ze door de weilanden liep. Daar was
no<? een sprankje daglicht eeweest. maar zoodra ze
het pad naar het kerkhof bereikte merkte ze moei
lijk zonder lantaarn haar weg te hebben kunnen
vinden.
Ze liet zich allerminst uit het veld slaan en het
volgende oogenhlik had ze het hekje achter zich ge
sloten. De oude grafsteenen kwamen somher in de
duisternis uit. Duidelijk onderscheidde ze het fami
liegraf der Vane Traffords, het gewelf waarin dc
voorouders hun laatste rustplaats hadden gevonden.
Een hooge taxishoom boog zich over het graf heen
alsof deze het wilde beschermen. De regen kon hier
door zonder twiifel niet heendringen, dacht het Jon
ge meisje onwillekeurig, terwijl ze naderbij kwam.
Ze liet het licht van haar lantaarn voor zich uit
vallen teneinde de plassen te vermijden, die zich
overal op den weg vertoonden, en daar haar volle
aandacht hierop gevestigd was, ontdekte ze niet
eerder voordat ze vlak hij den taxisboom stond, dat
zich hieronder een donkere gedaante bevond.
Ze schrok heftig, want niettegenstaande het kerk
hof geenerlei verschrikkingen voor haar bood, was
het toch geen plaats waar de bewoners van Denham
na zonsondergang te vinden konden zijn. Onmiddel
lijk wist ze zich echter te heheerschen, en liet het
volle licht op den onbekenden metgezel van haar
eenzaamheid vallen, zonder te bedenken, dat dit hem
«voor een oogenhlik moest verblinden. Natuurlijk zou
het geen minnaar wezen die hier zijn meisje ver
wachtte, veronderstelde ze, en ze wilde toch zien in
wiens nabijheid ze zich bevond.
Doch deze man was haar onbekend en geleek to
taal niet op de dorpelingen. Hij had zijn hoed diep
over zijn oogen getrokken, en hoewel hij even scheen
te schrikken, sprak er totaal gcefi jeugd of veer
kracht uit zijn bewegingen. Hij liep regelrecht op
haar toe, waardoor haar de weg versperd werd, zoo
dat ze recht tegenover elkander stonden. En toen
begon hij te spreken; zijn stem had een eigenaardige
hcesche klank.
„Sylvia"! klonk het.
Weer schrok Joan. Onwillekeurig liet ze haar lan
taarn wat zakken, zoodat de lichtstraal om haar
voeten viel.
Voor een kort oogenhlik stond ze besluiteloos wat
te doen, en daarna, merkend dat ze tegenover een
vreemdeling stond, begon ze te spreken. „Zoekt u
iemand?" vroeg ze.
Ze zag hoe hij trilde toen hij haar stem hoorde,
alsof hij een heftigen schok had gekregen, en daar
na ging hij met een gestamelde verontschuldiging
terzijde staan.
Joan liep echter nog niet door, gedreven door een
impulsie indien mogelijk den man te helpen. „Is u
verdwaald?" vroeg ze. „Kan ik u misschien ergens
heenbrengen?"
Weer hief ze het lantaarntje in de hoogte en liet
het licht voor een kort oogenhlik op zijn gezicht val
len. En zoodra ze zijn gelaat gezien had, maakte een
zeker gevoel van afkeer zich van haar meester. Hij
wekte een heel eigenaardigen indruk; hij zag er
woest en wanhopig uit, en ze kreeg het angstige
gevoel tegenover een misdadiger te staan. Hoewel
hij onmiddellijk haar blikken vermeden had, kon zo
toch zien dat er een vreeselijke uitdrukking in la^.
Hij scheen evenwel voldoende haas over zichzelf ie
wezen om aan een beschouwing van dichterbij 1o
ontkomen. Verder en verder verborg hij zich in do
schaduw, waardoor de weg voor haar was vrij ge
worden.
En toen hij weer begon te spreken, klonk zijn
stem niet langer heesch en verlangend, doch hard
en stug. „Dank u. Ik weet precies waar ik ben en
wat ik zoek. Laat me u niet ophouden."
Het leek wel alsof hij haar als het ware beval door
te loopen, en na eenige aarzeling gaf ze hieraan dan
ook gehoor. Per slot van rekening bestond er gee
nerlei motief te blijven wachten, want hij meende
klaarblijkelijk wat hij zei, en het was heusch niet
zoo aangenaam nog langer in de nabijheid te moe
ten blijven van een man die zich als een gentleman
gedroeg, doch er uitzag als een boef.
.Wordt vervolgd.