Arrondisseients-Rechtbank RUISENDE EUGD De aanstaande Kroningspleslitig- hsden in Siam. te Alkmaar. badwater is afkomstig uit bronnen, die in de zeven tien provincies van het rijk ontspringen. Kostbare in grediënten zijn in het water vermengd. In een sneeuw wit kleed, dat de reinheid van den heerscher moet symboliseeren, betreedt de koning het paviljoen, waar hij plaatsneemt op een witte, marmeren troon. De Hooge Priester overhandigt hem in een gouden bokaal het heilige water; de koning dompelt zijn handen er in en sprenkelt eenige droppels op zijn hoofd. Op dat oogenblik trekt de Hooge Priester aan een zijden koord en uit gouden lotusbloemen vloeit het „hemelsche water" langs het lichaam van den heerscher. Van de muren van het paleis weerklinken de bazuinen van de priesters en donderen de kanon- scholen over de stad. De koning wordt naar de schit terende zaal van het Baichala-paleis geleid, waar hij op de troon zijner vaderen plaats neemt. Deze troon is een bezienswaardigheid op zichzelf. Hij is achthoekig en kunstig besneden uit het hout van een vijgeboom en versierd met kostbare edelge steenten. Onder de geweldige paraplu, het symbool van den heerscher, ontvangt de jonge koning de hul deblijken van vorsten en stamhoofden. Het kroningsfeest bereikt zijn hoogtepunt. De priesters en vooraanstaande mannen van het land vormen een stoet, die zulk een pracht ten toon spreidt, als men nergens elders zal kunnen vinden. Pages brengen op een kussen de teekenen der ko ninklijke waardigheid; de Hooge Priester treedt, gekleed in een schitterend wit gewaad, voor den heerscher en overhandigt hem met een diepe buiging de kroon van den overwinnaar. De koning zet deze zelf op zijn hoofd en heeft daardoor de heerschappij aanvaard over het land van de Witte Olifant. In den avond wordt veel vuurwerk afgestoken, trekken pro cessies zingend en dansend door de straten en is het gejubel van het volk urenlang te hooren binnen de trotsche muren der residentie. VOOR DEN POLITIERECHTER. Zitting van Maandag 9 Dec. 1935. Medemblik. EMOTIONEELE TAFEREELEN UIT DE BEROEMDE PAARDENRENNEN TE MEDEMBLIK. De temperamentvolle bookmaker Wolf S. uit Am sterdam (zijn naam Speelman (Nomen et Omen) doet hij inderdaad alle eer aan) had op de ver maarde apardenraces te Medemblik zijn goklusti gen aard weer niet verloochend en met veel ambitie het sportlievend publiek geanimeerd hun geluk te beproeven. Maar onze puriteinsche wetten laten een dergelijke emotie niet toe en was Wolf, die al zoo'n beetje bekend staat als de traditioneele kool bij de groentenvrouw, door den onbez. veld wachter Barelts gehandicapt en zoo men het noemt, op de bon gezet. Reeds op 18 Nov. sierde de ze zaak de rol doch was tot heden verdaagd, ten einde den verbalisant te hooren. Het paard waarop gewed moest worden, was Glossy Silk en monsieur Speelman bulderde al lustig: 6 tegen 1, zelfs tegen agent Barelts, maar blinde ijver schaadt slechts zooals de goede heer Wolf heden kon constateeren uit zijn veroordeeling tot 1 maand gev. terzake het uitoefenen van het door de wet verboden hazardspel Reeds in 1919 was verdachte ter zake een soortge- ijk misdrijf veroordeeld tot f 75 boete. Den Helder. EEN HELDERSCH FAMILIEHEIBELTJH. Op 18 Nov. verscheen voor den Politierechter mej. Jannetje Cath. J., huisvrouw van den heer Hendr. Kw. te Den Helder, welke dame op 8 Oct. was ver schenen ten huize van haar schoonouders aldaar, kennelijk met het nobele doel de peultjes eens op te scheppen en kreeg de conferentie weldra een zóó onstuimig karakter, dat de schoondochter haar handen niet meer in ruststand kon houden en haar schoonmoeder te lijf ging, haar een blauw oog sloeg en de haren uit trok. Voorts bekwam de schoon mama een blauwe plek op den arm, die ook wel niet door een aangename streeling zal zijn veroorzaakt. Volgens mej. Jannetje, had haar man zijn bloed eigen moeder zoodanig toegetakeld, Deze toelichting gaf zij heden, toen dit familiedrama werd voortbe- handeld voor den Politierechter. Gevorderd werd f 20 boete of 10 dagen. Ze stane hier te liegen! zei de schoondochter overspannen. Vonnis conform eisch. De juffrouw was er niet mee tevreden. Beemster. JAN Z. EN ZIJN DUBBELGANGER. De 20-jarige Joh. Z. te Beemster had op 25 Nov. terecht gestaan wegens het niet voldoen van een vordering van rijksveldwachter Rol om van zijn fiets te stappen, aangezien hij werd betrapt op het plegen van een strafbaar feit, 't rijden zonder licht Verdachte ontkende toen zich ter plaatse te hebben opgehouden en vermeende dat er een persoonsver wisseling met zekeren Kooyman uit Purmerend had plaats gegrepen. De zaak werd alsnu ten genoege van den ver dachte aangehouden, teneinde nu deze heer Kooij- man uit Purmerend te hooren, doch deze heer had inmiddels mededeeling gedaan, dat hij destijds niet in de Beemster was geweest. De delinquent, die nog maar voortdurend op het zelfde chapiter bleef door zagen, werd veroordeeld tot f 20 boete of 10 dagen gev en zal nu zijn bezwaren ook nog eens kunnen ontvouwen voor den kantonrechter, die op den uit slag van den dubbelganger heeft gewacht. Jan zal echter gaarne in hooger beroep gaan. Alkmaar. HIJ HAD TREK IN SPRUITJES, MAAR ZE WORDEN DUUR. Den niet verschenen Theodorus Cornelis H. te Alkmaar werd ten laste gelegd dat hij op 1 Nov. al daar wederrechtelijk zich had toegeëigend een kist met spruitkool, eigendom van den groenten- en fruithandelaar Th. Wester en welke spruitkaol was opgeslagen in diens pakhuis op de Molenbuurt. Het bleek dat Theodorus, die vroeger bij Wester in dienst was geweest, vermoedelijk een sleutel had achter gehouden. Het pakhuis was des morgens altijd los en toen had Wester een jongen op post gezet, die kon rapporteeren, dat verdachte het pak huis binnen was gegaan en er met een kist spruit jes was uitgekomen. De sleutel had hij bij ontdek king thuis in het kolenhok gegooid. De spruitjes- dief werd alsnu bij verstek veroordeeld tot f 30 boete of 15 dagen. Heerhugowaard. GEEN BIJZONDER AANGENAME KWALIFICATIE. De landbouwer A. Blokker te Heerhugowaard werd op 4 Nov. door zijn 19-jarigen dorps- en polderge- noot Meinze de R. uitgescholden voor „rotboer", wat Blokker natuurlijk niet smaakte, reden waarom hij een klacht indiende tegen dit loslippig jongmensch. Volgens M. zou Blokker hem den weg hebben ver sperd en was hij toen kwaad geworden. Opgelegd werd, om Meinze wat beter manieren en meer eer bied voor den ouderdom te leeren, f 10 boete of 5 Berg en. DE EEUWIG DURENDE FAMILIERUZIE. Verscheen onlangs de 59-jarige Elisabeth B., huis vrouw van Jan J. te Bergen woonachtig voor den Politierechter in een mishandelingzaakje te Bergen, thans zagen wij deze dame weer in de rechtszaal op het verdachtenbankje ter zake het feit, dat zij op 6 November haar nichtje J. N. Glorie, gehuwd met den heer J. Frederiks in den winkel van de firma Spruit zou hebben toegevoegd een grof beleedigend woord, dat voor verdere publicatie ongeschikt is. Er bestaat een* voortdurende animositeit tusschen deze tante en deze familieleden. Mej. J. geboren B., de scheldende tante ontkende het woord te hebben gebruikt en had drie getuigen a decharge meege bracht, waarvan het eerst haar dochter werd ge hoord. Aan haar had moeder gezegd, dat niet zij, maar nicht Glorie dat leelijke woord had gebruikt. Mej. M. de Boer, een winkeljuffrouw van de firma beweerde echter bedoeld scheldwoord duidelijk ge hoord te hebben, waarop de dochter zei: Al mot mijn kop er af, dan zeg ik dat het niet waar is. Voorts werd ook mej. Frederiks er door den politie rechter op gewezen, zich tegenover haar tante ook behoolijk te willen gedragen. De oude heer Jongkind, gepensionneerd ploegbaas en echtgenoote van de verdachte, tante Bet, ver klaarde nog dat zijn vrouw reeds 2 jaar lang door haar nicht mej. Frederiks werd geplaagd en gepest. De Officier vorderde in deze tamelijk onsmakelij ke geschiedenis (waarvan het aantrekkelijkste deel de winkeljuffrouw was) tegen Tante Betje f 8 boete of 4 dagen, Vonnis conform eisch. Beemster. EEN TOFFE JONGEN." De 29-jarige landbouwer Nic. Corn. Gr. te Beem ster, had zich in den avond van 8 Nov. doen ken nen als een woesteling op den rijweg. Hij kwam met een onverlichte aangespannen disselwagen wild slin gerend over den Rijper weg aanrijden, gaf geen door MARGARET PEDDLER. Feuilleton PRACHT EN PRAAL IN HET-LAND VAN DE WITTE OLIFANT. In Bangkok worden thans reeds voorbereidingen getroffen voor de kroningsfeesten. Nog is do kleine bruine kroonprins Ananda Mo- liidol een gelukkig kind, dat niet gebukt gaat onder liet gewicht van een gouden troon en van staatsza ken. Nog mag hij spelen met kinderen van zijn leef tijd en kan hij in Zwitserland genieten van de prach tige Europeesche natuur. Binnenkort zal deze vrijheid ten einde zijn en zal de kleine prins naar zijn ver vaderland vertrekken. 'sLands belang eischt, dat de troon van ex-koning Pradjahipok niet langer onbezet blijft. Het is thans noodzakelijk, dat de elfjarige op volger officieel plaats neemt op den heerschersstoel. ANANDA MOHIDOL. In Bangkok, de hoofdstad van het rijk, worden thans reeds voorbereidingen getroffen voor de indruk wekkende kroningplechtigheden. Dit feest zal gevierd worden met een pracht en praal, zooals men zich dit ook alleen kan voorstellen in de sprookjeslanden vah het Verre Oosten. Een oer-oud ceremonieel, dat tot in de kleinste puntjes bepaald is, zal hierbij in acht genomen worden. Angstvallig waken de priesters er voor, dat de heilige gebruiken door geen enkele misstap ontwijd worden. Drie dagen voor het begin van het feest wordt het heilige vuur ontstoken. De Brahmanen verzame len bladeren van bepaalde boomen, die een reinigende en geneeskrachtige uitwerking moeten hebben, doo- pen deze in kannen, die met boter en honing gevuld zijn en voeden daarmee het vuur. Ononderbroken klinken de gezangen en gebeden der Boeddhistische monniken, die de bescherming van den vuurgod voor den koning afsmeeken. Op den vierden dag wordt de waskaars, die het vuur der overwinning symboliseert, uitgedoofd en hiermee wordt aangeduid, dat de tijd der voorberei dingen geëndigd is. Deze kaars wordt onder persoon lijk toezicht van den Hoogen Priester in de tempel van den koning vervaardigd, is anderhalve meter hoog en twaalf kilo zwaar. In het was zijn magische spreuken en teekens gegrafeerd. Deze kaars mag niet met een gewone lucifer aangestoken worden; daarvoor dient het „Heinelsche Vuur", dat door de priesters in de tempel bewaakt wordt. liet eigenlijke kroningsfeest wordt ingeleid met het koninklijke bad. Deze ceremonie vindt in een speciaal voor deze gelegenheid gebouwd paviljoen plaats, dat op verkwistende wijze ingericht is. De grond van de badkamer bestaat uit goud en edelsteenen, de versier selen en de badbenoodigheden vertegenwoordigen een waarde, die de gewone sterveling doet duizelen. Het 50. „Je zult echter niet kunnen verhinderen dat ik na deze dezen onzin tóch met Timothy trouw", riep zo uit. „Zoo, denk je van niet? Veronderstel je soms", hij wachtte even en keek haar recht in de oogen „veronderstel je soms, dat Timothy nog met je zal willen' trouwen nadat je den nacht met mij hebt doorgebracht?" „Ik zal hem vertellen dat je een gemeenen streek uithaalde en „Dat zou hij niet geloovcn, beste kind. Jij, tante Jem en de anderen weten, dat jc uit eigen vrijen wil met me naar buiten trok. Met me uitging, ter wijl je Wing terug verwachtte. Denk je nu werke lijk, dat hij zich het een of ander op de mouw zal laten spelden? En Wing Wing, die diep in zijn hart maar al te zeer weet dat jc hem niet lief hebt." Ze werd doodsbleek, en.het drong tot haar door dat hetgeen hij zei volkomen logisch was. Geenerlei ver klaring zou het feit,dat ze hier met hem bleef over nachten, kunnen recht praten. „Gelukshuisje", die naam leek een bespotting. „Terry, je kunt het niet meenen", zei ze bevend. „Jc hebt je kunt dit alles toch niet als een val strik hebben beraamd?" Hij gaf het met grimmigen trek om de lippen toe. „En toch is het zoo gebeurd. Ik weet dat het af schuwelijk klinkt, maar het is nu eenmaal zoo. Er was geen andere uitweg. Ik heb je gezegd, dat ik je nooit los zou laten. Oh, lieveling, kleine liefste." Voordat ze er op verdacht was, had hij zijn armen reeds om haar heengeslagen en zijn mond op den hare gedrukt. „Ik kan niet zonder je leven. Je be hoort mij toe. Het was de eenige oplossing hier van nacht te blijven. En daarna kunnen we trouwen en gelukkig worden." „Gelukkig!" Met een woest gebaar maakte ze zich uit zijn armen los. „Denk je heusch dat wij na dit feit ooit gelukkig konden worden? En veronderstel je verder ook dat ik hier zal blijven, terwijl er een auto in de garage is waarmee ik naar huis kan ko men? Als jij niet wilt sturen, dan doe ik het. Ik dank God, dat Timothy me auto leerde rijden. Ik kan dus zonder jouw hulp terugkomen." Door haar uitbarsting van woede had hij weer eenige controle over zichzelf gekregen. „Ik vrees dat je niet met den two-seater terug kunt gaan", zei hij kil. „Ik heb er voor gezorgd dat de wagen niet meer werkt. En we zijn uren van een dorpje verwijderd, „waar je wellicht een anderen wagen kon huren." „Heb je hem opzettelijk buiten werking gesteld?" vroeg ze heesch. „Ja. Misschien wil je je van dit feit overtuigen. Daar is de sleutel van de garage." Ze keek met een doffen blik naar den sleutel, welken hij haar toonde. Ze rukte hem dien uit de hand, en rende de kamer uit. Geruimen tijd bleef ze weg. En toen ze terug kwam, lag er een heel andere uitdrukking in haar oogen. Het leek alsof ze nu ten volle begreep verslagen te zijn dat ze zich niet langer tegen hem kon verzetten. Klaarblijkelijk had ze den wagen grondig onder zocht. Haar haar hing in woeste wanorde om haar hoofd heen: er was een vuile plek op haar wang en haar handen zaten vol vet en stof. Ze maakte een pathetischen, kinderlijken indruk, terwijl ze daarop den drempel van het vertrek stond. Terry was met een paar passen bij haar, nam haar in zijn armen, en trok haar naar een stoel bij het haardvuur. „Oh, mijn kleine liefste", klonk het berouwvol. „Vergeef het me. Het hinderde me ontzettend je dit te moeten aandoen, maar er bleef me niets anders over. Ben je er nu van overtuigd, dat er niets met den wagen te beginnen valt?" Ze knikte zwijgend. „En je zult niet niet langer tegenstribbelen?" „Hoe kan ik dat?" Ze verborg haar gezichtje aan zijn schouder en barstte in een woest gesnik los. Hij troostte haar met eindelooze teederheid. Zijn hartstocht werd op den achtergrond gedrongen, en hij was weer even teeder als dien nacht op het eiland, toen hij haar met cou ranten had toegedekt om haar tegen koude te vrij waren. „Liefste, wees niet bang. Je moet toch begrijpen dat ik geen haar van je dierbare hoofdje zal krenken. Ik zou mezelf liever vermoorden dan zooiets te doen. Vergeet echter niet, dat je me als het ware dwóng tot krachtige maatregelen. Ik had al zooveel andere dingen geprobeerd om je Wing te laten opgeven. Ik dacht dat ik dit bereiken kon' door je naar het ei land te brengen. Maar toch hield je vol je belofte na te willen komen. Er was dus niets anders te doeii dan je op de een of andere manier te dwingen." Langzaam bedaarde het gesnik, en ten laatste hief ze haar hoofdje van zijn schouder op. „Ik ben zoo moe, Terry", zei ze zacht. Zijn armen sloten zich vaster om haar heeri. „Dat kan niet anders, liefste. Je moet dadelijk naar bed." Hij bracht haar naar boven, en kort daarop bevond gevolg aan het met behulp van een rooden lan» taarn gegeven stopbevel, door rijksveldwachter Beek en toen Beek hem na een wilde jacht wist te be springen, verzette hij zich duchtig tegen zijn aan houding en beet Beek daarbij in diens duim. Voor al deze buitensporigheden stond Klaas heden terecht, thans zoo mak als een lammetje en met de mededeeling dat hij zich van het gebeurde niets meer kon herinneren. Hij is niet gewend aan alco hol en had dien avond 3 glazen bier gedronken. Maar de veldwachter had een en ander van de vrouw van verdachte vernomen, dat niet heel gun stig klonk. Hij gaat dikwerf met veel geld de deur uit. Natuurlijk werd dit avontuur niet licht geteld en vorderde de Officier tegen dit gevaar van den weg, met een loftuiting aan Beek, den rijksveld wachter voor zijn kranig optreden, 2 maanden ge vangenisstraf. Ter zake het ernstige feit werd opge legd 1 maand gev. Egmond a. Zee. EEN GROOTMONDIGE EGMOND-ZEEëR. De Egmond aan Zeeër arbeider Gerrit v. d. P. Jos.zoon had zich de vrijheid gepermiteerd den jachtopziener Daniël Koele wijn op 29 Oct. in de duinen van jhr. Six uit te schelden voor dief, ploert hongerlijder en nog minder moois. Hij stelde zich aan als een wildeman en dreigde Daan met een hark, omdat hij in den waan verkeerde, dat deze zijn boeltje had vernield. De jachtopziener had te voren nooit iets met Ger rit gehad. Eisch f 15 boete of 10 dagen. Vonnis donform. Krabbendam. 'N BÖERECHANTAGE-PLEGER. De 19-jarige vroeg kaalhoofdige landbouwer Corn. Wagenaar ie Warmenhuizen, siond terecht ter za ke een misdrijf dat men meer in een metropool, dan in een boerekooldorp zou verwachten. Het seiieen dat hij iets was te weten gekomen ten nadeele van zekeren heer Corn. Frans en nu trachtte hij ten opzichte van Frans chantage te plegen, door het schrijven van dreigbrieven en hem te bewegen tot afgifte van f200 en f500 en wel op 29 September en 5 November. De heer Corn. Frans te Warmenhui zen was schijnbaar voor het dreigement gezwicht en had het gevraagde bedrag zoogenaamd in een sigarettendoosje op de aangegeven plaats gedepo neerd, doch het bedrag, of wat er voor in de plaats kwam, kwam niet in het bezit van den afdreiger en zijn compagnon, maar werd door den veldwachter Brandsen weer tijdig teruggenomen. In de brieven werd Frans beschuldigd van on behoorlijke handelingen en met publiciteit be dreigd. Met het daardoor verkregen geld hadden Corn. Wagenaar en zijn vriend naar Amerika wil len gaan om daar een handeltje in prentbriefkaar ten te beginnen. De tweede brief werd gezonden op 3 Nov. en werd alstoen f500 gevorderd. Werden die niet voldaan, dan zou zonder pardon tot de voorgenomen maat regelen worden overgegaan. De heer Frans liet zich niet intimideeren, deed aangifte en inplaats van 500 pop in handen te krij gen, viel Kees zelf in handen van rijksveldwachter Pieter Leegwater, die niet aarzelde dezen landelij- ken afdreiger direct te arresteeren. Van de ten laste gelegde aantijging was absoluut niets waar! Ik had et hoord van n" paar kammeraden, zei lummelachtig de verdachte, die zich in de brieven „particulier detective' had genoemd. De Officier deelde mede, dat de tweede persoon in het spel buiten vervolging was gesteld, omdat diens aandeel zeer gering was, maar des te meer schuld had echter deze verdachte en requireerde de Officier tegen den weinig boetvaardigen zon daar, 'n slungelachtig type, 4 maanden gevangenis straf. Vonnis 3 maanden gev., waarin veroordeel de verklaarde te berusten. Medemblik. 'N ONBETROUWBAAR KOSTKAMERAAD. De 25-jarige timmerman Anton H., gedomicilieerd te Utrecht bad zich te Medemblik van een kosthuis voorzien en nam daar op 23 Nov. zijn kans waar, een armbandhorloge, eigendom van zijn medekost ganger, A. Haring, te ontvreemden. De zwerver werd te dier zake gearresteerd, gedetineerd in het huis van bewaring en stond heden terecht. Gevorderd werd in dit ernstige geval, het beste len van een armen kameraad, 2 maanden gev. Mr. N. v. Leeuwen, remplaceerende Mr. Dr. Brom berg en opponeerde voor dezen prodeaan, waagde het op grond van het blanco strafregister en de treurige omstandigheden waarin het jonge mensch had geleefd, een voorw. straf voor te stellen en een reclasseeringsrapport te verzoeken. De Officier voelde er niet veel voor op door hem ontwikkelde gronden en persisteerde. Hoewel mr. v. Leeuwen de meening van den of ficier respecteerde, wilde verdediger toch zijn ver zoek handhaven. Zulks met het succes, dat de Politierechter bereid bleek een reclasseeringsrapport te gelasten, zoodat de zaak word aangehouden tot 27 Januari 1936. ze zich in dezelfde kamer, waarin ze zich voor het eten had opgeknapt. Een deur welke verbinding had met de aangrenzen de kamer stond wijd open, een deur die dezelfde pa- neelen vertoonde als de muur, en hierdoor was het dan ook dat ze die niet had opgemerkt toen deze ge sloten was. Op den grond stond een spiksplinter nieuwe suit-case van niet te groote afmetingen. Ze keek Terry aan voor een verklaring. „Ja, we hebben aangrenzende slaapkamers. Ik moest die oude juffrouw Dingle wel vertellen dat we er vandoor waren gegaan en getrouwd waren. Ik gaf haar echter te kennen zich te houden alsof ze dat niet wist en je „juffrouw" te noemen. Anders had ze ons natuurlijk nooit in haar huis opgenomen." „En wat is dat?" vroeg Phil, op de tasch wijzend. Terry bloosde. „Oh, daar zijn een paar dingen in, die ik dacht dat je noodig zou hebben. Haarborstels, tandenborstel, etc.", legde hij verlegen uit. „Ik wilde niet dat je je moest behelpen". Phil glimlachte eensklaps. „Oh, Terry, wat ben je toch een groote baby". Zonder antwoord liep hij op de verbindingsdeur toe, sloot die, en draaide den sleutel in het slot om. Daar na ging hij naast haar staan en gaf haar den sleu tel. „Dat is de sleutel van mijn hart, Phil", zei hij schor. .„Anders zou ik je dien niet geven." Hij boog zich voorover, kuste haar, en verliet de kamer. Ze hoorde hem over het portaal loopen, en daarna onderscheidde ze het sluiten van zijn kamer deur. Twintig minuten later, nog geheel gekleed, blies Phil de kaars uit. kroop tusschen de dekens en lag muisstil. Ze kon Terry in de aangrenzende kamer hooren bewegen terwijl hij zich ontkleedde. Even later onderscheidde ze geenerlei geluid meer. Toen volgde het gekraak van een houten bed; daar na stilte. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1935 | | pagina 2