E conomis che Kroniek Italiaansch offensief in het Zuiden voorbereid. Met schoone lei beginnen. Sport. Zaterdag 4 Januari 1936. SCHAGER COURANT. Tweede Blad. No. 9884 Zal 1936 een streep halen door de gunstige conjunctuur- tendenzen 1 De van ouds beroemde en beproefde Akkers Kloosterbalsem als wond-middel. als wrijf-middel, als huid -middel. Dreigende gevaren. Het oude jaar is afgcloopen en, zooals dat gebrui kelijk is, hebben enkele menschen, van wien men verwacht, dat ze een klein beetje meer weten dan de doorsnee-sterveling, de overgang tot het nieuwe gebruikt om ons mede te deelen in welke richting onze maatschappij zich beweegt. En is het niet eigenaardig, dat daarbij niet in de eerste plaats spra ke is van kunsten of wetenschappen, maar van wel stand? Ieder mensch wil het „goed" hebben, hij wil dat de algemeene toestand beter wordt, in de hoop, dat hij zich ook weer meer weelde zal kunnen ver oorloven. Weelde, die hij heeft gekend, maar die hij zich steeds meer heeft geleerd te moeten ontzeggen. De mensch luistert graag naar profeten. In tijden, toen alles groeide en bloeide, toen alles ging als van een leien dakje, waren bet vooral perso nages als Thomasvaer en Pieternel, die zich onledig hielden met wenschen. Tegenwoordig zien we het eigenaardige gebeuren, dat meer en meer staats hoofden en minister-presidenten die rol gaan over nemen. De afgetobde en verarmde volkeren, die hun keren naar vooruitgang, vinden geen bevrediging in goedmoedige scherts, ze willen weten. Weten of er beterschap op til is, of de zon aanstonds weer bo ven de kim zal rijzen om een eind te maken aan den nacht, die over ons maatschappelijk leven hangt. Ze willen weten of er straks weer arbeid en eten zal zijn. En wie kan ons daarover beter inlichten dan de gene. die de teugels van onze staatskaros in handen houdt? Voetje voor voetje vooruit. Minister Colijn heeft, gesproken. Maar het was niet bepaald alles even bemoedigend, wat hij ons wist te vertellen. „Zeer zorgelijk", „hoogst zorge lijk", dat zijn ongeveer de qualificaties, die hij van den toestand vermag te geven en hij schenkt bitter weinig hoop, dat er verandering ten goede zal ko men. „In een tijd van zoo diep aangrijpende en diep ingrijpende crisis als we thans doorleven en nog wel eenigen tijd zullen hebben te ondergaan", zoo spreekt dr. Colijn en niemand zal kunnen zeggen, dat die woorden zeer troostrijk klinken. Degene, die wel eens studie heeft gemaakt van den groei en het levert onzer maatschappij, zal be grijpen, dat de toestand, waarin deze verkeert niet plotseling door het een of ander tnoverachtig middel ten goede kan worder- gewijzigd. Slechts langzaam, voetje voor voetje kunnen we den weg uit het cri- sismoeras begaan. De enorme verliezen, welke onze Nedcrlandsche gemeenschap heeft geleden en waar van er enkele door den minister worden aangehaald, zijn zoo fataal groot, dat er verschillende jaren over zullen moeten verloopen, alvorens deze zijn over wonnen. De uitvoer van onze bodemproducten liep in enkele jaren terug met 400 millioen gulden, die onzer industrieele producten met 500 millioen. Onze groote scheepvaart kan zonder steun de oceanen niet blijven bevaren, van de binnenschipperij is slechts ongeveer 1/3 van het vroegere vervoer over gebleven. Bestrijding der autarkie is een internatio. naai probleem. Uit een en ander blijkt overduidelijk, waar de schoen wringt: 't is de teruggang van 't internatio naal verkeer, waaraan alles in de eerste plaats moet worden toegeschreven. En dit is helaas een oorzaak, die geen regeering op eigen houtje vermag weg te nemen. Het doet er weinig toe of men Colijn, Albarda of Mussert heet: zoolang andere naties zich blijven afzonderen of isoleeren, kan geen Nederlander een wijziging ten goede doorvoeren. Voorloopig zullen we de nieuw ontstane toestand, die er een is van toegenomen armoede, dienen te dragen. Dat ver- eischt kracht en daartoe is het, dat onze staats man opwekt. We begonnen dit artikeltje met het feit te con- stateeren, dat in deze tijden ons volk wel eens iets wil hooren van degenen, die een klein weinigje meer weten dan de meesten. Afgaande op datgene, wat we boven omtrent de rede van dr. Colijn vermeld den, zal menigeen wellicht de gedachte in zich voe len rijzen, dat onze minister-president niet bij mach te is veel licht te verspreiden, ten minste voor. wat betreft het aangeven van succesvolle bestrijdings- methoden van de crisis, waarin we verkeeren. Zoo is het inderdaad ook, op den titel van wonderdokter schijnt hij geen aanspraak te willen maken. Maar zijn het niet dikwijls juist de geneesheeren, die voor knap doorgaan, die ons komen vertellen, dat hun macht zich beperkt tot het leiden van de na tuur, zonder dat ze die laatste naar hun hand kun nen zetten? Wat bedreigt ons? Toch loopt door de rede een pessimistische lijn. Niet zoozeer. Wijl hij vermoedt, dat het Nederland- sche volk niet bij machte zal blijken te zijn de cri sis verder te doorstaan, maar meer omdat hij schijnt te vreezen, dat zoo iels in het buitenland het geval zal zijn. „Want hoewel onze verhouding tot andere mo gendheden alleszins vriendschappelijk is, hoewel „we vurig begeeren met ieder in vrede te leven, „niemand kan voorzien wat ook voor ons de ge volgen zullen zijn, indien de spanningen van liet „heden eens zouden eindigen in een nieuwe alge- „meene verstoring van den vrede." Dergelijke woorden, geuit door iemand als dr. Co lijn, houden in dat een vredesverstoring niet tot de onmogelijkheden behoort en men krijgt den indruk uit den verderen opzet zijner rede, dat zooiets wel eens nabij kon zijn. Het ligt voor de hand, dat een nieuwe oorlog, die indien het daartoe mocht komen, stellig het gevolg zou zijn van het feit, dat de nood op enkele plaat sen te hoog is gestegen, slechts ten gevolge zou heb ben, dat we nog verder wegzinken in kommer en ellende. Want het zou neerkomen op verdere ver spilling van de weinige rijkdommen, die de menscli- heid nog zijn gebleven. We gaan vooruit! Te meer, waar enkele verschijnselen er vermoede lijk op wijzen, dat we, zij het ook héél, héél langzaam, toch even verder zijn gekomen in de goede richting. Internationaal schijnt het besef door te dringen, dat men met de steeds verder doorgevoerde afzon dering te ver is gegaan. De nieuwe handelsovereen komsten met de Vereenigde Staten en met Duitsch- land laten wat meer ruimte, dan cr tot dusverre be stond. En de ook al weer traditioneele rede, die in Amsterdam werd uitgesproken door den voorzitter van den Kamer van Koophandel aldaar, mocht heel sterk in mineur staan, enkele lichtpunten meende de heer Crone toch waar te kunnen nemen. In Ne- derlandsch-Indië scheen het diepste punt der depres sie te zijn overschreden, in Curagao bleef de toestand bevredigend. Twee dingen, die voorwaar geen klei nigheden mogen worden genoemd! Daarnaast meen de hij ook verbetering te zien in de Engelsche en de Amerikaansche conjuncturen, terwijl voor het eerst sedert het intreden van de crisis van een wer kelijke stijging van dc verhoudingsgetallen voor groothandelsprijzen gewag kon worden gemaakt. Indien er dus nog veel is, wat handen vol werk zal geven aan degenen, die tot besturen zijn geroe pen, ook al ziet het er nog somber uit ten aanzien van de werkloosheid, toch is er veel, wat tot optimis me kan stemmen. Wanneer we de hoop uitspreken, dat deze tendenz tot wederopleving in het pas aangevangen jaar dui delijker tot uitdrukking komt, en dat geen nieuwe wanhoopsdaad in den vorm van eenigen oorlog een streep door alle veranderingen ten goede mag halen, dan is dit een wensch, die stellig door zeer velen zal worden gedeeld. Ingezonden stukken. Schagen, 2 Jan. 1936. Geachte Redactie, Naar aanleiding van het ingezonden artikel van de heer P. Wildeboer, opgenomen in Uw blad van 30 December 1935, verzoek ik U zo goed te zijn, het volgende antwoord te willen opnemen. Het doet mij genoegen dat het verslag van mijn lezing de aandacht heeft getrokken van de heer W. Eveneens doet het mij plezier dat dit verslag de grote belangstelling heeft gehad van de heer W. en daarom acht ik het dubbel jammer dat de heer W. gemeend heeft niet naar Alkmaar te kunnen komen. Waar mijn voordracht voor een ieder toe gankelijk was, zonder enige kosten en waar boven dien de afstand SehoorldamAlkmaar zodanig is dat men een dergelijk traject makkelijk per fiets, ja zelfs te voet kan afleggen, is het mij niet zon der meer duidelijk dat men als werkelijk belang stellende geen gelegenheid kan vinden om te ko men luisteren. De zaken waarin de heer W. met mij van mening denkt te verschillen zijn feiten die ieder kan con- stateeren. Het verslag waarop de heer W. zijn op merkingen baseert kan inderdaad de indruk wek ken dat ik zo gesproken heb als de heer W. ver onderstelt. Indien hij was komen luisteren, had hij kunnen vernemen dat er o.a. bij het debat gespro ken is over de eventueele mogelijkheid om te ge raken tot redelijke pachtverhoudingen. Inzake de loonsverhouding kan ik de heer W. er op attent maken dat de maandelijks verschijnende indexcijfers een ieder laten zien, dat, ten opzichte van de andere bedrijsuitgaven en -inkomsten, de lonen inderdaad nog op een te hoog indexcijfer staan. Ik heb er trouwens duidelijk op gewezen, dat, ondanks deze verhoudingen, de landarbeider karig wordt beloond; aangezien het zo moeilijk is de bedoelde lonen nog meer te verlagen is door mij toen ook gewezen op de tegemoetkoming welke de Regering heeft gegeven door invoering van een loontoeslagregeling. Indien de heer W. zich da moeite had gegeven naar Alkmaar te komen, had mij zich de moeite van zijn artikel kunnen besparen; wat ten slotte de andere zaken aangaat, welke hij meent te moeten aanroeren, deze „houden in dit opzicht geen steek". Met dank voor de verleende plaatsruimte, De Rijkslandbouwconsulent voor Noord-Holland, Ir. G. J. LIENESCH. Verplaatsing van troepen. Abessijnsche tegenmaatregelen. (Van onzen correspondent Stuart Emeny). DESSIE, Donderdag. Na zijn voorbarige veroveringspogingen in de Ogaden-woestijn bereidt Italië een groot offensief voor langs de Zuidelijke valleien van Abessinië. Generaal Grazi- ani, de bevelheb ber der Italiaan- sche troepen in 't Zuiden, is al be gonnen met het verplaatsen van zijn troepen uit Ogaden ter voor bereiding van een opmarsch langs de rivier de Joe- ba, dwars door Sidamo in de rich ting van Addis Abeba. Zijn voor naamste. basis is Loegh, waar een 18.000 man sterke blanke troepen macht, aangevuld met een even ster ke divisie, die per boot uit de Roode Zee is aangeko men, gestat ion- neerd is. Het is niet duidelijk of deze laatste divisie uit Eri- threa dan wel uit Italië afkomstig is. Indien het eerste het geval is, beteekent dat, dat de Italianen van plan zijn, in het Noorden een verdedigingspoli- tiek te blijven volgen en al hun beschikbare troepen te concentreeren op het offensief in het Zuiden. Minstens 30.000 man inheemsche Italiaansche troe pen zijn uit Ogaden in de richting van de Joeba ge zonden en slechts betrekkelijk geringe garnizoenen zijn achtergebleven ter bescherming van de linie Gorahei-Wal-Wal. Deze nieuwe Italiaansclie aanvalsplannen bedrei gen een der rijkste gebieden van Abessinië; een ge bied, dat Italië zeer begeert om de koffie, het platina en het goud, dat het voortbrengt. Er zijn echter ook andere belangrijke redenen voor de verandering der Italiaansclie strategie. De gewich tigste is wel, dat het zuidoosten van Abessinië niet onder de kleine regens heeft te lijden, die het leger van den Duce elders tot werkeloosheid- doemen. In de valleien van het zuiden beginnen de kleine re gens niet eerder dan in het midden van Maart te val len. Bovendien wordt door dc Italianen aangenomen, dat een groot deel der Amharische troepen uit Kaffa, Jimma en Kambala naar liet Noorden zijn gezonden. De Italianen hopen, dat de onderworpen stammen in dit gebied de gelegenheid zullen aangrijpen om te gen liet gezag op te staan. In werkelijkheid staan ook deze onderworpen stammen vijandig tegenover de Italianen. Verschillende dingen wijzen er op, dat de Italianen hun offensief voorbereiden door het bombardeeren en zoöals men hier zegt door het gassen van het leger van Ras Desta, dat tusschen de Dawa en de Joeba ligt. Men verwacht, dat de aanval door drie colonnes zal worden ingeleid; een der colonnes zal door de Dawa-vallei optrekken, een andere zal langs de grens van Kenya oprukken en een derde zal de rechterflank aan de Webbe Sjebeli moeten beschermen tegen eventueele aanvallen van het le ger van Ras Nassiboe in Ogaden. Inmiddels zal het grootste deel van het Abessijn sche leger aan het einde van den heuvelketen, 260 mijl ten zuiden van Addis Abeba, worden gereed ge houden om het Italiaansche leger af te wachten. De Abessijnsche tegenmaatregelen zullen waarschijnlijk Generaal Graziani. blijft ongeëvenaard: Spierpijn want dit is het bijzondere voordeel van Akker's Kloosterbalsera: een verrassend snelle wond-zuiverende en wond-heelende werking zonder litteekens en tegelijkertijd een won dere uitwerking op spieren, weefsels en ge wrichten. Daardoor bijzonder doelmatig bij kneuzingen en dergelijke verwondingen. Als wond-middel onmiddellijk verzachtend, zuiverend en genezend bij oude en nieuwe wonden, zweren, brandblaren, ontvellingen, insecten-beten, uitslag, dauwworm, zonne brand, wintervoeten, winterhanden, schrale huid, springende handen, doorrijden en won de- of doorgeloopen plekken, aambeien, enz. Als wrijf middel ongeëvenaard tegen pijn in spieren en gewrichten, rheumatische aan doeningen, spit in den rug, stijve nek, spier- verrekkingen, stramheid in de ledematen, zadelpijn, verstuikingen, heupjicht, enz. enz. Overal verkrijgbaarDoosje van 10 Gram 35 cent, Potten van: 25 Gram 62'/j cent, 50 Gram f. 1.04 en 100 Gram I 1.82. De groote potten zijn voordeeliger het beproefde huismiddel (êA Brandwonden Spit in den rug Wintervoeten bestaan in het lastig vallen van de Italiaanse*» flank aan de Webbe Sjebeli en een sterke troepen, macht in het Ginir-gebied zal een uitval in zuidelijke richting ondernemen om zoo de Dawa-Oeraga-colon- nes af te snijden. De Abessijnsche legerleiding schijnt weinig veront rust door de nieuwe Italiaansche plannen. De keizer is er zeker van, dat de regen hein te hulp zal ko men, voordat het aanvallende leger overwinningen, van eenige beteekenis kan behalen. Men is er hier van overtuigd, dat de blanke troepen aan de Joeba door malaria worden geteisterd. De Italianen zetten inmiddels hun voorbereidingen voort. Een brug is over de Dawa geslagen, ten zuiden van Dolo, op slechts enkele mijlen van de grens van Kenya. De Italianen zouden bezig zijn, een tijdelijkeu spoorweg aan te leggen van de Italiaansche linie in Adele, ten noorden van Mogadiscio, door Wejit naar de basis in Loegh. (Auteursrecht N$ws Chronicle-A.N.P.) Als het weer zich tenminste een beetje behoorlijk wil houden, kunnen we a.s. Zondag weer een flink eind opschieten. Hetgeen hard noodig is. 2 A. De groote match is hier E.D.O.Vriendenschaar, waarbij het er om gaan zal wie voorloopig als de kansrijkste mag worden aangemerkt. Veel verschil zal er niet zijn ;als het geen gelijk spel mag wezen* houden we het op een kleine zege voor de thuiscluU In de schaduw van het gebeuren te Haarlem wordt Zeeburgia—D.O.S. gespeeld. Z. heeft weer een goede kans gekregen, vooral na haar overwinning op 't Gooi van vorige week (per abuis vermeldden we den uitslag foutief). Maar D.O.S. kan 't ook nog heel ver brengen en staat er niet minder fraai voor dan Z« Het terreinvoordeel zal hier o.i. den doorslag geven. Alcmaria zal 't niet van A.F.C. in. Amsterdam kun nen winnen. Evenmin als U.V.V. van 't Gooi. Kin- heim zal het tegen het gewaarschuwde Bloemendaal niet verder kunnen brengen dan een gelijk spel. 2 B. West Frisia staat wel keurig op de tweede plaats, maar moet o.i. een heele beste beurt maken om in Hilversum van de ver. van dien naam te winnen. Een gelijk spelletje ligt hier in de lijn der verwach tingen. Velox—W.F.C. gaat tusschen de nummers één en drie. V. zal wel aan het langste eind trekken. Nu de verschillende clubs elkaar zoo weinig in kracht blijken te ontloopen, spreekt het haast vanzelf dat aan alle wedstrijden een bijzonder belang kleeft. Een club die middenin staat, hoeft zich maar een paar keer te vergaloppeeren en zij draagt de roode lantaarn. En voor zoover in 3 A van een kopgroep gesproken mag worden is de grens hiervan zoo vaag dat de leidende ploegen zich geen enkel verliespunt kunnen veroorloven zonder achterop te geraken. On- dertusschen vergemakkelijkt een en ander de voor spelbaarheid niet.. De Volewijckers zullen nu vermoedelijk eens laten zien, dat ze ondanks hun lagen stand kampioenscan- didaat zijn door Zaandijk te slaan. De V,-spelers zul len dan echter enthousiasme aan hun fraai spel moe ten paren. Z. leeft misschien iets boven haar stand. Het elftal rust óp een kranige verdediging en een uitstekenden spil, maar vóór is het heel matigjes. Alkmaarsche Boys Succes gaat om de bezetting van de laatste plaats. Op gezag, vooral van onzen Helderschen corr., die beide ploegen tweemaal *ag, meenen we A. B. de beste kansen te moeten geven. Terreinnadeel telt bij Succes niet mee. Veel zekerheid hebben we evenwel niet. De beslissing zal afhangen van den vorm, die beide ploegen Zondagmiddag we ten te demonstreeren. Een kleine A.B. zege is echtec het meest voor de hand liggend. K.V.V.Beverwijk wordt ten naaste bij gelijk. H.R.C. zal goed doen Ptirmersteijn te kloppen. Wc rekenen daar vast op. HollandiaHelder is van groot belang voor beide clubs, die ongeveer gelijke kansen hebben. Ter aan vulling dient opgemerkt, dat HollandiaK.V.V. Zon dag toch doorgegaan is (uitslag 3—1 voor Hollandia) We hebben zoo'n idee, dat Helder van geluk mag spreken als ze een gelijk spel weet te bevechten. 4A We nemen het niet op onze verantwoording om Texel een overwinning in het vooruitzicht te stellen in Bovenkarspel, waar zij het geduchte Strandvogels gaat bezoeken. Niet alleen dat de S ploeg vooral thuis lang geen katje is om zonder handschoenen aan te pakken, maar de resultaten van de eilanders zijn zoo magertjes tegenwoordig, dat we niet moeten opkij ken als ze de een of andere keer de strop "omkrijgen door hun onproductief spel. N. NiedorpD T.S. en B.K C.Schagen zijn twee ontmoetingen die van geenerlei beteekenis meer kunnen worden geacht voor de eerste plaats. Maar het verlangen, na Texel en Alkmaar de derde plaats in. te nemen, en de oude rivaliteit tusschen de vier genoemde clubs verleenen toch wel zooveel kleur aan de matches dat een belangstellend volgen van de ver dere verwikkelingen niet misplaatst is. In beide wedstrijden ligt o.i. een gelijk spel voor de hand. N.H.V.B. Do uitgeschreven wedstrijden zijn al verscheidene malen vastgesteld geweest. Bij vorige gelegenheden hebben we ze dan ook al aan een beschouwing on derworpen. We mogen dus wel op Uw herinnering vertrouwen. Aangestipt dient o.i. alleen dat Al km. Boys 2—K.V.V. 3 van zeer groot gewicht is in 1 A. daar spant het nog. In 1D echter is weinig meer te koop. De Jos. Maria in het dok. Inspectie van de schade in den laten avond. Het motorvrachlschip „Jos. Maria", dat van het Egmondsche strand, waar het ongeveer een maand heeft vastgezeten is vlot gebracht, heeft de sleepreis naar Amsterdam met goed gevolg volbracht. Getrokken door twee sleepbooten van de Amster- damsche firma J. Roelofs, passeerde het schip Don derdagavond om kwart over acht de Hcmbrug, op weg naar de Amsterdamsche Droogdok-Mij., waar on der leiding van een der'directeuren, den heer P. R. Fenenga dok II het Koninginnedok was gereed gemaakt om de „patiënt" te ontvangen. Onder het licht der schijnwerpers is de „Jos. Maria" het dok' binnengevaren en nadat het schip was vastgezet, werd met het omhoogbrengen van het dok een aan vang gemaakt. In den laten avond was men met dit werk gereed en kon een onderzoek naar de schade van het schip worden ingesteld.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1936 | | pagina 5