wfmmm m m AEL versperring Ml Kort Sinterklaas-rijm „Piet." Het was de oude stem van Sint Nico- laas. De heilige man zat weggedoken in zijn hoge stoel in de gezelligste hoek van de zaal. „Ja Sinterklaas". Als een duveltje uit een doosje wipte Zwarte Piet naar binnen." „Piet, mijn goede jongen" sprak Sint Ni- colaas. „het is al eind November. Het wordt tijd dat we eens aanstalten maken voor on ze jaarlijksche reis." „Naar Tsjecho Slowakije?" vroeg Zwarte Piet dom. Sinterklaas keek ontsteld. „Maar mijn Piet," sprak hij, „hoe heb ik het nou met je. Weet je het nu nog niet? Begin December is Nederland aan de beurt." Zwarte Piet bloosde van schaamte, maar je kon dat niet zien. Daar was hij te zwart voor. „Zal ik het spoorboekje even halen?" vroeg de zwarte bediende. „Welnee, doe maar niet zooveel moeite", antwoordde Sint Nicolaas. Bel de sta tionschef maar even op en vraag of hij overmorgen een extra trein beschikbaar heeft..." Piet verliet de zaal en keerde een kwar tiertje later terug. „En wat heeft hij gezegd?" vroeg Sint Nicolaas. „Ze doen het niet", antwoordde Zwarte Fiet. „De chef zei dat de dienst het niet toeliet. In den tegenwoordigen tijd konden zo niet zomaar voor ieder wissewasje een txein beschikbaar stellen." Ondanks zijn heiligheid werd Sint Ni colaas vreselijk kwaad. „Een wissewasje", bromde hij, „noemen ze dat een wissewasje. Dacht die man soms dat ik zo maar al die kindertjes in de steek kan laten... Piet, bel terstond het kantoor op van de Nederlandse spoor en vraag of ze daar een trein kunnen sturen." Piet ging heen. Het duurde wel een vol uur voor hij ver binding had met Nederland. Het gesprek zelf echter duurde maar kort. Je moet rekenen het is altijd heel erg duur als je uit Spanje naar Nederland wilt telefoneren. En Sint Nicolaas kon zijn geld beter gebruiken voor cadeautjes voor zoete kinderen. Maar na het gesprek straalde Zwarte Piet van vreugde. Sint Nicolaas zag al aan zijn gezicht dat de zaak in orde was. „Het komt voor elkaar Sinterklaas" riep Zwarte Piet... „Een hele trein kon er niet af, maar ze zullen een locomotief sturen." „Pettig is het niet", mompelde Sinter-. klaas, „het is een lange rit en dat in een kolenwagen." „Voor mij komt het er niets op aan", lachte Zwarte Piet. „Aan mij kun je toch niet zien of ik onder het kolengruis zit." Op de kantoren van de Nederlandse spoonvegen was intussen alles in rep en roer. Alle machinisten wilden opeens met de locomotief mee om Sint Nicolaas uit Span je te halen. „Nee jongens," zei de directeur, „dat gaat niet. Er kunnen er maar twee mee." „Goed," zeieen van de machinisten, „dan zullen we er om loten." Nog dienzelfde avond was er al een loco motief op weg naar Spanje om Sint Nico- nuten later. Nu zal ik je eens wat vertel len. Je weet dat ik alles weet he. Nou ik heb iets grappigs ontdekt. De locomotief uit Nederland is op een spoorlijn gekomen waar een hele hoop bergen zijn. En op een plek daarvan hebben ze vergeten de tun nel te maken." „Mooi is dat", mompelde Zwarte Piet.... „Dan mag ik zeker al die pakjes daar naar toe sjouwen." „Ja, Piet, er zal niets anders opzitten. Prettig is het niet maar we zijn nu een maal niet op de wereld om appelen te eten." Er brak voor Zwarte Piet een moeilijke tijd aan. Met een kruiwagen moest hij alle pakjes en zakken naar de plek brengen, waar de arbeiders de tunnel vergeten had den. En terwijl Piet sjouwde en ploeterde na derde de trein de bewuste plek, waar geen tunnel was. Natuurlijk zou de locomotief tegen de bergen te pletter zijn gereden, als niet toevallig een van de machinisten buiten de locomotief had gehangen om zo olienootjes te eten. „Zeg jo," riep hij opeens uit, „ze hebben de tunnel vergeten." De anderemachinist remde uit alle macht. ,ZEC JO.ÖTOP! ZE HEBBEN DEN TUMNEL VEJ2. CE-TEN laas te halen. De tocht verliep zonder hin dernissen. Er werd dag en nacht doorge reden en na 24 uur had de locomotief de Spaanse grens bereikt. Sint Nicolaas zat thuis aan tafel te eten. Opeens keek hij glimlachend op. „Piet". „Ja Sinterklaas". Het gezicht van Sint Nicolaas betrok. Zwarte Piet had hem antwoord gegeven met een vollen mond en daar had Sint een hekel aan. „Eet eerst je mond leeg", zei Sinterklaas. „Ziezo", hernam Sint Nicolaas enige mi- Zwarte Piet was uit zijn humeur... o al een helen tijd. Aanvankelijk had Sint Ni colaas het nog niet in de gaten. Met den dag echter werd het erger, net zolang tot zijn goede meester het wel moest merken. „Zeg eens zwart heerschap", zei Sint Nicolaas vriendelijk, „ik geloof dat er met jou iets niet in orde is." „Hoe komt u erbij Eminentie", antwoord de Zwarte Piet. „Nee nee Piet", vervolgde de Sint, „je hoeft mij niet om de tuin te leiden... Ik weet alles." „Over mij?" Sint Nicolaas keek of hij het in Keulen hoorde onweren. „Ja, ze zeggen altijd dat hQt mijn schuld is", vervolgde Zwarte Piet. „Wat is jou schuld?" „Dat u bij hen nooit eens wat lekkers komt brengen." Sint Nicolaas kreeg een steek in zijn hart Lieve Hemel, dat was waar. Ieder Jaar mocht Zwarte Piet overal mee naar toe om lekkers aan de kindertjes tebrengen, „Gunst ja, dacht Piet, dat is waar ook." „Je bent ontevreden Piet. En dat mag niet." Zwarte Piet boog het hoofd en zijn oogen vulden zich met tranen. „Ja Sint Nicolaas", zei Piet, „ik zal het u maar zeggen... Ik heb de laatste tijd altijd ruzie met mijn vriendjes." „Ruzie? Waarover dan." „Over u." maar nog nooit had Sint Nicolaas een be zoek gebracht aan het land van de nikker tjes, waar Zwarte Piet zijn kameraadjes had. En schuldbewust maakte Sint Nicolaas op een holletje alles gereed om naar Pie tenburg te gaan, de stad, waar de nikker tjes wonen. En zo zien j'ullie hier op de afbeelding hoe Sint Nicolaas de nikkertjesstad bin nenrijdt, hartelijk toegejuicht door de zwarte mannetjes, die allemaal even blij zijn, omdat ze nu ook hun verlanglijstje voor Sint Nicolaas in de bus mogen stop pen. Zoals je ziet waren er zelfs negertjes die een heel pak verlanglijstjes tegelijk in de bus gooiden. Maar die kregen natuur lijk helemaal niets, omdat ze te begerig waren. „Een vreemd land, dat Spanje", merkte hij op. „Hoe krijgen we Sinterklaas nu te pakken." Maar voor hij nog had uitgesproken uit te hij een kreet van verbazing. Sint Nicolaas, die alles wist had de moei lijkheid al opgelost. Met de autobus waren hij en Zwarte Piet hierheen gereisd en nu hadden ze niets meer te doen dan in te stappen en terug te rijden. De terugreis was voor de beide machi- nister een waarachtig feest. Den heelen weg 24 uur achter elkaar mochten ze borst- plaatjes snoepen. Van deze gelegenheid maakten ze zo'n gretig gebruik dat ze bij aankomst in Nederland onmiddellijk in een ziekenhuis werden opgenomen omdat hun maag een beetje 'in de war was. Maar alles bijeen genomen hadden ze geen van beiden spijt van het zeldzame reisje. En Sint Nicolaas ook niet, want nu kon de goede man juist op tijd beginnen met zijn rit over de daken. En dat had hij te danken aan de vrien delijkheid van de directie van de Neder landse spoor. door TOM PINNART. Sinterklaas Goede baas Schenk me veel Speculaas Pieter Zwart Spaar de gart Bespaar me toch Pijn en smart. Paard van Sint Kom gezwind Breng cadeaux mee Voor ieder kind. Wit is t paard, Wit is Sint's baard. Een handdruk van Sint Is ons veel waard Van hier naar Madrid Een hele rit Op een ouwe aftandse hit Met een schip In een wip Is Sint terug Van z'n Hollandse „trip." Weer een heel j'aar Maakt hij zich klaar Voor de volgende keer, In het volgend jaar, Toen Zwarte Piet verleden j'aar zijn ge wone werk deed, had hij een vreemde ge waarwording, die hij tot heden toe nog nooit gekend had. Zoals je weet moet deze Zwarte knecht van den goeden Sint Nicolaas altijd de ene schoorsteen inkruipen en de andere uit. Sint Nicolaas zou dat eigenlijk graag zelf doen zie je, maar hij is er te oud voor. Maar Zwarte Piet is langzamerhand ook geen kleine jongen meer en dus overkwam het hem verleden jaar dat hij te dik werd voor sommige schoorstenen. In de meeste gevallen wist hij zich er nog wel eens door heen te wringen, maar toen hij een heel nieuw stadsgedeelte bereisde zat hij toch vast. De schoorsteen was zo nauw, dat er geen doorkomen aan was. Juist stond Piet op het punt om verder te gaan zonder het lekkers achter te laten, toen hij opeens een heel fijn stemmetje naast zich hoorde. *Het was de zwarte poes van juffrouw Mulders, die hem had aan gesproken. „Zwarte Piet," miauwde de poes, „mag ik je helpen?" Een beetje minachtend keek Piet naar den gewilligen katerbaas. „Hoe kun jij me nu helpen", mompelde hij. „Dat is nogal eenvoudig," antwoordde de poes. „Ik kan veel gemakkelijker door de schoorsteen kruipen dan jij." Nou dat was ëen idee. „Goed", zei Zwarte Piet, „help me dan maar." En van dit ogenblik af sjouwde de poes overal met Zwarte Piet mee. Je begrijpt echter dat een poes er nooit aan denkt dat hij overal netjes zijn voeten hoort te vegen. De mensen waar hij kwam waren dan ook allemaal verschrikkelijk boos. „Wat gek", zeiden die des morgens aan de schoorsteen, „het lijkt wel of Zwarte Piet kattepoten heeft gekregen." Twee dagen ging het goed en de poes deed uitstekend zijn best. Maar toen gaf Zwarte Piet hem op een keer een grote leverworst mee om die beneden ergens in een schoen te leggen. Je weet natuurlijk al wat er gebeurde. De poes nam de leverworst mee en keer de niet meer terug. Het stoute dier had de verleiding niet meer kunnen weerstaan en had zelf de worst opgegeten. Zwarte Piet was er de Piet niet naar oin dat erbij te laten zitten. Toen hij zijn vrijen middag had ging hij terstond op zoek waan de poes woonde. En zo kwam hij terechlj bij een oude juffrouw, die een japon aam had die vol zat met de afdrukken van; zwarte kattenpootjes. Ziezo grinnikte Piet, die is erbij. En ja hoor, de poes was al van schrllsj de tuin ingevlogen en had een veilig plek* je opgezocht in een van de dunne boorm Pjes. Maar toen Piet aan de juffrouw verteld had wat de poes op zijn geweten had vond ze het een schandaal. Samen met Piet ging ze den tuin in om de poes te pak* ken. De juffrouw kon niet klimmen, maai? Zwarte Piet wel en het eind van het liedje was dat de Zwarte Poes mee moest in de zak. Toen Sinterklaas van het geval hoorde was hij erg blij. Dat komt goed uit, zei hij, we kunnen in Spanje best een poes gebrui ken. En zo kwam het dat er verleden Jaar niet alleen kindertjes mee naar Spanje werden genomen, maar ook de zwarte on deugende poes. Het is echter heel goed mogelijk dat Sint Nicolaas hem dit jaar mee terug zal brengen. Jullie weten het misschien nog niet, maar Sint Nicolaas heeft zijn hele leven lang een verschrikkelijke hekel gehad aan prikkeldraad. Als je er even bij nadenkt is dat gemak kelijk te verklaren. In December, als Sint Nicolaas op reis gaat kan het weer buiten soms heel erg spoken. Je weet ook dat Sint Nicolaas al tijd een lange wapperende mantel draagt. Nu moet je weten dat die mantel iede- ren keer als Sint Nicolaas in Spanje te rugkeert vol met gaten en scheuren zit. Dat komt door het prikkeldraad dat ze in Nederland overal gespannen hebben. Meermalen reeds heeft Sint Nicolaas er over nagedacht om nooit meer wat te brengen in die huisgezinnen, waar ze hun tuintje of grond met prikkeldraad hebben afgezet. Zwarte Piet maakte er hem echter op merkzaam op dat met die maatregel alleen de kindertjes getroffen worden. Nou die kunnen er natuurlijk niets aan doen dat er overal prikkeldraad gespannen is. „Sint Nicolaas", zei Zwarte Piet, „in de meeste gevallen is dat prikkeldraad langs de tuinen gespannen omdat de kinderen anders op verboden grond komen." „Nou, dan weet ik het goed gemaakt", zei Sint Nicolaas. „Voortaan zal ik nooit meer wat brengen aan de kinderen, die gedurende het laatste jaar op verboden grond gelopen hebben. Op die manier zal het niet meer nodig zijn dat er prikkel draad komt en dan kan ik rustig met mijn waaiende mantel door Nederland rijden." Dus nu weten jullie het: je mag nooit meer op verboden grond lopen, anders gaat Sint Nicolaas je op 6 December dood gewoon voorbij."

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1935 | | pagina 24