Een modern paradijs. Hieuwt abonné's Schager Courant gratis Charles Rex sas Kantongerecht te Alkmaar. HET LORD HOWE-EILAND VOORZIET DE GEHEELE WERELD VAN PALMZAAD. Geen werkcloozen, doch ook geen over werkte menschen. Geen rechters en geen advocaten. Geen bioscopen erf geen couranten. Verboden voor motor voertuigen. Op het Lord Howe eiland, ongeveer 580 K.M. ten Oosten van Australië gelegen, heerscht geen armoede. Een ieder heeft aldaar zijn eigen huis en een inko men, ofschoon niemand meer dan enkele uren per week te werken heeft. Van dit ideaal oord stammen ongeveer alle palmen, die de kerken, hotels of woon huizen der geheele wereld versieren. Nochtans is dit eiland niet grooter dan 11 bij 2*4 K.M. Ongeveer in het begin van de vorige eeuw ontdek ten Amerikaanschc walvischvaarders dit eiland en vonden het geschikt voor het innemen van water. Het drinkwater, dat op het eiland gevonden werd, bevatte geen ziektekiemen, terwijl het eiland evenmin vijandig gezinde inboorlingen herbergde. Omstreeks 1840 verhuisden twee families uit Sydney naar dit eiland, teneinde groenten en" vruchten ten behoeve van de zeelieden te verbouwen. Dit voorbeeld werd door nog enkele families opgevolgd en omstreeks 1850 werd het eiland door een kleine Australische kolonie bevolkt. Toen de walvischvangst in discrediet ge raakte, ging men zich toeleggen op den verbouw van palmzaden en tot op den huidigen dag vindt de be volking van het eiland hierin een rijk bestaan. De bewoners van het Lord Howe eiland zijn gezonde en krachtige menschen. Het klimaat is zeer gezond en de bodem van het eiland zeer vruchtbaar, zoodat nagenoeg alles wat in tropische landen gedijt, op het Lord Howe eiland voorhanden is. De eilandbewoners zijn onderverdeeld in deelnemers en niet-deelnemers. Deelnemer is diegene, die bij de jaarlijksche verdeeling van het inkomen een aandeel heeft. Om deelnemer te zijn, moet men op het eiland geboren zijn of met een ingeborene gehuwd zijn en minstens tien jaar op het eiland woonachtig zijn. De huidige bevolking telt ongeveer 150 zielen, waarvan slechts de helft deelnemers zijn. Particulier bezit is op het eiland onbekend. Het geheele grondbezit van het eiland behoort aan de ge zamenlijke bevolking. Een commissie van controle wijst iedere bewoner een stuk land toe. Zoolang het bebouwd wordt, kan ieder stuk land op de erfgena men overgaan, doch verkocht kan het niet worden. Wanneereen jonge man wenscht te huwen en zijn eigen grond bebouwen wil, deelt hij zulks de controle commissie mede- Het belastingsysteem is eveneens zeer eigenaardig. Zij, die niet op het eiland geboren zijn, moeten, in dien zij zich langoren tijd op het eiland ophouden, een verblijfbelasting van vijf pond per jaar betalen. Deelnemers aan de palmzaadindustrie zijn vrijgesteld van belasting. Hen, die echter hun inkomen uit an dere bronnen betrekken, wordt een zeker bedrag van hun aandeel ingehouden. Op deze wijze worden do inkomens der eilandbewoners op peil gehouden en voorkomt men overmatige rijkdom of armoede. Op deze wijze is het leven er zoo aangenaam en hebben de menschen zoo weinig zorgen, dat een ieder niet meer dan eenige uren per week behoeft te werken. Het verkeer op het eiland geschiedt uitsluitend te voet. Motorrijtuigen zijn verboden en men heeft slechts enkele goedmoedige paarden, die voor het vervoer van palmzaden gebruikt worden. Tennis, cricket, kegelen, hengelen en zwemmen zijn de voor naamste uitspanningen der eilandbewoners. De be woners zijn zeer gastvrij. Rechtbanken en gevangenis sen komen op. het eiland niet voor. Politie is hier evenmin aanwezig. Advocaten zouden hier geen droog brood verdienen kunnen. Overal op het eiland groeien palmen. Om een bushel palmzaad te verzamelen, heeft men één uur noodig. Dit komt neer op twee uur werken per hoofd per week. Derhalve heeft men op het eiland geen werkeloosheid en ook geen overwerkten. Sommige eilandbewoners hebben mooiere woningen dan andere, doch dit is meer het gevolg van smaak, dan van welstand. Een dokter woont niet op het eiland. Daarentegen bevindt zich er een verpleegster, die bij eventueele ongevallen of geboorten de noodige hulp verleent. Voor de kinderen heeft het eiland een schoolmeester in dienst. Wanneer zij echter twaalf jaar zijn, gaan zij voor verder onderricht naar Sydney. Lord Howe eiland heeft geen bioscoop, geen the ater en ook geen krant. Het leven gaat rustig zijn gang, zonder haast en zonder opwinding. Met de bui tenwereld staat men door middel van de radio in verbinding. Om de vijf weken komt de postboot van Sydney in de haven van Lord Howe eiland. Behalve post, brengt de boot ook levensmiddelen mee. Deze zijn bestemd voor den winkel, die de eenige plaats op Lord Howe einland is, waar men geld kan uitge ven. Zitting van Vrijdag 13 September. UITSPRAKEN VORIGE ZITTING. Maarten Reek, Heiloër schildersknecht., de ama- teur-wegracer werd veroordeeld tot f 10 boete of 10 dagen, terwijl zijn racecar, die hij ook gebruikt in zijn vak, hem bij hooge uitzondering is teruggegeven. De motorrenner G. A. du Pont te Alkmaar, werd eveneens veroordeeld tot 10 gulden boete of 10 da gen en voorts geen ontzegging rijbevoegdheid opge legd. NIEUWE ZAKEN. 'N ONVERANTWOORDELIJKE WILDEMAN. Voor eenigen tijd verscheen 'n ingezetene uit Scheveningen, zekere J. v. d. M., die in gezelschap van eenige andere jongelieden, musici uit die zelfde mondaine badplaats, met een door hem bestuurden auto Caslricum was doorgedaverd en met 'n snel heid van pl.m. ?0 kilometer 'n op het rijwielpad staande jeugdige tuindersknecht uiet. Heemskerk had aangereden en zoodanig gewond, dat hij nog niet ge heel in staat was, zijn tuindersvak te beoefenen. Deze ruwe rijder had destijds de schuld op een anderen autobestuurder geworpen, omdat deze heer die aan den weg stond geparkeerd, eensklaps den rijweg zou zijn opgereden, waardoor verdachte genoodzaakt was, eensklaps naar links uit te halen. Op grond van dit verweer werd de zaak tot heden aangehouden en als nu bedoelden bestuurder, de expediteur Bakker uit Amsterdam, gehoord. De dappere automobilist uit Scheveningen, die destijds heel wat praatjes ver kocht, schitterde echter thans door afwezigheid, wat jammer was, omdat de heer Bakker, die zelf 8 auto's in zijn bedrijf heeft en dus ter zake kundig is, een heel andere lezing gaf. Hij was zeer behoorlijk en ge leidelijk den rijweg opgereden, doch verdachte reed met een woeste vaart en moest met zooveel kracht uithalen, dat hij nagenoeg de macht over het stuur verloor en over den weg slingerde. Deze getuige dacht dat die bestuurder stapel gek was. Iets derge lijks werd ook bevestigd door den huisknecht Meijne, die met den aangereden tuinder Hennema uit Heemskerk op het rijwielpad stond. Het kwam nu ook duidelijk naar voren aan wien hier de schuld moest worden toegeschreven en vorderde de ambte naar f30 boete of 30 dagen, 'n Civiele actie zal voorts namens de beschadigde partij tegen dezen Scheve- ningschen mijnheer worden ingesteld. A.s. week vonnis. Alkmaar. :T IS ZAAK OM DAAR UIT JE DOPPEN TE KIJKEN. Een handelsreiziger te Alkmaar, N. Ch. Br., had op het zoo gevaarlijke kruispunt Ritsevoort-Langestraat -Kerkplein 'n verkeersfout gemaakt en plotseling vóór 'n wielrijder, die voornemens was de Lange- straat vanaf de Groote Kerk in te rijden, het Ritse voort om willen rijden, wat het verderfelijk snijden van het verkeer daarstelde. De wielrijder was ech ter de politieman Verbaan en zijn gebiedend halt miste nog tijdig niet de voldoende uitwerking. Niet temin bleef een proces-verbaal niet uit en werd de heer Br., die ten deele toegaf gefaudeerd te heb ben, tot f6 boete of 6 dagen veroordeeld. Alkmaar. JE MOET MAAR PECH HEBBEN. De reiziger Jan H. uiet Bergen had een zakelijke afspraak met een cliënt in Hilversum of daarom trent en moest zich terdege reppen om in Alkmaar zijn trein te halen, waardoor hij zich liet verleiden, de Berger tunnel door te peddelen. Deze overtreding werd opgemerkt door agent Verbaan, die natuurlijk niet naliet, den heer H. aan te houden en te verba liseeren. Dit oponthuod had echter het gevolg dat hij den trein mist en thans nog tot overmaat, van ramp tot f4 boete of 4 dagen werd veroordeeld, Alkmaar. HET SLOT WAS TOCH, DAT SIJMEN MOEST BETALEN. Een vrachtrijder uit H.IL Waard was op 31 Juli op den Helderschenweg door de verkeerspolitie, de agen ten Webster en Volbeda aangehouden in verband met de controle op de deugdelijkheid van zijn vracht auto. De vrachtrijder kreeg evenwel deze geuniform- de heeren in de gaten en koos het hazepad, maar de dienstmotor met zijspan was hem te vlug en werd dan ook na remproef geconstateerd, dat deze beide remmen niet voldoende in orde waren. Volgens verdachte, heden terecht staande, waren deze remmen zonder gebreken en pas 'n dag of wat te voren nagezien, maar hij had niet met voldoende kracht durven remmen, omdat naast hem een 3-ja- rig kind zat, dat door de kracht van het remmen van de bank af had kunnen stuiven. Dat hij voorts had getracht de controleurs te ont komen, schreef hij toe aan een zekere angst, dat zijn stuurinrichting niet deugde. Agent Webster verklaarde evenwel, dat die stuur inrichting geen motief gaf tot bemerkingen, maar hij handhaafde zijn diagnose omtrent de remmen, zoodat ten slotte de vrachtrijder werd veroordeeld tot f8 boete of 8 dagen. DINSDAG 17 SEPTEMBER. HILVERSUM (1875 M.) AVRO-uitzending. S.00 Gramofoonpl.; 9.00 Om roeporkest olv. N. Treep; 10.00 Morgenwijding; 10.15 Gramofoonpl.; 10.30 Vervolg Omroeporkest; 11.00 Mevr. R. LotgeringHillebrand: Eten koken (II); al 1.30. Gramofoonplaten; 12.00 Reportage door Majoor W. G. de Bas en W. Vogt op het Binnenhof te Den Haag. Troonrede van H. M. Koningin Wilhelmina; 2.00 Orgelconcert P. van Egmond Jr. m.m.v. A. Jansen (viool); 3.004.00 Omroeporkest olv. N. Treep; 4.15 Gramofoonplaten; 4.30 Radiokindorkoor- zang olv. J. Hamel; 5.05 Voor kleine kinderen; 5.35 Kovacs Lajos' orkest en Gram.pl.; 7.00 Kinderkoor „Zanglust" olv. W. Hespe; 7.30 Disco-Nieuws; 8.00 Berichten; 8.10 Herhaling v. d. Troonrede (gr.pl.); 8.25 Gramofoonpl.; 8.30 Taptoe van de Kon. Militaire Kapal olv. Kapt. C. L. Waltlier Boer (Uit den Haag); 9.00 Derde episode van „De blauwe sma ragd". spel van L. Willink. Leiding: Kommer Kleim; 9.40 Het Omroeporkest olv. N. Treep; 10.15 D. Hans: De Millioenen-Nota; 10.45 Gramofoonpl.; 11.00 Be richten; 1.1012.00 D, AVRO-Decibels. HILVERSUM (301 M.) 8.00—9.15 en 10.00 Gramofoonpl.; 11.30—12.00 Godsd. halfuur; 12.15 Orkestconcert; 12.45 Uitzending Trooni'ede; 2.00 Voor de vrouw; 3.00 Sohlagermu- ziek; 4.00 HIRO; 5.15 Orkestconcert, en gramofoonpl.; 7.15 Lezing; Gramofoonpl.; 8.00 Berichten; 8.05 Or kestconcert; 8.30 Militaire muziek; 9.00 Causerie; Or kestconcert; 9.45 Voordracht; 10.10 Schlagermuiziek 10.30 Berichten; Schlagermuziek; 11.0012.00 Gram. pl, en Schlagermuziek; DROITWICH (1500 M.) 10.35—10.50 Morgenwijding;; 11.05 Causerie; 11.20 Or gelspel S. TorcÜi; 11.50 Gramofoonpl.; 12.20 BBC-Nor- thern-orkest olv. McNair; 1.20 Het Norris-Stanley- sextet; 2.20 Gramofoonpl.; 3.05 A. Orgelist en zijn orkest; 3.50 Gramofoonpl.; 4.35 L. Parker (sopraan) en het New Englisth Trio; 5.35 Het BBC-Dansorkest olv. Henry Hall; 6.20 Berichten: 6.50 Werken van D. Scarlatti (sopraan, hobo en strijkkwartet); 7.15 en 7.50 lezingen: 8.10 „Songs from the shows", revue programma; .10 Causerie; 9.25 Gramofoonpl.; 10.00 BBC-orkest olv. C. Ravbould, m.m.v. E. Fisher (pi ano); 11.35—1220 Lew Stone en zijn band RADIO PARIJS (1648 M.) 7.20 en S20 Gramofoonpl.; 12.35 Orkestconcert olv. Labis; 9.05 Gevar. programma olv. P. Clérous: 11.10 —12.35 Dansmuziek. krijgen vanaf heden de tot 1 October HET VROEG ROOIEN VAN GLADIOLUS KNOLLEN. Evenals vorige jaren wordt door den Planfenizielt- tonikundigen Dienst bij alle Gladiolus-kweekers er ten sterkste op aangedrongen de gladiolusknolilen vroegtijdig te doen rooien. Het vroeg rooien is. het werkzaamste middel om dc aantasting der knollen door verschillende ziekten (o.a. Droogrot, Hardrot, Schurft) en vooral ook de toename dezer ziekten gedurende den winter tegen te gaan. Het is om aanmerkingen .uit het buitenland en daardoor moeilijkheden bij den uitvoerhandel te voorkomen volstrekt noodzakelijk, dat alles gedaan wordt om de aantasting der knollen door ziekten te beperken. Vroegtijdig rooien, d.w.z.- liefst vóór 15 September (uiterlijk in de tweede helft van die maand) is daarvoor noodzakelijk. Late soorten kun nen iets later gerooid worden dan vroege. Verder is een voorzichtige behandeling der knol len bij het rooien en tijdens het vervoer van het al lergrootste belang. Hieraan ontbreekt op vele plaats sen nog zeer veel, zoodat in dit opzicht nog zeer veel verbeterd kan worden. Men zorge ervoor de knollen na het rooien in den korist mogelijken tijd door en door winddroog te maken, ze voorzichtig te vervoeren en ze dan in een schuur of in een andere bewaarplaats op te bergen, waar ze droog gehouden kunnen worden door goede ventilatie, zoo noodig door eenige verwarming. De knollen moeten niet in dikke lagen gelegd worden. Het mag niet meer voorkomen dat Gladiolusknol len dagen lang voohtig op hoopen of in kuilen op het land blijven liggen, wat in enkele streken van het land wel geschiedde. Alleen door een zorgvul dige behandeling kan men een product krijgen, dat geschikt is om naar het buitenland verzonden te worden. De Plantenziektenkundige Dienst dringt er, bif alle belanghebbenden ten sterkste op aan, hierbij hun medewerking te verleenen. KALUNDBORG (1261 M.) 12.202.20 Strijorkest olv. H. Andersen; 3.35—5.35 M. Hansen's orkest; 8.20 Operamuziek olv. Gröndahl; 8.50 Hoorspel; 9.05 Viola en piano; 9.25 Veiwolg om roeporkest; 9.55 Reportage; 10.40 Omroeporkest olv, Gröndahl; 11.2512.50 Dansmuziek. KEULEN (456 M.) 6.50 Orkestconcert; 12.2Ó Uit Leipzig: Omroeporkest olv. Kretzschmar; 2.35 Gramofoonpl.; 4.20 Viool en piano; 5.20 Weragkamerorkest olv. Hagestedt; 8.30 Pianorecital; 9.20 Opera-uitzending. ROME (421 M.) 9.00 Gramofoonpl.; 9.20 Concert; 1020 Zang. BRUSSEL (322 en 484 M.) 322 M.: 12.20 Gramofoonpl.; 12.50 Salonorkest: 1.50 220, 520. 6.35, 7.35 Gramofoonpl.; 8.20 Symphonic- concert olv. Meulemans; 10.3011.20 Gramofoonpl.; 484 M.: 1220 en 1.30—220 Gramofoonpl.: 5.20 Salon orkest; 6.20 Zang; G.50 Salonorkest; 8.20 Omroep orkest olv. Gason; 10.30—1120 Dansmuziek. DEUTSCHLANDSENDER (1571 M.) S.30 „Le serva padrona' in twee actes van Pergolesi; 920 Barnabas von Geczy en ziin orkest; 10.20 Be richten; 10.50 Zang en piano; 11.05 Weeihericht? 11201220 Liszt-concert (Gr.pl.) door Ethel MDelL 60. Hij was lang en breed en toonde de meest innige verachting voor alle anderen van zijn geslacht. Hij keek niet naar Saltash en scheen ook de menigte iet op te merken, die zich verdrong om de schoone vrouw, dio stormenderhand de heele wereld verover de. Hij was onverschillig voor zijn omgeving en keek vóór zich met oogen als van een Viking, die den .verren horizon zoekt. Hij liep frank en vrij als een echte zeeman; en toen do yrouw haar wonderschoon gelaat naar hem toewendde, was het iedereen duK delijk, dat ze niemand zag dan hem, hem alleen. Hij ging naast haar loopen en zij zagen, hoe ze gemeenzaam de hand op zijn arm legde, alsof ze alleen waren. Toen brak een algemeen gejuich los en de betoovering was verbroken. Daarop zag ze hen allen weer eh groette vriendelijk lachend naar alle kanten. De groote hall daverde van 't gejuich, maar niemand dacht er aan haar aan te spreken of te doen stilstaan. Later zou ze hen geven waarnaar ze allen verlang den, maar het oogenblik daarvoor was nog niet ge komen. Zoo ging ze de breede, gebeeldhouwde trap op naast haar flinken, gebaarden Viking, lachend als een gelukkig kind, dat zich op den komenden mor gen verheugt. Toen zij den hoek van de trap omging, nam ze een roode roos van de borst en wierp die haar ver- e"". .'.o:'3 toe. Zij was voor Saltash bedoeld, maar viel voor Spen- FEUILLETON toli neer, die haar opraapte en met de oogen ver slond. Toen hij er zijn lippen op drukte, snikte hij. „Mon ami!" zei Saltash stem schertsend achter hem, „je hebt mijn eigendom gestolen. Maar, nu 't voor mij toch geen waarde heeft, moogt ge 't behou den." Spentoli keek hem m,et gloeiende oogen aan en zei zachtjes: „Ja, lach maar! Ge hebt... geen hart!" „Is 't dan niet beter om te lachen?" vroeg Saltash. „I-Iadt ge een klap in 't gezicht verwacht?" Spentoli staarde hem een oogenblik aan, was toen zichzelf weer meester en zei: „Weet ge wat ze van haar vertellen? Ze zeggen dat ze stervende is. Maar dat is niet waar... dat kan niet waar zijn! Zooveel schoonheid, zooveel liefelijk heid, kan niet sterven!" De bittere lijnen op Saltahs1 gelaat teekenden zich nog scherper af. Hij haalde de schouders op en zw peg. „Wie is die man die bij haar was?" vroeg Spentoli. „Ik heb hem nog nooit gezien, 't Is een man met het uiterlijk van een Deen. Kent ge hem?" „Ja, ik ken hem", antwoordde Saltash. „Wie is hij dan? Een nieuwe minnaar?" En uit die vraag klonk nauw bedwongen ijver zucht. En in Spentoli's oogen smeulde het weer. Saltash keek buitengewoon spottend toen hij ant woordde: „Misschien nieuw, maar zeer waarschijnlijk een zeer oude. Zijn naam is Larpent en hij is kapi tein op mijn jacht!" HOOFDSTUK V. DE DOODEN-DANS. „We zullen maar op de galerij gaan zitten", zei Saltash. Toby keek hem dankbaar aan. „Daar zullen niet zooveel menschen zijn," zei ze. Hij keek haar aan, een beetje boos, maar toch ook een beetje ondeugend. „Maar iedereen zal weten dat Lady Saltash er is, met haar echtgenoot." Ze legde overredend de hand op zijn arm. „Char les, laten we weggaan uit Parijs." „Begint 't je te vervelen?" voreg hij. Haar gezichtje betrok. „Neen neen maar" en ze zweeg en liet er toen plotseling met haar lieven glimlach op volgen: „Doe maar zooals jij 't liefste wilt." Hij tikte haar op de wang en zei: „Zal ik je eens wat zeggen, mignonne, we ver trekken heel spoedig." Haar oogen schitterden en ze raakte zijn hand even met haar lippen aan en trok toen weer terug, als vreesde ze hem boos te maken. „Gaan we dan naar 't jacht?" vroeg ze en tracht te haar stem niet al te verlangend te doen klinken. „Ja!" zei Saltash beslist. Een oogenblik helderde haar gezichtje op, maar betrok toen weer, terwijl ze hem weifelend aankeek. „Maar als je je in Parijs beter amuseert begon ze. „Ik amuseer me niet in Parijs", zei hij met na druk en liet er plotseling op volgen: „Wil je een sigaret, terwijl ik me ga kleeden?" „Kan ik je ook helpen? Ik heb alles klaargelegd" Hij keek haar glimlachend aan. „Hier niet, ma chère, misschien als we weer op het jacht zijn." Hij voleindde den zin niet en liet Toby alleen, die hem met groote oogen nakeek, als een die eindelijk iets heerlijks in het verschiet ziet Toen hij de deur achter zich had dichtgetrokken, stak ze beide armen naar hem uit en herhaalde fluisterend zijn laatste woorden. „Misschien als we weer op 't jacht zijn." Toen ze een poosje later de groote eetzaal binnen traden, was er weer wat kleur op haar wangen en speelde weer een glimlach om haar mond, ofschoon ze op haar gewone, bijna angstige manier om zich heen keek. Zij haalde verruimd adem, toen ze zag dat er in een hoekje een tafeltje voor hen gereserveerd was. Ze ging zitten en scheen zich zoo klein mogelijk te willen maken. Weer sprak niemand hen aan, maar menigeen wierp een blik in hun richting. Saltasli was een te bekende persoonlijkheid, om in eenig deftig gezelschap onopgemerkt te blijven. Maar de algemeene attentie was niet op hen gevestigd. Die bepaalde zich dien avond tot een veel grootere at tractie. Ze zat aan het eind van de zaal, als een koningin die audiëntie verleent en naast haar de Viking, ern stig en in zichzelf gekeerd, en bekommerde zich in 't minst niet om de hen omringende menigte, maar scheen zich te voelen of hij met haar alleen op een eiland zat. Maar wanneer hij sprak, keek ze hem aan met een stralend gezicht van een vrouw die liaar hartewensch vervuld ziet. Ze droeg een prachtig blauw kleed en de juweelen die zij droeg schitterden bij iedere ademhaling. Bo ven het voorhoofd prijkte in haar mooi blond haar een enkele fonkelende diamant, die in ontelbare kleu ren straalde. Ze vierde dien avond haar schitterendste triomf. Allen die haar kenden waren 't er over eens, dat ze haar nog nooit zoo mooi hadden gezien. Ze staarden haar aan met kloppende harten. Ze was als een wezen uit een andere wereld en overtrof iedere voorstelling, die men zich van haar had gemaakt. Naar men zei, op haór verzoek, speelde het orchest alleen dansmuziek, die onweerstaanbaren invloed uit oefende op ziel en zinnen. Die bereidde het publiek voor op hetgeen volgen zou. Gedurende den maaltijd nam de opgewondenheid nog toe. De menschen leken half krankzinnig. Voor het diner nog was afgeloopen, stond ze op. Haar metgezel deed desgelijks en nam haar shawl van blauwe tulle met goud doorweven over zijn arm. Dat was het teeken voor een algemeene demonstratie. Een jongmensch, met oogen die getuigden van zijn groote bewondering, sprong op de tafel van de groo te zaal en hief een glas roode wijn in de hoogte. „Leve Rozelle! Leve Rozellc!" (Wordt vervolgd,}1

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1935 | | pagina 2