Arrondissements-RechtbssL
RUISENDE
•PEUGD
GRATIS
SCHAGER
COURANT
Ntt
te Alkmaar.
EEN BRUG OVER HET NEANDERTAL.
MEERVOUDIGE STRAFKAMER.
Zitting van Dinsdag 3 December.
Enkhuizen.
DE TIMMERMAN EN DE BAKKER IN CONFLICT.
Een Enkhuizer timmerman, met name Jac. H., die
voor de variatie ook auto reed, had volgens de
schriftgeleerden op 13 April in de Paulus Potter
straat .alwaar hij woont, een aanrijding veroor
zaakt met een dergelijk vehikel, bestuurd door
bakker H. Nauta, bakkers die zoowat overal zijn
verspreid, ook in Alkmaar.
De timmerman legde voor den Kantonrechter te
Hoorn het loodje en werd aldaar veroordeeld, doch
hij nam met dit vopnis geen genoegen, hij kwam
in hooger beroep en deed heden reusachtig goed
zijn woordje, 'n advocaat van 1000 pop zou het hem
waarlijk niet verbeterd hebben. Het was echter een
feit, dat ook de bakker niet aan stotteren souf-
freerde, en zijnerzijds niets verzuimde de collissie
voor hem zoo gunstig mogelijk voor te stellen, te
genover een zoo lastige tegenpartij. Hij verzuimde
dan ook niets om de rijkunst van den timmerman
bij officier en rechters in een dubieus blaadje te
brengen.
Een tweede getuige contra den timmerman, de
studeerende heer H. Hommes, verklaarde echter in
het voordeel voor den bakker, maar de officier bleek
in zoodanige wijze geporteerd te zijn voor den ap
pellant, dat door hem vernietiging van het vonnis
en vrijspraak werd gerequlreerd.
Het was dus ditmaal eens niet „voor den bakker"!
St. Paneras.
EEN DRONKEN VRACHTAUTOBESTUURDER
MAAKT BROKKEN.
De vrachtauto-chauffeur Simon Andries Sm.,
verkeerde op 20 April duchtig onder den invloed,
zoodat niet alleen de geëxpedieerde uien en rooie
kooien links en rechts van den wagen stoven, door
zijn onbehoorlijk rijden, doch de Zuster van het
Leger des Heils, mej. Hollenberg, die behoorlijk
rechts op den Twuijverweg te St. Pancras op haar
rijwiel reed, ook nog van de sokken werd gereden
en, wat wel een wonder mocht heeten, gelukkig
alleen maar schade bekwam aan haar fiets en
kleeren.
De rijks- en gemeentepolitie maakte een eind
aan het schandelijk geros van dezen onverant
woordelijken chauffeur. Er werd eigenlijk getwijfeld
of de man gek oftewel dronken was. Met 'n kop
sterke koffie trachtte hij toen weer zoowat bij zijn
positieven te komen. Uit het onderzoek bleek trou
wens wel, dat de chauffeur zijn alcoholische portie
behoorlijk genoten had. Bovendien was zijn wagen
zeer onoordeelkundig geladen, wat de verspreiding
van de lading op den weg mede verklaarde.
Rijksveldwachter van Beek had duidelijk gecon
stateerd dat Simon rook naar alcohol en wartaal
sprak.
De officier noemde het optreden van dezen
chauffeur ergerlijk en requireerde bevestiging van
het vonnis van den kantonrechter te Alkmaar,
waarbij Sm. was veroordeeld tct f 20 boete of 10
dagen, benevens ontzegging rijbevoegdheid voor
den tijd van 3 maanden. De officier noemde deze
straf feitelijk te licht, doch was niet in de gelegen
heid gesteld, daarin verzwaring voor te stellen.
Oudorp.
STEVEN LIET HET ER NIET BIJ ZITTEN.
De honorabele heer Steven Hendr. V. te Oudorp
en verwoed minnaar van palingstroopen met behulp
van de aalreep, was deswege door den kanton
rechter te Alkmaar veroordeeld, doch in hooger
beroep gekomen, wat wel te denken was, want
Steven hangt bij voorkeur aan de hoogste galg.
Toch had bij bijna zijn kans verkeken, aangezien
zijn twee hooger beroep-zaken reeds behandeld wa
ren, toen hij nog ter elfder ure aan kwam boeme
len. De heeren waren zoo beleefd nog eens opnieuw
te beginnen en hoorden alstoen met belangstelling
de reeds voorheen door hem ontwikkelde bezwaren
aan. Hij ontkende, de lupus in fabula te zijn ge
weest. Bevestiging van beide in eerste instantie
gewezen vonnissen werd gevorderd.
Egmonda. Zee.
DE MAN MET DE ZWARTE WENKBRAUWEN.
De in de strooperswereld niet geheel onbekende
los arbeider Aldert Z. uit Egmond aan Zee, was ver-
^rdesld door den kantonrechter ter zake het los
..ten loopen van honden, benevens een rijwielover-
wreding. Van deze vonnissen was Aldert, die zich
onderscheidt door een paar bijzonder sterk uitko
mende zwarte wenkbrauwen, die bij de behandeling
in eerste instantie een domineerende rol hadden
gespeeld. Aldert had tot dusver steeds ontkend,
doch nam nu een meer soepele houding aan. Beves
tiging van de gewezen vonnissen werd gerequireerd.
Breezand.
DOOR ONOORDEELKUNDIG RIJDEN EEN AAN
RIJDING MET DOODELIJK GEVOLG
VEROORZAAKT.
Een 36-jarig melkhandelaar uit Breezand, Evert
R., was door den kantonrechter te Den Helder ver
oordeeld, omdat hij op 17 Dec. 1934 op den Rijks
weg te Den Helder met de door hem bestuurde
vrachtauto eenige aangespannen rijtuigen links
was voorbij gereden, niettegenstaande van de ande
re zijde eveneens verkeer naderde, waardoor een
aanrijding het gevolg was, waardoor de gemeente
werkman Thoes werd gedood. De melkhandelaar
vermeende geen schuld te hebben en was alsnu in
appèl gekomen en thans, nu dit hooger beroep
werd behandeld, zich de juridische bijstand verze
kerd van een advocaat, mr. A. Hoek uit Schiedam,
welke jurist zijnerzijds 2 getuigen a décharge had
doen dagvaarden.
Na een interview van den verdediger met den
getuige Versluijs, bleek dat de wagens der gemeente
reiniging van Den Helder van achteren wit waren
geschilderd.
De voorman der gem.-reiniging, A. Nicolai, die
zich op dien noodlottigen morgen per fiets op het
rijwielpad bevond, wist niet of de gemeentereini-
gingswagens van lantaarn voorzien waren, wèl wa
ren reflectoren aanwezig. Rocie lantaarns waren
echter besteld, maar op den noodlottigen 17 Dec.
nog niet aanwezig.
De officier wijdde eenige vriendelijke woorden
aan de nagedachtenis van den jammerlijk omgeko
men gemeentewerkman om daarna tot de conclusie
te komen, dat van grove schuld geen sprake was.
De verdachte werd alsnu door den kantonrechter
te Den Helder veroordeeld tot f 100 boete of 60 da
gen, alsmede ontzegging rijbevoegdheid voor den
tijd van 6 maanden. Deze straf achtte de Officier
echter in casu te zwaar en requireerde spreker be
vestiging, doch het opleggen van f50 boete of 25
dagen alléén, dus geen ontzegging rijbevoegdheid.
Mr. Hoek sprak ook een woord van deernis betref
fende het slachtoffer, hield voorts een zeer uitge
breid pleidooi, waarin hij de dagvaarding geweldig
aanviel en tot de conclusie kwam, dat verdachte
zou moeten worden vrijgesproken.
Hierop volgde nog re- en dupliek en werd de
behandeling gesloten.
S t. Pancras.
VALSCHHEID IN EEN CERTIFICAAT VAN HER
KOMST EN GEZONDHEIDSCERTIFICAAT.
De 41-jarige koopman Jan KI. te St. Pancras had
zich in de middagzitting te verantwoorden, betref
fende de tegen hem staande ernstige verdenking,
dat hij in een certificaat van herkomst en ge-
gezondheid, bestemd als vervoerdekking te dienen
van 3 kilogram aardappelen, aan het adres van
Emil Lotsköpf te Cöln in Duitschland Hij zou de
aangegeven „drei kilogram" op dat biljet hebben
veranderd in 20C90 kilo en bovendien nog eenige
andere valschheden hebben gepleegd in andere cij
fers en nummers, op dit certificaat voorkomende.
Dit feit zou zijn gepleegd te Alkmaar op 28 Juli
1934.
Deze verdachte werd als raadsman en verdediger
geassisteerd door mr. P. Langeveld. Hij ontkende de
hem ten laste gelegde valschheden te. hébben ge
pleegd, niet hij, doch een der getuigen, IJsbrand
van Duin, 'n handelaar op Duitschland had in be
doeld certificaat geknoeid, doch vooraf had getracht
den verdachte' te bewegen, andere cijfers op het
certificaat te plaatsen, wat. ten slotte door ver
dachte was geweigerd. Verdachte had toen van IJ.
van Duin afscheid genomen en was naar hij meen
de met de stukken naar St. Pancras gegaan. Het
van valschheid verdachte en nog een ander ver
knoeid certificaat bevonden zich op de zitting.
Verdachte ontkende bij de zending belang te heb
ben gehad, wel had v. Duin er belang bij. Hij
moest echter toegeven, dat hij, als de zaak rond
liep 2/3 van de winst zou genieten. Aan v. Duin
had hij f 1000 uitbetaald, wat de president verbe
terde tot f 1300. De president vermeende dat ver
dachte toch wel degelijk belang had bij deze on
derneming.
Als eerste getuige werd alsnu gehoord de heer N.
van Poeteren, inspecteur van den Plantenziekten-
kundigen dienst te Wageningen, die niet de eed
wenschte af te leggen op grond van bezwaren, ont
leend aan de Godsd-'enst en dus volstond met de
belofte. Deze inspecteur legde verklaringen af, be
treffende de werking van den dienst, speciaal wat
betreft de uitgifte der certificaten. Op elke plaats
waar aardappelen of andere gewassen worden ver
laden, zijn controleurs, totaal 240, aanwezig en deze
zijn belast met de behandeling der consenten en
afgifte der certificaten. De uitgaande wagens wor
den vooraf nagezien.
Het geldelijk nadeel voor den Staat was pl.m. f3
of zoo iets, deelde mijnheer v. Poeteren op de vraag
van verdediger mede.
De 28-jarige koopman Piet Tenzen uit Hem, gem.
Venhuizen, gehoord als 2e getuige, had op verzoek
der firma Kloosterboer 2 monsters aardappelen,
vergezeld van 2 certificaten afgeleverd. Het adres
was Emil Lotsköpf te Cöln. De certificaten waren
afgegeven door een controleur, die het niet noodig
vond de monsters te onderzoeken. Getuige kreeg
opdracht direct met de monsters te gaan met de
auto naar de schuit. In een café had de verdachte
de monsters overgenomen. Hij kwam uit de tele
fooncel en zeide: O, wat ben je laat! Tenzen is on
middellijk vertrokken.
Eindelijk werd géhoord getuige Cornelis Godvliet,
'n hulpcontroleur der Plantenziektenkundigen
dienst, te Wijdenes. Deze heer had 2 certificaten
voor 2 keer 3 Kg. pootaardappelen afgegeven. De
aardappelen had hij niet gekeurd.
De getuige IJ. van Duin was niet present, men
vermoedt, dat hij zich in Duitschland in „Schutz-
haft" bevindt.
Volgens den heer v. Poeteren scheen de firma
Kloosteboer met betrekking tot certificaten niet
onverdeeld gunstig bekend te staan.
Over deze certificaten-geschiedenis ontspon zich
tusschen den inspecteur en den verdachte een nogal
heftige discussie.
In verband met de ontstentenis van getuige Van
Duin, die nog wel 2 jaar afwezig kan blijven, werd
uitstel overwogen, ook de verdachte drong sterk aan
op het verhoor van dezen getuige.
De zitting werd hierop geschorst en begaf het
college zich in raadkamer, teneinde over de netelige
kwestie te beraadslagen.
De verdediger protesteerde, als inspecteur van
Poeteren verlof kreeg, zich te mogen verwijderen,
waarop v. Poeteren weer in de zaal terugkeerde.
Na terugkomst der rechtbank bleek dat de ver
dediging niet af wilde zien van het hooren van
getuige v. Duin en werd de zaak alsnu aangehouden
tot 18 Februari 1936.
Den Helder.
DRIE HELDERSCHE BOEVEN VOOR DE
RECHTERS.
Een drietal veelbelovende leden van de uit
Leeuwarden arkomsti-ge familie T., vertoe
vende te Den Helder en thans gratis logies genie
tende in het huis van bewaring te Alkmaar, ston
den heden terecht in het avonduur wegens verschil
lende diefstallen met of zonder braak, aldaar. Het
waren dan de 22-jarige Albertus, de 30-jarige tuin
der Oeds en de 24-jarige chauffeur Frederik, die
zich in den nacht van 14 op 15 September hadden
schuldig gemaakt te Huisduinen aan diefstal uit
een schuur van den landbouwer G. Kager van 13
konijnen, eigendom van den heer S. Rijk, alsmede
was door hen een automaat opengebroken, toebe-
hoorende aan den sigarenwinkelier K. Blom aan de
Dijkstraat en waren daaruit ontvreemd een aantal
doosjes sigaretten en sigaren.
Verdachten, die de feiten toegaven, werden ver
dedigd door mr. de Groot en mr. v. d. Loos.
De officier beschouwde dit stelletje verdachten
als roovers, die het venten met pantoffels bezigden
om hun slag te kunnen slaan. Vele huissleutels te
Den Helder en omstreken zijn gedurende de pan
toffelcampagne op raadselachtige wijze verdwenen
en werd alzoo tegen deze zwervende woonwagen
nomaden gevorderd: tegen Frederik 5 maanden en
tegen Oeds en Albert 10 maanden gevangenisstraf.
Mr. v. d. Loos Dleitte voor Oeds en Frederik T.
èn verzocht met betrekking tot deze heeren clemen
tie of eventueel een voorw. veroordeeling.
Mr. de Groot opponeerde voor Albertus en con
cludeerde een voorw. straf, subsidiair met de onder
gane straf geheel te verdisconteeren in de straf die
eventueel zou worden opgelegd.
't Zand (Zijpe).
OEDS EN ALBERTUS MOCHTEN NOG EVEN
BLIJVEN.
De heeren Oeds en Albertus T. moesten daarop
npg speciaal rekening en verantwoording afleggen
wegens het stelen van een damestaschje met in
houd, dat zij op 28 Sept. te 't Zand hadden geroofd
van de bejaarde mej. Jonk, die rustig op den
Boschweg wandelde. De beroofde vrouw zette een
keel op als een mager varken en daardoor werd de
aandacht zoo gevestigd op deze straatroovers en
konden zij gearresteerd worden.
Het liep de spuigaten uit, meende de Officier, met
deze schavuiten en requireerde thans tegen ieder
1 jaar en 6 maanden gev.
Mr. v. d. Loos refereerde zich en mr. de Groot
Wie zich vanaf heden
op de
abonneert, ontvangt alle
in de maand December
verschijnende nummers
was van oordeel, dat aan Albertus, zijn prodeaan
feitelijk niets ten laste was te leggen. Oeds had het
taschje uit de handen van de oude dame gerukt en
het aan Albertus gegeven. Mr. de Groot verzocht
vrijspraak. De officier kon niet nalaten verdediger
van repliek te dienen en werd daarop door pleiter,
die ook niet den mond is te stoppen, beantwoord.
Schermerhor n.
ARTIKEL 247 WE TB. VAN STRAFRECHT.
De 50-jarige tuinder Laurens C. te Schermerhorn
had zich op verschillende tijdstippen schuldig ge
maakt aan bovenaangeduid zedendelict. Deze zaak,
waarin mr. Schenkeveld optrad als verdediger, werd
op grond van het zedekwetsende met gesloten deu
ren behandeld.
Hierna sluiting omstreeks half 7.
Bij den bouw van den rijksautoweg op het traject
Keulen—Hussel dorp moet een brug worden gelegd
over het Neandertal. Deze brug zal 550 meter lang
worden en de grootste brug zijn, die in het geheele
rijk in een der autowegen voorkomt. Op afstanden
van 45 meter verrijzen de pijlers uit beton, welke
een gemiddelde hoogie van 21 tot 23 meter en een
breedte van 23 meter zullen bereiken.
Aangezien het Neandertal, als vindplaats van den
schedel va'n"d'én Nean'dertalmensch, ook als natuur
reservaat .bekend is,, vloeiden hieruit bij den bouw
van de enorme brug bijzondere moeilijkheden voort,
daar haar lijnen zich harmonisch moesten aanpas
sen aan het landschap.
Men koos daarom een geheel rechte brug, terwijl
elke pijler onderverdeeld is in vier afzonderlijke pij
lers. met drie openingen in den vorm van een ron
den boog. Deze bouwwijze biedt vooral het voordeel,
dat daardoor het uitzicht in het Neandertal niet
wordt belemmerd. De uitvoering van dit werk is toe
vertrouwd aan den Iveulschen architect Wucher-
pfennig. In samenwerking met de bij den bouw werk
zame ingenieurs en onder leiding van Staats- en'
Opperbouwraad Nadler zal alles in het werk wor
den gesteld, om dit menschenwerk aan te passen
aan de eenvoudige schoonheid van de omgeving in
overeenstemming met den wcnsch van den Führer
om de autowegen harmonisch te doen passen in het
kader van het toekomstige beeld van het Duitsche
landschap.
door
MARGARET PEDDLER.
Feuilleton
46.
Luke schudde met zijn hoofd.
„Nee, beste Jem. Onverschillig of ik het wel of
niet bij het juiste eind heb, we kunnen ons er nu
niet meer mee bemoeien en moeten afwachten. In
ieder geval zijn Wing en Phil nog niet getrouwd,
moet je niet vergeten. „The Grange" moet eerst in
gereedheid gebracht worden, nietwaar?"
„Mn die veranderingen zullen wel niet voor De
cember verricht zijn', antwordde deze. „Vóór dien
tijd moet Timothy nog voor zaken naar Parijs. Een
van zijn stukken wordt in het Fransch vertaald. Zoo
dra hij echter terug komt, trouwen ze in Londen
en dan trekken ze na een lange huwelijksreis
naar „The Grange".
„En hoe lang blijf jij in de stad?" vroeg hij nijdig
„Ongeveer vier maanden. Zeker totdat het huwe
lijk voltrokken is en de noodige schikkingen voor
Piers en Venetia zijn getroffen. Piers zal natuurlijk
op kamers gaan wonen, maar Venetia moet naar een
pension, waar verscheidene meisjes van de muziek
school zijn. Ze is te jong om alleen te wonen."
„In vier maanden kan er heel wat gebeuren",
merkte Luke op. „Ik zal je ontzettend mis=en. Jem."
„Maar daarna woon ik weer zooals gewoonlijk in
Torrenby". lachte ze. „Ik ga voor Budgc het huishou
den op „Langmoor Farm" waarnemen, moet Je we
ten".
,Ga je het huishouden voor Budge waarnemen?"
vroeg hij verwijtend. „Ik had gehoopt dat er nu
eindelijk eens een kansj,® voor mij zou komen om
voor jou te zorgen,"
Een zachte blos steeg haar naar de wangen.
„Guy's kinderen", begon ze aarzelend
„Ja, dat verhaal ken ik nu wel zoetjesaan. Ik heb
het dikwijls genoeg van je gehoord", viel hij-haar
ongeduldig in de rede. ..Je schijnt echter te vergeten,
dat er voor het einde van het jaar nog maar één van
het heele stel voor je over is namelijk Budge. En
je verbeeldt je toch zeker niet. dat hij lang vrijgezel
zal blijven? En dan heeft hii jou niet meer noodig,
Jem. Doch ik zal je altijd noodig hebben. Moet ik maar
steeds naar je blijven verlangen? Vertel het me
eens."
„Als. als Budge trouwt," zei ze zacht .dan kom
ik bij jou, Luke Misschien zal dat echter de eerste
vijf, zes jaar nog niet gebeuren."
„Waarom moeten we nog zes mooie jaren van
ons leven verknoeien? We zijn waarachtig niet zoo
jong meer, beste Jem: dat schijn je te vergeten"
Hij hield even op. „Is het nooit tot je di-orgedron
gen, dat er zulke nuttige merschen als huishoud
ster bestaan? Ze kunnen een zegen des hemels ge
nnemd worden sóms."
„Huishoudster?"
„Ja, een dergelijk nuttig exemplaar kon haar in
trek op „Langmoor Farm" nemen. Jij bent dan dicht
bij Budge in de buurt en kunt iederen dag als je wilt
naar hem gaan kijken."
Jemima antwoordde niet. Ze kon zich nog niet
goed voorstellen, dat er werkelijk eens een dag zou
aanbreken, waarop ze haar plicht ten opzichte van
Guy's kinderen als geëindigd kon beschouwen. Was
l ze inderdaad vrij om iemand anders, om Luke te
denken? Want dat ze nog het noodige te geven had.
dat was duidelijk na Guy's dood tot haar doorge
drongen.
„Ik heb heel, heel lang op je gewacht. Jem", ging
Brodie voort. Het kwam Jemi'na voor alsof zijn ge
duld en trouw van die lange jaren om haar rie
pen smeektpn! En ineens voelde ze dat ze aan
die stem gehoor zou geven.
„Beste Luke", zei ze. „wanneer we een van „die
zegeningen des hemels" voor Budge kunnen vinden,
dan zul je niet langer hoeven te wachten".
Zonder zich er van bewust te zijn dat ze een on
derwerp van gesprek hadden gevormd, liepen Phil
en Terry in de richting van den top van het eiland.
Ze hadden onderweg heel weinig gesproken, doch
op een gegeven oogenblik had ze hem toch gevraagd,
waarom hij er op had aangedrongen dat ze hem zou
vergezellen.
„Het was vrijwel onmogelijk langer te weigeren",
zei ze verwijtend.
„Dat lag ook in mijn bedoeling. Ik wilde dat je
meeging", antwoordde bij
Verder vond hij het niet noodig nog meer los te
laten, maar nu hij bereikt had wat hij bereiken wil
de, was zijn houding opvallend veranderd Niet lan
ger tartend of uitdagend, doch rustig en ernstig. En
als ze hem goed had aangekeken, had ze moeten
merken, dat er een vastberaden trek om zijn mond
lag.
De hut van de „Heilige Hubertus" was nu in het
zicht gekomen en met een blik van angst en ver
driet in haar oogen keek Phil naar de kleine kapel,
die niet ver daarvandaan lag.
Eensklaps stond ze stil. Het leek alsof de teeder
ste en mooiste herinneringen nog om deze kale hut
en bouwvallige kapel hingen herinneringen, wel
ke ze met geweld had willen verjagen en die lie
ten zich thans gelden. De verdrietige maanden van
hopeloos wachten waren als bij tooverslag verdwe
nen en ze dacht aan niets anders dan dien wonder
mooien dag toen Terry haar naar het eiland had
gebracht.
Met een afwerend gebaar, alsof ze dit alles wilde
verdrijven, hief ze haar handen op en kreunde:
„Ik ik kèn'niet verder gaan, Terry. Oh, breng
me terug."
„Nee", zei hij bedaard. „We gaan nog niet terug.
Eerst moeten we de kapel zien."
Hij nam haar zachtjes bij den arm en leidde haar
verder. Bang en aarzelend, doch onweerstaanbaar
aangetrokken door die herinneringen, ging ze ver
der en kort daarop betraden ze de kleine kapel en
stonden precies zooals vroeger voor het eenvoudige
steenen altaar.
„Herinner je je nog hoe we hier den laatsten keer
stonden?" Hij begon weer ie spreken: het was wreed,
oh, onbeschrijflijk wreed. Hij had totaal geen mede
lijden met haar. en het kon hem blijkbaar niet sche
len hoeveel verdriet hij haar aandeed. „Ik durfde je
toen niet te zeggen hoeveel ik van je hield. Maar ik
wist ik wist. dat je ook om mij gaf. We stonden
precies zooals nu voor het altaar, en ik bedacht hoe
wonderbaarlijk het zou wezen, als we den een of an
deren dag als man en vrouw voor een ander al laar
zouden staan. Ik legde dien dag hier een
zekere gelofte af."
Terwijl hij sprak liet een andere herinnering zich
gelden, en in gedachten zag ze Terry's gelaat voor
zich, zooals hij er uit had gezien, terwijl hij naar dat
kleine altaar keek. Ze had zich toen onwillekeurig
afgevraagd waaraan hij dacht. En nu wist ze het!
„Terry". Eindelijk kwamen de woorden haar
weer over de lippen. „Terry, laat me nu toch weg
gaan. Ik kan het niet langer verdragen."
„Nee, je zult hier blijven. Ik heb je opzettelijk hier
heen gebracht zoodat je je alles zou herinneren
de kapel, de hut, en wat die voor ons beteekenden."
Zijn oogen waren nu heel dicht bij de hare en er
lag een sombere gloed in. „Je was zoo bekoorlijk
dien avond zoo bekoorlijk, kleine liefste". Plot
seling veranderde de klank van zijn stem, en deze
was even teeder als een liefkoozing. „Herinner je
het je nog, Phil? Zul je het ooit kunnen vergeten?"
Wordt vervolgd.