Er komt een Komeet op
de Aardevat
Charles Rex
Niemand behoeft zich bang te maken
Raad Oude Niedorp.
Ethel M. Dell.
PROFETEN, DIE BROOD ETEN.
Verschillende sterrenwachten in Europa,
Zuid-Afrika en de Veraenigde Staten heo-
ben vastgesteld, dat in het wereldruim een
nieuwe komeet is verschenen, die zich
met grootc snelheid in de richting van de
aarde beweegt. Volgens hun berekeningen
moet de aarde den komeet in het jaar
1939 ontmoeten.
LONDEN, 16 Augustus 1935. (VPB.): Men schrijft
het jaar des Heeren 1524. Zes jaar te voren had de
beroemde astroloog J. Stöfflcr precies berekend, dat
in het jaar 1524 Saturnus, Jupiter en Mars in hat
teeken der Visschcn bijeen zouden komen. Dat be-
•teekende veel water dat beteekende 'n zondvloed!
De wereld zou vergaan
De menschen verbrasten hun geld. Schulden wer-
den niet meer betaald. De boeren bebouwden hun
land niet meer. Wie het eenigszins kon betalen, nam
de vlucht naar de bergen en liet zich daar een min
of meer ruime ark bouwen. En toen kwam de
zondvloed niet. De wereld verging niet. Evenmin, als
zij in het jaar 1000 was vergaan en evenmin, als zij
den 15cn Juni 1525 verging. Dezen laatsten datum
had Keurvorst Joachim I namelijk berekend in zijn
fantastisch observatorium in Bedlijn—Cölln aan de
Spree. Den datum hield hij streng geheim. Eerst
op den dag, waarop het noodlot zich aan de aarde
zou voltrekken, begaf hij zich met zijn geheele hof
naar den Kreuzberg bij Berlijn. Erg ontnuchterd keer
de hij des avonds naar zijn haardstede terug, zonder
dat de wereld was vergaan.
Hedendaagsche Zondvloedprofeten.
Doch wij behoeven niet eens zoo ver terug te gaan.
Verleden jaar voorspelde een fantast in Zweden aan
ieder, die het hooren wilde, de spoedige komst van
het Homelschip, dat de goeden op deze wereld zou
opnemen en hen medevoeren naar het rijk der eeuwi
ge vreugde. In Amerika verzamelden zich op den
laatsten Nieuwjaarsdag ruim 5000 aanhangers van
een secte, die zich eveneens beschouwden als de uit
verkorenen en alles wetenden en duidelijk den on
dergang der wereld voor oogen zagen.
Het einde der wereld kwam echter niet, met hoeveel
stelligheid de profeten het ook hadden voorspeld. Men
moest weder naar huis, om voor het eten te zorgen,
schoenen laten verzolen, kleeding verstellen en ver
der doen, wat de hand dagelijks te doen vindt.
Vrees behoeven wij niet te koesteren.
Er komt dus oen komeet op de aarde af. Hij volgt
een baan die, wanneer zich geen afwijkingen voor-
doen, naar menschelijke berekening de baan der aar
de op een gegeven oogenblik moet snijden. Men weet
thans, dat een komeet langgestrekte kegelsneden om
de zon als brandpunt beschrijft, om dan weder ergens
in het wereldruim te verdwijnen.
Men weet eveneens, dat zulk een komeet bestaat uit
een zoogenaamde kern, een sluier, die de kern om
zweeft en een staart. Doch dit hemellichaam is van
zeer nevelachtige samenstelling. Zóó nevelachtig, dat
men zelfs een treffen met de aarde zonder de minste
ongerustheid tegemoet kan zien.
De staart van den komeet bestaat nit
Kooloxydegas.
Gelijk alle andere kometen zal ook deze, die zich
thans in de richting van de aarde beweegt, wel al
leen een kern hebben, die min of meer massief is.
De staart evenwel zal, evenals bij alle andere ko
meten, in tegenovergestelde richting naar de zon wor
den geblazen, als door de werking van een sterken
ventilator.
De sterrenkundige Baldet slaagde er in, langs
kunstmatigen weg kometenspectra samen te stellen
in zijn observatorium te Meudon. Hij maakte aan de
hand daarvan de gevolgtrekking, dat de staart van
den komeet in hoofdzaak uit kooloxydes bestaat. Wij
zien dus theoretisch twee dingen, die gevaar zouden
kunnen opleveren voor de aarde: een vaste of half
vaste kern en een staart, die uit vergiftige gassen
bestaat.
Een ongevaarlijk schouwspel.
Denken wij nu terug aan den 9den October 1933.
Toen doorliep de aarde de baan vaD de overblijfselen
van den komeet Giacolini. Dit had voor de aarde in
het minst geen bedenkelijke gevolgen. Integendeel,
men kon toen genieten van het schouwspel van een
ongekende sterrenregen. Zelfs wanneer men aan
neemt, dat de nieuwe komeet van wat massievere
samenstelling is, zal hij toch voor het grootste deel
reeds buiten de aarde, of anders toch bij zijn door
dringen in de atmosfeer, welke de aarde omgeeft,
verbranden.
En de giftige gassen, welke de staart bevat? zal
men vragen. Een deskundige, tot wien wij ons dien
aangaande wendden, gaf ons de verzekering, dat wij
dag aan dag in de straten van een groote stad meer
giftige gassen inademen, dan een geheele komeet
aan de atmosfeer van de aarde zou kunnen mede-
dcelen. De verdunning zou zoo sterk zijn, dat wij
de aanwezigheid van het schadelijke gas niet eens
meer zouden kunnen constateeren aan den geur van
bittere amandelen. Dit laatste is, zooals men weet, de
karakteristieke reuk van het vergiftige gas, dat het
hemellichaam over ons zou kunnen uitstorten.
In het jaar 1939, op een dag, die nog precies moet
worden berekend, zal de komeet zich het dichtst bij
de aarde bevinden, evenals op 19 Mei de beroemde
komeet van Halley. Angstig zullen wij ons daarover
niet maken. Millioenen aardbewoners zullen er zelfs
niets van bemerken.
Vergadering van den Raad op Vrijdag 16 Augustus
1935, des avonds om zeven uur.
Voorzitter de heer C. G. M. van Baar; burgemees
ter-secretaris.
Alle leden zijn aanwezig.
Installatie van den heer Droog.
De Voorzitter opent de vergadering en heet allen,
in het bijzonder den heer Droog, welkom.
De heer Droog zal weliswaar voor een zeer korte
periode zitting hebben, maar wie weet, zullen we
hem na verloop van jaren weer terug zien.
De heer Droog wordt dan geinstalleerd.
De Voorzitter feliciteert, den heer Droog, die toch
gekomen is, al is het dan maar voor éen vergade
ring. (Teekenen van instemming).
De heer Droog: Dank U!
De notulen worden onveranderd vastgesteld.
Ingekomen stukken
We vermeldenT
Ged. Staten berichtten, geen bezwaar te hebben
tegen het uittrekken van f300 voor kosten van tu
berculosebestrijding.
Het revolutionnair onderwijs.
Ingekomen is verder een schrijven van 8 Augustus
1935 van het Inst. voor Arbeidersontwikkeling, On
der toezending der bii het onderwijs vanwege dit
instituut alhier gebruikte leerboeken.
Uit het ingezonden materiaal blijkt, dat dit geen
revolutionnaire propaganda inhoudt.
De boeken liggen voor de leden ter inzage.
Naar aanleiding van het gesprokene door den
heer Waiboer in de vorige vergadering, had het
Instituut gemeend de leerstof te moeten zenden. Zoo
waren onder meer boeken ingekomen over sociale
kennis.
De Voorzitter heeft een en ander doorgelezen. De
boeken zijn hem volkomen neutraal gebleken, wat
hij tot z'n groot genoegen constateerde. Voor een
bepaalde richting is allerminst propaganda gemaakt
Het hoofd der school heeft spr. ook gesproken; ook
die wees op de neutrale strekking van het onder
wijs.
De heer Kolkman; Heeft ook de heer Waiboer de
boeken gezien en heeft hii de overtuiging gekregen,
dat zijn gegevens op een misverstand berustten?
De heer Waiboer: Ik heb niet anders gedaan dan
vragen.
De heer Van Zoonen: Uit de notulen blijkt de
heer Waiboer wel degelijk iets beweerd te hebben.
Alleen kon hii geen schriftelijke bewijzen overleg
gen. De heer Waiboer deed goed, zijn vergissing rui
terlijk te erkennen.
De heer Waiboer zegt eerst van plan te zijn ge
weest terug te schrijven, op het ingezonden stuk in
de Schager Courant; later is hij daarvan terug ge
komen. Overigens wenscht spr. niemand te vragen,
wat hij zal vragen. Spr. zal de boeken doorlezen.
Goedkoope kaas en boter.
Naar aanleiding van het voorstel in de vorige ver
gadering van den heer Waiboer, om goedkoope
boter en kaas van gemeentewege beschikbaar te
stellen, adviseeren B. en W., aangezien de gemeente
hiervoor geen gelden beschikbaar heeft, op dit voor
stel niet in te gaan. daar zij overtuigd zijn. dat
hiertoe in geen geval goedkeuring zal worden ver
kregen.
De heer Waiboer kan zich gedeeltelijk met dit
prae-advies vereenigen. Indertijd zou men van re-
geeringswege goedkoope boter beschikbaar stellen.
Als zulks was doorgegaan, had de gemeente dan
moeten bijdragen?
De Voorzitter weet het niet. Het goedkoope vleesch
door de regeering verstrekt, komt zonder bezwaar
voor de gemeentelijke schatkist. Spr. twijfelt er ove
rigens niet aan, of de gemeente zou willen mee
werken. wanneer de regeering goedkoope boter zou
willen beschikbaar stellen.
Conform het advies wordt daarna besloten.
Verzoek om ontheffing van schoolgeld.
H. de Bruin verzoekt vernietiging van zijn school
geldaanslag 1934—1935 en restitutie der reeds betaal
de gelden.
B. en W. stellen voor afwijzend op het verzoek te
beschikken; de aanslag toch is terecht opgelegd.
Aldus wordt besloten.
Suppletoire begrootingen.
B. en W. stellen voor de wijziging der suppletoire
begrooting dienst 1934, vastgesteld ter vergadering
van 1 Februari 1935 en de vaststelling van een sup
pletoire begrooting dienst 1934, naar aanleiding van
een schrijven van den Minister van Binn. Zaken van
15 Juni j.1.
Uit een bij de terugontvangen suppl. begrooting
van 1 Febr. j.1. behoorend schrijven van Ged. Staten
blijkt, dat de Ministers van Financiën en van Binn.
Zaken blijven bij hun eisch tot verlaging der jaar
wedden van het gemeente-personeel met 5 pet., thans
in te voeren ingaande 1 Juli 1935.
Het betreffen hier administratiewijzigingen, een
verlaagde post voor jaarwedden van het gemeente-
personeel is dus in de begrooting 1934 niet opgeno
men.
Vergoeding ingevolge art. 101 L. O. wet.
B. en W. stellen voor vaststelling van de gemeente
lijke vergoeding bedoeld in art. 110 der L. O. wet voor
de R.K. Meisjesschool te 't Veld over 1933.
Vastgesteld op f 3.147.78.
De heer Kolkman vraagt, wie de vruchten plukt
van de rente van het bedrag, dat bij voorschot te
veel is betaald.
De Voorzitter antwoordt van het schoolbestuur. We
mogen ondertusschen blij zijn, dat men de financiën
zoo zuinig beheert.
Een onbezoldigd ambtenaar van den bur
gerlijken stand.
B. en W. stellen voor te benoemen tot onbezoldigd
ambtenaar van den Burgerlijken stand den heer Jb.
van Zoonen.
In verband met de ziekte van den heer Folkers is
het gewenscht, dat deze benoeming plaats heeft, ten
einde mogelijk moeilijkheden te voorkomen.
De heer Waiboer: Is het niet gewenscht, dat de
nieuwe raad de benoeming doet?
De Voorzitter: Neen, dat is niet noodig. Bovendien
heeft ook de heer Van Zoonen zitting in den niewen
raad. En Van Zoonen woont dicht bij de secretarie.
De heer Waiboer: Is de benoeming tijdelijk?
De Voorzitter: Dat kan niet.
De heer Waiboer: Als straks Folkers terug komt,
hebben we 3 ambtenaren van den burg. stand.
De Voorzitter: Dan kan de heer Van Zoonen be
danken; bedankt hij niet, dan hindert het ook niet.
De heer Van Zoonen: Moet de nieuwe raad ook
weer iemand benoemen?
De Voorzitter antwoordt ontkennend.
Na gehouden stemming blijken op den heer Van
Zoonen 6 stemmen te zijn uitgebracht; 1 blanco.
De heer Van Zoonen neemt zijn benoeming aan.
Rondvraag.
De heer Kolkman wijst op het slechte uitzicht, dat
men heeft, gaande van 't Veld naar Oude Niedorp.
Vooral door een wagen van Daalder's Aannemersbe*
drijf en door een heining. Ongelukkien zullen het
gevolg zijn, hebben trouwens al plaats gehad.
De Voorzitter zal Daalder verzoeken den wagen te
verplaatsen en zal ook naar de heining kijken.
De heer Bakker wil den weg De WeelVerlaat ver
beteren. Op het moment is de weg levensgevaarlijk
voor fietsers. Kan de provincie er niets aan doen?
Met het losse grint moet men terdege oppassen; spr,
noemt den weg: een waschbord van a tot z.
De Voorzitter zal zich met de provincie in verbin
ding stellen; ook de Banne mag wel voor verbetering
zorgen.
De Voorzitter neemt dan zelf nog even het woord.
Nog nooit heeft spr. het medegemaakt een raadslid
in dezelfde vergadering te moeten installeeren en
tevens politiek begraven. Spr. dankt nogmaals den
heer Droog en sluit de vergadering.
DINSDAG 20 AUG. 1935,
HILVERSUM (1875 M.)
AVRO-uitzending. 6.30 RVU. 8.00 Gram.pl. 9.00
Ensemble Carel Alberts. 10.00 Morgenwijding. 10.15
Gram.pi. 10.30 Vervolg ensembleconcert. 11.00 Decla
matie Gusta Chrispijn-Mulder. 11.30 P. v. Egmond Jr.
(orgel) en E. Gertler (viool). 12.30 Kovacs Lajos en
zijn orkest. 1.15 De Octophonikers olv. B. Drukker;
2.15 Omroeporkest olv. N. Treep. In de pauze: De
clamatie door M. Boldingh. 4.15 Radio-kinderkoor
zang olv. J. Hamel. 5.00 Voor de kinderen. 5.30 Lyra-
Trio. 6.15 AVRO-Decibels olv. E. Meenk. 6.30 RVU. Dr.
H. Gerversman: De Harz, het hart van Duitschland.
7.00 Vervolg AVRO-Decibels. 7.30 Kamermuziek door
het Nederlandsche Trio. 8.00 Berichten. 8.05 Omroep
orkest olv. N. Treep. 9.00 Gram.pl. 9.30 Uit het Kur-
haus, Scheveningen: De Boswell Sisters mmv. de
Ramblers, olv. Th. Uden Masman. 10.30 Kovacs La
jos' orkest. 11.00 Berichten. 11.1012.00 Gramofoon-
muziek.
HUIZEN (301 M.)
KRO-uitzending. 8.00—9.15 en 10.00 Gram.pL
11.30—12.00 Godsd. halfuur. 12.15 Gram.pl. 12.30 Or
kestconcert. 1.30 Gram.pl. 2.00 Voor de Vrouw. 3.00—
4.00 Gram,pl. 4.00 H.I.R.O. 5.10 Schlagermuziek en
Gram.pl. 7.15 Lezing. Gram.pl. 8.00 Berichten. Gram.pl.
8.15 Koorconcert. 8.30 Orkestconcert. 9.00 Causerie.
9.15 Koorzang. 9.30 Orkestconcert. 10.15 Gram.pl. 10.30
Berichten. 10.35—12.00 Gram.pl.
DROITWICH (1500 MA
10.3510.50 Morgenwijding. 11.05 Orgelspel S. Torch.
11.50 Gram.pl. 12.20 BBC-Northern-orkest olv. Mc.
Nair. 1.05 Cricketnieuws. 1.20 New Victoria-Cinema-
orkest olv. Phasey. 2.20 Gram.pl. 3.05 Fr. Biffo's kwin
tet mmv. N. Joel (viool). 3.50 Cricketnieuws. 4.05
Gram.pl. 4.35 M. Hamlin (sopraan) en het Bronk*
hurst Trio. 5.35 Alfredo Campoli's orkest. 6.20 Be
richten. 6.45 Cricketnieuws. 6.55 Het Casani Club-
orkest olv. Ch. Kunz. 7.50 Ph. Scott (sopraan) en J.
Rorke (bariton). 8.20 BBC-Symphonie-orkest olv. Sir
Henry Wood mmv. solisten. 10.00 Berichten. 10.20
„In the shadow of the Taj", spel van D. Sharar. 10.40
L. Bridgewater's kwintet mmv. G. Knight (sopraan).
11.3512.20 Billy Cotton en zijn Band.
RADIO-PARIS (1648 M.)
7.20 en 8.20 Gram.pl. 12.35 Orkestconcert olv. Labis.
7.40 Gram.pl. 9.05 dito. 9.30 Concert uit Salzburg olv.
Paumgartner. 11.0512.35 Dansmuziek.
KALUNDBORG (1281 M.)
12.20—2.20 Strijkensemble olv. Nielsen. 3.20 Om
roeporkest olv. Reesn. 8.20 „King Lear'', spel van
Shakespeare. 10.35 Omroeporkest olv. Fr. Mahler.
11.20—12.50 Dansmuziek.
KEULEN (456 M.)
6.50 Orkestconcert. 11.20 Schrammelmuziek. 12.20
Orkestconcert. 2.35 Folkl. programma. 4.20 Piano-re
cital. 5.20 Orkestconcert. 8.30 Omroepkwintet, trio
en solisten. 9.35 Literair-muzikaal programma.
ROME (421 M.)
9.00 Orkestconcert olv. Bonavolonta. 10.20 Kamer
muziek olv. d'Ottavi.
BRUSSEL (322 en 484 MA
322 m.: 12.20-2.20, 5.20, 6.35 en 7.35 Gram.pl. 8.20
Symphonieconcert olv. André en Radio-tooneel. 10.30
11.20 Gram.pl. 484 m.: 12.202.20 Het Constantin-
orkest. 5.20 Dansmuziek. 6.20 Gram.pl. 6.50 Zang.
7.20 Gram.pl. 8.20 Het Kedroff-kwartet. 9.20 Voor
dracht. 10.10 Gram.pl. 10.30—11.20 Slavische muziek.
DEUTSCHLANDSENDER (1571 M.)
8.30 „Der Sommer", gedichten van Hagen, muziek
van Platen. 9.20 „Der betrogene Kadi", opera van
Gluck olv. G. A. Schlemm. 10.20 Berichten. 10.50 Viola-
Fehse-kwartet.
FEUILLETON
door
40.
„M'n wat?" riep Toby plotseling lachend uit, „doe
toch niet zoo gek, Jake. Benny rijdt wel op hem,
v aarom zou ik het dan niet doen!"
„Dat is heel wat anders", zei Jake. „Benny heeft
manskracht en die heb jij niet. 't Is voor jou te ge
vaarlijk, weet je en ik wil 't niet hebben!"
„Nu, 't is ^oed hoor!" zei Toby, terwijl ze een rij
zweep nam en wilde heengaan. Hij hield haar tegen
en zei:
„Wil je 't me beloven?"
Ze stond een oogenblik stil en ontmoette zijn vast
beraden blik. Haar oogen schoten vonken, ze maakte
een plotselinge bewegihg en tikte met de zweep op
de uitgestoken hand. Dat was een beleedigende be
weging en ze keek hem brutaal aan.
Jake pakte de zweep en zei:
„Dat is een vergissing!" en ofschoon hij die woorden
langzaam uitsprak, klonken ze snijdend en maakten
meer indruk dan een heftige uitbarsting.
Toby bleef hem even brutaal aanzien, maar ze
begon te boven en zei niets.
Jake trok zijn hand terug, wendde zich van haar
af en haalde zijp pijp weer te voonschijn.
Er was iets waardigs in zijn manier van doen, de
waardigheid van een man, die geen gebruik wil
maken van zijn meerdere kracht.
Toby was overwonnen. Ze liep hem na, als een
kind dat ondeugend is geweest en pakte ham bij
den arm.
„O, Jake, vergeef 't me, als Je blieft, vergeef 't me.
Ik ben een beest een beest," riep ze half snikkend
uit.
Jake keek naar haar en een glimlach speelde om
z'n grooten mond.
„Nu, dat geloof ik niet," zei hij, „Je bent alleen
maar jong."
Ze schudde heftig 't hoofd. „Dat ben ik niet, dat
wds het niet. Jake, heb ik Je pijn gedaan?"
„Weineen," zei hij. Ze hield zijn arm nog vast.
„Ik zal je nooit meer ongehoorzaam zijn. Ik zal
nooit weer iets doen dat Je niet hebben wilt. Jake,
ik meen het! Waarom lach je nu?'
„Dat doe ik niet," zei Jake.
Hij legde z'n pijp weer weg en klopte haar op
den schouder, ,,'t Is goed, we praten er niet meer
over."
Toby trachtte de brokken in haar keel weg te
slikken. „Ik moet ik heb je wat te vragen. Je
bent zoo verschrikkelijk goed! Ik kan ik wil
niet iets doen wat je niet goedvindt."
„Wat heb je te vragen?" vroeg Jake.
Ze legde ook de andere hand op zijn arm. ..Ik
weet niet hoe in 't je zeggen moet," zei ze, „maar
ik heb een heelen slechten nacht gehad. Daarom
ging ik vanmorgen alleen' uit en nam Knuckle-Dus-
ter, omdat de duivel me bezielde."
„Juist," zei Jake en hij keek haar met z'n rood
bruine oogen vriendelijk aan. „Waardoor heb je een
slechten nacht gehad?"
Ze pakte hem stevig beet en keek hem met haar
blauwe oogen angstig aan. ,,'k Weet niet hoe ik
't zeggen zal," begon ze weer.
„Misschien kan ik 't. wel raden," zei Jake.
„O", hernam ze en liet haar hoofd op z'n schoi*-
der zakken.
Hij legde z'n vrije hand op haar hoofd en zei: „'t
Is Benny, niet waar?"
„Ja, 't is Benny," antwoordde ze met trillende
stem.
„En vroeg Jake vriendelijk.
Ze keek hem nog steeds niet aan. „Je vindt het
tooh beter dat ik niet met hem trouw, is 't niet? Ik
zou dit liever niet doen zonder jou toestemming."
„De mijne?" vroeg Jake.
„Ja!" ze sprak vlug, „je houdt van Benny, Je
weet wat het beste voor hem is!"
Jake streek haar vriendelijk over 't gebogen hoofd.
„Ja," zei hij na een oogenblik, „ik geloof wel, dat
dat zoo is. Maar, ik houd van jou toch op dezelfde
manier. Ik wensch ook voor jou het beste."
Ze hief het hoofd op en keek hem aan. „Meen Je,
dat je wilt hebben dat ik met Benny trouw? Meen
je dat?"
„Als 't jelui beiden gelukkig kan maken," ant
woordde Jake.
„O, maar daar kan niemand zeker van zijn, is *t
niet? Ik bedoel, dat het huwelijk een kansspel is en
ik denk dat Benny me gauw moe zal zijn!"
„Waarom zeg je dat?" v-roeg Jake.
Ze rilde even.
„Och, dat weet ik niet," zei ze, „maar zoo zijn de
mannen, is 't niet? Niet mannen zooals jij, natuur
lijk; maar jij bent een uitzondering op den regel!"
Jake fronste het voorhoofd.
„Ik geloof, dat ik net ben als de rest," zei hij,
„maar waarom denk je dat dan van Benny?"
„Hij is nog zoo jong," zei Toby.
„Is dat altes?" vroeg Jake glimlachend.
Ze keek hem ondeugend aan.
„Maar dat wil wat zeggon, Jake! Hij zal wel eens
een man worden, maar hij is 't nog niet tenminste
alleen maar bij vlagen."
„Maar er is tooh zoo'n haast niet bij," zei Jake,
„menschen moeten niet haastig trouwen!"
Toby's oogen schoten vuur.
„Maar jij hebt 't toch gedaan."
„Ik?" en Jake keek haar een oogenblik verlegen
aan, „maar daar was reden voor, wat weet jij daar
van?"
„Ik weet 't, want Benny heeft 't me verteld. Maud
hield niet van je toen ze met je trouwde, dat kwam
pas later. Ze hield van Lord Salta&h en hij van
haar." Toby sprak op uitdagenden toon, als wilde
ze zeggen, „ontken het eens dat je durft." „En ze
zoo ook wel het hem getrouwd zijn als jij er niet
geweest was."
Jake antwoordde dadelijk!
,,'t Is wel mogelijk dat dat gebeurd zou zijn. En
geloof je, dat ze dan gelukkiger zou zijn geweest?"
Toby schudde 't hoofd. „Neen, dat niet, want ïlc
denk dat je wel altijd bestemd waart om haar man
te worden, maar 't was wel hard voor hem." Haar
stem trilde. „Benny zegt dat hij daarom nooit ge
trouwd is!"'
„Mannen als hij trouwen niet," zei Jake. „Ik heb
er niets op tegen dat je met Benny trouwt, maar ik
zou nooit trachten je ertoe over te halen."
Toby glimlachte ondeugend, ,,'t Zou ook weinig
geven. Maar weet je wel zeker dat je er niet op
tegen bent?"
Jake keek haar aan.
„Niet als 't je eigen wensch zou zijn!"
Toby's gezicht helderde op. Ze ging van hem
weg, maar stak hem een oogenblik later op jongens
achtige manier haar hand toe.
„Dank je, Jake! Je bent een beste kerel! Maar
wat ik ook doe, ik zal 't doen met een opreoht hart
•u jij helpt me?"
„Zeker," zei Jake en drukte haar hartelijk de
band.
Wordt vervolgd.