Van Geelen's
Sportberichten uit Den Helder.
N.HV.B.=uitslagen.
Sportbekers Takken,
Kransen - Medailles,
Eerekruisen Insignes
Medaillemagazijn
Wat er omgaat in de
geesten van de Ethi
opische Moslims
5 April.
1 D: Wieringerwaard—Helder 3 9—1; Succes 2—
Watervogels 3—4.
3 F: B.K.C. 2—B.K.C. 3 2—1; Succes 3—Watervo
gels 2 2—3.
4 J: Dirkshorn 1—Wieringerwaard 2 3—2; B.K.C. 4
Callantsoog 2.
OVERZICHT.
Het heeft blijkbaar zijn uitwerking niet gemist dat
we Zaterdag eens een beroep deden op de heeren
Schenk en Hazeloop, die zoo gaarne in het N.H. elf
tal willen komen, om nu eindelijk ook weer eens te
laten zien dat ze een dergelijke opstelling zouden
verdienen. In den proefwedstrijd te Den Helder wa
ren ze resp. goed (Schenk) en voortreffelijk (Haze
loop), maar tegen H.R.C. 4 en ook tegen Watervogels
was het zoo dunnetjes dat het maar goed was dat
er leden van de elftalcommissie op het veld waren.
Blijkens de cijfers was het nu weer in orde en
aan de hand van onze W.W.-berichtgever moeten we
tot de conclusie komen dat het spel inderdaad goed
is geweest.
Hoewel de kernachtige 9—1 zege op Helder 3 heel
mooi is, is toch niet aan te nemen dat Helder 3 nog
van de tweede plaats gedrongen wordt. Of... Helder
3 zou tegen Succes 2 dermate zwak spelen dat zij
verloor, waarbij W. dan nog haar laatste uitwedstrijd
winnen moet.
Succes 2 schijnt intusschen toch aardig te kunnen
spelen. Ze hield Watervogels vrij goed in bedwang,
al wist zij de nederlaag tenslotte toch niet te ont
gaan, (4—3). De stand is:
Watervogels 18 16 1 1 58-28 33
Helder 3 17 11 3 3 43—29 25
Wieringerwaard 17 12 0 5 68—32 24
Atlas 18 5 7 6 27—30 17
Petten 17 7 1 9 31—35 15
H.R.C 4 16 7 0 9 37—39 14
Held. Boys 17 5 4 8 28-40 14
Schoort 18 4 2 12 31—58 10
Succes 2 15 1 2 12 36—47 4
Zooals men ziet moet Succes 2 definitief degrada
tiewedstrijden spelen.
2 F.
Watervogels 2 is kampioen, doordat zij met 3—2
van Succes 3 won. B.K.C. 2 heeft definitief de twee
de plaats in bezit genomen. Watervogels, gefelici
teerd!
Watervogel
s 2 14
12
0
2
69—28
24
B.K.C. 2
14
10
2
2
44—23
22
B.K.C. 3
14
9
2
3
43—26
20
H.R.C. 6
14
8
2
4
40—31
18
Zeemacht 2
14
4
1
9
31—33
9
Succes 3
13
3
0
10
19—39
6
J.V.C. 2
14
3
0
11
14—54
6
H.R.C, 7
13
2
0
11
- 13—49
4
4 J.
Dirkshorn is kampioen geworden door een 32
overwinning op Wieringerwaard 2. Weliswaar een
karig resultaat, vooral om de wijze waarop het be
haald werd.
Dit sluit echter niet uit dat we D. van harte
geluk wenschen. Nu maar hooger op, D.F.C.-ers.
B.K.C. 4 verloor tegen de algemeene verwachting
met 4r—3 van Callantsoog 2.
Dirkshorn 1
Callantsoog 1
DOSKO. 2
Petten 2
Sparta 3
Wieringerwaar
B.K.C. 4
N. Niedorp 3
Callantsoog 2
Dirkshorn 2
Adspiranten.
Hier volgt nog even de eindstand van afd. T.
16
14
1
84-51
29
,.17
12
2
3
7S-50
26
17
12
0
5
68—41
24
17
10
2
5
67-31
22
18
8
3
7
61—45
17
lb
8
0
7
46—43
16
17
6
2
9
3753
14
18
3
2
13
47—80
8
16
2
1
13
15-86
5
15
1
1
13
22r—92
3
levert U direct uit voorraad voor
iedere sport tegen scherp concur-
reerende prijs.
Op graveeren kunt U desverlangd wachten.
Lagezijde B 40 Tel. 26 Schagen.
waar Sparta b vorige week met 4—0 van Succes b
won:
Helder e
10
10
0
0
66-5
20
Sparta b
10
8
0
2
47—17
16
Succes b
10
5
0
5
28-20
10
Helder f
10
4
0
6
17-53
8
Helder g
10
2
0
8
8-62
4
H.R.C, e
10
1
9
12-37
2
ALKMAAR KAMPIOEN!
Een 20 achterstand omgezet ln een
2—4 voorsprong. Gelijk spel de ver
houding. De Texel-keeper verliest de
wedstrijd.
Onder buitengewoon groote belangstelling vond
alhier op het Melder-terrein de beslissingswedstrijd
plaats om het kampioenschap van de vierde klasse
A. Texel werd vergezeld van ruim 350 supporters,
die wel teleurgesteld huiswaarts zullen zijn gekeerd.
De Alkmaar-aanhang was heel wat geringer.
Zooals boven reeds gemeld, won Alkmaar met
42, nadat ze eerst met 20 had achter gestaan. De
rust ging in met een 2—1 voorsprong v. Texel. Had
Texel een betere, minder zenuwachtige keeper ge
had, dan zou de overwinning zeker zijn geweest.
Toch was de verhouding, temeer door eenige onge
lukkige beslissingen van scheidsrechter Buntsma,
zeker een gelijk spel Alkmaar is ook het grootste
deel van den wedstrijd in de minderheid geweest.
We hebben zeer zeker bewondering voor de Alk-
maarsche prestatie, daar ze door hun achterstand
in het geheel niet intmoedigd waren. We aarzelen
dan ook niet, om van deze plaats onze gelukwen-
scjien aan te bieden aan het voormalige Go-Ahead
en onze beste wenschen vergezellen de Alkmaarders
bij den promotie-degradatiewedstrijd, wie ook de
tegenstander mag zijn.
Na den aftrap is de eerste aanval voor Texel.
Een zachte kopbal van den linksbuiten wordt door
den Alkm- keeper gestopt. Weer komt Texel terug
en de Alk.-doelman krijgt een gevaarlijk schot van
den rechtsbuiten te stoppen Even wordt de T.-aan-
val onderbroken door een ver schot op t T.-doel,
maar dan is T. alweer terug. Er ontstaat een hache
lijke situatie voor het A.-doel, de keeper is uitge-
loopen, maar het schot wordt door een van de A.-
backs tot corner gewerkt.
Dan volgt een aanval van Alkmaar, maar de T.-
doelman heeft de bal'te pakken. Hij wordt echter
op hardhandige wijze tegen den grond gewerkt en
de bal wordt corner.
l-O.
Als de corner genomen is, volgt er direct een snelle
aanval op het Alkm-doel. We zien een hevige scrim-
mage voor doel, waaruit de T.-middenvoor Lap ten
slotte doelpunt. Na 20 minuten spelen heeft Texel
een verdiende 10 voorsprong.
Van den aftrap onderneemt Allernaar een run op
't T.-doel, de keeper loopt uit, maar de bal wordt
door een anderen Texelaar weggewerkt. Niemand
zou op dit oogenblik gedacht hebben, dat het uitloo-
pen van den T.-keeper de eilanders de overwinning
zou kosten, want hierna zien we de T.-doelverdedi-
ger, en vaak onnoodig en fout, uitloopen. We geloo-
ven wel, dat dit aan de zenuwen toe te schrijven is.
Herhaaldelijk komt het Alkmaar-doel in gevaar
te verkeeren, maar de keeper is paraat, ook hij een
onverwachte kopbal van den T.-linksbinnen.
2—0.
Na een half uur spelen is het weer Lap, die een
gevaarlijke T.-aanval besluit met een onhoudbaar
schot., 2—0.
Texel speelt nu in de W-formatie met sterk te
ruggetrokken binnenspelers. 't Gevolg is natuurlijk
dat de middenvoor geen steun heeft en daardoor
gaan eenige mooie scorings-kansen verloren. Spoe
dig wordt dit ingezien en de middenlinie stuwt de
voorhoede op.
Alkmaar komt er nu iets beter in en de T.-ach-
terhoede moet handelend optreden.' Schotvaardig
heid is, evenals het plaatsen, bij de kaasstedelingen
nog ver te zoeken.
2—1.
Na ongeveer veertig minuten krijgt Alkmaar op
den rand van het strafschopgebied een vrije schop
te nemen. Een haag van Texel-spelers stelt zich
voor doel op, waardoor de keeper natuurlijk niets
kan zien en met een hard schot weet de A.-midden-
voor Kuis den achterstand te verkleinen.
Texel geraakt nu uitgespeeld, maar Alkmaar weet
hiervan niet te profiteeren en de ruststand gaat in
met een zeer verdiende 21 voorsprong voor Texel.
De verhouding rechtvaardigde zeker een grootere
T.-voorsprong.
Tot nu toe had Alkmaar nog niet veel mooi spel
laten zien. In de kleedkamers was de stemming bij
Alkmaar zeer gedrukt, bij Texel rustig, in 't ge
heel niet uitbundig.
De tweede helft. De bordjes worden
verhangen.
De eerste aanval is nu voor Alkmaar. De A-mid
denvoor weet de bal te bemachtigen. Een zuivere
through-pass volgt en nog geen vijf minuten na de
hervatting scoort de linksbinnen Kraanenburg de ge
lijkmaker. De T.-keeper liep pog uit, maar hij dook
finaal over den bal, heen, 2—2.
't Tempo is niet zoo hoog meer en de strijd gaat
eenigen tijd gelijk op, maar komt Alkmaar iets in
de meerderheid. Eenige corner op 't Texel-doel heb
ben echter niet 't gewenschte resultaat.
23.
Na vijftien minuten krijgt de A.-middenvoor Kuis
de bal. Hij aarzelt geen moment en geeft een hard
schot en via den binnenkant van de paal springt de
bal in 't T.-doel.
Met dezen voorsprong heeft Alkmaar wel iets te
veel van het goede. Texel dringt nu op, maar de
Alkmaar-verdediging staat als een rots in de bran
ding. Alle spelers worden teruggeroepen en A. staat
nu met liefst acht man te verdedigen. Hoe Texel ook
werkt, er is geen doorkomen aan. 't Spel wordt wat
rommelig en ruw, vooral Alkmaar begaat nogal eens
een overtreding Dan heeft Texel toch werkelijk
pech, als de scheidsrechter in 't strafschopgebied
een zuiver handsgeval van een der A.-spelers over
't hoofd ziet. De Alkmaar-keeper krijgt 't nu zwaar
te verduren en van een Alkmaar-overwicht is abso
luut geen sprake meer.
Bij eenige A.-aanvallen zien we de Texel-keeper
steeds uit z'n doel loopen. Gelukig voor Texel schiet
de Alkmaar-linksbinnen hard over. Neen, de Texel-
doelman is niet erg klemvast ook.
2—4.
Terwijl Texel in de meerderheid is, is 't Alkmaar
dat haar voorsprong vergroot. Tien minuten voor
tijd scoort de A.-linksbinnen het vierde doelpunt, on
der uitbundig gejuich van de Alkmaarsche suppor
ters. De overwinning kan A. nu niet meer ontgaan.
Texel is uitgespeeld en geeft de moed op en dan
fluit scheidsrechter Buntsma vo.or de laatste, maal.
De Alkmaar-spelers worden op de schouders naar
't kleedlokaal gedragen.
N abeschouwing.
Alkmaar is kampioen geworden, maar op de he
denmiddag behaalde overwinning moet toch niet te
veel vertrouwd worden.
In de tweede helft hebben de spelers laten zien dat
ze wel voetballen kunnen Nu kwam dat nog niet
te laat, maar laten ze er vooral om denken, dat in de
promotie-wedstrijden èn in de eerste èn in de tweede
helft met de uiterste energie gespeeld moet worden.
Uitslagen K.N.V.B.:
Volewijckers 1Helder 1 2—0.
Z.F.C. 3—Helder 2, 1—2.
WIERINGERWAARD I—HELDER III. 9—L
De laatste thuiswedstrijd der roodbroe»
ken eindigt met een groote overwinning.
Zondag werd in het Sportpark den wedstrijd
W.W. I—Helder 3 gespeeld, met als inzet de bezet
ting van de tweede plaats. Dezen strijd is geëindigd
met een volkomen debacle voor het Helder-elftal.
Of de heeren Schenk en Hazeloop den raad hebben
opgevolgd, welke hen in ons blad van Zaterdag werd
gegeven, of dat de veranderde opstelling, welke do
E. C. nu probeerde, z'n vruchten afwierp, we weten
het niet, maar een feit is het, dat de beide spelers de
zen keer een productieven wedstrijd speelden. Do
voorhoede was nu van links naar rechts: Rob, Blaau-
boer, Hazenloop, K. Schenk en v. d. Veen. Het oor
deel van deze opstelling was, dat we nu open aan
vallen kregen, wat met de twee laatste wedstrijden
steeds kort spel was van het middentrio. Linksbuiten
Rob plaatste keer op keer prachtig zuiver voor en de
laatste der goal voor rust welke hij scoorde, was
schitterend.
De wedstrijd.
Om ruim twee uur fluit de scheidsrechter de aan
voerders in den cirkel en het is weer Schenk die de
toss verliest.
Wieringerwaard trapt tegen wind af en de eerste
aanvallen zijn direct voor Helder. Langzamerhand be
gint W.W. zich los te werken en het is na 8 min., dat
Hazeloop een hard schot inzendt, wat afstuit tegen
keeper Gras, de bal komt voor de voeten van K.
Schenk en met een harden schuiver'geeft deze W.W.
de leiding. Helder zet alles op alles, maar de voor»-
hoede was in een onproductieve bui, want enkele
opgelegde scoringskansen werden verknoeid. Keeper
Rezelman verrichtte tevens enkele keurige safe's,
doch kon niet verhinderen, dat uit een corner den
gelijkmaker ontstond (11. Enkele minuten na dit
doelpunt, volgt na een voorzet van Rob opnieuw een
goal van K. Schenk. Na 28 minuten is het Hazeloop,
welke voor een 31 voorsprong zorgde, waaraan hij
enkele minuten daarna weer een doelpunt toevoeg
de (4—1). De wedstrijd was voor het publiek ten volle
het aankijken waard, want de bal ging snel van doel
tot doel. Eenige minuten voor rust scoorde Rob het
door ons vermelde doelpunt.
Na de rust
kregen we een geheel ander spelbeeld dan in de eer
ste periode. Helder gaf zich gewonnen en deed er
heel weinig meer voor. Reeds spoedig joeg Schenk
no. 6 in de touwen, naar o.m. in buitenspelpositie. Het
klopte nu goed met de W. voorhoede en we konden
ons ten volle vereenigen met den supporter welke
de verzuchting slaakte: hadden ze tegen Watervogels
maar zoo gespeeld!
Want Hazeloop, welke tegen Watervogels zoo wei
nig succes had, maakte na een half uur nog twee
prachtige doelpunten (8—1); 2 minuten voor het ein
de maakten ze er 9—1 van.
Hazeloopmaakte het tiental tenslotte nog vol,
maar de speeltijd was verstreken en het doelpunt
werd geannuleerd.
Het was zeer jammer, dat Helder niet meer tegen
stand geboden heeft. Al is een kans op de bovenste
plaats ook verkeken, dan mag dit toch geen motief
zijn, om in een wedstrijd niet het uiterste te geven.
Het tweede elftal keerde met een 32 nederlaag
uit Dirkshorn terug. Volgens de spelers hadden ze
niet behoeven te verliezen, maar voor Dirkshorn I
waren de punten voldoende, om de kampioensvlag te
kunnen hijschen. Onze gelukwenschen.
Weer terug naar Diredawa
ONTMOETING MET DEN AFGE-
VAARDIGDE VAN DE EGYPTI-
SCHE „ROODE HALVE MAAN."
Harrar. In Maart.
NA mijn terugkeer van mijn weldra afgebro
ken tocht in zuidelijke, richting regende het
telkens overdag en 's nachts bijna doorloo
pend. Herhaaldelijk hoorde ik weder uit de verte
het wilde geweld van een „stroomende" rivier. Over
dag trok ik nog wel eens naar de stad. Daar im
mers was ik zeker hij het losbreken van zoo'n zond-
vloedregen steeds een schuilplaats te vinden. Het
leven te Harrar wekte in het bijzonder mijn belang
stelling, omdat Harrar is een overwegend Mohame-
daansche stad. Van Italiaansche zijde wordt het
steeds voorgesteld, alsof er in Ethiopië tusschen de
Koptische Christenen en de Mohamedanen een ge
spannen verhouding, een soort godsdienststrijd
heerscht. Te Harrar heb ik daarvan evenwel niets
bemerkt en evenmin elders. De mededeelingen over
godsdienstige twisten in Ethiopië kan men gerust
rangschikken onder de rubriek „propaganda-berich-
ten". Deze indruk werd bevestigd door een ontmoe
ting met een der invloedrijkste Mohamedaansche
persoonlijkheden uit Egypte, namelijk dr. Abdul
Hamid Saicj, die als afgevaardigde van de Egypti
sche „Roode Halve Maan" (in de Mohamedaansche
landen heeft men niet het „Roode Kruis", doch de
„Roode Halve Maan"), een tocht maakte om de
Egyptische ambulances in Ethiopië te inspecteeren
en een onderzoek in te stellen naar de bombarde
menten, waarvan die ambulances de slachtoffers
waren. Dr. Abdul Hamid Said was tot de conclusie
gekomen, dat er bij deze bombardementen uit de
lucht geen sprake kon zijn van een vergissing en
dat er wel degelijk van de zijde der Italianen opzet
in het spel was. Gewoonlijk verkenden de Italianen
eerst uit geringe hoogte de ambulances, zoodat ze
ongetwijfeld de Roode-Kruis-teekens en de Roode-
Halve-Maan-teekens moesten zien en eerst daarna
begonnen ze met bommen te werpen. Deze meening
van dr. Abdul Hamid Said komt geheel overeen met
de resultaten van het onderzoek naar de bombarde
menten van de Zweedsche, Engelsche en Amerikaan-
sche ambulances.
Gedurende zijn herhaald verblijf in Ethiopië be
paalt dr. Abdul Hamid Said zich niet slechts tot zijn
werkzaamheden in het belang van de Egyptische
Roode Halve Maan. Deze voorname Egyptenaar is
een overtuigd, maar tevens verlicht Muzelman en
algemeen voorzitter van de Internationale Mohame
daansche Vereeniging, die over de geheele wereld
afdeelingen en te Cairo haar hoofdbestuur heeft.
Het was niet de eerste keer, dat ik dr. Abdul Ha
mid Said ontmoette. Reeds meerdere malen had ik
hem in Ethiopië gezien en overal, waar hij ver
schijnt komen steeds de hodzja's (Mohamedaansche
voorgangers) en de voornaamste leden der Muzel
man-gemeenten hem begroeten en meestal worden
dan, zooals ik reeds eenige malen opmerkte, lang
durige besprekingen gehoud. Zoo kan dr. Abdul Ha
mid 'Said op de hoogte zijn van wat er omgaat in
de geesten van de Ethiopische ftioslims.
En hierover had ik met hem een zeer langdurig
onderhoud. Toen ik hem de vraag stelde, hoe de Mo
hamedaansche Ethiopiërs staan tegenover hun
Christelijke landgenooten en tegenover den oorlog,
antwoordde dr. Abdul Hamid Said zonder noodig te
hebben eerst te overleggen: „De Moslims van
Ethiopië staan met lichaam en ziel aan de zijde van
hun Christelijke landgenooten en aan die van den
negus negèsti. En hierbij kunnen zij rekenen op de
sympathie van alle echte Mohamedanen in de ge
heele wereld. Nimmer zullen de Muzelmannen ver
geten wat de Italianen uit onbeschaving en wreed
heid deden in het door hen veroverde Lybië".
Dit antwoord verbaasde me allerminst. Ik heb
Lybië bereisd en weet hoe de verhouding daar is tus
schen de Italianen en de oorspronkelijke bevolking.
Duizenden Lybiërs zijn hun land ontvlucht, om te
ontkomen aan de Italiaansche overheersching en de
ze vluchtelingen, allen Mohamedanen, hebben zich
verspreid over vele landen, voornamelijk in Egypte
en overal hebben zij onder hun geloofsgenooten een
krachtige anti-Italiaansche campagne gevoerd. Een
kleine vijf jaar geleden nog heb ik het in Syrië
bijgewoond, dat de Fransche troepen de Italiaan
sche consulaten moesten beschermen tegen opge
wonden Arabieren, die alle Italianen met den dood
bedreigden, ook al naar aanleiding van het optre
den der Italianen in Lybië.
De Italiaansche bezetting in Lybië bestond, in den
tijd, dat ik dit land bereisde, nu bijna drie jaar
geleden, voornamelijk uit troepen afkomstig uit
troepen afkomstig uit Erythrea, bet deel van Ethio
pië, dat Italië reeds meer dan een halve eeuw in be
zit heeft. Deze Erythreërs, echt Ethiopiërs naar taal,
godsdienst en ras, hebben de Italianen naar Ethio
pië gezonden om hun eigen broeders te bestrijden.
Dat daarvan niet al te veel terecht kon komen, kan
een klein kind begrijpen. Bij duizenden zijn deze
mannen met pak en zak gedeserteerd. De negus
negèsti wilde deze menschen niet in het vuur zen
den tegen de Italianen, daar zij, indien zij gevan
gen genomen en herkend werden, onherroepelijk
terecht gesteld worden. Tallooze Erythreërs hebben
echter zoo lang aangedrongen, dat zij thans inge
deeld zijn bij de Ethiopische krijgsmacht. Zij be-
hooren thans tot de beste Ehiopische krijgslieden,
daar zij door bun militaire opvoeding bij de Ita
lianen ook de behandeling der meest moderne oor
logswerktuigen kennen.
Thans hebben de Italianen volgens hun eigen be
richten een Lybische divisie vah Arabieren gevormd
en ook dit zet me in stomme verbazing. Een haat
als die der Lybische Arabieren tegen de Italianen
bestaat nergens ter wereld tegen eenige koloniale
mogendheid. Ikzelf heb van deze Lybische Arabie
ren gedurende mijn reis door dat land nimmer an
ders dan vriendelijkheid en gastvrijheid ondervon
den, doch slechts nadat de menschen begrepen, dat
wij, mijn reismakker en ik, geen Italianen waren.
Wat de Italianen van hun Arabische divisie uit
Lybië in Ethiopië verwachten is me daarom ook
een ondoorgrondelijk raadsel.
De Egyptische dr. Abdul Hamid Said, van wien
hierboven sprake is, vertelde me nog (doch dit blijft
natuurlijk geheel voor zijne rekening, daar ik het
niet kan controleeren), dat de Italianen met geweld
vijfhonderd jonge Arabische vrouwen uit Lybië
hebben weggevoerd voor hun soldaten, die in
Ethiopië vechten. Dr. Abdul Hamid Said voegde
er nog aan toe: „Wij zullen nu een beroep doen op
alle Mohamedanen der wereld om Ethiopië te hel
pen in zijn strijd tegen de Italianen, die steeds alle
landen, waar ze meester waren, hebben ten gronde
gericht en verwoest."
Het is deze Egyptische Mohamedaan, een man
van zeer veel invloed in eigen land, die zijn gloeien*-
den haat tegen alles wat Italiaansch is, in Ethio
pië onder zijn geloofsgenooten een soort kruistocht
tegen de Italianen predikt. Maar door zijn positie
van algemeen voorzitter der Internationale Moha
medaansche Vereeniging strekt zijn invloed nog
veel verder dan Egypte en Ethiopië.
Langzamerhand begon ik me te Harrar eenigs-
zins ongerust te maken, niet over een aanstaande
komst der Italianen, doch over de telkens weder
neergutsende zondvloed-regens. 's Avonds zit ik in
mijn buiten de poorten der stad gelegen pension
en luister naar de neerstortende watermassa's en
houdt de regen oon oogenblik op, dat hoor ik buiten
in den nacht het schreeuwen, huilen en janken van
hyena's en jakhalzen en meestal nog de verre stem
van een „stroomende" rivier, een stem, die aan een
zee bij storm doet denken. Op mijn terugweg naar
Diredawa, het naasfe station van den spoorweg, zal
ik gedurende de eerste helft van den tocht eenige
rivieren hebben te passeeren, waarvan de steenen
bruggen zijn weggeslagen door het watergeweld*
Daar ik begon te vreezen, dat op den duur de terug
tocht naar Dirédawa wel eens voor geruimen tijd
zeer bezwaarlijk, zoo niet onmogelijk zou kunnen
worden, heb ik niet mijn kleinen Tsjechischen be
geleider overlegd en ook hij vond het raadzaam niet
te lang meer te Harrar te blijven. Er waren uit
Dirédawa al auto's aangekomen met twaalf en vijf
tien uur vertraging,, daar ze voor „stroomende" rivie
ren hadden moeten wachten tot het water was afge
vloeid.
De spoorweg is thans in Ethiopië het eenige ze
kere vervoermiddel, indien men afziet van de we!
zeer betrouwbare, doch ook zeer langzame muilezels
en indien men buiten beschouwing laat het feit,
dat ook het verkeer op den spoorweg soms voor
uren en zelfs wel eens voor meer dan èen dag ge
stremd wordt, doordat ergens de spoorbaan weg
spoelt of begraven wordt onder zand en steenen, die
mede worden gevoerd door bet water of nederglijden
van een heuvel. Ik heb er dus alle belang bij het
naaste spoorwegstation weder te bereiken, namelijk
Dirédawa.
De kleine Tsjech is er al op uit gegaan, heeft
langdurige besprekingen en onderhandelingen ge
voerd met Arabische, Amharische en Harrari-chauf-
feurs en we zijn thans zeker, dat we over twee da
gen met een vrachtautomobiel de terugreis naar
Dirédawa kunnen aanvaarden.
J. K. BREDERODE.