Geestelijk Leven
Voor de Schoonmaak
V
Moederdag
KllKEfl is KOOPEn 'oij CLOECK
naarM.Klercq
Centr. Verwarmings-installatie
de V
SPOOR's MOSTERD
Tijdens de Schoonmaak
V
Spoor's z w i ,9s6err s c h a a s
Spoor's gestampte Muisjes
Zaterdag 9 Mei 1936.
Postrekening
No. 23330
SCHAGER
79ste Jaargang. No. 9973
COURANT.
Int. Telef.
No. 20
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve Vrijdags. Bij inzending tot
's morgens 8 uur, worden Advertentiën nog zooveel mogelijk in het
eerstuitkomend nummer geplaatst. -
Uitgave der N.V. v.H. P. Trapman Co., Schagen
20 PAGINA'S.
Prijs per 3 maanden fl.80. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN*
TIëN van 1 tot 5 regels f0.85, iedere regel meer 15 cent (bewijsno.
inbegrepen). Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
door Astor.
MOEDER.
Het is een wonderbaar iets, eene moeder;
Anderen mogen u liefhebben,
Uwe moeder alleen begrijpt u,
Zij werkt voor u,
Zorgt voor u,
Bemint u,
Vergeeft u alles wat ge doet
Verstaat u; en dan, het
Eenige kwaad dat zij u ooit doet,
Dat is te sterven, en u te verlaten.
HET bovenstaande motto is vrij algemeen be
kend en ik meen te mogen veronderstellen,
dat vele lezers hier of daar in hun huis,
liefst op een plaats waar de kinderen er het gezicht
op hebben, deze woorden, gedrukt onder de repro
ductie van een schilderij waarop een schilder het
beeld van zijn moeder vereeuwigde, hebben hangen.
Aan deze woorden werd ik onweerstaanbaar her
innerd, toen ik mijzelf neerzette aan mijn schrijf
tafel om iets voor den moederdag te schrijven, voor
den tweeden Zondag in de maand Mei.
Sedert enkele jaren nog maar is er sprake van
een moederdag. Wat is daarvan de bedoeling?
De bedoeling is om, zooveel mogelijk over de ge-
heele wereld, op dezen dag in het bijzonder te den
ken aan de moeder en aan de groote beteekenis,
welke zij heeft .voor de kinderen en daardoor voor
de wereld.
Mijn moeder is reeds vele, vele jaren dood. Nu
zie ik haar voor me, nu hoor ik haar stem, nu voel
ik weer haar streelende hand. En een verleden leeft
.voor mij op met heerlijke herinneringen.
Toen ik nog student was, had ik eens een vriend,
een medestudent, bij mij gelogeerd.
Moeder had zich uitgesloofd om alles zoo goed
mogelijk in orde te brengen en er voor te zorgen dat
er iets bijzonders was. Als onbezorgde jonge man,
die het leven alleen maar van den zonnigen kant
bekeek, had ik er natuurlijk niet het minste besef
,van, welk een drukte dit haar gaf, omdat ze voor
alles alléén stond. Ik vond 't vanzelfsprekend, dat
zij alles in orde had en mijn vriend hartelijk ont
haalde. Voor mijn gevoel was daar niets bijzonders
in. Dat behoorde tot haar taak.
Wij hadden een paar prettige dagen.
,Toen ik eenigen tijd later mijn vriend weer ont
moette, zeide hij tot mij: „Wat heb jij een goede,
lieve moeder". Als er ooit woorden tot mij gesproken
zijn, die me goed hebben gedaan, dan waren het
deze! Ik heb ze nooit meer kunnen vergeten. Vooral
niet om deze reden, dat wij, nog jong zijnde, gewoon
lijk alles wat de moeder voor ons doet, als iets heel
gewoons beschouwen zonder er bijzonder dankbaar
voor te zijn. Maar toen die vriend deze woorden tot
mij gesproken had, werd ik er mij plotseling van
bewust, welk een voorrecht het is een lieve, zorg
zame moeder te hebben.
Zij is niet oud geworden. Hoe levendig staat mij
.voor den geest den dag, dat wij haar wegbrachten
naar haar laatste rustplaats. Op den dag van haar
begrafenis kwam van een anderen studievriend een
bloemkrans met een lint, waarop stond: „aan de
moeder van mijn vriend". En ik behoef niet te zeg
gen hoe zeer dit door mij werd gewaardeerd. Toen
ik voor de laatste maal een langen blik wierp op
haar gelaat, vóór de kist werd gesloten, ging de
gedachte door mij lieen, dat er iets uit mijn leven
was weggenomen, dat onvervangbaar was.
Mijn vader was onderwijzer en ik heb zijn school
doorloopen. Hij was iemand van den ouden stem
pel. De type van den schoolmeester, die veel van
zijn leerlingen hield en graag bij zijn onderwijs mo
raliseerde. Op den dag der begrafenis van mijn
moeder, herinnerde ik me ineens iets, wat hij zeide
tot een jongen in mijn klas, die om de een of an
dere onbeduidende reden zat te huilen. „Jongen",
zoo drukte hij zich uit: „huil toch niet, dat moet je
maar één keer doen in je leven, als je moeder
sterft."
Toen mijn moeder me voor goed had verlaten, be
greep ik voor het eerst de volle beteekenis van zijn
gezegde.
De lezers zullen het mij wel niet kwalijk nemen,
dat ik, een artikel schrijvende, over den moederdag
begonnen ben met zuiver persoonlijk te zijn.
Zou het anders mogelijk zijn?
Ik ben er buitendien vast van overtuigd, dat allen,
die de moeite nemen om dit „geestelijk leven" te
lezen, in de eerste plaats denken aan hun eigen
moeder.
Inderdaad: een moeder is een wonderbaar iets!
Wij kunnen heel veel houden van onzen vader,
wij kunnen hem vereeren, hoogachten. Wij kunnen
hem waardeeren voor alles wat hij voor zijn gezin,
dus ook voor ons doet. En ik kan ook niet anders
dan met dankbare liefde aan mijn vader terugden
ken.
Maar een moeder is toch iets anders. De verhou
ding van het kind tot de moeder is inniger, is in
tiemer dan die tot den vader. De moeder is de
schepster van den sfeer, die thuis heerscht. Zij is de
stralende zon, zij is de koesterende warmte,, zij1 'is het
voor wie wij ons hart het gemakkelijkst uitstorten
als er dingen zijn, die ons hinderen, als wij ons
schuldig voelen.
Van de moeder van den beroemden heilig-ver-
klaardcn roomschen kerkleeraar uit de middeleeu
wen Augustinus,wordt verhaald dat zij, toen haar
zoon een losbandig leven leidde en dreigde verlo
ren te gaan, zeide: „een kind van zooveel tranen
kan niet verloren gaan."
Het zou interessant zijn, indien 't mogelijk ware,
na te gaan in hoeverre, de werkelijk groote mannen
en vrouwen in den loop der geschiedenis, hebben
gestaan onder den invloed hunner moeder.
De moderne psychologie leert ons dat de opvoe
ding reeds in de wieg begint. Dat wil zeggen dat
voor de vorming van den toekomstigen mensch reeds
de allereerste jaren van groote beteekenis zijn.
En sommigen gaan zóó ver, dat ze zeggen' dat .de
opvoeding (denk aan de prachtige radio-voordrach
ten van Dr. van Schelven) in die eerste jaren beslis
send is voor het heele verdere leven.
Als wij dan bedenken, dat het in het bijzonder de
moeder is, die de eerste opvoeding als taak heeft,
omdat zij altijd met het jonge kind bezig is, dan
wordt 't ons duidelijk hoe groot de invloed van de
moeder is.
Er komen moeders voor zonder liefde. Waarom
niet? Er zijn op elk gebied afwijkingen. Wij kunnen
dit opmerken in de dierenwereld, ook in de men-
schenwereld. Maar zonder vrees voor tegenspraak
mag ik toch wel zeggen dat elke moeder haar kin
deren lief heeft en tracht zooveel mogelijk voor hen
te zijn. Zij zal als regel bereid zijn om alles, zoo
noodig het leven, voor hen te offeren. Maar de moe-
Spoorstr. 8-10, tel. 206, Den Helder
voor bedden, meubelen
matrassen, vloerkleeden
en gordijnen het aan-
gewezen adres
Meer dan lOOtoonkamers
Grootste speciaalzaak van N.-Holl.
is er nog juist gelegenheid uw
huis te voorzien van een
de Vries voor
Verwarming
Telef. 2197
Alkmaar
der is óók mensch. Mensch met bepaalde neigingen,
met een zekere mentaliteit.
Zij kan dom zijn of verstandig; zij kan bekrom
pen wezen of ruim van opvatting; zij kan een egoiste
zijn of een sociaal voelende persoonlijkheid; zij kan
het zwaartepunt van het leven leggen in uiterlijke,
wereldsche, stoffelijke waarden of zij kan vóór alles
de beteekenis van het leven zien in innerlijke schoon
heid, in reinheid van geweten, in toewijding aan
een groote idee.
(De vriend van wien ik zooeven vertelde dat hij
een krans zond, toen mijn moeder was gestorven,
deelde mij eens mede: mijn moeder heeft me altijd
geleerd dat ik het mocht kosten, wat het wilde, al
tijd waar moest zijn. Die vriend'leeft nog en ik kan
den lezers de verzekering geven, dat één der dingen,
waarom ik van hem houd en waarom ik hem waar
deer, juist zijn waarheidsliefde is. Wij zijn het in
vele opzichten niet met elkander eens, wij zijn min
of meer in den loop der tijden van elkaar afgegroeid.
Maar de wederzijdsche waardeering is gebleven).
Uit het voorafgaande volgt logisch dat de invloed
der moeder op het kind zeer uiteenloopend kan zijn.
Haar mensch-zijn, haar levensopvatting speelt daar
bij een overwegende rol. Maar steeds hebben wij in
't oog te houden dat zij uit zuivere liefde zal trach
ten haar kind te beinvloeden. Is zij sterk materialis
tisch aangelegd, dan kan het niet anders of zij zal
pogen om in haar kind de energie te wekken om in
de wereld vooruit te komen.
Heeft zij een sterk ontwikkeld gevoel voor recht
en menschelijkheid, dan volgt daaruit noodwendig
dat zij dit gevoel ook in haar kinderen zal verleven
digen. Is zij godsdienstig en vroom, dan zal zij er
zich op toeleggen vóór alles godsdienstigheid en
vroomheid aan te kweeken en liefde voor kerk en
godsdienst in het jonge hart te doen opbloeien.
Wat zij ook moge beoogen: het komt voort uit
haar liefde voor het kind. Want zij is zóó als zij is
en het is haar onmogelijk te denken dat haar kind
Haar jongste kleinkind op den arm,
Zooals zij haar zoons en dochters heeft gedragen,
Spierwit het haar, het harte levenswarm.
Door vele jaren van kommervolle zorgen,
Kan zij spreken over lijden, maar ook verblijden.
Zij blijft ondanks alles, het. eeuwig beminlijke,
Op moederdag het beeld yan nooit-falende
moederliefde.
Moderne foto's en vergrootingen
van buitengewone kwaliteit =EE=j
Geopend: dagelijks, ook Zondags
Fotogr. Atelier Arpad Moldovan
Nieuwe N ie dorp
COr\f\D'$ SPECERIJEN
JrUvl\ |N STROOIBUSJES
gelukkig zou kunnen worden, wanneer het niet zich
ontwikkelde in de door haar als goed erkende rich
ting.
Daarom is het voor de moeder dikwijls zoo uiterst
moeilijk om zich neer te leggen bij het feit, dat haar
kind den door haar gewezen weg verlaat en soms
gaat. in een richting, welke geheel de tegengestelde
is van die, welke zij wenschte.
Het zal duidelijk zijn dat het daarom van het
allergrootste belang is, hoe de moeder zelf staat te
genover het leven, welke haar mentaliteit is.
Ik las eens een artikel van wijlen mevrouw Druc-
ker. Het was getiteld: geef ons moeders.
't Was een warm pleidooi tegen militarisme en
oorlog. Een beroep op de moeders om haar kind niet
te laten opleiden voor moordwerk.
Volkomen begrijpelijk. Wil niet vóór alles de moe
der het leven? Zij brengt de kinderen voort, niet
om het leven van anderen te vernietigen en eigen
leven te offeren. Ja, zeker, zij zal, wanneer zij als
mensch zéér hoog staat, het v r ij w i 11 i g offeren
van het leven ook van haar eigen vleesch en bloed
op hoogen prijs stellen, maar dan moet dit zijn voor
een hooge idee, in het waarachtig belang van de
menschheid, bevorderlijk voor zuivere humaniteit.
Ik ga hier niet verder op in. De lezers weten wel
hoe ik hierover denk en ik wensch dit artikel niet
te maken tot een pleidooi voor mijn levensopvatting.
Maar ik moest dit toch evèn te berde brengen.
De strekking van mijn betoog is van algemeenen
aard. Ik wil, waar de wereld haar moederdag her
denkt, met bijzonderen nadruk wijzen op den in
vloed van de moeder als opvoedster. Een invloed
van vei'strekkende beteekenis voor het leven der
gansche gemeenschap.
Als de moeders er zich ten allen tijde van bewust
waren, dat zij voor een deel de toekomst in han
den hebben!
De wereld en wie kan dit betwijfelen in dezen
rampzaligen tijd? heeft behoefte aan menschen.
Aan menschen, voor wie de onderlinge saamhoo-
righeid en het daarmede gepaard gaande wederkee-
rig dienstbetoon, het voornaamste is in het leven.
Aan menschen met een hart vol liefde voor den
medemensch, met gevoel voor rechtvaardigheid.
Aan menschen, die staan in de wereld, bezield met
het verlangen om deze wereld, die zoo mooi zou
kunnen zijn, ook inderdaad mooier te maken.
Aan menschen, die eindelijk, eindelijk gaan bre
ken met de oude tradities, die stammen uit tijden
van weleer, toen nog als normaal werd beschouwd,
dat er geleefd werd ten koste van de ellende van
anderen, dat er scherpe grenzen bestonden tusschen
verschillende standen en de werkers werden aange
zien als wezens, waarover met eenige verachting
werd gesproken als „het lagere volk", waarvoor dc
deftige woningen onherroepelijk gesloten bleven."
Die menschen worden venvacht van U? o, moe
ders!
Maar gij zult ze slechts kunnen schenken aan de
wereld, wanneer gij zelm menschelijk hebt ieeren
denken en voelen.
En nu neen, ik kom niet met een verwijt noch
met een aanklacht! en nu moet ik iets zeggen wat
mij zwaar op het hart ligt. Daar zijn, helaas nog
duizenden moeders, voor wie de wereld slechts is
haar eigen kleine kringetje. Hoe weinig begrijpen
zij yan het roerige leven om zich heen. Hoe gering is
bij hen de belangstelling voor de brandende vragen
van het heden. Is dit niet het gevolg van hun eigen
gebrek aan echt sociaal gevoel?
Gelukkig komt er bij velen een kentering. Met
groote blijdschap kunnen wij constateeren dat er
een ontwaking is. De vrouw gaat allengs begrijpen
dat ook zij een gemeenschapswezen is. De oude
dichter Ten Kate kon nog zingen: hem de wereld,
haar het huis. De moderne vrouw wil niet meer
alleen zich beperken tot haar taak in huis en voor al
wat daar buiten staat de oogen sluiten. Zij begint
mondig te worden en daarmede wordt sterker haar
bewustzijn, dat zij de gemeenschap kan dienen óók
door aan die gemeenschap zuiver voelende, sterk
zedelijke menschen te leveren.
De vrouw toont in de laatste tientallen van jaren