De Negus als Mr. John Hoy in Londen. H let huis »iji De ontwikkeling van het met de Een der pakkend&te stadsaanzichten van Europa - Budapest bij nacht- verli chting. DE KONING DER KONINGEN IN EEN LASTIG PARKET ZAL HALLE SELASSIE HET LOT VAN ALLE ONTTROONDE VORS TEN DEELEN (Van onzen V.P.B. correspondent) Londen, 15 Juni 1936 Zeker, men mag zich over gevallen groothe den niet vroolijk maken, maar het dandy hoed je, dat de vroegere koning der koningen zich in plaats van de kroon op het hoofd gezet heeft maakt toch een zeer komischen indruk. Ook de nauwe broek en de lakschoenen, die in het ge heel niet bij de zwart zijden burnoes passen, wekken op elke gardenpartij, waar de onttroon de monarch verschijnt, de lachlust op. Gelukkig dat de negus daarvan niets bemerkt en zich steeds weer opnieuw met een betrekkelijk vroo lijk gezicht laat fotografeeren. De negus woont Prince Gate nr. 6, onmiddel lijk naast het Ethiopische gezantschap. Dit huis is echter niet groot genoeg, om de geheele huis houding van den keizer te herbergen. Daarom heeft sir Elie Kadoorie een machtig Joodsch handelsman uit Sjanghai, zijn villa aan den vorst ter beschikking gesteld. Hier verblijft de keizer meestal, hier ontvangt hij de pers en hier liggen ook de woonvertrekken van zijn fa milie. Reeds voor de aankomst van den keizer ston den voor beide huizen twee politie-agenten op post en sinds hij in Londen verblijft is deze bewaking nog aanzienlijk versterkt. Maar de kei zer zonder land heeft hier niet veel te vree zen. Hij verheugt zich in de algemeene sympa thie der Londenaren. Reeds vele dagen voor zijn aankomst kwamen er duizenden brieven binnen van particulieren personen, die verzochten, den negus op hetstation te mogen begroeten. Al deze FEUILLETON Naar het Engelsch door A. E. W. Mason 21. Een jong meisje van schoonheid en stand, doch met een zonderling en geheimzinnig karakter dorst in haar hart naar meer kleur en gelach en vermaak in haar leven, en naar de macht, welke haar schoonheid haar verleent, indien zij slechts naar deze wil grijpen, en terwijl deze dorst haar verteert is zii niettemin in staat, alle teekenen daarvan te verbergen. Ziedaar het beeld dat ik u teeken van die hardvochtige, van Betty Harlowe." Voor de eerste maal sedert het onderhoud was aangevangen, gaf Betty blijken van belang stelling. Tot dusverre had zij er bewegingloos bij gezeten, een toonbeeld van minachting, door een ijskorst omsloten. Thans sprong de levens vonk tot haar over. Zij leunde voorover, de elle boog op haar over elkander geslagen kniën hara kin in de hand, haar oogen op Waberski ge vestigd, een glimlach van vermaak over deze analyse van haarzelve, verleende leven aan haar aangezicht. Jim Frobisher daarentegen kreeg in zijn schuilhoek een gewaarwording als moest hij luisteren naar godslasteringen Waarom werd het door Hanaud geduld? Er waren aanwijzin verzoeken werden echter geweigerd. Perronkaar ten werden slechts uitgegeven door Scotland Yard. Een incognito, dat geen incog- cognito is. Haile Selassie heeft te Londen incognito en toch weer niet incognito zijn intrek genomen. De keizer bevindt zich in een zeer lastige situ atie. Vanzelfsprekend is hij naar de Engelsche hoofdstad gekomen, om hier voor zijn rechten en aanspraken te kunnen optreden. Anderzijds weet hij heel nauwkeurig, dat de Engelsche re geering niet gaarne zou zien, dat zijn oponthoud in Londen met bijzondere sensaties gepaard zou gaan. Overeenkomstig de Engelsche politiek,- die den oorlog tusschen Italië en Abessinië als een aangelegenheid van den Volkenbond behandel de stelt men zich ook op dit oogenblik nog op het standpunt, dat niet Londen, doch Geneve voor Haile Selassie de juiste plaats is, om voor zijn belangen op te komen. Dit dwingt den Abes- sijnschen keizer tot groote reserve en men be- VERDEEL DE RIJKDOM. Samenwerking tusschen Father Coughlin en Long's navolgers. De reverend G. Smith, leider der „Verdeel de rijk- dom"-beweging van wijlen Senator Huy P. Long, sprak gisteren over een losse overeenkomst van sa menwerking tusschen zijn aanhangers en die van Father Coughlin, den bekenden „radio-priester", bij de komende campagne voor de presidentsverkiezin gen. merkt reeds heden, dat de werkelijk belangrijke besprekingen in alle stilte en verborgèn voor de oogen der journalisten plaats hebben. Haile Selassie is onder den naam John Hoy of Ethiopia, waaronder zoojuist ook zijn bio grafie te New York verschenen is, naar Londen gekomen. De Engelsche regeering zou het aan genamer gevonden hebben, indien slechts mr. John Hoy naar Londen gekomen ivas. Dat is echter niet in overeenstemming met de plannen van den keizer. En zoo wordt de negus voor de moeilijk etaak gesteld, zijn rechten te verdedigen en doch de grenzen van zijn incognito niet te overschrijden. Het nieuwe dagblad van mrs. Pankhurst. Intusschen kan Mr Hoy het dikwijls zelf niet verhinderen, dat geestdriftige Engelschen voor hem op den bres springen. Zoo is thans in de Engelsche hoofdstad een nieuw dagblad versche nen, dat geleid wordt door miss Sylvia Pank hurst. Deze courant heet „The New Times and Ethiopian News". Welk doel men met het blad nastreeft, bleek reeds uit het eerste nummer. In een hoofdartikel werd geëischt. dat Abessinië lid van den Volkenbond zou blijven, dat Haile Selassie de eenige erkende vertegenwoordiger van Ethiopië zou zijn en dat het Suezkanaal geblokkeerd zou worden, indien Italië den ver dreven keizer geen aannemelijke vredesvoorstel len zou doen. Maar de „New Times en Ethiopian News" zal weer verdwijnen. Italië zal den verdreven kei zer geen aannemelijke vredesvoorstellen doen en het Suezkanaal zal niet gesloten worden. Zijne Majesteit zal zich naar alle waarschijn lijkheid naar de oevers van het Meer van Ge rieve terugtrekken, waar hij in de omgeving van Vevy een landgoed gekocht heeft, waarom ze ker vele van zijn onderdanen hem zouden benij den, indien zij wisten, dat er zoo iets bestond. Hij zal het lot van zooveel onttroonde vorsten deelen, die na een verloren oorlog het particu liere leven van een millionair zijn gaan lijden. Dat oud-Japan nog leeft, trots de moderniseering van de laatste jaren bewijst wel deze fraaie foto van een oud-Japan sche tempelfeest. gen, had hij gezegd, die hij uit den mond van Boris Waberski wenschte te vernemen Het punt waaromtrent hij aanwijzingen wilde hebben, was reeds lang afgehandeld, terstond bij het begin van deze met den vorm strijdige zitting. Het was zoo klaar als de dag, dat Boris Waberski niets had liit te staan met den anoniemen brief van Betty. Waarom schonk Hanaud dus dezen pal jas van een kerel de vrije gelegenheid, Betty Harlowe te bekladden? Waarom zette hij dit verhoor voort, als kon er eenig gewicht aan de beschuldiging gehecht worden? Waarom, in één woord, wierp hij deze deur niet open, ten einde aan Jim Frobisher de gelegenheid te verschaf fen, Waberski de dreigbrieven aan mijnheer Haslitt onder den neus te duwen, en daarop zelf ter zijde te gaan staan, opdat Jim den las teraar in dien toestand zou kunnen brengen, waarin hij de verpleging door Jeanne Baudin inderdaad niet zou kunnen missen? Jim was werkelijk hoogst misnoegd over mijnheer Hanaud Hij had zich in hooge mate in hem vergist. Na een kleine zenuwachtige beweging te heb ben gemaakt, op het oogenblik waarop Betty was gaan voorover leunen, zette Boris Waberski intusschen zijn beschrijving voort: „Voor zulk eene is Dijon buitengewoon saai. Het is waar, dat men ieder jaar een maand of zoo naar MontelCarlo ging, doch dit diende slechts om iemand een beeld te geven van hoe het zijn kon, juist wat het zien van een siga ret is voor iemand, die wenscht te rooken. En dan terug naar Dijon! Ach, monsieur, niet naar het Dijon van de Hertogen van Bourgondië, niet naar het Dijon zelfs, van het parlement van de Staten, doch naar het Dijon van heden, een alle- daagsch, saai provinciestadje in Frankrijk, dat niets overgehouden heeft van zijn vroegere ver maken en roem, dan een paar zeldzame gebou wen en een weinigje geest van spotternij. Een stel u dan, monsieur, deze hardvochtige voor, met een vermogen* en de vrijheid binnen haar greep, indien zij op een avond, waarop monsi eur Boris uit is, slechts den moed heeft, de hand er naar uit te strekken. Doch dat is niet alles. Want er is een invalide in huis, aan wie men oplettendheid verschuldigd is ja. en aan wie oplettendheid moet worden geschonken". In het vuur, waartoe hij zich had laten verleiden, legde Waberski zich bedwang op en kneep hij met een slim hoofdknikje, de oogen half dicht. „Want die invalide kon zeer lastig zijn. Ja, want zelfs die lieve ziel had haar gebreken. Ach ja, en wij zullen deze niet vergeten, wanneer het oogen blik waarop verzachtende omstandigheden mo gen worden bepleit, is aangebroken. Ja warlijk" en met een edel gebaar strekte hij een arm uit. „En ikzelf zal de eerste zijn, die dit aan de Rechtbank onder het oog zal brengen, wanneer het vonnis moet worden uitgesproken". Betty Harlowe leunde weer in een onver schillige houding achterover. Uit een leuning stoel bij de deur, klonk een spottend lachje van de lippen van Ann Upcott. Zelfs Hanaud glim lachte. „Jawel, jawel", zeide hij, ,doch wij zijn nog niet aan de Rechtbank toe monsieur Waberski. Wij zijn nog steeds op hét punt waar u het aan uw hart voelt doch nog niet in uw hoofd". „Dat is zoo", gaf Waberski opgeruimd ten antwoord. „Den 7en Mei, op een Zaterdag de poneer ik mijn aanklacht bij de Prefectuur. Waarom? Omdat ik dien morgen de zekerheid verkreeg. Eindelijk wist ik het hier ook" en zijn hand ging wederom naar zijn voorhoofd, en hij schoof vooruit op den rand van zijn stoel. „Ik bevind mij in de Rue Gambetta, een van de kleinere straatjes in de volksbuurt, een straat WAT DE SPAANSCHE REVOLUTIE KOST. Een droeve balans om de gevolgen van partijhaat. Madrid, 17 Juni (A.N.P.) Tijdens de gisteren gehouden debatten in de Cortes heeft Gil Robles, de leider van de „Acion popular" medegedeeld, dat sinds de overwinning van het Volksfront op 2 Fe bruari j.1., in Spanje 269 menschen bij straatgevech ten zijn gedood en 1287 gewond. MISLUKTE UITBREEKPOGING UIT AMERIKAAN- SCHE GEVANGENIS. Een cipier gedood. Uit Richmónd JVirginia) wordt, gemeld, dat in de staatsgevangenis aldaar een mislukte poging tot uitbreken is ondernomen, welke een cipier het leven heeft gekost. Acht gedetineerden maakten zich plot seling meester van een vrachtauto op het binnen plein van de gevangenis en reden in razenden vaart met twee cipiers als gijzelaars op de poort af. Het feit werd echter door de andere cipiers bemerkt, die de vrachtauto terstond onder zwaar machine geweervuur namen. Op deze wijze kon de uitbreek poging verhinderd worden. Van de medegenomen cipiers werd echter een ge dood en de andere gewond. Ook vier gedetineerden liepen schotwonden op. DE WEG NAAR EEN NIEUW EN RIJKER IMPERIUM. (Van onzen U.P.-V.P.B.correspondent). ROME, 16 Juni '36. Er leven nog vele menschen in Italië, die de ont wikkeling van Italië van een klein land met een oppervlakte van 220.000 vierkante kilometer tot een imperium, dat twintig maal zoo groot is, hebben medegemaakt. De nieuwe „statistiek van het impe rium" toont aan in welk tempo Italië zich uitgebreid heeft. In 1870, toen de eenheid van Italië werkelijkheid geworden was, omvatte het land 220.000 vierkante kilometer met een bevolking van 25 millioen men schen. Heden, 66 jaren later, na de verovering van Abessinië, beroemt Italië zich op een landbezit van 4 millioen vierkante kilometer, waarop 55 millioen menschen leven. Bijna het geheele gebied, waarmede Italië zich sinds 1870 uitgebreid heeft, ligt in Noord en Oost-Afrika. In 1870 had Italië geen koloniale be zittingen. De eilanden Sicilië en Sardinië waren ge lijkgerechtigde deelen van het moederland. Maar Italië's eerste koloniale avontuur viel in het zelfde jaar, waarin het Italiaansche koningschap ge schapen werd. In 1870 kocht de regeering de haven Assab aan de Bab el Mandeb in het huidige Ery- threa. In 18S9 trachtte Italië voor de eerste maal Abessinië in bezit te nemen door de instelling van een protectoraat over Ethiopië. Maar koning Mene- lik vernietigde met een sterk leger van 80.000 man de Italiaansche strijdkrachten van 12.000 man in den slag bij Adoea in 1896. Indertijd gelukte het den Abessijnen, de Italianen uit hun land te verdrijven. Maar zij zetten zich in Erythrea neer, dat de eerste Italiaansche kolonie werd. Ongeveer tegelijkertijd zond de Italiaansche re geering haar eerste koloniale expeditie naar Soma- liland, doch eerst in 1905 gelukte het Italië, deze smalle kuststrook tot kolonie te maken. Lvbië en de Dodekanesos-eilanden kreeg Italië na een oorlog met Turkije, die in 1911 begon en in 1912 met de annexatie van deze gebieden door Italië eindigde. Aan het eind van den wereldoorlog voegde Italië bij het reeds veroverde gebied nog eens 30.000 vier kante kilometer, grootendeels ten koste van Oos tenrijk. Zijn verdere koloniale aanspraken werden echter door de heeren te Versailles afgewezen. En nu, in 1936 heeft Italië toch zijn koloniale rijk afgerond. In een kortgeleden gegeven interview heeft Mus- solini „verklaard, dat Italië nu tot de „verzadigde naties" behoort. In het bezit van koloniale gebieden, die bijna 20 maal zoo groot zijn als Italië zelf, ge looft de duce de basis te hebben gelegd voor een nieuw en rijker Italiaansch imperium, waarvan de bevolking zoo hoopt Mussolini over eenige tientallen jaren de 100 millioen zielen zal hebben bereikt. met een paar winkeltjes, en een reputatie, die niet van de beste is. Te tien uur loop ik haastig door dat straatje en uit een klein winkeltje, een paar meters van mij af, komt die hardvoch tige, mijn nicht". Het geheele karakter van de zitting was eens klaps veranderd. Hoewel hij geheel afzonderlijk gezeten was, voelde Jim Frobisher de nieuw ontstane spanning, en was hij zich van de nieu we afwachting waarin een ieder verkeerde, be wust. Een oogenblik geleden, was Boris Wa berski, terwijl hij had zitten praten en gesticu- leeren, een bespottelijk figuur geweest, iemand bijna waard, in zijn gezicht te worden uitge lachen. Ofschoon zijn stem nog zenuwachtig van hooge tot lagere noten overging en zijn lichaam zich bewoog als dat van een wassen pop, werd hij verslonden door de oogen van iedereen van iedereen, dat is te zeggen, behalve door die van Betty Harlowe. Hij schermde niet langer in het vage Hij had gesproken van een bepaald uur en van een bepaalde plaats, en van een bepaald voorval, dat op die plaats gebeurd was. „Ja, in dat slecht ter naam en faam bekende straatje zie ik haar. Tk kon mijn oogen niet ge- looven. Ik stap snel een slop in, en kijk om een hoek. Ik kijk goed uit mijn oogen". en Wa berski wees naar deze met twee van zijn vin gers. als was het iets zeer bizonders dat hij met zijn oogen keek en niet met zijn ellebogen, „en zie, dat ik mij niet vergis. Daarop wacht, ik tot zij uit het gezicht is, en loop voorzichtig verder om te zien, welken winkel in dat gemeenë straat je door haar bezocht is. Voor de tweede maal weigerde ik, mijn oogen te gelooven. Want boven' de deur las ik den naam, Jean Cladel, Kruid kundige." (Wordt vervolgd.) diens jjeuvciiire,^" het zoogenaamde orgaandialect. "P/vr, t-n-rrroliflr? n c tusschen Louis en rneia en gueu - Brad- tisten dat gedaan heeft en doet

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1936 | | pagina 8