kitósenents-Rechtbank Hollandsche Maatschappij van Mouw. te Alkmaar. Een goedkoope reis. MEERVOUDIGE STRAFKAMER. Zitting van Dinsdag 7 Mei. .0 p p e r d o e s. EEN SIMULTAANGAPPER. De boerenarbeider Jacob M., bet levenslicht aan schouwd hebbende te Hoogwoud en verblijf houden de te Wognum, thans gedeponeerd in het huis van bewaring, had zich te verantwoorden ter zake diver se kruimeldiefstallen in de plaats zijner inwoning en elders en wel een bedrag van f 1.50 ten nadeele der Ned. Herv. gemeente te Opperdoes, die hij uit een busje, staande in de diaconale kamer, had gepeu terd. Met nog een andere ouderling, had de heer A. Smit hem en flagrant delit betrapt. Het bleek, dat hij de bus herhaaldelijk had uitgcmelkt. De brood bakker, Albert Komen, ook een der uitverkorenen, kwam er met 13 cent plus het busje, waarin dit bedrag was gedeponeerd, af. Slechter trof de winkelier Klaas Timmerman te Twisk het, wiens toonbanklade werd ontlast door een bankbiljet van 25 pop, die aan Jaaps vlugge vin gers bleven kleven, plus 2 knaak als crisistoeslag. Mej. Compas, huisvrouw Komen A kreeg de eer der leverantie van prentbriefkaarten, speelkaarten, ca cao, een mop zeep, 'n flescli Eau de Cologne en an dere utiliteitsvoorwerpen, benevens een rijksdaalder, zooals de alles bekennende Jaap grif toegaf. Ten slotte kwam nog de winkelier Willem Bralce- boer te Medemblik, die de clandisie had van doosjes sigaretten, welke begunstiging diende om de winkel lade te kunnen inspecteeren. Veel schade scheen Brakeboer niet te hebben geleden. Het ging hier maar om 30 cents, voor zoover bekend, maar er kan wel wat meer gebeurd zijn. Het dient nog te moeten vermeld dat de jongeman, gehuwd en gezegend met 1 zoontje, de zoon was van den koster der Ned. Herv. kerk, een keurig net gezin en hij misbruik had gemaakt van deze positie om de kerk te bestelen. De officier releveerde deze feiten, en noemde het in verband met deze omstandigheden zeer ernstige diefstallen, voornamelijk het bestelen van de kerk. Een verontschuldiging was wel dat verdachte onder de plak zat van zijn vrouw (maar die plak was toch niet sterk genoeg om dezen zwakkeling voor diefstal te behoeden). Het rapport van den heer Wiggers was niet hoop vol en do conclusie van Dr. Engelman luidde, dat verdachte toerekeningsvatbaar was. Den officier bleef niets anders over dan gevangenisstraf te vor deren en requireerde hij 7 maanden. Mr. Judell, ambtshalve als verdediger toegewezen, pleitte voor zijn prodeaan clementie en wees nog op het betreuringswaardige feit, dat de sexueele verhou dingen in Opperdoes op zeer laag peil staan, een omstandigheid waar pleiter niet verder op wenschte in te gaan, maar die toch niet zonder invloed waren geweest op zijn laakbare handelingen. Alkmaar. STAKINGSGEWELDDADIGHEDEN. De 29-jarige bouwvakarbeider Petrus Adrianus Fransen, wonende te Alkmaar, en thans in voorar rest, stond heden terecht verdacht te zijn, zich in den morgen van 14 Maart j.1. tijdens een staking te Santpoort, alwaar verschillende arbeiders uit Alk maar werkzaam waren, te Heiloo, toen een luxe auto met zg. onderkruipers op weg was naar Sant poort, zich te hebben schuldig gemaakt in vereeni- ging met andere- ontevreden arbeiders aan geweld pleging tegen deze auto door met steenen te werpen, waardoor de wagen werd beschadigd. In deze zaak, waarin Mr. Small, opponeerde als verdediger, waren S getuigen a charge en decharge gedagvaard. De verdachte bouwvakarbeider ontkende het hem ten laste gelegde feit en beweerde dien morgen niet te zijn uitgegaan om de auto te molesteeren, doch om konijnenvocr te zoeken. De getuige Duyn, chauffeur van de auto, had de aanranding meegemaakt en ook zooiets als een re volverschot gehoord. Het gebeurde omstreeks kwart over 6 uur, het was nog schemerig. De rit werd niet voortgezet, doch men keerde de auto om, teneinde bij de politie assistentie te vragen. De getuige Schellevis kwam uit Beverwijk om de werklieden te halen en keerde terug met 5 passa giers, men zat in een Alkmaarsche Courant het sta- kingsnieuws van den vorigen dag te lezen, toen na bij do Kattenberg, door een aantal personen, die zich aan beide zijden van den weg hadden opgesteld, een regen van steenen op de auto werd losgelaten. De chauffeur Duyn reed full-speed door en keerde toen terug naar Alkmaar. Getuige heeft zich door het bosch verwijderd. Deze getuige kende verdachte persoonlijk niet, doch had hem op 'n vorigen avond bij een der sta kingsrelletjes opgemerkt. Verdachte gaf toe op de Laat de auto te hebben gezien; bij wijze van demonstratie had hij toen zijn vuist opgestoken, een geste, die de president, Mr. Lcdeboer ellendig noemde. Iedereen is toch vrij om ite werken, vermeende de president. De 30-jarige timmerman, Nic, Streicher, inzittende ïn de bewuste auto, verklaarde dat de heer Schelle vis een voorlezing hield uit de krant, toen men eens klaps een klap op de auto hoorde en zag getuige een persoon naar voren treden, die een werpende bewe ging maakte, welke persoon volgens dezen getuige dan verdachte zou zijn. Er volgden nog meer klap pen op de auto en men constateerde deuken op den wagen. Voorts werden opgemerkt aen aantal perso nen, voorzien van fietsen, die de vlucht namen. De verdachte stond naar schatting pl.m. 8 meter van de groep af. Bepaald zeker was getuige in de herken ning van den verdachte niet. Hij dacht wel aan hem, toen hij hem bij de auto opmerkte. Vervolgens werd voor geroepen de timmerman W. Öe Leeuw, eveneens passagier van de stakingsauto. Hij zag een persoon, die een gooiende beweging maakte en hoorde een klap. Den vorigen avond had bij verdachte gezien als poster en hij herkende hem als dezen verdachte. Hij had dien morgen een deuk hoed op. Dit laatste werd door verdachte toegegeven. Hierna verscheen de timmerman Piet Blankcn- Öaal, eveneens deel uitmakende van het autogezel schap. Ook hij zag iemand, die een gooiende bewe ging maakte, doch hij kon niet zeker zeggen, dat het verdachte was. Hierop werden gehoord de getuigen van de verde diging. In de eerste plaats Stevc Teilegen, arbeider te Alkmaar, die gehoord had, toen men den vorigen avond aanwezig was in de Eikelenburgstraat, toen Blankendaal was thuisgebracht, dit werd gezegd: Morgen zullen we het anders doen! Den volgenden morgen was getuige ook tegenwoordig geweest op den straatweg "en had toen personen zien staan, doch was doorgereden. Naar zijn meening had kort daar op den aanval plaats gehad. Getuige had ook iemand gezien, die veel op verdachte geleek, deze man liep op den straatweg en had geen fiets. Ook dit gaf ver dachte toe. De transportarbeider Boon, die naar zijn werk te 'Castricum fietste, had verdachte in de richting Alk maar zien loopen. Het was 5 minuten over zes uur en ze hadden elkander nog gegroet. Getuige a decharge, Albertus Hassing, metselaar ïe Alkmaar, had op weg naar Castricum op den be- wusten morgen, verdachte ontmoet, looponde in de lichting Alkmaar, op de hoogte van de tennisbaan. Hij kende den verdachte, die een trui aan had en een hoed op had. Er waren ook andere personen en ook fietsen, die tegen de boomen stonden. Ten slotte werd gehoord Jacobus Veel, vroeger te Alkmaar. Deze had verdachte meermalen 's morgens vroeg te Heiloo ontmoet. Hij hield zich toen onledig met gras snijden. De officier, lettende op de omstandigheid, dat ver dachte ontkende, was verplicht het bewijs te leveren uit de feiten. De aanval in bijzonderheden beschrij vende, kwam spr. tot de vraag: wie pleegde dien aanval? Uit het stukje in de Courant hadden de werkwilligen het vermoeden dat er wat broeide, dus heerschte er een zekere spanning. Toen de chauffeur dus een schim te voorschijn zag komen, een klap op de auto hoorde en een aantal personen bemerkte, gaf hij vol gas. Nadat een regen van projectielen de auto teisterde werd gestopt en keerde de chauf feur de auto om terug te gaan. Bij die gelegenheid zag men als hazen vluchtende personen. Wat be trof de herkenning van den verdachte in den per soon van den man, die een gooiende beweging maak te, releveerde de officier de getuige a charge Schel levis. De verklaring der getuigen omtrent de kleeding van den verdachte achtte de officier te vaag, dus wilde spr. deze verklaringen stilzwijgend voorbij gaan. De getuige Streicher had echter de verdachte herkend aan zijn donker en sterk typeerend uiter lijk. Getuige de Leeuw had ook positief den ver dachte herkend, mede omdat hij den vorigen avond verdachte bij zijn eigen deur had zien staan. De of ficier vermeende voorts dat de getuigen a decharge er niet in waren geslaagd het door den officier aan gevoerde bewijsmateriaal te ontzenuwen. Zij hadden feitelijk wel achterwege kunnen blijven. Van konijnenvoer had niemand iets gemerkt en werd dit verweer door niets bevestigd. De officier nam aan dat verdachte dien morgen met een hard voorwerp tegen de auto had geworpen. Voorts distilleerde de officier de verzwarende om standigheid het met vereende krachten geweld ple gen uit het feit, dat verdachte op betrekkelijk korten afstand stond opgesteld van de overige geweldple gers. Verdachte gaf zelf toe dat hij een leidende rol speelde in de organisatorische actie van de onder kruipers tot inkeer te brengen. Een van die midde len was dan vermoedelijk den aanval op de auto. Deze manier van optreden kon de officier dan ook niet tolereeren. Wat verdachte betrof, deze heeft tot dusver steeds ontkend, doch de officier betwijfelde of hij die hou ding kon volhouden bij dit overstelpende bewijsma teriaal. Het speet den officier dat verdachte, die behoort tot een legale vakorganisatie, zich tot deze terroris tische daden had laten verleiden en spreker ge- nodozakt moest zijn in dit renstige geval 10 maan den gevangenisstraf te requireeren. Mr. Small besprak de oorzaak van de gevoerde ac tie en noemde de houding der patroons een slag in het aangezicht van de arbeiders, te meer nog, omdat de patroons door het gemeentebestuur van Velzen en den rijksbemiddelaar in het ongelijk waren ge steld. Pleiter verklaarde dat verdachte vooraf van het gebeurde bij den Kattenberg niet op de hoogte was en hij dien morgen niet was afgeweken van zijn gewoonte om voer voor zijn konijnen te zoeken. Hij woonde destijds in de Nieuwpoortslaan. Verdachte liep op den straatweg zonder eenig kwaad opzet. Hij kende niet de personen, die zich in de auto bevon den en het is wederkeerig waar, dat deze personen zich ook in den persoon van den verdachte konden vergissen. Oolc wees pleiter op de weinige harmonie, die er bestond tusschen de verklaring door de ge tuigen afgelegd met betrekking tot de kleeding van den verdachte; ook met betrekking tot de afstanden bestond geen homogeniteit tusschen de diverse ver klaringen. Alleen is men het, tot nadeel van ver dachte eens, dat de man, die gooide, iemand was met een donker uiterlijk. Pleiter ontkende dat ver dachte tot een der groepen zou hebben behoord. Vast stond vrijwel dat verdachte niets in zijn handen heeft gehad. Hij is er echter tegen op geloopen en anderen hebben zich afzijdig gehouden. Ten slotte vestigde pleiter de aandacht op den persoon van verdachte, die veel voor zijn organisatie over heeft, doch niet verdacht ltan worden op illegale wijze recht te vorderen. Bovendien is hij maatschap pelijk een onberispelijk huisvader, met een blanco strafregister, zoodat pleiter hoopte "dat indien een door pleiter geconcludeerde vrijspraak niet kon wor den verleend, in ieder geval de meest mogelijke cle mentie zou worden in acht genomen. Er volgde geen repliek en werd de behandeling onder bepaling dat a.s. week Dinsdag uitspraak zou worden gedaan, gesloten. Helder. "WAT AL TE VLUG NAAR RECHTS OPGETROKKEN. De heer Simon K., Texelaar van geboorte, wonende te Helder en directeur van een Shellbijkantoor al daar, reed op 18 Sept. 1934 met zijn luxe wagen in het Ankerpark en wenschte de Zuidstraat in te rijden en begaf zich naar rechts, waar hij voorbij reed een wielrijder, met name Willem Klaas Piet, doch nam zijn draai wat al te vlug, zoodat de fietser alleen door krachtig te remmen kon voorkomen, dat hij een liefkozing van de zooveel krachtiger auto ontving. De heer K. werd door den kantonrechter te dier zake veroordeeld tot f 25 boete, welke straf later werd aangedikt tot f 50. Tegen het vonnis kwam de Shellmeneer in hooger'beroep, niet om de knikkers, want hij nam Mr. Buiskool, die ook niet voor een dagloon van 50 ets. met de broodkost uit pleiten gaat, doch om het spelrecht, omdat hij zich onschul dig achtte. Deze niet onverdeeld interessante zaak werd na de pauze eens uitgekiend. Mijnheer Willem Klaas Piet, bootsman K.N.M., gaf een expose van het gebeurde bij het Ankerpark, welke verklaring door den tweeden getuige Sybbele Nania werd onderstreept. Door den heer officier werden geen nieuwe licht punten ontdekt en volgde dus requisitoir tot beves tiging, evenwel met uitzondering van de straf, die de officier wenschte te zien gereduceerd tot f 25 boete of 10 dagen. Mr. Buiskool was het niet met den kantonrechter, noch met den officier eens en concludeerde na de onvermijdelijke uitvoerige uiteenzetting, vrijspraak, subs. een zeer geringe boete. Helder. NOG EEN HELDERSCHE CARAMBOLE. In den beroemden St. Sylvester oftewel Oudejaars nacht j.1. had een botsing plaats te Helder op den Molengracht en Bierstraat met het motorrijtuig van den garagehouder Jac. Joh. B., en de auto, bestuurd door zekeren heer J. F. Stuart, waarbij de garage houder zoo men het noemt, de piel was en veroor deeld werd tot f 20 boete of 10 dagen. De veroordeelde kWam in hooger beroep, omdat hij vermeende niet de schuld te hebben, welke appèl heden werd behandeld. Volgens den appellant had de heer Stuart geen sig naal gegeven en zoo woest gereden, dat appellant met hutje en mutje in het N.H. Kanacl terecht was gekomen. Zijn geheel e wagen was in de soep gere den en had hij de schade zelf moeten betalen, als mede de verkeerspaal, die bij deze onzachte ont moeting was gesneuveld. Mijnheer Stuart nam echter een ander standpunt in en beweerde dat verdachte de rollen precies om keerde. De officier hield zich alléén aan het telaste ge legde feit, dat verdachte rechts geen voorrang had verleend en vorderde bevestiging. Wi e r 1 n g e n. NOG EEN, DIE NIET OM DE KNIKKERS, HOOGER SPEL SPEELDE. Een autobuschauffeur, Jn. Cornelis D. had op 31 Juli te Wieringen, wel niet direct brokken gemaakt, doch was toch door zijn minder tactisch rijden de oorzaak, dat een tegenligger in het gedrang kwam. De chauffeur werd te Helder dientengevolge veroor deeld tot f 10 boete of 3 dagen en was van dit niet ongeschikte vonnis in hooger beroep gekomen. Mr. Wynne werd de taak toegewezen namens de verze kering den appellant te verdedigen.' Dr. Herz, die ook met zijn auto op den Gemeenlandsweg reed, was door het plotseling stoppen van zijn voorligger, een door zekeren heer J. M. Roël bestuurden auto, verplicht een greppel in te rijden en van zijn auto een duikboot te maken. In dit even langdradige als vervelende zaakje, waarin met elkaar nog 5 getui gen werden gehoord, vroeg de Officier bevestiging van het vonnis. Mr. Wynne drukte zijn spijt uil dat geen behoor lijke situatiekaart aanwezig was en stelde voor den toestand ter plaatse op te nemen, omdat naar zijn meening den chauffeur geen enkele schuld trof. Zoo als door pleiter meer uitvoerig werd aangetoond. Eindelijk achtte pleiter de overtreding niet voldoen de bewezen en werd vrijspraak geconcludeerd, sub sidiair een nader onderzoek in loco. Helder. „ONDER" DEN INVLOED „ACHTER" HET STUUR. De 25-jarige chauffeur Jeroën Willem Albert F. te Helder, had op 24 Nov. vermoedelijk te diep in 't glaasje gekeken en was misschien mede geinspireerd door de in den wagen zich bevindende meisjes, toen zoo roekeloos gaan rossen, dat hij een aanrijding veroorzaakte met een lantaarnpaal. De „etwas ange- heiterde" chauffeur was door den kantonrechter te Helder veroordeeld tot f25 boete of 10 dagen, bene vens 6 maanden ontzegging rijbevoegdheid. De aan rijding hierboven bedoeld had plaats op den Paral lelweg en het feit was waargenomen door den bak ker Corn. Bremer en den chauffeur A. M. Visje, die, nu heden deze zaak in hooger beroep werd behan deld, verzwarende verklaringen tegen den appellant aflegden. Door agent Huitinga was proces-verbaal opge maakt en de zaak onderzocht, waarbij werd gecon stateerd, dat Jeroën lang niet kaarsschoon was ge weest. Gerequireerd werd dan ook bevestiging van het vonnis. De appellant pruttelde nog heel wat tegen, doch vond weinig troost bij den president, die hem op nette wijze zijn congé gaf. EEN SOMBERE OPENINGSREDE VAN DEN VOORZITTER. Gistermorgen begon in de groote zaal van Kras- napolsky te Amsterdam de algemeene vergadering van de Hollandsche Maatschappij van Landbouw. De voorzitter van de maatschappij, de heer P. Stapel Czn. begroette de aanwezigen en speciaal den heer Hui- zinga, inspecteur van den landbouw. Zoo somber en schier wanhopig, begon de heer Stapel zijn openingsrede, als thans, heeft bij men- schenheugenis de toekomst voor onzen landbouw en vooral v.d. veehouderij en den tuinbouwer nog nim mer uitgezien. Al staan wij dan ook heden in het begin van Bloeimaand 1935, overal in de natuur ont wikkelt zich het jonge leven, wat den landbouwer weer roept tot den aibeid, maar van opbloei in onzen vaderlandschen landbouw is geen sprake meer; van daag wil ik voor u met de openlijke bekenning ko men, dat de ineenstorting van ons bedrijf op de zwaar belaste punten, een aanvang heeft genomen. Jaren hebben wij tegen de crisis gevochten, heb ben wij op de bres gestaan om te voorkomen, dat onze landbouw, ons bedrijf een economische puinhoop zou worden. Zeker, onze strijd is niet te vergeef sch ge weest, want wanneer wij ons een voorstelling zou den gaan maken van hetgeen er nog van onzen land bouw over zou zijn, zonder dat wij door beschermende maatregelen gesteund zouden worden, dan komen wij vanzelf tot de erkenning, dat de landbouwcrisis maatregelen door de Regeering getroffen, er mogen dan fouten en onvolkomenheden aan kleven, haar nuttige werking tot instandhouding van den land bouw zeer zeker hebben gehad en tot op heden een algeheele instorting hebben voorkomen. De opleving van den economischen toestand van Nederland, welke 1933 ons beloofde, is zonder uitzon dering in 1934 een teleurstelling gebleven. Eenerzijds afname van de koopkracht, anderzijds vermindering van de export-gelegenheid. Economisch dus een treu rig,en toestand in het achter ons liggende jaar, wel ke nog zeer onlangs wederom ernstig werd geschokt door de verstoring op monetair gebied door België's devaluatie. Waar onze veehouderij en tuinbouw in onze jaren van voorspoed aangewezen waren op export, doch nu zich meer en meer het binnenland als voornaamste afzetgebied toegewezen zien, beteekent dit, dat zij een structuurverandering zal moeten ondergaan. De ak kerbouw echter staat er ook niet onverdeeld gunstig voor. Het zoo juist per 1 Mei afgesloten boekjaar zal ongetwijfeld voor vele onzer akkerbouwers een gun stig beeld te zien geven. Men hoede zich er echter voor hier te gaan spreken van een gunstige positie dezer bedrijven, want een permanent karakter draagt deze uitzondering zeer zeker niet. Het zijn toch de groote oogsten geweest, waaraan dit resultaat is te danken. Bij gemiddelde oogsten daarentegen zouden bij de thans vastgestelde prijzen vele akkerbouwers moeite hebben gehad, de bedrijfsrekening sluitend te krijgen. Dit opent ook voor onze akkerbouwers zeer som bere perspectieven, want het veel besproken gunstige jaar is voor den Minister van Economische Zaken aanleiding geweest, om de richtprijzen voor de tarwe en peulvruchten wederom te verlagen. Dit is een be sluit van den Minister geweest, waarmede de geheele georganiseerde landbouw zich niet accoord heeft kun nen verklaren. Het is m.i. de taak der landbouworganisaties om in deze te blijven volhouden en te trachten een Zikere onevenwichtigheid in de beslissingen van den Mi nister te doen plaats maken voor het inzicht, dat thans omtrent de positie van het landbouwbedrijf bij de landbouworganisaties bestaat. De lotgevallen van een verstekeling. Vancouver (Canada)De 18-jarige Canadees Eugene La Framme, die dezer dagen te Vancouver is aangekomen, heeft een wereldreis van 40.000 mijl gemaakt, zonder dat het hem iets gekost heeft. Twee jaar geleden vatte hij het besluit op, meer van de wereld te gaan zien. Hij vertrok van Van couver en begaf zich te voet naar Mexico, terwijl hij in zijn onderhoud voorzag door onderweg karweitjes te verrichten. Van Mexico wandelde hij naar New York en vandaar naar Halifax. Hier verborg hij zich op een schip en reisde als verstekeling naar Londen, waarna hij een voetreis maakte door geheel Enge land en Schotland. Toen begon de jongeman naar Canada terug te verlangen en opnieuw verborg hij zich op een schip, thans op de Pacific Grove, die van Glasgow naar Vancouver vertrok. Hij werd ech ter ontdekt, toen het schip 300 mijl uit de kust was, doch hij toonde zich een zoo bereidwillig werker, dat men niet tot vervolging van den jongeman is over gegaan. HOE MEN IN HET VERRE OOSTEN OUD WORDT. Sjanghai: Kwang Tsjing Sjan, een Chineesch koopman te Hongsjan, die meer dan een eeuw oud is, schrijft zijn hoogen leeftijd toe aan het feit, dat hij slechts gedurende twee jaar van zijn leven ge huwd is geweest. Zijn vrouw stierf toen hij 43 jaar was en sindsdien is hij ongehuwd gebleven. Overigens beveelt hij, om een hoogen leeftijd te bereiken, vroeg opstaan, frissche lucht, en hard werken aan. Zijn opvatting wordt blijkbaar gedeeld door een bewoner van Choseji in de Japansche prefectuur Yamanasji, die zijn ouderdom eveneens toeschrijft aan het feit, dat hij altijd vrijgezel is gebleven. Bo vendien is deze man een overtuigd vegetariër. Hij verzuimt geen enkelen dag een bad te nemen en eet tien eieren per dag. Te lang heeft de Regeering gedraald met het ingrij pen op het gebied der zuivelproducten. Verhooging van den melkprijs is onafwijsbaar di rect geboden, en zeer tot ons leedwezen moeten wij hier melding maken van een afwijzend antwoord op een desbetreffend verzoek onzer organisatie. Het Hoofdbestuur heeft n.1. op voorstel van de Crisis- Veeteelt- en Zuivelcommissie aan den Regeeringscom- missaris voor de Melkveehouderij verzocht, bij de in werkingtreding van de melksteunbeperking tevens het 10 millioen fonds, ontstaan uit de exportheffingen, te gaan uitkeeren. Wij meenden hiermede een uiterst bescheiden voor stel in te dienen, toch werd dit voorstel niet ingewil ligd. De Regeeringscommissaris had twee bezwaren. De bekende zuivelpot van 10 millioen moet blij ven om de uitkeering op peil te houden, terwijl wan neer de 10 millioen in 1935 zouden zijn opgeteerd, e melkprijs dan plotseling zou moeten dalen. Daaruit meent spr. twee dingen te mogen concludeeren, n.I. dat de regeering zelf bitter weinig vertrouwen schijnt te hebben in de beperking en in de betere positie, welke in 1936 moet intreden als gevolg van 'n loo- nenden uitvoer naar Engeland. De werkelijke toe stand in de veehouderij beseft de regeering niet. Soms maken de regeeringsmaatregelen den indruk' eerst te willen helpen wanneer eindelijk het allerlaat ste staat te gebeuren: de ondergang van den boer als boer. Hierbij denikt spr. aan de bekende Koninklijke Be sluiten tot het voorkomen van executies van land bouwbedrijven terzake van hypothecaire vorderingen. Eerst wanneer de executie een voldongen feit is, kan worden ingegrepen. Doch hoe werkten deze besluiten ten aanzien van verlaging der hypotheekrenten? Er zullen naar spr.'s meening meerdere besluiten op het gebied van de met hypotheek belaste bedrij ven moeten volgen, want anders ziet het er met het crediet' aan den landbouw in de toekomst zeer zeker niet rooskleurig uit en dit kan niet de bedoeling zijn van de regeering. De strijd voor de instandhouding van ons bedrijf duurt thans reeds meerdere jaren en meerdere illu sies hebben wij in dien tijd verloren moeten geven, doch thans is de nood zoo hoog gestegen, dat wij. met voorbijgaan van alle door Kamers van Koop handel en door tal van andere geuite beweringen te gen den landbouwsteun, slechts aandringen op on middellijke verbetering van de positie der veehou- dersbedrijven en protesteeren tegen elke verlaging van den landbouwsteun. Na de middagpauze zijn nog een groot aantal vragen gesteld, in verband met de landbouwcrisis maatregelen, sociale lasten e.d., waarna de volgende door het hoofdbestuur gestelde motie met algemeene stemmen aangenomen werd, waarbij besloten werd deze zoo spoedig mogelijk aan den minister van oeco- nomische zaken door te zenden. Motie. „De Hollandsche Maatschappij van Landbouw in algemeene vergadering te Amsterdam bijeen, gehoord de besprekingen, brengt beleefd onder de aandacht van Uwe Excellentie den onhoud- baren toestand waarin de veehoudersbedrijven verkeeren; is van oordeel, dat directe verbetering in het belang der bedrijven in het belang van het platteland en van ons-volk, dringend noodzakelijk is; verzoekt Uwe Excellentie den bijslag op de melk direct te verhoogen en zoo de fondsen uit geput raken, uit andere hoofde geld voor dit doel beschikbaar te stellen; is overtuigd, dat bij niet inwilliging van dit verzoek door de voortschrijdende armoede, ex tensieveering en werkloosheid de offers voor het Nederlandsche volk belangrijk grooter zullen zijn; verzoekt Uwe Excellentie voorts den afzet ver meld in eigen land te vergrooten door verplichfc- stellen van de bereiding van melkbrood tegen consumptie melkprijs; de afzet van boter en andere dierlijke vetten door hoogere belasting en contingenteering van vetten, ingevoerd of voortgebracht met ingevoer de grondstoffen".

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1935 | | pagina 2