Onweerswolken boven Noord-China Jet huis |»ijl De rijtijden voor chauffeurs Donderdag 4 Juni 1S36. SCHAGER COURANT. Vierde Blad. No. 9990 met de Italiaansch machtsver toon op 15 Juni? Doorzitten? BRIEF UIT HET VERRE OOSTEN. De Invloed van de Sovjet-Unie. Zes richtingen strijden om de heerschappij Maar de Chineesche boeren blijven onverschillig Hieronder volgt een beschrijving van de ikrachten en tegenkrachten, die op het oogenblik aan het werk zijn, den aanblik yan Noord-China te veranderen. De atmosfeer binnen den Grooten Muur, die Het oude Ghina tegen invallen van andere volken moest beschermen, is op het oogenblik even sterk met po litieke hoogspanning geladen als indertijd, toen de Japansche militairen de verovering van Mantsjoerije voorbereidden. De situatie is zoo verward, dat de bevolking van ieder ander land dan China gek van onrust zou worden. Hoe zonderling het ook mag schijnen, toch staat de groote massa der Chineezen die in de vijf Noordelijke provincies van het He- naelsche Rijk wonen met onverschilligheid tegenover de opdringende gevaren. Het is dezelfde passiviteit, waarmede het Ghineesche volks sinds eeuwen groote natuurcatastrophen, oorlogen, overstroomingen en bongersnooden te boven is gekomen. Zij weten wel, dat de noordelijke provincies,, dat de oude hoofdstad .van het rijk, Peiping, overgeleverd is aan den druk yan zes verschillende zijden, maar het resultaat van dezen machtsstrijd tusschen de communisten, Japan ners en de Chineesche Centrale Regeering laat hen onverschillig. Het volk ignoreert de veelvuldige mo gelijkheden, die de toekomst nog verborgen houdt en lioudt het het liefst bij een oud Chineesch* gezegde: „Degeen, die het best regeert, oefent den minsten druk uit." Zes krachten.. Zes krachten oefenen uit alle richtingen van de windroos een voortdurend sterker wordende druk op Peiping uit: het Japansche leger in Noord-China, dat thans een sterkte van 7000 man heeft, van het oos ten uit; het Kwantoengleger van het noord-oosten uit; de Sovjet-Unie van het noord-westen uit; de Chineesche commuinisten met een leger van 10.000 man, dat zich thans in de provincie Sjansi bevindt, (van het westen uit; en de Centrale Regèéring van het zuiden uit. En bovendien is er nog als formeele machtsfactor de Politieke Raad van Oost-Hopei en Tsjahar met generaal Soeng Tsje-joean aan het hoofd. Hem geven de Japanners de noodige onder steuning, zonder welke Soeng niets zou zijn, daar hij yan de onverschillige Noord-Chineesche boeren geen pteun te verwachten heeft. Bovendien zijn de zakenlieden en intellectueelen He Peiping het lang niet met elkaar eens, zoodat er verschillende cliques bestaan, die zeer dikwijls bui- jfenlandsche mogendheden ondersteunen. Beslissend .voor de groote politieke richting, die de Chineesche bevolking zou hebben, indien zij zich met iets derge lijks zou bezighouden, is de opvatting van de stu denten. De Chineesche studentenorganisaties, van niemand afhankelijk, kennen slechts één ding: de gloeiende haat, die zich tegen de passiviteit van de Centrale Regeering en het Japansche imperialisme rioht. Het is niet juist, den Chineeschen studenten ,Jx>lsjewistisch-communistische neigingen" toe te schrijven. De overwegende meerderheid van hen is patriottisch en nationalistisch gezind en voelt niets voor de idee van de wereldrevolutie. II FEUILLETON Naar het Engelsch door A. E. W. Mason 11. s,Dat weet ik" hernam Betty en zij lachte. „Hij had altijd iets tegen mij, omdat ik de gewoonte had, hem „Monsieur Boris" te'noemen in plaats van ,oom". Doch niettemin wenschte ik iets voor hem te doen. Doch hij liet daartoe niet den tijd. Betty keek de brieven weer in. s,Toen was het, dat ik met mijn vingers naar hem knipte, veronderstel ik", ging zij voort, met een tintje van vermaak in haar stem. „Want indien ik mij toen tot een schikking bereid had verklaard, zou dit als een bewijs van schuld kun nen worden aangemerkt." •„Daarin heeft u volmaakt gelijk. Dat zou het inderdaad" viel Jim haar op warmen toon bij". Tot het huidige oogenblik had in het diepst van het gemoed van Jim Frobisher de verden king gesluimerd, dat dit meisje een weinig hard vochtig was geweest in haar bejegening van Bo ris Waberski. Hij was een tafelschuimer, een verkwister, en mocht geen aanspraken op haar doen gelden, dat was waar. Van den anderen kant, was hij van alle middelen van bestaan ont bloot, en mevrouw Harlowe, aan wie Betty haar Ook de invloed van de Sovjet-Unie op de Noord- Chineesche verhoudingen kan tegenwoordig slechts al» „latent" beschouwd worden. Toch houden na- tionaaldenkende Chineezen dezen invloed voor een bedreiging van Peiping, die in geval van een Ja- pansch-Russischen oorlog direct acuut zou worden. Want, zoo zeggen deze lieden, in een dergelijk ge val zou Peiping van een onschatbare strategische beteekenis zijn. Natuurlijk is men hier niet blind voor het feit, dat er in Noord-China communistische strijdkrachten zijn, die uitsluitend door de Derde In ternationale worden ondersteund. Het meest inte ressant is wel de communistische strijdmacht, die op het oogenblik door de provincie Sjansi op Peiping aanrukt. Zoowel in China als in het buitenland heeft het geen geringe verbazing opgewekt, toen de com munistische bevelhebbers van de autoriteiten te Pei ping vrijen doortocht door het staatsgebied eischten, om ten strijde te trekken tegen de Japansche strijd krachten, die te Tientsin geconcentreerd zijn. De Japanners wantrouwend. De Japanners volgen deze ontwikkeling met groo ten argwaan. Volgens hun meening zou generaal Tsjiang Kai-sjek, de leider van de Nationale Regee ring te Naking, zeer verheugd zijn over het vooruit zicht, dat de Chineesche communisten met de Japan sche imperialisten slaags zouden raken. De maar schalk hoopt nu twee vliegen in een klap te vangen: de communisten en de Japanners. Overigens zijn de plannen van de Centrale Regee ring in de diepste duisternis gehuld. Betrouwbare berichten uit Nanking melden weliswaar, dat maar schalk Tsjiang Kai-sjek zich op den ooi-log tegen Ja pan voorbereid, maar nog niemand weet te voorspel len, wanneer de groote dag", waarop de Chineesche troepen tegen de Japanners zullen oprukken, daar zal zijn. Ook is nog zeer omstreden de vraag, of de maar schalk in geval van oorlog zal trachten, de noorde lijke provincies voor Nanking terug te veroveren dan wel of hij er zich slechts toe beperken zal, het Ghineesche gebied, dat ten zuiden van de Gele Ri vier gelegen is, tegen een mogelijken Chineeschen aanval te beveiligen. In geval van deze beperking houdt men het in China voor zeker, dat de noorde lijke provincies, dus Hopei, Tsjahar, Sjansi, Soeijoean en Sjantoeng een nieuw Mantsjoekwo zullen wor den. (Auteursrecht V.P.B.-United Press), (Nadruk verboden). Of beteekent liet alleen maar, bluf Parijs Volgens de „Oeuvre" zijn de Fran- scbe en Engelsche ministerien van buitenland- sche zaken ervan op de hoogte gesteld, dat de Italiaansche regeering met zorg een politiek machtvertoon voor den löden Juni zou voorbe reiden. De duce zou openlijk voorbereidende mo bilisatie-maatregelen treffen langs de grenzen van Oostenrijk, Zuid-Slavië en Frankrijk. De reservisten hebben hun mobilisatiebiljet ontvan gen, waarop de plaats staat aangegeven, waar zij zich op order hebben te vervoegen, doch in de betreffende streken heeft men nog geen troepen bewegingen waargenomen. Volgens andere be richten zou de Italiaansche regeering order heb ben gegeven, dat openbare gebouwen en scholen voor 15 Juni ontruimd moesten worden. Men is overigens van meening, dat het hier in hoofd zaak bluf betreft voor het geval, dat de sancties niet op 15 Juni zouden worden opgeheven. fortuin te danken had, had geen bezwaren ge maakt hem te verdragen en te ondersteunen. Thans evenwel, was deze verdenking gesmoord, de geringe blaam van het meisje afgenomen, en door haar eigen openhartigheid. „Daarmede houdt alles op", zeide Betty, met een zucht van verlichting de brieven aan Jim teruggevende. Daarop lachte zij eenigszins wee moedig „Doch één kort oogenblik, maakte ik mij werkelijk zeer ongerust", bekende zij. „Ziet u, men liet mij halen en lk werd door den rechter ondervraagd. O! Niet zijn vragen joegen mij angst aan, doch hij, de man. Ik twijfel niet, of het is zijn plicht, ernstig te kijken, doch ik kan niet nalaten onwillekeurig te denken, dat wan neer iemand zoo verschrikkelijk streng kijkt als hij doet, het moet zijn, omdat hij iemand voor schuldig houdt. „Vervolgens verbood hij mij, gebruik te maken van mijn auto, als verwachtte hij, dat ik de vlucht zou nemen. En om de kroon te zetten op alles, ontmoette ik toen ik uit het Paleis van Justitie gekomen was, een paar kennissen, die mij een lange lijst opsomden van menschen, die veroordeeld waren geworden, om eerst onschul dig te worden bevonden toen het te laat was. „Welk een snoodaards!" riep Jim uit. „Och, dergelijke vrienden hebben wij allen", merkte Betty filosofisch aan. „De mijne evenwel, waren bizonder onuitstaanbaar. Want waar ik er bijstond, begonnen zij te redetwisten, of ik niet den besten advocaat zou nemen dien er te krijgen was, en of, aangezien Mevrouw Harnowe mij als kind had aangenomen, het misdrijf nit kon wor den aangerekend als moedermoord. In welk geval er geen sprake zou zijn geweest van gratie en ik naar de guillotine zou zijn geleid met een zwarten sluier over mijn hoofd en op bloote voe ten", Zij las afschuw en verontwaardiging op het Goede vangst van de Haagsche politie VGravenhage, 3 Juni Dank zij de bijzon dere activiteit en medewerking van den juwelier M. is het gisteren aan de Haagsche politie ge lukt, wederom twee inbrekers te arresteeren, die verdacht worden tal van diefstallen in de resi dentie gepleegd te hebben. Het geval heeft zich als volgt toegedragenf Gistermiddag kwam de vijftig-jarige S. eenige gouden sieraden te koop aanbieden bij bedoel den juwelier M. De juwelier herkende in S. den man, die hem eenigen tijd geleden eenige siera den wilde verkoopen welke bij onderzoek van dief stal afkomstig bleken te zijn. De juwelier was toen de dupe geworden en het politie-onderzoek leidde tot geen resultaat omdat S. bij zijn bezoek aan den juwelier een valschen naam had opgege ven. Toen M. bemerkte, met wien hij te doen had, heeft hij den man aan den praat gehouden en door zijn winkeljuffrouw de politie laten waar schuwen. Het had echter maar weinig gescheeld of S. was reeds vertrokken, toen de politie ar riveerde. Zeer waarschijnlijk begon hij lont te ruiken en wilde juist op zijn fiets stappen, toen eenige rechercheurs aankwamen en hem op het laatste moment konden aanhouden. Bij fouilleering werden een aantal gouden sie raden, welke hij enkele oogenblikken tevoren te koop had aangeboden, op hem bevonden. Het bleek, dat deze sieraden afkomstig waren van een inbraak, welke den vorigen avond gepleegd was in het perceel aan de Valkenboschkade. Aanvankelijk ontkende S. iets met den inbraak te maken te hebben, en zeide de sieraden van een onbekende te hebben gekocht. Later viel hij echter door de mand en bekende, met een zekeren B. de dader te zijn van den in braak. De politie heeft gisteravond B. gearresteerd en beiden zijn thans in verzekerde bewaring ge steld. Het politieonderzoek in deze zaak is nog niet afgeloopen, doch thans reeds staat vast, dat de politie door de arrestatie van B. en S. een goede vangst heeft gedaan. MUNTEN GEVONDEN Arbeiders van de werkverschaffing, die in het Baarnsche bosch aan het werk waren, vonden bij een boom, in een gat in den grond, ruim 200 Fransche, Belgische, Duitsche en Nederlandsche muntstukken. De munten, die voor een deel nog gangbaar zijn, zijn van koper, nikkel en zilver. Vermoed wordt, dat de muntstukken in de na- oorlogsjaren door een van de vele vluchtelingen, die zich toen hier te lande bevonden, zijn ver stopt. ANTISEMIETISCHE BOTSINGEN IN POLEN Warschau Te Minsk Mazowiecki is het tot Antisemietische betoogingen gekomen, nadat een sergeant uit persoonlijke motieven door een Joodsch inwoner was gedood. Jongelieden trok ken door de straten en vernielden de ruiten van Joodsche winkels en huizen. In een winkel werd brand gesticht. Verscheidene voorbijgangers war den lastig gevallen. GROOTE BRAND IN ROUAAN Parijs In Rouaan zijn twee groote hallen en een garage in de asch gelegd. Hier waren 8 vrachtauto's en een depot balen katoen opgesla gen De schade wordt geschat op 5 millioen francs. gelaat van Jim Frobisher, en stak hem de hanr toe. „Ja, in die kleine stadjes wordt kwaadaardig heid op min of meer grove wijze geuit, hoewel" en zij stak een klein voetje, dat in een glim mend laarsje gestoken was, uit, en bekeek het aandachtig „ik niet geloof, dat ik in de ge geven omstandigheden mij er veel om bekomme ren zou, of ik mijn beste kousen en laarsjes aan had, dan wel in het geheel geen". „Ik heb nooit zulk een lompe voorstelling ge hoord", zeide Jim. „In ieder geval zult u zich kunnen indenken dat ik een -weinig geschokt thuis kwam", ver volgde Betty, „en waarom ik dat dwaze schrik achtige telegram afzond. Ik heb het willen her roepen, toen ik weer mijzelf was geworden. Doch het was reeds te laat. Het telegram was Zij brak plotseling af. „Wie is dat?" vroeg zij met veranderde stem. Zij had steeds rustig en langzaam gesproken, en bijna met een tikje humor over de oorzaken van haar angst. Thans echter werd haar vraag snel geuit, en ongerustheid voerde in haar stem den boventoon. „Ja, wie is dat?" herhaalde zij. Een groot, zwaargebouwd man was voorbij het groote ijzeren inrijhek komen slenteren en in een oogwenk den voortuin ingewipt. Geen seconde eer der was hij een toevallig voorbijganger op straat geweest, en nu verdween hij reeds onder de bree- de glazen uitbouw bij de voordeur. „Het is Hanaud", lichtte Jim haar in, waarop Betty op haar voeten sprong als was zij door een veer bewogen, en zij bleef wankelend staan. „Ge hebt van Hanaud niet te vreezen", stelde Jim haar gerust. „Ik heb hem de beide brieven van Waberski getoond. Van het begin tot het einde is hij uw vriend. Luister. Dit heeft hij gisteren te Parijs tot mij gezegd. VGravenhage. In een adres aan de Tweede Ka mer der Staten-Generaal heeft de K.N.A.C. verzocht, met de algemeene bezwaren, welke bij het automo- bielverkeer bestaan tegen het gewijzigd ontwerp van wet „bepalingen", beoogende het tegengaan van oververmoeidheid van bestuurders van motorrijtui gen" zooveel mogelijk rekening te willen houden en in het bijzonder het wetsontwerp zoodanig te willen amendeeren, dat bij algemeenen maatregel van be stuur geen voorschriften van kracht kunnen worden welke beperkingen zouden opleggen aan den rijtijd van eigen rijders of heerrijders, geneeskundigen, han delsreizigers enz., zoomede van particuliere chauf feurs. Blijkens mededeelingen in de memorie van ant woord op het voorloopig verslag van de Tweede Ka mer inzake genoemd wetsontwerp zou het in de be doeling van de regeering liggen, behalve voor be roepschauffeurs ook voor zg. heerrijders, onder welke worden gerekend geneesheeren en ook voor handels reizigers enz. een verbodsbepaling in het leven te roepen, om langer dan maximum 4 uren achtereen een motorrijtuig te besturen. Hoezeer de K.N.A.C. kan instemmen met het tref fen van passende maatregelen, welke beoogen, het tegengaan van de overigens zeldzaam voorkomende verkeersongevallen veroorzaakt door oververmoeid heid van bestuurders van motorrijtuigen, is zij over tuigd, dat het overbodig en zelfs schadelijk moet worden geacht, indien deze bepalingen verder zou den gaan dan voor het beoogde doel, n.1. de arbeids bescherming en de verkeersveiligheid, beslist nood zakelijk is. Zij is zeer positief van meening, dat voor niet-be- roepschauffeurs bepalingen, welke den rijtijd als bestuurder regelen, onnoodig en ongewenscht zijn, omdat: a. Oververmoeidheid van niet-beroepschauffeurs nimmer of nagenoeg nimmer aanleiding is geweest tot gegronde klachten over het in gevaar brengen van de veiligheid van het verkeer, hetgeen volko men verklaarbaar is, omdat deze categorie van be stuurders door het ontbreken van een dienstverhou ding op eigen verantwoordelijkheid rijdt. b. Deze voorschriften evengoed als de maximum- snelheidsbepaling niet of hoogst onvoldoende zou den kunnen worden gecontroleerd, hetgeen niet an ders dan afbreuk kan doen aan het gezag van de overheid. c. Dat bovendien een voorschrift voor eigen rijders, niet langer dan een zekeren tijd, i.c. vier uren ach tereen een auto te besturen, er begrijpelijkerwijze toe zal kunnen leiden, dat, om een bepaalden af stand af te leggen, dan wel een aantal aangelegenhe den „af te doen", de snelheid van het motorrijtuig soms zoodanig zal worden opgevoerd, dat de voor zicht igheidsgrenzen worden overschreden. d. Onnoodige overlast en hinder zal worden aan gedaan aan het normale gebruik van de auto, zulks in tegenstelling met hetgeen geschiedt in andere landen, waar op alle mogelijke wijzen wordt ge tracht., de ontwikkeling van dit onmisbare vervoer* middel te bevorderen. Ook voor particuliere chauffeurs is de noodzake lijkheid nimmergebleken van een dergelijke bepa ling welke tot gevolg zou kunnen hebben dat een gedeelte van deze werknemers hun betrekking zal kunnen verliezen. Tenslotte zou het binnenlandsch toerisme daardoor niet worden gediend, aangezien door de steeds toe nemende lasten van en belemmeringen op de auto binnenslands de trek haar het buitenland zal wor den gestimuleerd. HET HAAGSCHE ZEDENSCHANDAAL Nog 2 arrestaties 's-Gravenhage Naar ons ter oore komt Is de Haagschepolitie er dezer dagen toeovergegaan nog twee personen te arresteeren, die verdacht worden betrokken te zijn bij het zedenschandaal. Het zijn een Hagenaar en een Amsterdammer. Laatst bedoelde is door de Amsterdamsche poli tie aangehouden en naar den Haag overgebracht. De beide aangehoudenen zouden gister voor de Justitie worden geleid. s,Gisteren te Parijs?" vroeg Betty eensklaps. „Ja, ik bracht hem een bezoek in de Sureté. Dit waren zijneigen woorden. Ik heb ze bizonder goed onthouden, zoodat ik ze u herhalen kan,- juist zooals ze werden gezegd. „Uw jeugdige cliente kan haar mooie hoofdje gerust op haar kussen neervlijen, zonder eenige vrees, dat haar ongerechtigheid zal geschieden". De bel aan de voordeur weergalmde door hef geheele huis, juist toen Jim met spreken geëin digd had. „Waarom is hij dan te Dijon? Waarom schelt hij daar juist aan? vroeg Betty onverzettelijk. Doch dit was de eenige vraag, waarop Jim het antwoord moest schuldig blijven. Hanaud had hem in vertrouwen een mededeeling gedaan. Hij had zijn woord gegeven, te zullen zwijgen. Betty moest nog een korten tijd in den waan gelaten worden, dat de door Waberski tegen haar inge brachte beschuldiging, de ware reden was voor de aanwezigheid van Hanaud te Dijon, en niet slechts een verontschuldiging daarvoor. „Hanaud handelt op bevel", gaf Jim dus ten antwoord. „Hij is hier, omdat hem verzocht werd hier te komen" en tot zijn verlichting bleek dit antwoord afdoende. De waarheid evenwel was dat de aandacht van Betty zich bepaald had tot een vraagstuk waarvan hij den sleutel niet bezat „Dus u bracht gisteren een bezoek aan mijn heer Hanaud te Parijs", zeide zij met een aller liefst lachje. „U heeft waarlijk niets vergeten waarmede u mij van dienst kunt zijn". Zij legde een hand op het kozijn van het geopende venster „Ik hoop dat hij al het complimenteuse gevoeld heeft van mijn van een doodelijken schrik getui gend telegram naar Londen. (Wordt vervolgd;

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1936 | | pagina 11