Het doktersj
et huis
l»iji
Dinsdag 19 Mei 1936.
SCHAGER COURANT.
Tweede Blad. No. 9980
'n Barstende Hoofdpijn
met de
Varkershandelaren pleiten
voor vrije markt.
Verstrekken van blikvleesch aait
werkloozen.
Het hoofdbestuur van den Nederlandschen
bond van Varkenshandelaren heeft in een tele
gram aan de regeering medegedeeld, dat het uit
de dagbladen kennis heeft genomen van het
voornemen tot verstrekking van,blikvleesch aan
werkloozen, waarbij de veehouderijcentrale de
benoodigde varkens zal verstrekken. Waar het
een Binnenlandsche voorziening betreft, verzoekt
voormeld bestuur in verband met de eens gege
ven toezegging, dat de veehouderijcentrale zich
van het terrein der Binnenlandsche voorzienin
gen met varkens zou onthouden, den ministers
van Sociale zaken en van Landbouw en Vissche-
rij om den aankoop van die varkens te doen
plaats hebben op de gewone wijze via de bestaan
de varkensmarkten in het vrije handelsverkeer.
Be thans voorgestelde maatregel beteekent
zonder noodzaak een nog verdere uitschake
ling van den bonafide'varkenshandel, die
toch al zoo zwaar gedupeerd is geworden
en tevens een belemmering voor den op
bloei van de varkensmarkten.
Naar de meening van dit hoofdbestuur kan
zonder bezwaar de betreffende fabriek zelve de
benoodigde varkens aankoopen, waarbij door de
regeering eventueel een systeem gekozen kan
worden van een zoo noodige toeslagregeling.
Daarmee wordt dan vooral voorkomen dat de
varkenshandelaren nog verder uit hun normaal
zakendoen gedreven worden en hen straks geen
enkel bestaansmiddel meer overblijft.
Doodelijk ongeval.
Leeuwarden 18 Mei Zondagavond ruim
half zeven is in de nabijheid van Leeuwarden ter
hoogte van den Boxumerweg onder Coutum een
ernstig auto-ongeval gebeurd.
De heer B. C. Vernimmen uit Heerenveen reed
daar met zijn auto in de richting van zijn woon
plaats. Hij lette te veel op een zich voor zijn
auto bevindenden wielrijder en zag niet dat
rechts van hem twee dames den Overijsselschen-
straatweg wilden oversteken. Eerst op het laatste
oogenblik zag hij beiden, maar toen was het voor
een van hen. de 19-jarige Tetje Tanja, wonende
te Leeuwarden te laat. Zij werd aangereden en
kwam aan de overzijde van den weg in den
berm terecht, waar zij bleef liggen met verbrij
zeld, onderbeen en een zware hersenschudding.
Per auto is het meisje naar het Diaconessen-
hurs te Leeuwarden vervoerd, waar het heden
ochtend om half zes is overleden. De wielrijder,
die naar hij verklaard heeft, ook werd aange
reden kwam er met een wond aan de rechter
wang af.
HET EX-KAMERLID BRAAT VEROORDEELD.
Ter zake dat. hij te Hekelingen opzettelijk C. J.
Moerland, veldwachter aldaar, beleedigd heeft, is
het oud-lweede-kamerlid de heer A. Braat door den
politierechter te Rotterdam, veroordeeld tot f 75
boete, subsidiair 15 dagen hechtenis, welk vonnis
bevestigd werd door het Hof te 's-Gravenhage.
De veroordeelde is van dit arrest, in cassatie geko
men. Dit beroep heeft de hooge raad heden ver
worpen.
DOODELIJK ONGELUK.
Alphen a.d. Rijn, 18 Mei. De 17-jarige wielren
ner J. Wcynands, die Zondag op den Gouwsluische-
weg te Alphen aan den Rijn, ten gevolge van het
breken van de voorvork van zijn racerijwiel voor
een passeerende auto is gevallen en daarbij ernstig
is gewond, is gisteravond in het gemeenteziekenhuis
te 's-Gravenhage aan de gevolgen overleden.
De jongeman was eenig zoon. Twee jaar geleden
verloren zijn ouders hun andere zoon, eveneens door
een ongeval.
DR. D. GROENHART OP GROOT-
SCHE WIJZE DOOR HARENKAR-
SPEL'S BURGERIJ EN OMWO
NENDEN GEHULDIGD.
Het was gister, 18 Mei, 25 jaar geleden, dat de
heer Dr. D. Groen hart zich als arts te Harenkarspel
vestigde en als gemeentearts in dienst trad. En het
was dit belangrijke feit, dat, daartoe opgewekt door
een gevormd feestcomité op werkelijk spontane en
bijzonder hartelijke wijze door de burgerij van
Harenkarspel en vele omwonenden is gevierd. Ja,
het is op dezen dag geworden tot een zoo grootsche
huldiging, als we zelden in onze omgeving hebben
meegemaakt.
De vlaggen, die schier van elke woning m de ge
meente wapperden getuigden reeds van 't algemeen
meeleven door de burgerij, met dit doktersjubilee.
Te ongeveer 10 uur begon er reeds een gezellige
drukte, in en om het gemeentehuis te heerschen,
leden van de zoo gunstig bekend staande muziek-
vereeniging „Onder Ons" spoedden zich reeds naar
het „doktershuis" waar de jubilaris met zijn huis-
genooten en familieleden door het feestcomité zou
worden afgehaald en waarna men, muziek voorop,
naar het raadhuis zou gaan, waar in een plechtige
zitting van den raad de huldiging namens het ge
meentebestuur zou plaats vinden.
Op deze korte tocht werd de jubileerende dokter,
met de zijnen reeds zeer hartelijk begroet en toen
men ten raadhuizc arriveerde, waren daar een paar
lieve meisjes, Nellie Kant en Marie Ruis, die onder
leiding van Zuster Lanjouw aan Mevrouw Groen-
hart bloemen aanboden en dit vergezeld deden gaan
van een aardig gedicht.
Behalve de voltallige raad, was ten raadhuize aan
wezig het eere-comité, bestaande uit Burgemeester
Nolet, Secretaris Essing, de heeren Vollering en
Veldhuizen, pastoors te Waarland en Tuitjenhorn,
Ds. De Leeuw, Ds. Grcving, Zuster Lanjouw en de
beide wethouders, de heeren A. Dekker en Duijves.
De plechtige zitting van den raad.
Nadat Dr. Groenhart en zijn echtgenoote, zijn
moeder, kinderen, enz. hadden plaats genomen, nam
Burgemeester Nolet het woord tot opening van de
plechtige zitting van den gemeenteraad, bijeenge
roepen ter herdenking van het feit, dat voor 25 ja
ren onze hooggeachte Dokter naar Dirkshorn kwam,
waar hij nu gedurende 25 jaren de geneeskundige
praktijk heeft uitgeoefend.
Toen spr. vanmorgen van zijn woonstede naar hier
kwam, schoot hem te binnen een gedicht van een
hem overigens onbekenden dichter bij het zien van
al die vlaggen en bleek hem dat het van het gemeen
tebestuur goed was gezien, om in deze plechtige zit
ting van den raad uiting te geven aan de dankbaar
heid en waardeering die de burgerij, dezer gemeente
voor het. werk van den geneesheer in zich draagt.
Spr. brengt in herinnering, hoe blijkens mededee-
lïng van anderen, Dr. Groenhart voor 25 jaren, op
een ouderwetsch rijwiel gezeten, zijn intrede in
Dirkshorn deed, onbekend met wat de toekomst zou
die U kwelt en belet te werken? Neem
een "AKKERTJE" en binnen een kwartier
voelt Ge de hoofdpijn wegtrekken als mist
voor de zon. Heb steeds AKKER-CACHETS
in huis, vannacht kunnen zij te pas komen
bij Hoofdpijn, Kiespijn, Zenuwpijn, Spier
pijn. Slechts 52 cent per 12 stuks. Overall
brengen, hoe hij tegenover de burgerij zou staan en
hoe de burgerij tegenover hem. Het was voor U,
Dokter, een groote aanpak, een groote verantwoor
delijkheid, doch dat was het ook voor hen, over
wier gezondheid U zoudt hebben te waken. Immers
vreemde gewaarwordingen zijn het, wanneer men
een vreemde dokter zijn woning ziet binnentreden.
En wanneer U dan nu 25 jaren hier heeft gewerkt
en wij de revue laten passeeren, wat in die periode
alszoo is gebeurd en waarbij wij niet geheel uit eigen
ervaring kunnen spreken, dan bereiken ons, als wij
ons oor te luisteren leggen, de woorden van groote
waardeering voor de wij'ze waarop U de genees
kundige practijk heeft uitgeoefend, de prettige wij
ze waarop U de burgerij tegemoet is getreden.
Dit .is de reden geweest, waarom de gemeenteraad
'instemde met deze plechtige hulde en welke huldl-
gingsplannen door de bevolking wox'den gesteund.
Spr. gewaagde van de verhouding, die er tusschen
den dokter en zijn patiënten bestaat; dat de dokter
het vertrouwen van die allen heeft weten te winnen,
zal ongetwijfeld een groote voldoening zijn. Maar
het is nu eenmaal onmogelijk dat allen persoonlijk
hun dankbaarheid op dezen dag komen betuigen en
daarom doen wij dit, als vertegenwoordigers van
de bevolking, collectief, en wij weten daarbij de tolk
van de geheele burgerij te zijn. Zij allen, de inge
zetenen, hebben groot respect en waardeering voor
alles wat gij hebt gedaan en al is de ambtelijke
verhouding tot U van zeer bijzonderen aard, het is
me een genoegen te kunnen constateeren, dat U ge
durende de jaren die ik met U heb samengewerkt,
altijd de grootste welwillendheid en loyaliteit hebt
betoond, U bleek altijd bereid om aan te passen en
te helpen, daar waar het gemeentebestuur oordeel
de, dat Uw hulp gratis noodig was. En bij de hulde,
die wij U daarvoor brengen, behoort ook een wensch.
In de 25 jaar dat U hier de geneeskundige praktijk
uitoefent, heeft U misschien geen 40 dagen vacantie
gehad. Dat is niet uitsluitend een verdienste van U
geweest, want naast de groote liefde voor Uw ar
beid, was dat mede mogelijk door Uw ijzersterk ge
stel.
Als bewijs hoe de burgerij aan den jubilaris ge
hecht is, herinnert spr. aan de angst die tot uiting
kwam, toen Dr. Groenhart begin van 't vorig jaar
in het ziekenhuis was opgenomen. Toen vernamen
wij van alle kanten geluiden van bezorgdheid en
spijt. Het was bij die gelegenheid, dat U noodge
drongen 2X8 dagen de practijk aan een ander
heeft moeten overdragen, en met veel vreugde is
waarna weer geconstateerd „de dokter is weer in or
de, hij vliegt weer door de gemeente". Wij wenschen
U toe, een goede gezondheid opdat U met. Gods
hulp nog vele jaren in deze gemeente werkzaam zal
kunnen zijn. In hartelijke bewoordingen richt spr.
zich dan tot de Moeder van den jubilaris, tot diens
Echtgenoote en kinderen, de wensch uitende, dat
deze met eere den naam van hun vader tot in het
verre nageslacht zouden voortdragen. Applaus.
Dr. Groenhart zegt dat uit de hartelijke woorden
van lof en het meeleven met deze gebeurtenis blijkt,
dat het 25-jarig verblijf van spr. door het gemeente
bestuur wordt gewaardeerd. Dat doet hem bijzonder
veel genoegen en hij dankt den Burgemeester dan
ook voor de hartelijke woorden. Bij de besprekin
gen, die spr. als gemeentegeneesheer met dien Bur
gemeester, Secretaris, B. en W. of raad mocht heb
ben, kwam steeds de meest welwillende medewer
king tot uiting en spr. denkt daarbij dan ook aan
den overleden burgemeester Burger en ook aan den
oud-secretaris Dam. Hij hoopt dat die goede samen
werking nog vele jaren zal mogen voortduren tus
schen gemeentebestuur en gemeentegeneesheer, tot
genoegen van allen en tot heil van de burgerij van
Harenkarspel. Applaus.
De receptie bij Pijper en de aanbieding
van het feestgeschenk.
Na deze woorden wordt de zitting van den ge
meenteraad opgeheven; op en voor het bordes staan
de worden van het gezelschap foto's genomen en
daarna begeeft men zich naar de zaal van café Pij
per, waar receptie zou worden gehouden.
En reeds dadelijk blijkt, dat voor deze gelegenheid
de zaal te klein zal blijken te zijn. Reeds zijn tal
rijke dames en heeren in de feestelijk versierde
zaal aanwezig. Tientallen bloemstukken prijken op
het tooneel en hier nemen de jubilaris met zijn fa
milieleden en de dames en heeren van het feest
comité plaats.
Hier zien wij ook vele collega's van den jubilee
renden dokter, o.a. Dr. Van Dam, Alkmaar, Dr. Blok,
Bergen, Dr. Oterdoom, Hilversum, Dr. Werner, Bar-
singerhorn, Dr. Van der Sluijs en Dr. Nanninga .van
Schagen, Dr. Boerma, 't Zand, voorts Burgemeester
Klerk van St. Maarten, Notaris Van Veen, Schager-
brug, Ds. Witkop van Schagerbrug, enz. enz.
Burgemeester Nolet spreekt een kort woord, cxmdat
namens het feestcomité een ander het woord zal
voeren en deelt dan mede, hoe bij de burgerij de
drang ontstond om bij gelegenheid van dit jubileum
Dr. Groenhart te huldigen en dank te betuigen voor
alles wat hij voor de lijdende menschheid heeft ge
daan. En spr. deelt dan mede, dat de offervaardig
heid van de ingezetenen en omwonenden t.a.v. de
aanbieding van een huldeblijk zoo groot was dat,
mede door den grooten toeloop naar deze receptie,
het geschenk in deze zaal geen plaats gegeven zou
kunnen worden. Daarom volstaat spr. met een
symbolische aanbieding, n.1. met het aanbieden van
een fotografische afbeelding van een slaapkamer
ameublement. Spr. verzoekt den heer en mevrouw
Groenhart dit geschenk van de burgerij van Ha-
renkarspel en van de patiënten uit St, Maarten,
Zijdewind en Warmenhuizen wel te willen aan
vaarden. Daverend applaus en een fanfare onder
strepen deze woorden.
Namens het feestcomité voerde toen Ds. de Leeuw
het woord, die zou trachten te vertolken, wat in de
harten van allen die Dr. Groenhart kennen, leeft,
en die in welgekozen woorden schetst hoe het dok
tersambt naast veel leed en smart, ook veel moois
biedt en doet uitkomen, hoe de burgerij de grootste
waardeering heeft voor den jubilaris, voor zijn werk,
maar ook voor zijn persoon. Wij allen bewonderen
in U, zegt spr., de vlugheid waal-mede U zich op de
hoogte weet te stellen van den toestand in de ge
zinnen, U heeft bovendien den menschen geleerd,
hoe zij hun leven mooi kunnen maken. Het is'ons
aan ook op dezen dag een behoefte onzen hartelijken
dank voor dit alles te betuigen. Spreker richt zich
daarbij ook tot Mevrouw Groenhart en uit den
wensch, dat de dokter nog vele jaren in goeden wel
stand, tot zegen van de gemeente, in ons middlen
moge blijven!
Vele andere sprekers.
En toen werd aan anderen gelegenheid gegeven,
i ®r" Groenhart te richten, een gelegen
heid die graag werd aangegrepen en waarbij de
goede eigenschappen èn als dokter, èn als vereeni-
gingsman, van den jubilaris naar voren werden
gebracht.
Achtereenvolgens voerden het woord de heeren L
Reuvers, als voorzitter van Het Witte Kruis, Dr.
Werner van Barsingerhorn. Dr. Oterdoom van Hil
versum, die het boek „Strijders voor het Leven"
aanbood. Zuster Lanjouw, Dr. Van Dam, Alkmaar,
H FEUILLETON
Naar het Engelsch
door
A. E. W. Mason
1.
HOOFDSTUK I
Brieven van Beleekenis
Mrs. Frobisher Haslitt, de advocaten, die
hun kantoor aan de oostzijde van Russel Square
hadden, telden onder hun cliënten een groot
aantal, die belangen bezaten in Frankrijk. De
firma was zeer trotsch op dit deel van de zaken
die onder haar behandeling vielen.
„Het verleent ons een plaats in de geschiedenis
placht Mr. Jeremy Haslitt te zeggen. „Want
deze zaken dagteekenen van het jaar 1806, toen
Mr. James Frobisher, destijds onze zeer bekwa
me firmant, de ontsnapping bewerkstelligde van
honderden Britsche onderdanen, die door het
edict van den Eersten Napoleon in Frankrijk
werden tegengehouden. De firma verwierf den
dank der Regeering,en heeft zoo gelukkig mo
gen zijn, de aldus aangeknoopte relaties te be
houden. Dit gedeelte van de zaken wordt altijd
door mij persoonlijk behandeld".
Dientengevolge bevonden zich onder de brie
fen, die door de post dagelijks voor mijnheer
Haslitt bezorgd werden, in den regel verscheide
ne, die op de enveloppe een donkerblauwen
Franschen postzegel droegen. Dezen" morgen in
het begin van April evenwel, was er slechts één.
Zij was beschreven met een fijne, onvaste hand,
die aan mijnheer Haslitt onbekend was. Poch
zij droeg het poststempel Dijon, en mijnheer
Haslitt scheurde haar tamelijk ongeduldig open.
Te Dijon had hij een cliente, een weduwe. Me
vrouw Harlowe, omtrent wier gezondheid hij
slechte berichten had ontvangen. Het bleek dat
de brief in haar huis was geschreven, doch niet
door haar. Hij kwam uit La Maison Grenelle,
en de advocaat zocht snel naar de onderteeke-
ning.
„Waberski?" mompelde hij, de wenkbrau
wen fronsende. „Boris Waberski?" En daarna,
zich den briefschrijver herinnerende, „Hoho!
Jawel?"
Hij ging in zijn stoel zitten en begon te lezen.
Het eerste gedeelte van de brief was bloemzoet
en vol complimentjes, doch halfweg de tweede
bladzijde werd de bedoeling zoo helder als kris
tal. Het was te doen om vijf honderd pond. De
oude Haslitt glimlachte en las voort, terwijl hij,
onder het lezen, een eenzijdig gesprek hield met
den schrijver van den brief.
„Ik ben zeer om geld verlegen," schreef Boris,
„en
„Dat geloof ik best," merkte mijnheer Haslitt
op.
„Mijn beminde zuster, Jeanne-Marie" ging de
brief voort.
„Schoonzuster", verbeterde mijnheer Haslitt.
„....kan niet lang meer blijven leven", ver
volgde Boris Waberski, „ondanks alle zorgen
en oplettendheden waarmede ik haar omring.
Zooals u bekend zal zijn, heeft zii mij een groot
deel van haar vermogen vermaakt. Dat is dus
reeds zoo goed als van mij, niet waar? Dit mag
gerust gezegd en aldus opgevat worden. Men
moet met de feiten rekening houden..Zend mij
dus per aangeteekenden brief een weinig van
het mijne, en aanvaard hiermede mijn eerbiedi-
ge-groeten".
De glimlach van mijnheer Haslitt ging in een
breeden lach over. In een van zijn blikken trom
mels berustte een afschrift van het testament van
Jeanne-Marie Harlowe, behoorlijk opgemaakt
ten overstaan van haren Franschen notaris te
Dijon, en waarbij iederen stuiver dien hij bezat
onvoorwaardelijk werd vermaakt aan Betty Har
lowe, de nicht en aangenomen dochter van haar
echtgenoot. Jeremy kreeg bijna lust, den brief
tot snippers te verscheuren. Hij vouwde hem
op; zijn vingers hadden reeds een scheur ge
maakt in de vouwen, toen hij van gedachten
veranderde.
„Neen," sprak hij tot zichzelf. „Neen"! Met
de Boris Waberski's kan men nooit weten" en
hij sloot den brief weg in een vakje van zijn
privé brandkast.
Hij was zeer in zijn schik dit gedaan te heb
ben, toen hij drie weken later in de overlijdens
berichten van de Times de aankondiging las,
dat Mevrouw Harlowe was overleden, en hij een
groote kaart ontving met breeden rouwrand,
naar Fransche gewoonte, waardoor Betty Har
lowe hem uitnoodigde tot bijwoning van de be
grafenis te Dijon. De uitnoodiging was louter
voor den vorm. Hij kon Dijon ter nauwernood
tijdig voor de plechtigheid hebben bereikt, zelfs
indien hij onmiddellijk was vertrokken. Hij stelde
zich tevreden met het schrijven van een paar
regels, waarin hij het meisje zijn oprecht leed
wezen betuigde, en schreef tevens een brief aan
den Franschen notaris, waarin hij de diensten
van zijn kantoor ter beschikking van Betty stel
de. Vervolgens wachtte hij af.
„Binnen een week zal ik van dien schalk Bo
ris hooren dacht hij, en binnen een week hoor
de hij werkelijk van hem. Het handschrift was
fijner en onvaster dan ooit; nijd en verontwaar
diging hadden het Engelsch van Boris Waber
ski parten gespeeld; ook verdubbelde hij thans
zijn eisch.
„Het is haast niet te gelooven", schreef hij.
„Geen rooden duit heeft zij aan haar liefhebben
den broeder nagelaten. Er is hier iets voorge
vallen wat mij niet aanstaat. Thans moet ik
duizend pond hebben, per aangeteekenden brief.
„Je hebt het altijd zwaar te verantwoorden ge
had in deze wereld, mijn arme Boris", heeft
zij nog tegen mij gezegd, terwijl haar lieve oogen
nat waren van tranen. „Doch in mijn testament
zal ik dat ruimschoots goed maken". En nu
geen steek! Natuurlijk spreek ik daar een woord
je over met mijn nichtje ach. die hartelooze!
Zij knipt met haar vingers naar mij! Is dat
een manier van doen? Duizend pond. Meester
Haslitt! Anders zult ge eens wat beleven! Ja
zeker! De menschen knippen niet met de vingers
naar Boris Waberski, zonder dat het geld kost.
Aldus: duizend pond per aangeteekende brief,
of herrie", en ditmaal verzocht Boris Waberski
mijnheer Haslitt niet, zijn eerbiedige groeten te
aanvaarden, tusschen de regels door, of open
lijk, doch had hij zijn handteekening met een
spattende pen, die een groote vlek gemaakt had,
onder den brief gekrast.
Over dezen brief lachte mijnheer Haslitt niet.
Hij wreef de palmen van zijn handen zacht te
gen elkander.
(Wordt vervolgd)