Arroodissements-Rechtbank 1P «Peugd ruisende te Alkmaar. Ingezonden stukken. MEERVOUDIGE STRAFKAMER. Zitting van 16 October. Castricum. DE CASTRICUMER SLAGKOOI IN HOOGER BEROEP. De oudé tuinder Dirk Wokke te Castricum had voor den kantonrechter gecompareerd, omdat hij een bij de wet verboden slagnet zou hébben gebezigd en was deswege veroordeeld tot f 5 boete of 3 dagen. Dirk liet zich echter niet zoo heel gauw kisten, ver meende dat hij slechts een treknet had gebruikt en. dus niet schuldig was, weshalve, hij wilde hangen aan den hoogeren juridischen galg en in appel kwam daarbij krachtig gesteund door mr. A. Prins als raadsman en verdediger. Dirk kwam er nu rond voor uit, dat hij behalve schadelijk gedierte, ook wel eens een fasantje had gevangen, maar appellant be- schouwdo dit fraaie dier ook als schadelijk. Mr. Prins informeerde ook en passant eens naar een aan zijn cliënt toebehoorend jachtgeweer, waar voor zijn cliënt niet had terecht gestaan, maar dat nooit boven water was gekomen. De officier was van meening dat het materjaal voor Dirk strafbaar is en was tevens zoo vrij om niet alleen bevestiging van het vonnis te vorderen, maar ook opvoering van de straf tot f 20 boete of 10 dagen. Mr. Prins kwam met kracht op tegen deze zijns inziens geheel ongemotiveerde strafverhooging, die hem zeer ongerechtigd voorkwam. Voorts bestreed pleiter zoowel de opvatting van den kantonrechter, zoowel als van den officier en concludeerde na een uitvoerig betoog ontslag van rechtsvervolging, subsidiair vrijspraak. 'Alkmaar. EEN AANRIJDING OP DEN HEILOOëR STRAATWEG. De' thans 18-jarige monteur Herman M. te Alk maar, veroordeeld tot f 7.50 boete subs. 1 week tuchtschool, naar aanleiding van het feit dat hij op 11 Febr. van dit jaar mnder behoorlijk teeken van richting verandering den straatweg te Alkmaar na- hij. de Bleekerslaan was overgestoken, waarbij een aanrijding plaats had met een met groote snelheid naderenden door Dr. Versteeg, arts te Alkmaar be stuurde auto. Het verweer van den verdachte was in eerste, instantie, dat de geneesheer had gereden met onverantwoordelijke snelheid. Aangezien evenwel het verkeer van rechts hier voorrang had, werd dit verweer ook door den offi cier niet geaccepteerd en bevestiging van het vonnis gerequireord. De dokter gaf echter zelf toe dat hij de daar geldende maximum snelheid wel een weinig .kon hebben overtreden'. Dr. Verstecgh zag tevens de finitief af van het instellen van een civiele vprde- ring ad. f 28 wegens beschadiging van zijn wagen. (Ook de fietsrijder en de fiets waren beschadigd!). De jeugdige appellant kreeg echter bij den officier geen schijn van kans en werd bevestiging gevorderd Aan het vonnis, met wijziging van de straf en wel f 7.50 boete -of 7 dagen hechtenis inplaats van tucht school'. Helder. ONVOLDOENDE UITGEWEKEN. De taxichauffeur Gerard E. te Helder had op 24 Januari aldaar, op den hoek Sluijsdijk- en Schagen et raaf volgens meening van den ambtenaar een aan rijding veroorzaakt met een ander 4-wielig motorrij tuig (een autobus) bestuurd door Ch. L. v. d. Poel, omdat hij niet voldoende had uitgeweken en was alstoen veroordeeld tot f 40 boete of 10 dagen; Veroor deelde kwam in appèl, doch er kwamen geen nieu we bijzonderheden naar voren en werd bévestiging gerequireerd. Wieringen. ROEKELOOS TEGEN EEN HANDKAR AANGE REDEN. Frans R., een 22:jarige chauffeur uit NieuWer- 'Amstel zou op 19 Febr. op den Beursdijk te Wierin gen tegen een handkar, bestuurd door zekeren Hen drik Koning, zijn aangereden en was -ter zake dit feit door den kantonrechter te Helder veroordeeld. VSn dit veroordeelend vonnis kwam Frans in hooger beroep, voorloopig echter zonder resultaat, aange zien de Officier bevestiging van het vonnis f 25 boe te of 10 dagen requireerde. Feuilleton. in door MARGARET PEDDLER. HOOFDSTUK VI. Tusschenspel. Dokter Brodie had den familieleden van zijn pa- 'tient dringend verzocht eerst laat in den middag ïiaar „Welherby Grange'-' te willen komen. Phil had hun komst een beetje zenuwachtig afge wacht. De Wetherby's kregen namelijk zelden of nooit bezoek op „The Grange", hetgeen te wijten was aan' het feit dat wanneer Guy in Engeland ver toefde hij op een woedende, onhebbelijke manier elke vriendelijke tegemoetkoming van buren te niet wist tc doen, terwijl anderen zich allerminst tot dit gezin aangetrokken voelden en den mond vol hadden .van de schandelijke, vrije opvoeding der kinderen. Moeders hielden haar dochters zooveel als doen lijk was uit de buurt van Piers' onmiskenbare uiter lijke attracties, en evenmin hadden ze er ooit over gedacht Phil, óf Venetia, met haar opvallende schoon Jieid op de lijst van invitaties te laten voorkomen. Het- viel dus niet te verwonderen dat de Wether by's cenigszins in de war raakten met het oog op hot bezoek van Terry's familie. Weliswaar waren deze eerst kort geleden in de nabijheid van het stad- jo komen wonen, doch het liet natuurlijk geenerlei twijfel, of de noodige praatjes waren reeds tot hen Enkhuizen. NACHTELIJKE ROOFVISSCHERS UIT HOORN. Een tweetal visschers uit de gemeente Hoorn,. Jan Last en Anth. Selie stonden tci'echt naar aanleiding van het feit, hen tenlastegelegd, dat zij in den nacht van 28 op 29 Juni in het door den palingvis- scher K. ,v. Slooten gepachte vischwater in casu de haven met gebruikmaking van geaasd- hoekwant, aan niemand toebehoorende paling hadden bemach-, tigd. Vischrecht hadden deze verdachten op het wa ter niet. In deze zaak, waarin de twee verdachten ontken den, werden 4 getuigen a charge gehoord. De pach ter koeèterde alreeds de verdenking dat er. werd ge stroopt en was hij er met een neef in een motorboot op uitgetrokkA, om eventueele. stroopers zoo moge lijk op heeterdaad te betrappen. Het geluk was hen gunstig en werden verdachten dan ook a flagrand delit gesnapt. Toen de stroopers dit bemerkten, gin gen zij er full speed vandoor met achterlating van het hoekwant, dat door van Slooten en neef gedeelte lijk werd opgehaald en naar de politie gebracht. De verdachten werden later aangetroffen in een vlet en weid he.t nog uitstaande hoekwant opgehaald door hoofdagent Ubels. Gevorderd werd tegen baas Jan L. f 75 boete subs, 50 dagen en contra Anthoon da knecht f 50 boete of 25 dagen. Heerhugowaard. IN DEN NACHT OP EEN LANDELIJKEN RIJWEG MET EEN ZWAAR INVALIDE TAXI-WAGEN. De 31-jarige Taxi-chauffeur Karei Lambertus Sch., uit Heiloo verscheen in de middagzitting als ver dachte, naar aanleiding van de voor hem niet' wei- njg verzwarende omstandigheid,dat hij te Heergo- waard in den nacht van 26 op 27 Mei met een door hem bestuurde auto, waarvan hij wist dat de verlich ting en de handrem defect waren, op den Midden weg een slagersknecht, genaamd Gerrit de Graaf, die met een rijwiel aan de hand geheel rechts van den weg wandelde, zoodanig had aangereden, dat genoemde de Graaf een lichte hersenschudding be kwam, alsmede een zware snijwond op het hoofd én nog verschillende huidverwondingen, zoodat de Glaaf gedurende drie weken niet in staat was zijn slagersbezigheden waar te nemen. De 20-jarige heer de Graaf werd na het ongeval door den plaatselijken geneesheer, den arts Dr. C. Spiering medisch behandeld en werd door hem ge noemde accidenten ernstig lichamelijk letsel genoemd Door luitenant van Hulst, dé bekende deskundige pp motorgebied was de auto nagezien en. waren de hierboven gereleveerde érnstige gebreken aan den wagon van verdachte' geconstateerd. De verdachte Werd als raadsman en verdediger geassisteerd door mr. C. H. de Groot, een strafplei ter die in deze materie, zijn sporen reeds ruim schoots heeft verdiend. In deze zaak had de Officier 7 getuigen a charge en 2 deskundigen gedagvaard. De deskundige luitenant van Hulstnoemde de slechte verlichting de oorzaak, dat het uitzicht voor den bestuurder onvoldoende, was. met gevolg de thans behandelde aanrijding. De verdachte, wiens groote lampen niet werkten beweerde geweldig gehinderd te zijn door de sohiin- werper van een 'achterligger. De. slagersknecht, de \yeinig begeerenswaardïgen held van dit nachtelijk auto-drama, gaf verslag van zijn onaangenaam avontuur op den Middenweg. Hij liep in .gezelschap van zijn collega K. Buter. Bei den liepen met de fiets aan de hand en eischten dus. nogal wat plaats op. den rijweg op. Bovendien bevond zich op Buter's fiets nog een groote slagers- mand. Getuige-de Graaf merkte echter op. dat Buter op een paadje langs den riiwpg en de weg ter plaat se breed genoég was Van de aanrijding zelf wist de Graaf niet veel te vertellen. Hij was direct be wusteloos. Zijn fiets was voorzien van een reflec tor, die niets presteerde. Er zat bordpapier achter, vermoedelijk om de flikkering te vecboogen. De slagersknecht Leèndert Christiaan Biskanter uit de Magdalenenstraat was dien nacht ook van de partij en had met eenige vrienden. Quax en Berkhout van verdachte voor 2 gulden een auto gehuurd om Heerhugowaard te bezoeken, ten einde eens lustig kermis te kunnen vieren. Zij waren bij de aanrijding al op den terugtocht. Het licht van den wagen had al eens geweigerd en was door ver dachte gerepareerd. Getuige verklaarde ook dat achter hun wagen een auto reéd met' sterk licht. Getuige Biskanter vermeende dat de voetgangers 2Vz meter van den kant liepen. Ook de varkenskil- ler Ouax verklaarde iets dergelijks. Het licht van de 2 guldens-auto was niet in orde. De expediteur J. Baars te Heerhugowaard had op zijn erf staande gezien een oude Ch'evrolèt met één koplamp op en deze wagen had hij den volgenden morgen bij het Raadhuis teruggezien. De getuige KI. Stammes reed met den achterlig ger met de verblindende schijnwerper. Hij kon den auto van verdachte niet passeeren. omdat déze zig doorgedrongen. Verder bestond dan ook tegelijk de mogelijkheid dat ze hem liefst zoo gauw mogelijk bij hen vandaan zouden halen. Phil betrapte zich er op, dat een zeker gevoel van verdriet zich bij die gedachte van haar n%ester maakte. Het bleek haar echter al heel gauw, dat de Mathesons een paar alleraardigste, spontane men- schen waren, even natuurlijk alë de Wetherby's zel ve, en ze vloeiden over van dankbaarheid voor alles wat voor Terjy gedaan was. Verder was het een verrassing te ontdekken, dat mevrouw Matheson aanzienlijk ouder was dan haar echtgenoot, ofschoon zij gelijk Phil later opmerkte, allerminst dien indruk wekte. En in dit opzicht had ze ook volkomen gelijk. Nel Matheson was één en veertig, precies elf. jaar oudei dan haar echtgenoot, doch een groote liefde en ge zond-verstand hadden er voor gezorgd, dat die bree- de kloof tusschcii hen overbrugd werd. Hij aanbad haar nog op precies dezelfde wijze als toen hij als jongen van twintig jaar tot over zijn ooren verliefd op haar was geworden. Vijf jaar lang had ze standvastig geweigerd met hem te trouwen op grond van het groote leeftijdsverschil, maar ténslotte' was het hem gelukt haar bezwaren te overwinnen. En dit alles vertelde ze op een grappige, aantrek kelijke manier, nadat ze een kort bezoek bij Terry had afgelegd hij mocht nog niet lang achter el kaar praten en zij en haar echtgenoot door tante Jem en de verzamelde Wetherby's op thee werden onthaald. „Daarom moet ik er dus voor zorgen zoo lang mo gelijk jong te blijven", zei ze met een lieven glim lach. „Mannen worden in den tegen woord igen tijd zooveel vlugger oud dan een vrouw, en als ik er goed uit blijf zien, heb ik kans dat Dick me den een of anderen dag zal inhalen. En dan zullen de menschen niet langer zeggen: „Oh, is het niet- af schuwelijk! Ze is.jaren ouder dan haar echtgenoot. Niettemin schijnen ze heel gelukkig met elkander te wezen." Ze lachte hartelijk. „Het is eigenlijk schandelijk van, ons, nietwaar? Maar we-zijn werke lijk volmaakt gelukkig met elkander. Het schijnt nu zag over den Middenweg reed. Opeens hoorde hij een klap, remde en zag op den rijweg een man liggen. Hij srrong uit den auto en heeft werk van den dokter gemaakt. Den chauffeur had hij een standje gemaakt om zoo dronken op den weg te komen. Dat ziet er niet zoo mooi uit, zei de president tot verdachte. Waaruit maakte U op, vroeg de Officier, dat ver dachte dronken was? Door het slordige rijden, antwoordde getuige. De Officier vond dit alléén' geen voldoende aan wijzing voor dronkenschap. Getuige bleef hardnekkig volhouden, dat verdach te dronken was. Hij kon. dat uit alles merken. Verdachte zeide, slechts één glaasje bier te heb ben gebruikt! -Hij was absoluut niet onbekwaam!- De monteur L. H. Hoogland had'omstreeks kwart over twee een auto zien rijden, waarvan het licht ongeregeld brandde Achter dien auto reed een auto 'met volle lichten. De aanrijding had deze getuige niet gezien ook Hoogland verklaarde dat dit de schuld was van Stammes, die kwajongensachtig reed. Ten slotte werd nog gehoord de slager Kasper Buter. 'n 17-jarige slagerskepcht. die met slachtoffer in den bewusten nacht wandelde met een slagers- mand op zijn fiets. Hij liep naast het beharde weg gedeelte. Hij had allés van de aanrijding gezien. Hij had er geen erg in of verdachte onder den in vloed verkeerde. Verdachte merkte nog op. dat, hij niet dronken maar bar zenuwachtig was. als gevolg van het on geluk dat hij verschrikkelijk vond. Requisitoir. De heer Officier, het gebeurde nog eens in onderdeelen reconstrueerende. kwam tot de conslusie, dat in casu was toegebracht zwaar lichamelijk letsel. Als voornaamste factor van het ongeluk releveerde de Officier wel het defecte licht. Dat de inzittenden dit defect met hadden opge merkt, was vermoedelijk wel te wijten aan de hoe veelheden bier,, die door de heeren naar binnen waren gewerkt. Zoowel door de verklaring vap den deskundige als die van de getuigen Baars en Hoogland was wel komen vast te staan, dat met onvoldoende ver lichting was gereden, evenals vast is komen te staan, dat de reflector van den aangereden- slager een prul was, wat helaas maar al te dikwerf voor komt. Dat verdachte dronken zou zijn geweest.wil de Officier niet zoo voetstoots aannemen. 2oo iets is niet zoo gemakkelijk té constateerem zooaJs de Oficier door voorbeelden nader aantoonde. De Officier wilde 2ich -alleen op het standpunt stellen, dat het ongeluk hoofdzakelijk verband hield met de slechte verlichting. Een -en ander tegen elkaar opwegende, kwam dé Officier tot de conclusie, dat de aanrijding in nórïnaie omstandigheden voorko men had kunnen worden en requireerde de Offi cier, aannemende dat hier grove 'schuld had be staan, al had verdachte overigens behoorlijk, zijn plicht gedaan. De Officier nam ook aan dat^ de verdhehfe het nachtelijk vrachtje op een koopje, niet voor zijn ge noegen had -vervoerd en een en ander in aanmer king genomen, vorderde de Officier.f 80, boete of 40 dagen. Verdediging. Mr. de Groot releveerde bij den. aanvang van zijn pleidooi, dat hij reeds te voren, met zijn cliënt kennis had gemaakt. Hij had eeni ge jaren te voren verdediger geassisteerd in een te Amersfoort bekomen panne.'Deze dienst'wilde ver dediger nu gaarne vergelden. Vóórts stelde pleiter in het licht, dat verdachte veel belangstelling had getoond, in het slachtoffer. Niet alleen had Mi de Graaf meermalen bezocht, maar ook zijn fiets her steld en zijn eigen hoed afgestaan ter vervanging van het vernielde hoofddeksel van zijn slachtoffer. Wat de motiveering van de dagvaarding betrof, de ze noemde pleiter slap. Pleiter wees op de tegen strijdigheid in de getuigenverklaringen met betrek king tot de onvoldoende verlichting. Nader trachtte pleiter aan te toonen, door een technische uiteen zetting. dat verdachte alles, wat noodig was. had gdaan om zijn licht behoorlijk te voorzien. Het was duidelijk dat verdachte in hét, verblindende licht van Stammes niet kon opmerken, dat zijn licht niet, brandde. Pleiter bracht nog in het midden dat ver dachte is een arme drommel, die thans van den steun moet leven en sprak zijn verontwaardiging uit over het aplomb, waarmede getuige Stammes hem van dronkenschap besohuldigde. Mr. de Groot vermeende dat de schuld van ver dachte was beperkt tot een'zoodanig minimum, dat vrijspraak moest volgen. Zoo de Rechtbank zulks niet wilde aannemen, verzocht pleiter in. casu de meest' mogelijke clementie. Uitspraak in alle zaken a.a Dinsdag. Aan de Redactie van de Schager Courant. Naar aanleiding van het in Uw blad van 9 Oct. f.1, opgenomen stukje onder het hoofd „N.S.B.-vergade ringen" zouden wij gaarne de volgende opmerkingen geplaatst zien. Bedoeld schrijven spreekt over .tCursussen" en „Lezingen", waarmede de plattelanders in de ko mende -wintermaanden hun meer gewone arbeid met ..geestelijke arbeid" zouden gaan combineeren, waarmede alsdan ook zij hun kennis zouden kun nen verrijken. Na deze beschouwing worden de komende N.S.B.- vergaderingen in de aandacht der lezers aanbevo len en wil men,het aldus doen voorkomen dat ook deze vergaderingen met cursussen en lezingen on één lijn zijn te stellen en als ..geestelijken arbeid" moeten worden gezien. Nu is het een niet te loochenen feit. dat 'ook hot verbreiden van des duivels geest onder de geeste lijke'arbeid moet worden geraneschikt. Wij. felle tegenvoeters van de Natiopaal-Socialis- ten, bestrijden deze geesf, belichien haar onhoud baarheid, wijzen on de noodwendige gevolgen, wel ke thans in de spanning van dezen tiidzoo duide-. lijk door de bloedige feiten worden bevestigd. Bij deze bestrijding, onzerzijds in het openbaar, is steeds de volle gelegenheid om tegenover- deze onze inzichten, andere te stellen. Zoo ook geldt dit voor de N.S.B. Zoo handelende maken onze vergaderingen, bij eenkomsten. lezingen, veeleer aanspraak on cursus- gen. On deze wijze immers wordt door uitwisseling van gedachten het begrip cursus eenigszins bena derd. De N.S.B. heeft échter tot nu. elk openlijk debat geschuwd en ontweken. De door haar propagandis ten ten beste gegeven oraties kunnen de toets der critiek niet doorstaan. Men weet dit. vandaar, dai men zijn toevlucht neemt tot het svsteom van vra gen stellen en openlijke gedachten wisseling kort weg weigert. Speculccrende oo de wanhoop yan een ten onder-; gaande plattelandsbevolking, welke door een niets ontziendelaster over andersdenkende en mooie beloften, binnen eigen rijen moeten worden gehaald Deze vorm van nlatte nropaganda ligt zoo ver af van cursus of -lezing, dat het doën voorkomen als of niet minder dan bedrog en misleiding moet worden gezien. Echter, indien het de organisatoren ernst is. op deze weg een rechtsom te maken, zal men ons steeds bereid vinden in de komende maanden van onze inzichten blijk te geven, ook op de „cursussen" van de N.S.B. Indien hier dus niet van misleiding, doch van een gewijzigde tactiek moet worden, gesproken, zien wij in de komende maanden de vergadering van de N.S.B. aangekondigd met vrij debat. U. Mijnheer de Redacteur, dankend voor de plaatsruimte. A. VELTROP, Deemster. Wie kocht oorlogsmateriaal van Amerika? GRONDSTOFFEN VOOH AMMUNITIE NAAR ENGELAND. JAPAN IS DE GROOTSTE AFNEMER. N e w-Y o r k. Volgens de nieuwste statistiek van het departement van Handel in Washington heeft Grool-Brittannië in de laatste acht maanden veel meer grondstoffen gekocht voor de vervaardi ging van ammunitie en ander oorlogsmateriaal, clan Italië. De beste afnemer blijft evénwel Japan. Men moet échter bij de studie van de ciifers van het departement van Handel in het oog houden, dat het hier betreft grondstoffen, die wel is waar kun nen worden gebezigd voor het fabriceeren van am munitie, doch die ook voor andere doeleinden kun nen dienen. Men kan dus niet onvoorwaardelijk aannemen, dat zu voor oorlogsdoeleinden worden gebezigd. Tóch is het interessant te vernemen, 'dat Engeland en Italië samen ongeveer een vierde van de geheele Amprikaanscbe kon'er-nroductie hebban afgenomx: van deze hoeveelheid ging ongeveer 60 I ngiar Engeland .en 40 naar Italië. Voor de aan gekochte katoen geldt ongeveer dezelfde verhouding i Staal, tin en vlas gingen in groote hoeveelheden i naar Ttalië. Engeland kocht 1208 vrachtauto's. Ita- lië daarentegen slechts 328. Janan h^eft in hetzelf- I de 'tijdsverloop in de Vereenigde Staten aange- I kocht bijna 350 mjllioen pond katoen, 8S9.000 ton ijzer en staal en 23.000 ton tin. eenmaal niet ander te kunnen zijn." Dick Matheson, een groote, breedgeschouderde man met dik, bruin haar, wendde zich tot, Jemina. „Als men haar op die manier hoort praten, zou men werkelijk denken dat ze volwassen was, juf frouw Glenville, maar in werkelijkheid is ze nog een heel klein meisje, en ik geloof niet dat ze ooit op zal groeien." Tante Jem glimlachte. Ze had de Mathesons al dadelijk in haar hart gesloten, en ze begreep vol komen wat Dick bedoelde. Zelfs in haar uiterlijk leek Nell met haar goudbruin haar en heldèrgrijze oog'en nog een heel jong meisje. Daarbij bezat ze' het voorrecht van een prachtige teint. „Sommige menschen blijven altijd kinderen", merkte Jemina op. „En dat is voor de overige men schen een groote zegen. Voordat de Mathesons vertrokken, sprak Nell nog maals haar grooten dank uit. „Ik weet waarlijk niet hoe U voldoepde te bedan ken, juffrouw. Wetherby," zei ze% terwijl ze zich tot Phil wendde. „Of een van de anderen", voegde ze er aan toe, tante Jem, Piers en Budge aanziende. Het was duidelijk merkbaar hoeveel ze van Terry hield; „U moet namelijk weten dat .Terry met uit zondering van mijn echtgenoot alles is wat ik bezit op de wereld." „Ik beloof U dat er uitstekend voor hem gezorgd zal worden, totdat de dokter zegt dat hij vervoerd mag worden", verzekerde Jemina haar. „Ik vrees dat U hem dus zoolang bij ons zult moeten laten", voegde ze er glimlachend aan toe. „Komt U hem evenwel zoo dikwijls opzoeken als U maar wilt." „En als hij weer heelemaal in orde is, dan zien wij U ook bij ons, nietwaar?" vroeg Nell. „We heb ben hier geen kennissen. Bovendien moeten we sa men hard werken, en ik veronderstel dat de bewoners van Torrenby dergelijke menschen niet noodig heb ben." Jemina antwoordde haar op dezelfde eenvoudige* eerlijke manier. „Natuurlijk zullen we graag komen. Ik leg echter nimmer bepaalde visites af en moet U dus-geen plech tig afgeven van kaartjes enz. van ons verwachten. Maar we vinden het heerlijk vriendschap te kurmen sluiten." Den volgenden dag gaf dokter nadat hij zijn pa tiënt onderzocht had toestemming een uurtje bene den te zitten, maar beval hem zich kalm te houden Die waarschuwing bjeek volmaakt overbodig te* zijn, want tot zijn groote verbazing ontdekte Terry zelf al gauw, dat het een enorme krachtsinspanning voor hem was leunende op Phil's arm'de trappen af te gaan. En toen ze hem dan ook goed en wel in een leunstoel' in de „speelkamer" hadden geinstalleerd, was hij maar al te blij daar te kunnen blijven zit ten. „Ik voel me „geweldig zwak" bekende-hij met een zekeren afkeer, welke elke man" tegen physieke on- geschiktheid heeft. Phil zat voor het open raam en. glimlachte geamuseerd. „Had U... had je dan gedacht dat het anders zou wezen?" informeerde ze. „Je kunt toah moeilijk ver wachten den dag nadat je bijna verdronken was, zóó sterk te zijn als een Samson of Goliath." „Dat is zoo", gaf hij toe. „Ik heb echter maar een. maand vacantie, en het lijkt me zulk een tijdver spillen toe in een leunstoel stil te moeten zitten.' We hadden intusschcn zulke prettige dingen kunnen" doen." Hij sprak die laatste woorden uit alsof het de na tuurlijkste zaak van de wereld was, dat ze samen „zulke prettige dingen hadden kunnen doen" en 't viel dan ook niet te ontkennen, dat een eigenaardige ongekende emotie zich van het meisje meester maak- te. „Om te beginnen kunnen we met elkander praten" stelde ze verlegen voor. „We zullen heel wat te be-- handelen hebben, omdat We elkander nog maar zoo weinig kennen." „Kennen we elkaar zoo weinig?" vroeg hij, terwijl hij haar strak aanzag. „Ik geloof dat ik alles van je weet wat noodig is." Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1935 | | pagina 6