et huis
Arroniiissements-Rechttiank
Gymnsstiekvereeniging Lycurgus.
Schagen.
met de !>Ül
te Alkmaar.
'Afscheid van den heer Knol
Bovengenoemde vereeniging vergaderde Dins
dagavond in het „Noord-Hollandsch Koffiehuis"
De belangstelling was bevredigend.
Om 8.45 opende de voorzitter de heer Knol en
heette allen hartelijk welkom. Spr. zeide dat dit
de laatste vergadering is, die hij zal presideeren
Straks zal men een nieuwen voorzitter moeten
kiezen, al heeft het bestuur reeds iemand op het
oog.
De notulen, gelezen door den heer .Tb. Molenaar
worden onveranderd vastgesteld, onder dank
aan den samensteller.
De voorzitter deelde mede dat van de athletiek
beoefening reeds wordt gebruik gemaakt en wekte
op Zondagmorgen vooral op te komen. Wat de
regelementsherziening betreft, waren moeilijkhe
den gerezen en is het noodzakelijk gebleken, de
statuten te wijzigen, wat ongetwijfeld niet geringe
kosten met zich zal brengen. Voorzitter noemde
herziening evenwel gewenscht, maar zag liever
op een volgende vergadering dit punt behandeld,
wellicht ook was dan de opkomst grooter. Be
sloten werd eventueel aan een Sprotdag van
vSchager Vereenigingen deel te nemen, de baten
hiervan komen dan ten goede aan de Vereeni
ging voor Ziekenhuisverpleging.
Verkiezing bestuurslid in de vacature Knol
De heer Knol had zooals reeds gevreesd - be
dankt, wegens vertrek. Het bestuur had den heer
K. Slot bereid gevonden om het Bestuur weer te
completeeren; de stemming was natuurlijk even
wel volkomen vrij.
De heer Slot werd met groote meerderheid
van stemmen'gekozen; felicitatie volgde.
Hierna werd gepauzeerd en bood de heer
Knol ons een gebakje aan, gepresenteerd door
een lieftallige jongedame, hetgeen zeer op prijs
werd gesteld.
Na deze pauze merkte de voorzitter op, dat het
Bestuur had besloten de functies onderling te
verdeelen eiv zoo zou den heer Jb. Molenaar
aangewezen 'worden als voorzitter. De heer Mo
lenaar is, in zaken het turnleven betreffende, uit
stekend op de hoogte en de voorzitter was dan
ook van oordeel dat Jaap de rechte man op de
rechte plaats zou zijn. Het reglement schrijft
evenwel voor, dat de vergadering den voorzitter
benoemt, zoodat weer tot stemming moest wer
den overgegaan. Met overweldigende meerder
heid van stemmen werd de heer Molenaar ge
kozen. De voorzitter feliciteerde den heer Mole
naar en wenschte dat hij veel nuttig werk voor
de vereeniging zou mogen verrichten. Dit be-
teekent tevens, zeide spr. het einde van mijn
voorzitterschap en ik dank voor de vriendschap,
die ik allerwegen in Lycurgus heb ondervonden
Spr. zou steeds met vreugde aan Lycurgus 1e-
rugdenken en roemde de prettige samenwerking
van de bestuursleden. Het valt mij, ging spr.
voort, zwaar om afscheid te nemen, maar het
afscheid wordt verlicht door de wetenschap dat
onze vriendschap niet zoo,spoedig vervlogen zal
zijn. Spr. hoopte dat het Lycurgus goed zou gaan
laten de leden in de eerste plaats gemeenschaps-
mensch zijn. Dan kan het vereenigingsleven nog
meer opgevoerd worden en de vereeniging ook
buiten Schagen, alom bekendheid verwerven.
Wanneer dit bereikt wordt, dan is dat voor mij
het bewijs van een hecht vereenigingsleven La
ten de leden nu eens extra hun beste beentje
voor zetten zoodat men spr. wanneer hij weer
eens terugkomt kan zeggen: „Kijk, dat is nou
toch aardig veranderd" Dat zal spr. recht ple
zier doen.
Ik ben straks in staat om van ieder persoon
lijk afscheid te nemen, dit is m'n laatste gele
genheid, merkte spr. op, en daarom getreurde
FEUILLETON
Naar het Engelsch
door
A. E. W. Mason
7.
„Het doet niets ter zake".
„Ik verheug me", hernam Jim „Want u heeft
zooeven iets gezegd, wat ik doodsbenauwd was,
dat gij weer zoudt intrekken. U heeft de hoop
laten doorschemeren dat wij samen zouden wer
ken".
Met de ellebogen vooruit ging Hanaud over zijn
tafel leunen. „Luister eens", sprak hij opgeruimd
„U is tegenover mij eerlijk en oprecht geweest.
Daarom zal ik u geruststellen. Die zaak Wabers-
ki wordt door den Prefect te Dijon niet voor
ernst opgenomen, noch door mij hier. Het blijft
natuurlijk een aanklacht wegens moord, en die
moet zorgvuldig onderzocht worden".
„Dat spreekt vanzelf".
„En het spreekt eveneens vanzelf, dat cr iets
achter schuilt," ging Hanaud voort, terwijl hij
Frobisher verrast liet opzien, omdat hij dezelfde
woorden gebruikt had als mijnheer Haslitt den
vorigen dag, meet dit onderscheid, dat de een
deze gebezigd had in het Fransch en de ander
in het Engelsch. „Als advocaat weet u dat natuur
lijk. Het een of ander'onaangenaam feit, dat wij
hij het dat niet allen aanwezig waren, al ver
onderstelde hij, dat de wegblijvers wel gegronde
redenen zouden hebben.
De heer Knol droeg hierna onder applaus
de voorzittershamer over aan den heer Jb. Mo
lenaar
De heer Molenaar, het woord nemende begon
met te zeggen dat de vooruitgang van Lycurgus
toch zeker niet geremd is door de wijze waarop
het voorzittershap is waargenomen Integen
deel, zoo'n goeden voorzitter hebben we nog nooit
gehad en spr. was zich dan ook wel bewust van
de moeilijke taak, die hij op zich genomen had,
maar zegde toe zijn best te zullen doen, om d!e
voetsporen van den heer Knol te drukken. U
bent nu AVz jaar voorzitter, aldus spr. n.1. sinds
October 1931 en U was een voorzitter, die klonk
als een klok. Ook spr. noemde het afscheid zwaar
de leden zullen U missen. Kenmerkend is wel
het gezegde, wanneer U soms ontbrak, waar is
Knol!, wel een bewijs welk een groote plaats U
bij allen in nam. U toch, was ook een trouw lid.
Daarom ,de dames sr. afd. heeft het reeds ge-'
daan, bied ik U namens de andere afdeelingen,
uit volle vriendschap een cadeau aan (het was
een haardfauteuil) en verbind er den wensch aan
dat U lang ervan gebruik zult maken en dat het
een sieraad voor Uw salon mag zijn (applaus)
Spr. betrok ook de echtgenoote van den heer
Knol in deze hulde, zij heeft zich steeds een zeer
goede gastvrouw en ook een goed lid getoond.
Dit is een cadeau, zoo besloot spr., waar ook Uw
vrouw iets aan heeft.
De heer Knol dankte voor de vriendelijke
woorden, tot hem gericht. Deze woorden hebben
hem niet onaangenaam in de ooren geklonken
en het cadeau heeft hem zeer getroffen. Wel een
bewijs, merkte spr. op, dat ik misschien voor
Lycurgus iets heb gepresteerd. Nogmaals dankte
spr. voor de betoonde vrienschap. Dit cadeau zal
een zeer dankbare plaats innemen. Spr. dankt
tevens voor de woorden van waardeering tot zijn
echtgenoote gericht; de gastvrijheid, ze werd im
mer van harte gegeven (applaus)
Tot leider van de afd. dames sr. werd hierna
benoemd de heer W. Roggeveen, die reeds bij
bestuursbesluit was aangewezen.
De voorzitter geloofde in d enheer Roggeveen
een goede kracht gevonden te hebben: dat hij nog
langen tijd werkzaam mag zijn tot bloei van on
ze vereeniging!
Na rondvraag, waarbij eenige zaken van meer
internen aard werden besroken, volgde sluiting
waarbij de voorzitter den heer Knol nog dank
zegde voor z'n tractatie.
Even later werd de vergadering weer heropend
en is de heer Knol onder groote bijval be
noemd tot eere-lid van Lycurgus.
En zeer zeker verdiend!
WIER7NGERMEER
Aanbesteding en gunning
De directie van den Wieringermeerpolder te
Alkmaar heeft Dinsdag aanbesteed het verwijde
ren van een klinkerbestrating en het aanleggen
ean ven gewalste wegverharding op een gedeelte
van den Schagerweg tusschen Middenmeer en
Kolhorn In den Wieringermeerpolder.
Ingeleverd waren 22 biljetten. Laagste inschrij
ver: P. Daalder te Alkmaar voor de som van
f 39.315.
Het werk is gegund.
Verder heeft de directie van den Wieringer
meerpolder te Alkmaar den bouw van 4-5 boer
derijen in de Wieringermeer opgedragen, waar
van an H.Hannink te Enshede 11 boerderijen
voor de som van f 141.162, F. A. Smulders te
Oisterwijk een-en-twintig boerderijen voor de
som van f 205.974, Gebrs. van Heeswijk te Best
(N,B.) dertien boerderijen voor de som van
f 132.900.
het beste voor ons kunnen houden. Doch de
zaak is eenvoudig en met de beide brieven welke
gij hebt medegebracht, eenvoudiger dan ooit.
Wij zullen Waberski een verklaring van deze
brieven vragen, en dan nog wat anders ook. in
dien hij die kan geven. Hij is een type, die Boris
Waberski! Het lijk van mevrouw Harlowe wordt
vandaag opgegraven; de dokters zullen de dood-
schouw daarop verrichten, en vervolgens zal de
zaak zonder eenigen twijfel in den doofpot wor
den gestopt, waarna gij met Waberski kunt
doen, wat u goeddunkt".
„En dat kleine geheim dan?" vroeg Jim
Hanaud haalde de schouders op.
„Dat zal ook wel aan het licht komen. Doch
wat doet dit ter zake. wanneer het alleen aan het
licht komt in de kamer van den rechter van in
structie, en binnen die vier muren blijft?"
„In het geheel niets", beaamde Jim.
„Wacht maar eens af. Wij maken ons hier
volstrekt niet druk er om, en uw jeugdige cliente
kan haar mooie hoofdje gerust op haar kussen
neervlijen, zonder eenige vrees, dat haar onge-
rechtig beid zal geschieden".
„He dank u, mijnheer Hanaud!" riep Jim
Frobisher met warmte uit. Hij voelde zich zulk
een steen van het hart gewenteld, dat hij er zelf
verbaasd over was. Hij had zich geheel laten in
palmen door zijn medelijden met dat onbekende
meisje in dat groote huis, in een hoek gedre
ven door een stapelgekken schavuit. „Ja, dat is
waarlijk goed nieuws voor mij".
Doch nauwelijks had hij met spreken geëindigd
of er rees eenigen twijfel hij hem op omtrent de
oprechtheid van den man die tegenover hem was
gezeten. Jim wenschte niet aan den haak te wor
den geslagen en aan den kant neergelegd als
een stomme visch, hoe onervaren hij mocht zijn.
Hij liet zijn blik op Hanaud vallen enmat hem.
MEERVOUDIGE STRAFKAMER.
Zitting van 26 Mei.
BE GELEGENHEID MAAKT DEN DIEF.
De 38-jarige gepensionneerde koloniaal H. B. L. uit
Hoorn stond terecht wegens verduistering van een
zakje met geld, circa f30.toebehoorende aan den
logementhouder P. Galis aldaar. Deze was wegens
besognes met zijn huisbaas door den deurwaarder
op straat gezet en terwijl men met de verhuizing
bezig was, zou de kostganger L. even op zolder het
triplex, dat Galis tegen de pannen gespijkerd had,
verwijderen. Toen hij met dit karweitje bezig was,
vond hij aohter het triplex het bewuste zakje met
f 11 aan hard geld en twee briefjes van f 10. Hij
dacht een schat gevonden te hebben en ging ermee
vandoor. Het waren echter de spaarcentjes van Galis,
die zijn schat, in plaats van op de spaarbank in
deze riskante en verre van inbraak- en brandvrije
kluis had opgeborgen.
Verd. had van het geld mooi weer gespeeld, zijn
medekostganger Th. Doevendans getracteerd, die,
als hij „niet smoezen" zou, voor zijn stilzwijgen een
tientje en een paar schoenen zou krijgen.
Deze getuige verklaarde, dat verd. bij V. en D. een
paar schoenen en een trui had gekocht en zijn fiets
had laten repareeren en toen nog circa f 15 over had.
De verklaringen van dezen getuige waren zoo be
zwarend voor verd., dat deze het verstandiger vond,
om zijn aanvankelijk aangenomen hardnekkig ont
kennende houding te laten varen'en het hem ten-
laste gelegde te erkennen, waarna van verder ge
tuigenverhoor werd afgezien.
Verd. verklaarde zich bereid Galis het ontstolen
bedrag te vergoeden van zijn pensioen, dat f68.
per 3 maanden bedraagt.
De Officier eischte 5 maanden gevangenisstraf,
waarna mr. Prins in een sympathiek betoog er op
wees, dat deze verd. voor dit eerste economische
misdrijf niet met gevangenisstraf moest worden ge
straft. Hier heeft de gelegenheid een overigens op
passende man tot dief gemaakt; in dit bijzondere
geval achtte PI. een voorw. straf zonder bijzondere
voorwaarden op zijn plaats.
De Officier dacht, dat hij nog zeer clement ge
weest was en meende dat, waar het hier een nor
maal levend mensch was, geen termen waren voor
een voorw. straf met onder toezichtstelling, hetgeen
volgens mr. Prins tot gevaarlijke consekwenties
leidde, daar volgens deze redeneering personen,
die meer misdrijven achter zich hebben wel voor
een voorw. straf in aanmerking zouden komen.
Uitspraak Vrijdag a.s. 2 uur.
DE PROTESTEERENDE JAGER.
Het was geen rustende en ook geen berustende
jager, die hierna terecht stond. De 50-jarige .Tan de
W. uit Bergen, stond in hooger beroep terecht, we
gens overtreding van de jachtwet; hij zou in De
cember twee fasanten hebben geschoten en zonder
vergunning een jachtgeweer in huis hebben gehad.
Door den kantonrechter was hij tot tweemaal f 15
of tweemaal 10 dg. veroordeeld, waarin hij, zooals
gezegd niet wilde berusten.
Het jagertje verweerde zich energiek tegen het
hem tenlaste gelegde .Zijn neef Jan de Waard en W.
Zwaan, tegen wie hij volgens hun verklaringen ge
zegd had, dat'.hij 2 fasanten geschoten had, hadden
volgens hem nooit kunnen zien, dat hij met een
geweer had geloopen; het zou een eindje hout ge
weest zijn, dat ze voor een geweer hadden aan
gezien.
De veldwachter Mol had al lang op .Tan geloerd
en achtte het beter dat hij geen geweer had.
De ouwe baas sputterde hevig tegen en zei, dat
hij niet geschoten had; hij wist ook niet, dat de
vergunning, die hij destijds in Eg-mond had gekre
gen, verloopen was. De Officier kon geen termen
vinden voor een clementer vonnis en vroeg bevesti
ging van het vonnis van den kantonrechter, dat
tevens verbeurdverklaring van het tweeloopsjacht-
geweer inhield. Uitspraak óver 14 dagen.
EEN PUZZLE. DIE NOG NIET OPGELOST IS.
Wegens diefstal van drie douche-sproeiers, toebe
hoorende aan de St. Willibrordusstichting te Heiloo,
stond terecht de 35-jarige G. J., grondwerker te
Heiloo. Verd. beweerde tegenover de politie, aan
vankelijk verklaard te hebben twee sproeiers te
hebben gestolen ,doch dit niet gedaan te hebben;
hij had zijn voor hem bezwarende verklaring afge-
iegd, omdat hij toch al ontslagen was en om de ge
tuige E. Bestman, zooals hij zei, niet te belasten.
Hij had n.1. de 3 sproeiers van deze getuige ge
kregen, zooals hij reeds eerder een en ander van
hem gekregen had, o.a. 24 staven beton-ijzer, die hij
in een sloot bij de Stichting had gevonden, en voor
f7.50 aan Hoebe verkocht had; een partijtje hout ter
Was deze oogenblikkelijke opgeruimdheid soms
weer even komediantachtig als zijn andere lui
men? Jim was geschokt in zijn schatting van
den detective. Het eene oogenblik een rechter, en
een tamelijk onvermurmbaar rechter ook het vol
gende een clown, en het derde een vriend! Wat
was schijn en wat was waarheid? Gelukkig bleef
er eén vraag over, die als proefneming kon die
nen, en nog slechts gisteren door mijnheer Has
litt gesteld was, terwijl hij door het venster ov
Russel Square heen had gekeken. Deze vraag
werd thans herhaald door Jim.
De zaak is eenvoudig zegt u?
„Zoo eenvoudig als maar kan. V
„Hoe is het dan te verklaren, mijnheer Ha
naud. dat de ond'erzoëkingsrechter te Dijon het
toch nog noodig oordeelt, de hulp in te roepen
van een van de chefs van den Veiligheidsdienst
te Parijs?"
De vraag was blijkbaar verwacht, en even
blijkbaar moeilijk te beantwoorden. Hanaud
knikte een par malen met het hoofd.
„Ja", zeide hij. en herhaalde „Ja als twij
felde hij. Met goedkeurenden blik zag hij Jim
aan, en toen stroomde het van zijn lippen:
„Ik zal u alles vertellen, en zoodra ik het u
medegedeeld heb, zult gij mij uw woord geven,
dat gij van mijn vertrouwen tegenover niemand
ter wereld misbruik zult maken. Want dit is
bittere ernst".
Op dit oogenblik bestond bij Jim geen zweem
van twijfel omtrent de oprechtheid van Hanaad.
en evenmin omtrent diens vriendschappelijke ge
zindheid. Zij straalden als een gloed van den
man uit.
„Ik geef u thans reeds mijn woord", zeide hij
en stak hem over de tafel heen, zijn hand toe,
Hanaud schudde deze. „Dan kan ik vrijuit tot
u spreken", antwoordde hij, en haalde een blauw
waarde van f3.Get. Besteman verklaarde zich
hiervan niets te herinneren, wel had hij verd. eens
een kachel, een tafel en een stoel gegeven, die uit
de directiekeet moesten worden opgeruimd. Get.
ontkende ook verd. de spoeiers te hebben gegeven.
Verd. verklaarde, toen hij zag, dat de zaak toch
vervolgd werd, in tegenstelling met de bij het eer
ste verhoor door den veldwachter gedane toezeg
ging, zijn eerste verklaring te hebben ingetrokken.
De Officier vond de zaak nog zoo onhelder en
verwarrend, dat hij de rechtbank voorstelde, de
zaak in handen van den rechter-commissaris te
stellen voor nader onderzoek, waartoe de recht
bank na beraad in raadkamer, besloot.
MET GESLOTEN DEUREN.
Bij verstek werd hierna behandeld een zedenzaak
met gesloten deuren contra Arie B., die niet nader
te noemen handelingen had verricht met een min
derjarigen jongen.
MIDDAGZITTING BEGON MET ONFRISSCHE
ZAAK.
In de middagzitting rustte op de meervoudige
strafkamer de minder frissche taak zich bezig te
moeten houden met de persoon van Dirk K, een in
Alkmaar welbekende scharrelaar, die indertijd een
reuzenreclame maakte, dat hij in een ton naar Par
rijs zou rollen, doch het niet verder bracht dan tot
het Ziekenhuis te Leiden. Deze mislukte tonroller
vestigde zich later als waarzegger, chyromant of
handlijnkundige, astroloog oftewel sterrenkijker. In
deze mysterieuse qualiteiten kreeg hij natuurlijk
veel connecties, die echter tenslotte leelijk mis schij
nen te zijn geloopen, althans stond hij heden terecht
als verdacht van zich te hebben schuldig gemaakt
aan een zedenmisdrijf, dat in de buurt van Titel
XIV (14) van het wetb. v. strafr., handelende over
zedenmisdrijven (art. 258 Bis) of daaromtrent is te
vinden.
Een 4-tal getuigen a charge, waaronder recher
cheur Vedder waren in deze onsmakelijke zaak ge
dagvaard, doch aangezien op grond van het zede-
kwetsende dit zedeproces met gesloten deuren werd
behandeld, komt het verhandelde voor publiciteit
niet in aanmerking, hoewel het naar onze meening
wel wenschelijk zou zijn, dat aan dergelijke schan
daaltjes uit 'n oogpunt van algemeene preventie meer
dere openbaarheid werd gegeven.
Juist dergelijke verdachten genieten als gevolg
van artikelen bij de wet bepaald, o.m. art. 273 straf
vordering, waarbij op grond van het zedekwetsen-
de sluiting der deuren wordt gelast, meer voorrech
ten dan andere verdachten, die terecht staan voor
zaken, met zedelijkheid niets te maken hebbende,
waardoor zij de schande der openbaarheid in vollen
omvang moeten ondergaan.
Het ware zeer zeker te wenschen, dat deze bepa
ling, met behoud van een zekere beperking kon
worden gewijzigd; juist de tegenzin in de publiciteit
is een bijkomende maatregel van zedelijke beveili
ging. Het doet er minder toe of de motieven edel zijn,
als het doel maar wordt bereikt.
Vergeten wij ook niet, dat krachtens ditzelfde
artikel 273 de voorzitter tot bijwoning der niet open
bare zitting bijzonderen toegang kan verleenen!
Evenwel scheen het dat het met het dubieuze
zaakje van Dirk niet bepaald naar wensch op de
zitting verliep en hij zijn bekwaamheid als sterre-
mikker en handlijnsnuffelaar wél eens mag herzien
aangezien de heer Officier uit het gehoorde gedu
rende het onderzoek motief vond om niet alleen
2 jaar gevangenisstraf, doch ook onmiddellijke in
hechtenisneming te vorderen. Vermoedelijk zal Dirk
"Overigens 'n zielig kereltje voorloopig zijn
penaten '„nicht mehr wiedersehen". f
B o b e 1 d ij k.
EEN ONVERBETERLIJKE DEUGNIET.
De nog jeugdige crisisleeglooper Petrus Mathias
B. uit Bobeldijk, gem. Berkhout, thans eere-pension-
naire van het Hotel „Zum Höllzern Löffel", met 'n
kop als 'n kampioenbokser en 'n kuif als 'n lcakke-
toe, is niet wat je 'n best .merk kan noemen. AI
meermalen kwam hij in nauw contact met officier
en rechtbank en ook de reclasseering had zich al
eens over hem ontfermd, helaas met een minimuan
succes. De dreigende petoet, noch de bijzondere
voorwaarden weerhielden hem, het pad der zonde
opnieuw te betreden en in den nacht van 25 April
deed hij een inval in de woning van den ouden,
dikken landbouwer Dirk Bakker ter bovengenoem-
der plaatse in de niet onjuiste meening, dat vader
Dirk nog wel een inpikkenswaardig duitje in voor
raad zou hebben. De kanst was gunstig, het oude
echtpaar nam bij een bruidspaar een gezellig
avondje waar, dus had Piet Bos vrij spel en kon
op z ii gemak het onderzoek naar de dubbeltjes
aanvangen en voortzetten. Weldra had dan ook de
„poet" te pakken in den vorm van een stevig
houten kastje, dat aan de kamermuur was vastge
klonken, doch voor den forschen inbreker, die door
het, verbreken van een glasruit een raam had ge
opend en alzoo was binnengedrongen, geen bezwaar
dit kastje los te wurmen en mee te nemen. De in
houd viel lang niet tegen, bestaande uit een kistje
inhoudende f39.25 en 'n bankbiljet van 40 gld. en
klinkende munt, benevens 'n kappestel van moeder
de vrouw, 'n kistje met pistolen en patronen, en 'n
pakje zeer zwarte sigaretten uit zijn zak. „Steek
eerst eens op".
De beide mannen staken hun sigaret aan en
terwijl de blauwe rookwolkjes omhoog' kronkel
den, gaf Hanaud zijn verklaring:
„Ik ga inderdaad voor een geheel andere zaak
naar Dijon, De zaak Waberski dient slechts als
voorwendsel! De rechter, die er mij in gehaald
heeft kom, help mij eens, gij hebt in het En
gelsch een uitdrukking daarvoor," en trotsch be
gon Hanaud min of meer Engelsch te spreken
„die rechter moet zich zien schoon te was-
schen! Juist, dat is ongeveer uw uitdrukking
daarvoor. Hij moet zich schoon wasschen, en
gij zult inzien, mijn vriend, dat hij zich heel erg
moet zien schoon te wasschen ook, Ja! Ik wrnrd
razend, als ik om dien rechter van instructie
denk".
Hij wischte zicli het voorhoofd met zijn zak
doek af, en zijn volzinnen ordenende, ging hij
in het Fransch voort.
„Die kleine stadjes, mijn vriend, waar het le
ven niet veel vroolijks aanbiedt en menschen vol
op den tijd hebben hun neus in de zaken van an
deren te steken, zijn besmet met hun eigen mis
drijven, en de meest verderfelijke van al die mis
daden is misschien het schrijven van anonieme
brieven. Zij plegen plotseling van uit een hel
deren hemel als een verpletterende bliksemstraal
neer te schieten, vol van de gemeenste aantij
gingen, die moeilijk te weerleggen zijn en die -
wie zal het zeggen somtijds misschien wraar
zijn. Een tijd lang worden deze af schuwelijkhe-
den in de brievenbus gestoken en wordt er geen
woord van gerept. Wordt er geld geeischt, dan
wordt geld gegeven.
(Wordt vervolgd)