En liet regeeringsbeleid Sociale Zaken. Het hezuinigingsontwerp Woensdag 25 September 1935. SCHAGER COURANT. Tweede blad. No. 9815 Herfststemming Een mijnontploffing tengevolge van kolenstof is een verschijnsel, dat reeds aan honderden mijnwerkers het leven gekost heeft. Voor twee jaar terug nog hebben tengevolge hier van, zooals men zich zal herinneren, in een Engelsche kolenmijn 375 mijnwerkers een af schuwelijken dood diep onder den grond gevonden. Om nu dit verschijnsel wat beter te kunnen bestudeeren, werd te Harpur Hill in Engeland een dergelijke explosie kunstma tig te voorschijn geroepen. Hierboven ziet men de mijnbouwkundigen het resultaat van de ontploffing gadeslaan. Hervatting van de behandeling van het ont werp in de Tweede Kamer. Vervolg van de debatten van Juli jjl. Gistermiddag heeft de Tweede Kamer de be handeling van het Bezuinigingsontwerp, dat voor een paar maanden terug geschorst was en tengevolge waarvan, zooals men zich zal herinneren een ftiinistercrisis is ontstaan, weer opgenomen. Voor deze voortgezette be handeling bestond een groote belangstelling. Op het Binnenhof was het drukker dan ge woonlijk en in de zaal waren zoowel de pu blieke tribune als de gereserveerde tribune dioht bezet.. De heer Colijn heropent het debat. Minister Colijn heropent 'het debat en zegt dat de regeering wil aanvangen met het-beantwoorden der opmerkingen in. Juli j.1. gemaakt. Zij zal dit aanvul len met eenige opmerkingen over haar werkprogram, in Troonrede en Millioenennota medegedeeld. Desver- langd zal zij ook inlichtingen verschaffen over het optreden van dit kabinet. Op een door den heer Aalberse indertijd gedane vraag, antwoordt dr. Colijn, dat in verband met de in den allerlaatsten tijd voorgekomen onredelijke op zeggingen van hypotheken en daaruit voortvloeiende executies, maatregelen in bewerking zijn tot stuiting van onredelijke executies, in overeenstemming met wat is voorgesteld betreffende het landelijk hypo theekwezen. De heer Aalberse dacht, dat spr. geprikkeld zou zijn geweest door de critiek, op het regeeringsbeleid geoefend. Vroeger is hier eens „een afschuwelijk mis verstand" aan de orde geweest. (Gelach.) Er is thans een ernstig misverstand aanwezig. Ten aanzien van de drie punten van den heer Aal berse: handelspolitiek, industrialisatie en huurver laging, merkte minister Colijn in de allereerste plaats op, dat z.g. wijziging in de regeeringspolitiek niet kan worden toegeschreven aan veranderlijkheid en onzekerheid. Vaak is er schijnbaar tegenspraak tus schen een uitspraak van gisteren en een daad van imorgen. Het hangt er van af, of de omstandigheden rijp zijn voor een bepaalden maatregel. Een wijziging in de handelspolitiek heeft zich reeds voorgedaan voordat dit kabinet optrad. Mendenke aan het voorstel tot verhooging van het tarief mét dertig opcenten. ^Metbetrekking tot industrialisatie moest «de regeering waarschuwen tegen overdreven verwach tingen. Zelfs met omzichtig te werk gaan is het mo gelijk dat men zich vergist. In dit licht moet men de uitspraken van de re geering zien, door den heer Aalberse en anderen op gevat als een gemis aan overtuiging van de noodza kelijkheid van de bevordering van de industrie. Toen de heer Gelissen uit het vorige kabinet zeide, dat hij zich moeilijk op industrialisatie kon con- centreeren, als hij ook voor landbouw moest zorgen, is er aanstonds in toegestemd, een departement van landbouw in het leven te roepen. Binnen enkele weken zal worden ingediend een (wetsontwerp nopens financiering van de industriali satie. Opnieuw echter waarschuwt spr. tegen overdre ven verwachtingen. Wat betreft de huurverlaging, het ging om |het geschikte tijdstip. Misschien is de desbetreffende maatregel te vroeg laan het oordeel der Staten-Generaal onderworpen. t Vervolgens wijst minister Colijn er op, dat de regeering vastbesloten is de muntpariteit te handhaven. Maar het zal moeilijk zijn de valuatie te voorkomen, indien het Neder* landsche publiek gaat vluchten in buiten* landsche valuta. Devaluatie zal kunnen uitblijven bij de ge volgde regeeringspolitiek, indien men rus tig blijft en spr. voegt hieraan toe: indien zich geen onvoorziene omstandigheden voor doen. De herhaaldelijk gemaakte tegenstelling tusschen consequente deflatie en devaluatie wijst de regee ring van de hand als onjuist en verwarrend. Deva luatie geeft voor geen enkel probleem een blijvende oplossing. Grondstoffen en loonen beheerschen den kostprijs veel meer clan vaste lasten. Wie aanpas sing wil door micldel van devaluatie, verlaagt de loonen evenzeer, als men zegt, dat de regeering met baar politiek doet. In dit verband beziet spr. het systeem-Bruning, 'eens in Duitschland toegepast, en dat er ook hier iets in dien geest zou moeten komen. Spr. heeft zich afgevraagd of men de noodverordening van den béér Brüning, (eens de r.k. rijkskanselier van Duitsch land) wel volledig kende. De Duitscho regeering greep met dwang in do salarissen en loonen in, welke contractueel waren vastgesteld. De Neder landsche regeering deed dat niet. De Nederlandsche regeering waakte verder tegen prijsopdrijving, hij voorbaat bij contingenteering. Gedwongen ingrijpen in loonen en salarissen acht de regeering niet aanbevelenswaardig; de Kamer .ook niet. Vervolgens behandelt de minister de zes punten van den heer Aalberse. Met de beide eerste punten, waarbij een werkelijk evenwicht van do staathuis houding afhankelijk wordt gesteld van een loonend bedrijfsleven, gaat de regeering accoord. Het bevor deren van het bedrijfsleven is een dure plicht. Er wordt onderzocht in hoeverre contingentee- ringen zijn te vervangen door een heffing aan de grens. Contingenteeringen geven een rompslomp van controle, die de binnen- en buitenlandsche han del verstarren en dat moet eenigermate verzacht. Tusschen de Kamermeerderheid en de regeering ziet spr. gen onoverkomenlijke moeilijkheden, be halve op één punt. De tegenstelling tusschen con sequente deflatie en devaluatie is er. En hoever moet de deflatie zich uitstrekken? De tegenstelling is op zichzelf onjuist. Het monetaire vertrouwen wordt door consequente deflatie zoo geschokt dat de voort zetting daarvan onmiddellijk devaluatie in het. lo ven zou roepen, omdat de kapitaalvlucht er door wordt gestimuleerd. Consequente deflatie zou in verband met den aan drang naar verlaging van de hoofdsommen en groote ongelijkheid werken. Er wordt nergens op gelet, maar alles over één kam geschoren. Loonsverlaging heeft in verschillende bedrijven, waar ze is toegepast, geleid tot voldoende aanpas sing. Andere zijn er waar dit niet heeft plaats ge had. Maar men kan alle loonen niet over één kam scheren. Zulke maatregelen brengen even ongelijke maatregelen als devaluatie. Beide methoden hebben groote bezwaren, die van te voren niet zijn te overzien. Men moet zooveel mo gelijk rekening houden met de uiteenloopende om standigheden in het bedrijfsleven. Voor alles is echter noodig klaarheid. De tegen woordige onzekerheid maakt consolidatie van vlot tende schuld onmogelijk en bovendien het geld duur. Door onzekerheid wordt ons land stuurloos ge dreven in de richting die de regeering noodlottig acht. Wil de rente dalen tot het peil van Juli, dan moet er klaarheid zijn op monetair gebied. De regee ring is zich bewust van haar taak, zij wil de munt- politiek handhaven. Maar wil het werk der regeering slagen, dan moe ten Kamer en regeering niet verkeeren op voet van gewapende vrede. Ook met het oog op den internationalen toestand is klaarheid noodig. Ieder kent de spanningen die er in de wereld heerschen en men kan berekenen waartoe dit alles kan voeren. Het maakt de grootst mogelijke harmonie noodig. Het kabinet wil alles doen om de samenwerking te bevorderen en met Gods hulp al het mogelijke dóen om het bereikbare te bereiken. MINISTER OUD SPREEKT. Minister Oud wees er in zijn rede vooral op, dat de finantieele moeilijkheden zich steeds scherper open baren in het verschijnsel, dat de inkomsten steeds lager worden. De toestand van de finantiën des Rijks zullen niet beter kunnen worden, als dit ver schijnsel niet ophoudt. Toen in Juli het Kamer debat plaats had, was deze gedachte het uitgangs punt van het debat. En de vraag doet zich ook thans weer voor: kan de regeering nu meer doen tot ver hooging der volkswelvaart. De actieve crisispolitiek moet gericht zijn op werkbehoud en werkverruiming en de regeering wil alles doen wat maar in haar vermogen is. Maar de maatregelen moeten finantieel uit te voeren zijn. Men mag het spr. niet verwijten dat hij te veel op de finantiën let. Dat is zijn plicht. Er zijn twee middelen om aan geld te komen: de belasting verzwaren of geld leenen. Belastingverzwaring moet zooveel waar mogelijk is, worden tegengegaan, want anders belemmert men de volkswelvaart nog meer. En de belastingver- hooging is alleen nu voorgesteld, omdat het onmo gelijk anders kan. Deze tweeslachtigheid is in de regeeringspolitiek niet steeds te omzeilen. Men ziet het zelfde op het gebied der landbouwpolitiek. Men wil verlaging van het kostenpeil, maar moet de prijzen van de landbouwproducten handhaven, om dat anders de boeren niet een bestaan kunnen vin den. Nog nooit werden zulke hooge eischen aan de leeningspolitiek. aan het staatscrediet gesteld. Indië, groote gemeenten moeten worden geholpen. Openbare werken moeten gefinancierd en zoo komt het dat wi] 733 millioen vlottende verplichtingen hebben, waartegenover 366 millioen ruim van vorderingen. Consolideeren was allang onze plicht geweest, maar de toestand van de markt laat dat niet toe. Zoo is het gesteld met vele landen. De schatkistoverschrijvingen slagen niet, of tegen een hoogere rente. De minister moet tot verschillende methoden over gaan, om aan kasgeld te komen. In de pers zijn daar over allerlei fantasiën geschreven. De minister was genoodzaakt geweest een deel der schatkistbiljetten onder te brengen bij de Ned. Bank. Ook particulieren dóen dat en dat is niets bijzonders. De minister zegt dat de regeering in devaluatie niet ziet het middel tot oplossing van het probleem der vaste lasten. Eenige afzonderlijke maatregelen kan alleen den druk der vaste lasten lichter maken. De heer De Geer zei, dat er verband was tusschen pachtwaarde en pachtsom, en als de waarde tusschen- tijds vermindert, dit verandering van de pachtsom tusschentijds rechtvaardigt. Maar volgens den heer De Geer staat de zaak anders bij hypotheek. Van daar zijn bezwaar tegen de vaste lasten-ontwerpen. Spr. doet een beroep op de medewerking der Ka mer om de Bezuinigingswet tot stand te brengen, die nood ie is om de begrooting in evenwicht te breneren. Verschil van inzicht is onvermijdelijk, maar gemeen overleg kan tot een verbetering van het voorgestelde leiden. De regeering heeft bij de voorbereiding van het wetsontwerp reeds getoond tot overleg alleszins bereid te zijn. Brengt men deze wet tot stand,dan kan men daar na aan nieuwe problemen, die zich voordoen, aan dacht wijden. De regeering zal, als de Kamer mede werkt, haar uiterste best doen de moeilijkheden zoó goed mogelijk op te lossen. Om 3.10 uur wordt de openbare vergadering ver daagd tot Woensdagmiddag een uur. De Kamer gaat in de afdeelingen. Drie en een half millioen voor huurverlaging. VERLAAGDE BIJDRAGEN AAN WERKLOOZEN- KASSEN. Aan de Memorie van Toelichting op de thans inge diende begrooting van Sociale Zaken voor 1936 is het volgende ontleend: Artikel 68. Nadat gebleken is, dat in den kring der gemeentebesturen zelf tegen verlenging van den to talen looptijd der voorschotten (voor woningbouw) overwegend bezwaar is gerezen, is deze maatregel teruggenomen. Ter bereiking van de noodzakelijke verdere verlaging der huren wordt de post verhoogd met een bedrag van f2.000.000. Voor 1935 was deze post voor dit doel reeds met f 1.500.000 verhoogd, zoo dat thans voor huurverlaging f3.500.000 beschikbaar is gesteld. Artikel 70. Gelet op het bedrag, dat in 1931 voor krot op ruiming werd toegekend, en rekening houden de met den dringenden eisch van bezuiniging, wordt thans f1500 minder aangevraagd dan voor 1935. Bestrijding werkloosheid. Artikelen 112 en 113. Door het aanbrengen van eenige technische wijzigingen in de reglementen der werkloozenlcassen, alsmede door daling van de leden tallen der kassen kan met een lager bedrag, dan voor 1935 geraamd werd, worden volstaan. Art. 112 is van 8Y2 millioen op 8 millioen gulden gebracht en art. 113 van lJ/o millioen op f4.250.000. Beide artikelen be treffen bijdragen aan werkloozenkassen. Artikel 122. De personeelsuitgaven van de Rijksin spectie voor de werkverschaffing blijken voor 1934 en voor 1935 te laag geraamd. Voor 1936 moeten deze uitgaven op f 131.856 worden gesteld. Het bij de reeds ingediende suppletoire begrooting voor 1934 voor de zen post aangevraagde bedrag zal nog een kleine ver hooging moeten ondergaan; voor 1935 zal eveneens nog een bedrag suppletoir moeten worden aange vraagd. Artikel 12 4. (Uitkeering aan het Werkloosheids-, subsidiefonds). Voor de verhooging van dezen post met f 7.C30.CC0 zij verwezen naar de Memorie van Toe lichting bij dc begrooting van het Werkloosheidssub" sidiefonds voor het dienstjaar 1936. Artikel 125. De wet, waarbij het Werkloosheidssub- sidicfonds is ingesteld, laat niet toe, bepaalde uitga ven door het Rijk ten behoeve van de werkversckaw fing, waarbij gemeenten niet betrokken zijn, zooals' aankoop van grónden door dc ontginningsmaatschap pijen, en/of liet Staatsboschbeheer, kosten van "toe zicht door de Nederlandsche Heide Maatschappij,- kosten voor verschillende Rijkswerken ih Drente, enz., ten lasle van dit fonds te brengen. In verband hier mede wordt bij suppletoire begrooting voor het loo* pende dienstjaar een gelijk bedrag aangevraagd als thans voor 1933 wordt uitgetrokken. Het geraamde bedrag f2.550.0C0 zal zeker noodig zijn. Artikel 126. Voor het hier bedoelde werk (bijdra gen voor moreelën steun), dat steeds in omvang toe neemt, omdat de zorg voor de jonge werkloozen in stijgende mate de aandacht van de Overheid vraagt, zal ten minste het aangevraagde bedrag noodig zijn (een millioen, vorig jaar f450.000). Nationaal Crisis-Comité. Artikel 127. Voor 1935 was een post van f 850.000 uitgetrokken voor subsidie aan het Nationaal Crisis- Comité. Aangezien het niet zeker is, dat het Nationaal Crisis-Comité zijn arbeid in 1936 zal voortzetten, wordt dit bedrag thans onder 'n ander hoofd uitge trokken. Mocht het Nationaal Crisis-Comité worden opge heven, dan zal zijn arbeid, voor wat betreft den z.g. B-steun, door het Departement van Sociale Zaken worden voortgezet. Ook Polen zou recht hebben op koloniën. Steeds meer stemmen gaan op in de bladen. Het A.N.P. meldt uit Warschau: Den laatsten tijd gaan in Polen steeds meer stem men op, die het recht van Polen bepleiten op kolo niën en die tot uiting brengen, dat het bezit van ko loniën voor de ontwikkeling van het land onontbeer lijk zal zijn. De verlangens komen vooral duidelijk tot uiting in een steeds toehemenden stroom van artikelen in de dagbladen, waarvan de schrijvers soms al wel heel ver gaan. Zoo wordt o.a. naar voren gebracht, dat Polen met een Joodsche bevolking van 3 milli oen toch ongetwijfeld een recht kan doen gelden op een mandaat over Palestina. De laatste editie van het officieele orgaan van Kolonialen en Vlootbond, waarvan generaal Sosn- kovvski. de inspecteur van het leger, voorzitter is, bevat een in levendige termen gesteld artikel, dat de eventiieele herverdeeling van de vroegere Duit- sche koloniën bespreekt. Wanneer het zoover komt moet Polen zijn eischen met klem naar voren bren gen om zich een plaats onder de zon te veroveren, voordat Duitschland zoo sterk wordt, dat de stem van Polen niet meer zou kunnen worden gehn<vi. Door een stier achtervolgd. Jongen ernstig gewond door prikkeldraad. Het 12-jarige zoontje van den heer W. te Obbicht bij Sittard, bevond zicli in de aan het huis grenzen de weide van zijn vader om appels te rapen. Plotse ling werd de jongen achtervolgd door een groeten stier. Hij zette het op oen loopen omd en uitgang der weide te bereiken. Dit werd hem door het dier echter onmogelijk gemaakt, waarna hij trachtte over den prikkeldraad te springen. In volle vaart, liep hij evenwel tegen het prikkeldraad en als op zijn hulp geroep niet nog juist op tijd een der familieleden ware gekomen om hem van den stier weg te trek ken, zouden de gevolgen zeer ernstig geweest zijn. De jongen bleek zioh in het prikkeldraad zóó gewond te hebben, dat hij moest worden overgebracht naar het R.K. ziekenhuis te Sittard, meldt de „Msb.",

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1935 | | pagina 5