Van Stad tot Stad
Braziliaansche
Sigaren
Kermisklanten
geurig en fijn
uit eigen land.
trekken voorbij
Zij treden op
Tot ieders vreugd
Vooral van de jeugd!
Werkloozen worden
alle straatmuzikant
Hollandsche tabak op
Hollandschen grond!
IN DUNTON WORDEN SLECHTS JON
GENS GEBOREN.
Het schijnt de bestemming van het En-
gelsche dorp Dunton bij Brentwood in het
graafschap Essex te zijn, om het teveel aan
vrouwen in Engeland weer gelijk te ma
ken. Het is wel merkwaardig: in Dunton
worden bijna uitsluitend jongens geboren.
Niemand weet, waaraan het ligt... kleine
meisjes schijnen in het dorp niet ge-
wenscht te zijn, want men ziet ze haast
niet. Aan de hand van statistische aantee-
keningen is vastgesteld, dat van de 29 kin
deren, die gedurende de laatste 14 maan
den in Dunton ter wereld kwamen, slechts
één enkele een meisje was. Het merkwaar
digste is echter eigenlijk het feit, dat ver
schillende moeders, die vroeger in andere
plaatsen van Engeland woonden en daar
ook meisjes ter wereld brachten, van het
oogenblik af: dat ze in Dunton woonden,
slechts jongens het leven schonken. Het is
voor Engelsche echtparen in ieder geval
nu zeer eenvoudig: wie graag een jongen
wil hebben, gaat maar voor eenigen tijd
naar Dunton..,
Boven: In de loodsen worden de bladeren gedroogd
Onder: Voordat de bladeren in de scharen worden opgehangen, moeten zij eerst
aan touwen geregen worden..,
STEEDS grooter wordt het aantal
straatzangers en straatmuzikan
ten, dat door de steden trekt,
steeds groeit ook 't aantal zwer
vende artisten, kleine circussen
en wassenbeeldenspellen. De eco
nomische nood van de laatste ja
ren, die tal van groote circussen
en variététooneelen deed ineenstorten,
dwong duizenden werkloos-geworden men-
schen hun groote en kleine talenten pro
ductief te gaan maken en door muzikale
of artistieke „opvoeringen" weer een paar
stuivers te verdienen. De „trekkende cir
cusklant" duikt weer op. óp de jaarmark
ten, kermissen en stadsfeesten ziet men
hen weer
Trekkende vermaakslieden zijn er in Eu
ropa van de oudste tijden af reeds geweest
Goochelaars, zangers en artiesten trokken
vanuit het Romeinsche keizerrijk over de
Alpen: kwakzalvers, toovenaars en muzi
kanten. Het „handwerk" ging van vader op
zoon over en bleef generaties lang in de
zelfde families. Want deze lieden waren
vrijwel rechtloos, waren geen burgers van
de staat, waren uitgesloten van ieder eer
lijk handwerk of bedrijf, doch hoe gering
schattend men ook over hen sprak zij
waren altijd zéér welkom! Ik het kleinste
stadje ontbrak bij de een of andere open
bare gelegenheid een troep van zulke rei
zende lieden nooit! Grappenmakers en doe-
delzakblazers, athleten en vuurvreters,
goochelaars en hoornblazers vermaken de
toeschouwers.
In kleine tenten of eenvoudige houten
lceeten, soms zelfs op een gewoon, houten
podium op het marktplein van zoo'n stad
je, houden zij hun voorstellingen. Niet zel
den dragon ze een narrekap om zich van
de eerbare burgerij te onderscheiden. Zij
vertoonen kunststukjes met kaarten, met
dobbelsteenen, voorspellen de toekomst en
verlcoopen allerlei snuisterijen merk
waardigheden uit andere landen, geheim
zinnige amuletten, merkwaardig speel
goed en andere dingen, die „nieuw" zijn
en tot koopen nooden.
Vroeger hadden deze menschen een heel
hard leven. Hun beroep werd door de Kerk
veroordeeld en als zware zonde gerekend.
Zij werden als afvalligen behandeld. Hun
oud-heidensche gebruiken, Zigeunertradi
ties, die in eere gehouden werden, hun
bijgeloof en hun eenigszins losse zeden de
den er veel aan toe, dat Schout, Schepenen
en Gildcnmeesters hun eerlijkheid niet bij
zonder hoog taxeerden. Zij hadden geen
stadrechten; zij mochten geen lang haar
dragen het teeken van den vrijen man
wilde de zoon van een gezeten burger te
gen den wil van zijn vader „speelman"
worden, dan werd hij onterfd en vervielen
al zijn familierechten. Niemand be'hoefde
hen te beschermen... Vogelvrij waren ze
welhaast.
In die tijden hadden velen van hen nog
groot succes met uitheemsche dieren, die
men in die dagen nauwelijks van plaatjes
kende. Gedresseerde beren en orgeldraaiers
met kleine aapjes hadden vooral bijde
kinderen veel succes. Volksfeesten waren
in die dagen niet zoo aan de orde van den
dag als vroeger en zelfs met kreupele dan
sers vermaakte men zich! Waterspuwers,
vuurvreters, acrobaten, worstelaars, scher
mers, vendelzwaaiers (ontslagen soldaten
uit de huurlingenlegers), jongleurs en
koorddansers waren overal aanwezig, waar
feestvreugde te bekennen viel. Ze mochten
met borden geld ophalen en dat moet
men de burgers van die dagen ter eere be
kennen: iedereen gaf iets, want men vond
het oneerlijk zich te vermaken, zonder zijn
dank in klinkende munt getoond te heb
ben!
Vooral de zangers en muzikanten wa
ren bijzonder talrijk. Behalve de bekende
doedelzak, een geliefkoosd instrument van
de trekkende zangers, hoort men fluiten,
fagots, luiten, mandolines en trompetten,
trommels en pauken, en andere begelei
dingsinstrumenten! De speelmanspoezie
stond in de 10de en 12de eeuw zelfs op een
vrij hoog peil. Zelfs adellijke personen trok
ken het land rond. In dit verband herinne
ren we aan den bekenden figuur Walter
von der Vogelweide. Hun kunst gold als
litteratuur. Natuurlijk behielden deze be
kende personen alle rechten en vonden
overal bescherming, ja werden maar al
te vaak op de koningshoven uitgenoodigd
om te zingen en te spelen. Die speellieden
hebben veel cultuur gemaakt; zij onder
hielden in dien tijd de taal, handhaafden
het nationale lied en deden veel voor het
behoud van tal van oude volkscomedies en
het conserveeren van de oude volkshumor.
Niet zelden werd er misbruik van ge
maakt en verkochten dansers pillen en
stinkende drankjes, die totaal geen gene
zing brachten en eerder schaadden, dan
baatten; zij trokken tanden en kiezen en
verkochten wondermiddeltjes, die bij ge-
Boven links:
De moderne reizende tooneelgezelschappen
doen het per éigen autobus!
Boven rechts:
Straatmuzikanten trekken nog heden door
steden en dorpen...
Hierboven: Nog maar zelden ziet men op de landwegen de orgeldraaier met zijn
gedresseerd, mooi-aangekleed aapje...
Onder: Jong en oud amuseert zich mot de kunststukken van het dochtertje van
den circusdirecteur... een bescheiden d orpscircusje, per woonwagen gearriveerd.
bruik zonder eenige waarde bleken te zijn.
Een reizende goochelaar klaagde reeds
toen over het verlangen van het volk naar
stééds nieuwe sensaties en nieuwe grap
pen: „mousz ryssen seltzam possen end
taeglick brengen nuuwe spil."
Bij alle bruiloften waren ze graag ge
ziene gasten, de trekkende speellieden, die
wérkelijk wat presteerden! Goede muzi
kanten werden op de ridderburchten ge
haald, waar zij tafelmuziek maakten en
de dames amuseerden. Als omroepers en
herauten werden zij aangesteld en de ste
den namen hen in dienst als stadsmuzi
kanten: het begin van de eerste harmonie
kapellen!
De eerlijke elementen onder hen eischten
echter evengoed hun recht op bescher
ming van lijf en goederen op en tenslotte
begon men hen die te geven. Theaters ont
stonden, de trekkende tooneelgezelschap
pen breidden hun repertoires steeds uit, nu
de boekdrukkunst het hun mogelijk maak
te tooneelstukken op te schrijven en uit te
werken, te vertalen en uit te geven. Ook de j
Hansworst-spelen en poppenkasten hadden
een beter programma gekregen, marionet
ten werden ijverig gehanteerd in vaak uit
stekende stukken. Variété's ontstonden,
waar men het puikje van de buitenland-
sche acteurs en acrobaten verzamelde.
Zoo ontstond de glorietijd van het too-
neel en variété. Thans is het uit daarmee.
Thans keeren we weer terug op onze
schreden. Thans gaan onze menschen weer
op reis: trekkende tooneelspelers, trekken
de musici, van stad tot stad... van plaats
tot plaats... trachten een beetje te verdie
nen, voor vrouw en kinderen. Geheel ten
onrechte staan zij in een roep van zigeu
nerachtigheid, avonturierschap en onbe
trouwbaarheid. Zij willen niets anders dan
zich in het leven houden door middel
van hun kunst, door de menschen te ver
maken, te boeien en de gedachten een
oogenblik af te trekken van geldzorgen
en andere verdrietelijkheden, die het te
genwoordige bestel kenmerken
Eerst worden de jonge
plantjes in een kas ge
zet, zegt hij, na zes tot
acht weken zijn ze ge
reed om op don akker
uitgezet te worden. Dan
moeten ze zorgvuldig
bewaakt, gewied en ge
schoffeld worden, net
als bij aardappelen.
Evenals bij de rhabar-
ber moeten de opschie
tende spruiten gesnoeid
(„gekopt") worden, om
de heele kracht, die de
grond geeft, op de bla
deren te concentree-
ren. Tot in den herfst
Mijn vriend is een
eigenaardige snuiter!
Hij heeft zich met alle
dingen, die er op den
aardbodem bestaan, al
bezig gehouden! Hij
wil namelijk binnen
den kortst mogelijken
tijd... rijk worden!
Hij begon met zijde
rupsen te kweeken;
daarna kwamen ko
nijntjes aan de beurt,
toen kippen, die eieren
moesten leggen, maar
dat sporadisch deden...
daarna liet hij moeras-
bevers uit Canada ko
men, om te fokken
voor de huid... Maar
hij had geen geluk.
Tenslotte herinnerde
hij zich iets van ta
baksplantages en ver
trok. Naar Brazilië
Argentinië? Egypte?
Indië?
Toen jaren achtereen
hoorde en zag ik niets
van hem. Tot ik hem
op zekeren dag in Am
sterdam ontmoette. Hij
was dik en tevreden.
„Hier", zei hij gul en
hield me een dik-ge-
vulde sigarenkoker on
der de neus, „steek 's
op:, m'n zèlfverbouwde
Brazilianen!"
„Zelfverbouwde Bra
zilianen? En je vertel
de me zooeven, dat je
al lang weer in Hol
land bent?"
„Natuurlijk" lachte
hij, „je behoeft toch
niet naar Zuid-Amerika
te gaan, om tabaks
planter te worden? Ik
verbouw hier, in Hol
land, tabak! En prima
tabak ook. Waar of
niet?"
Ik moest het toege
ven, de sigaar smaak
te uitnemend!
„.Tij denkt zeker, dat
iedere sigaar, die je
rookt, uit de tropen
komt? Nee, kerel, je
bent er naast" En
hij vertelt me zoo het
een en ander over de
Tabaksbladeren in bundels opgehangen..
duurt de zorg voor de p lanten. Septem
ber begint men met plukken van de
bladeren; zoodra er gele vlekken op da
groene bladeren komen, is dit tijdstip aar^
gebroken! De reeds aan den stam gedroogd
de bladeren worden apart geplukt. Tot'
groote bundels samengebonden worden dó
bladeren naar de schuren gereden en aaii
Meterlange touwen gespannen, om zoo -4
opgehangen beter te drogen. Doch daar
mee is het werk nog lang niet ten einde!
Pas als de bladeren een zekeren staat van
droogte en gisting hebben verkregen, zijn
zij gereed!
Het verkoopen van die oogst Is een we»
tenschap op zichzelf en heeft volgens be
paalde tradities en wetten plaats. Zijn de
bladeren in droogschuren opgehangen^
dan wordt er geschat, hoeveel men onge*
veer in totaal zou kunnen leveren. Daap.
van wordt een lijst opgemaakt, die aan all$
tabakshandelaren wordt gezonden.
De vèrkoopsdag is gewoonweg een feest*
dag! Een heele zomer heeft men gezwoegd
nu wacht de belooning! Planters en
planteurs drinken een glas met de hande
laren (en soms ook wel méér dan één). Ze
drinken op hun handel en op de goede ka
meraadschap en blazen de rook van de
Hollandsche Brazilianen cle lucht in...!
Hollandsche tabak. Menigeen zou groote
óogen opzetten, als hij vernam, dat zijn
geliefkoosd rookertje uit eigen, o?r-Hol»
landsche tabak bestond: de Hollandsche
sigaren zijn werkelijk beter, dan hun naam
Het is nu eenmaal weer de eigenschap van
ons Nederlanders, om al wat uitheemsch
is, beter te vinden. Hier en daar weet
men ook een bijzondere geurige mixture
samen te stellen door het kruisen van de
Hollandsche tabakken met Macedonische
en Grieksche soorten.
tabak. Hij is „plan-
teur". Dat wil zeggen
dat hij voor den „plan
ter" alle werkjes ver
richt, van 't zaaien tot
aan de oogst. De plan
ter stelt de schuren en
het land beschikbaar,
Na den oogst doelen ze
samen. Véél brengt het
tegenwoordig niet op!
Millionairs-ideeën moet
men tegenwoordig uit
het hoofd zetten. Het
brengt genoeg op, om
vreedzaam en beschei
den te kunnen leven!