Lees maar: Wij slaan elke concurrentie e_e Wy bewer_eji tuej_[ Wy bjnvjjzejü Tapijt- en IVIeubelhandel Brieven over Engeland* Woensdag 18 Maart 1936. SCHAGER COURANT. Derde blad. No. 9937 Tevens vestigen wij uw aandacht op onze Reparatie-Inrichting van Meubelen en Kapok-bedden of Matrassen. Alle vloerzeilen worden tijdens het seizoen gratis gelegd! Laagzijde B 32 Schagen Tel. 87 De schaduwzijde van het beroemd zijn. en aanval gereed SLAAPKAMER-AMEUBLEMENTEN, compleet, prima schilderwerk I 28.50, f 32.50, 1 48.50 Prima Eiken, compleet, vanaf f 55.00f 88.50 4 STOELEN, 2 FAUTEUILS, met leer gestoffeerd 117.50 4 STOELEN, 2 FAUTEUILS, losse zitting, met veeren, prima moquet f 24.50 EIKEN DRESSOIRS f 13.50—115.50, enz. SCHUIFTAFELS f 8.75 KEUKENTAFELS met leerdoek bekleed f 6.50 LEDIKANTEN, 2-persoons, vanaf f 4.75 SPIRAALMATRASSEN, 2-persoons, vanaf f 5.25 1-persoons vanaf f 3.75 Prima KAPOKMATRASSEN, vanaf 118.50, 24.50, 31.00, 35.00 Prima WOLVLOKMATRASSEN f 12.50—f 14.50 Verder een uitgebreide sorteering: KARPETTEN, 12-els, vanaf f 5.75, 9.75, 12.50, 14.50, 19.50 16-els 12.50, 14.50, 19.50, 24.50, 28.50 AXMINSTER KARPETTEN, vanaf f 17.50—f 48.50 GEKLEURDE MATTEN, per el 15 ct., 24 et-, 35 ct. COCOSLOOPERS, vanaf 35 ct.—58 ct Onze collectie GORDIJNEN Is enorm. Wij beginnen met ETAMINE, per el vanaf 7%, 15, 18, 24, 35 ct. HANDWEEFSTOFFEN, per el vanaf 24—75 ct PLUCHETTE, per el 68 ct. COCOSMATJES, 40 X 70, per stuk 32 ct. VLOERBEDEKKING, 183 c.M. breed, per el vanaf 33 ct. Kortom te veel om op te noemen. Uw Veeren Bedden maken wij 3-deelig,'s morgens gehaald, 's avonds terug VAKKUNDIGE BEDIENING! ALLES FRANCO HUIS OORTER's Merkwaardige brieven. 14 Maart 1936. Er is ook een schaduwzijde aan beroemd zijn. Laat ik mij haasten met U mee te deelen, dat ik dit zuiver van hooren zeggen heb. Tot nu toe is mijn persoonlijke ondervinding op dit terrein be treurenswaardig dun. De schaduwzijde, die ik op het oog heb, is U zult ze misschien niet eens erg zwart vinden, de hoeveelheid ongevraagde correspondentie, die men als beroemd persoon ontvangt. Natuurlijk kan een beroemd man zich voornemen, eiken morgen zijn geheele correspondentie een enke- le-reiskaartje, per sneldienst, naar de prullemand te geven. Maar m dit geval kan het voorkomen, al is de kans gering, dat hij een werkelijk interes sant schrijven mist. Een mededeeling van den in specteur der belastingen, bijvoorbeeld, dat men des beroemden man's aanslag met een belangrijk be drag verminderd heeft. Nu moet U niet zoo ongeloovig kijken. Ik heb het zelf al twee maal achter elkaar beleefd, en nu hen ik nog niet eens een beroemd man. Misschien tengevolge daarvan was het bedrag, helaas, ook eenigszins aan de onbelangrijke zijde. U hebt natuurlijk allen gehoord van den Ameri- kaanschen schrijver Sinclair Lewis. Hoogstwaar schijnlijk heeft U een of meer van zijn boeken ge lezen. Babbit, Martin Arrowsmith, Mainstreet, Elmer Gantrv, Dodsworther zijn er zoo veel. Eenigen tijd geleden ontving Mr. Lewis den vol genden brief. Hij bleek afkomstig te zijn van een advocaat ergens in het Westen van Amerika, een man, dien Lewis nooit gezien, en van wien hij nooit gehoord had: Beste Lewis, Ik heb een stuk of wat van Je boeken gelezen, en zou je graag wat willen vragen. Stuur me alsjeblieft een lijst van al je werken, je hand- teekening, je portret, en een levensbeschrijving. Hoeveel kinderen heb je, en hoe heeten ze? J. J. JONES. Nu zou men verwachten, dat Mr. Lewis heel een voudig niet op dit schrijven geantwoord had. Maai' dat is mis. Hij schreef, heel familiaar, als volgt: Beste Jaap, Dat was een heel aardige brief van je. Ik heb er maar één opmerking tegen: hij was zoo echt stijf deftig. Het is waar, dat we mekaar nooit gezien of gesproken hebben, en ik heb het idee, dat het ook wel nooit gebeuren zal, maar dit is toch een democratisch land, niet waar? Je vindt het dus wel goed, -hé, dat ik je Jaap noem, en noem jij mij dan maar Dikkie, of een anderen aar- digen naam. Zeg, Jaap, ik heb op het oogenblik geen enkel kiekie van mezelf, maar ik zal direct uitgaan, jö, om er een te laten maken, Ik ben al begonnen aan een levensbeschrij ving, maar die wordt aardig lang, merk ik, en slecht nog op den koop toe. Hetz al wel een week of wat duren, voor ik hem af heb. Ondertusschen moet ik je zeggen, Jaap, dat ik groote belangstelling voel voor advocaten. Stuur me eens een foto van jezelf, en kiekjes van je huis en kantoor, een lijst van je schulden en van geld, dat je nog moet ontvangen, je gemid deld maandelijksch inkomen, en een lijst van de boeken, die je gelezen hebt sinds 1914, als je tenminste wat gelezen hebt in dien tijd. Laat me ook eens weten, of je wel eens een dranksmokkelaar of een schrijver verdedigd hebt, en zoo ja, waarom. Ik zou graag ook nog andere belangwekkende mededeelingen ontvan gen, om er gebruik van te maken in een van mijn volgende boeken. Hoe schiet je op met je vrouw? Laat me d'at s.v.p. tot in bijzonderheden weten. Je toegenegen SINCLAIR LEWIS. Beroemde mannen ontvangen ook veel uitnoodi- gingen. Gastvrouwen, dames van „netten" stand, en vaak niet al te veel ontwikkeling, probeeren haar partijtjes een zeker „cachet" te geven, door een dichter, schrijver of beeldhouwer als lokaas te ge bruiken. Maar niet altijd luistert de beroemde man naar het lokkend gefluit. Toen de Engelsche schrijver Stephen Leacock door een vereerster werd verzocht het Kerstfeest ten haren huize te willen doorbrengen, antwoordde hij: Zeer geachte Mevrouw, Tot mijn spijt moet ik Uw vriendelijke uitnoodi- ging afslaan. Ik ben er van overtuigd, dat U het goede met mij voor heeft, maar ik vind het toch beter U klaren wijn te schenken. Op mijn leeftijd, en U zult waarschijnlijk wel weten, dat ik al niet zoo heel erg jong meer ben, kan ik, helaas, niet meer mee doen, met het daartoe vcreischte enthousiasme, aan allerlei kinderspelle tjes. In ons land vormen deze nu eenmaal een be langrijk onderdeel van de Kerstviering. Ik ben een vurig bewonderaar van blindemannetje, en zak doekje leggen, maar als 'n stevig uit de kluiten ge wassen knaap, mij, den blindeman, met 'n paar trom melstokken in mijn rug port, en dan nota bene nog verlangt te weten, wie die onbeschaamdheid nou wel uitgehaald zou hebben, borrelen er wraakgevoe lens in me op, die ik met den besten wil ter wereld niet kan onderdrukken. Ik kan ook volstrekt geen geneigdheid voelen om met een haardkleedje om mijn schouders gewikkeld, op handen en voeten, als beer door de kamer te kruipen, vooral niet met Kerstmis, wanneer de EEN OPNAME DIE MAAR ZELDEN GOED GELUKT De ijsbeer in den dierentuin te Chicago nam bij liooge uitzondering eens een voorname houding voor den fotograaf aan. grond van Uw kamer gewoonlijk zeer stoffig is, en bedekt met dennennaaldjes. Zooals U schrijft komt een ongetrouwde tante U helpen het feest op te luisteren. Ik heb niet het ge noegen Uw tante te kennen. Maar ik ben er van overtuigd, dat het haar plan is, gezelschapsspelle tjes te organiseeren. Ik zal haar dan een rivier in Azië moeten noemen, waarvan de eerste letter een Z is. Laat ik U meedeelen, Mevrouw, dat ik die ri vier niet ken. Ik zal daarom Uw tante een pand moeten overhandigen, en om dat pand weer terug te krijgen, haar een zoen moeten geven. Voor dergelijke spelletjes, Mevrouw, ontbreekt mij het aanpassingsvermogen. Wat zal ik U verder nog zeggen? Dat Ik geen belangstelling koester voor den inktlap, die voor mij boven in den Kerstboom hangt? En dat ik voor de Kerstboomkaarsjes, die altijd zoo druipen, en af schuwelijke vlekken maken op een donkerpak, niet meer belangstelling voel dan voor andere kaarsjes? Ik wensch U een prettig Kerstfeest." Ik zal eindigen met de gevaren van beroemd zijn. Wij, gewone menschen, hebben eigenlijk zoo'n ge rust leven. We maken een fout, of een domme op merking, in een gesprek, en niemand schenkt er aandacht aan. We schrijven een brief in een of andere krant, vergaloppeeren ons even, en waar schijnlijk hooren we er nooit iets van. Misschien schrijft een lezer: „Meneer de schrijver heeft zich leelijk vergist, want het is heel anders, dan hij zegt", maar dan is de kwestie daar mee afgedaan. Maar als een beroemd man zoo iets uit durft halen, komt het 's avonds bij de radioberichten, en lacht het heele land. En als hij erg beroemd is, de halve wereld. Burgemeester Waugh, de sympathieke burgerva:j der van Albury, heeft, zooals wij allen weten, een groote buitenlandsche reis gemaakt. Hij heeft, zoo als wij weten, een langdurig bezoek aan ons land gebracht, en, als ik mij niet vergis, daarbij alle pro vincies bezocht. Ten slotte is hij huiswaarts ge keerd, en Als iemand verre reizen doet. Dan kan hij wat verhalen. Burgemeester Waugh is naar Australië terug gekeerd met het vaste vertrouwen aan zijn land- genooten veel te verhalen. Hij wist, dat het men- schelijk geheugen beperkt is, en begon daarom op de boot al vast zijn aanteekeningen uit te werken. Zooals ik lees in een Australisch blad van 12 No vember 1935, besloegen zijn aanteekeningen 100 ge typte vellen. Het Australische blad genoot het voorrecht, reeds van te voren iets te mogen vertellen van de vele dingen, die Burgemeester Waugh over eenigen tijd aan zijn landgenooten over Nederland zal vertellen. Ik hoop, dat het de kennis van de Australiërs over ons land zal vergrooten. Zeker is het, dat wij er ook nog wel iets uit zullen kunnen leeren. Een mijner Australische vrienden stuurt me een couran tenknipsel. Mr. Waugh heeft volgens dit op een ver gadering gezegd: „Een vreemde gewoonte In Nederland is die van den beorepsrouw. Als een rijk man sterft, kan van degenen, die van hem erven, niet verwacht wor den, dat zij verdriet zullen toonen. Daarom worden er „houlibaum" (zoo staat het er precies) gehuurd Voor een belooning van twee guldig vijftig cent kleeden dezen zich in sombere gewaden, en vormen een rouwstoet. Voor een hoogere belooning zullen zij aan het graf gaan huilen, en voor een nog groo- tere belooning zullen zij er een heele vertooning van maken." 6 Laten wij hopen voor Burgemeester Waugh, dat de proefdruk van zijn boek door de handen van een Nederlander gaat, vóór het werk de wereld wordt ingezonden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1936 | | pagina 9