|Mji
Kantongerecht te Alkmaar.
met de
Wereldoorlog tegen
den opium.
ZITTING VAN VRIJDAG 24 JULI 1936.
Heerhugowaar tl.
DAT LIEF MET EEN SISSER AF.
De. chauffeur Paul Rijnberg uit Grootschermer
bereed op 21 Mei aldaar den Kanaaldijk, onder een
stevige bries en had alstoen het ongeluk een wiel
rijder uit Limmcn, do 16-jarige piepers-grabbelaar
.lan Olbers aan te rijden, voor welk feit hij thans
terecht stond. De chauffeur scheen echter geen lust
te hebben, de schuldvraag met een hartgrondig ja
te beantwoorden en beweerde dat Olbers, vermoede
lijk door don harden wind en gebogen over het
stuur, niet voldoende had opgelet, maar Jan 'n niet
al te snugger uitziend type, deed zoo goed en zoo
kwaad als het kon, z'n woordje en zei: Hai, dat
was Paulus dan, hai gaf 'n saispjong na main toe,
ir.aaj ik hield goed jechsterwijl zijn Limmer
vriend Boon dit verhaal nog wat aandikte en
oreerde: Hai, (Paulus) gaf 'n saispjong en hep„te
kort oitteweke, en toe benne ze natuujek teugeme-
kandej annegaan.
Mr. de Groot was de meening toegedaan, dat
Rijnberg in dit precaire geval had moeten stoppen
en requircerde f10 boete of 8 dagen, welke straf door
den Kantonrechter werd gereduceerd tot f5 boete
of 5 dagen.
He erhugo waard.
ALS HET ZONDAG IS EN HEEL MOOI WEER
EN KERMIS IN DE WAARD.
Op Zondag 14 Juli (1916, meneer de waarn. ambte
naar vertoefde vermoedelijk in den geest nog bij den
rampzaligen watersnood, dus hier werd 20 jaar bij
gevoegd), een der als het duinzand zoo talrijke
kermiszondagen in de Iieerhugowaard, in de wande
ling genaamd de blauwe reiger-polder, bevond zich
aldaar ook de landbouwer Jan Kostelijk uit Oud
karspel in zijn super de luxe Sedan op den Middel
weg, terwijl uit den Basserweg op zijn rijwiel aan
kwam peddelen de heer Jan Jongkind, rijwielher
steller te plaatse. Het staat vast dat een van deze
beide heeren niet voldoende uit zijn doppen keek
en kwam Jongkind in aanrijding met het vehikel
van Kostelijk, waardoor hij tegen de vlakte kwakte
en, behoudens een lichte beschadiging van zijn rij
wiel, zijn beste kermisbroek op de knie een zoo
goed als onherstelbare wond werd toegebracht. De
zaak werd politioneel zaakkundig onderzocht en
mijnheer Jan Kostelijk werd de rol van het justiti-
eele slachtoffer toebedeeld. Hij stond dan heden
terecht en refuseerde alle schuld, die hij overscha
kelde op Jan Jongkind, omdat hij absoluut niet op
den auto had gelet, en dat terwijl er ruimte genoeg
overbleef, en Kostelijk met ijver den claxon had
bespeeld.
Er was een getuige a charge, M. Blauw en een in
het voordeel van den verdachte, Cornelis de Geus,
dus in dit opzicht waren partijen wel zoo wat gelijk,
maar de doorslag gaf de vernielde feestpantalon,
door vader Jongkind, welke heer optrad voor zijn
minderjarigen stamhouder met betrekking tot de
eisch om schadevergoeding was meegedragen, gaf
den doorslag. Deze broek, hoewel niet gloednieuw,
bleek onherstelbaar verloren te zijn en zou zelfs
stoppage geen redding kunnen brengen.
Mr. de Groot, de vurige stuurkransdraaier en
goed onderlegd technicus, die meer van het auto
mechanisme weet dan het onderscheid tusschen een
motorslinger en een Dunlopband, fulmineerde duch
tig over de roekelooze automobilisten en hoewel hij
sommige verklaringen cum gra no salis accepteerde,
achtte hij in casu een ernstige straf noodzakelijk,
requireerde alzoo 130 boete subs. 20 dagen, benevens
ontzegging rijbevoegdheid voor den tijd van 3 maan
den. Na deze leelijke klap op de vuurpijl verklaarde
de fung. ambtenaar nog geen bezwaar te hebben
tegen de ingestelde eisch tot schadevergoeding be
treffende de beschadigde pantalon tot een bedrag
van 7 gulden.
Over 1 week uitspraak.
Iieerhugowaard.
DEER WIST HIJ KREK NIKS VAN OF.
Als algemeen bekend staand, mag worden veron
dersteld, wanneer vrouwen 't op haar praatspieren
krijgen, er geen stoppen aan is, maar de mannen
staan bekend om hun zwijgzaamheid. Uitzonderin
gen bevestigen do regel en de 46-jarige tuinder uit
Iieerhugowaard, was zulk een ongunstige uitzon
dering. Luister maar.
Onze Dirk dan, was bekeurd, daar hij op 9 Juni
twee strafbare feiten pleegde, toen hij zich op z'n
fietsie voortbewoog. Ten eerste gaf hij bij 't veran
deren van richting geen teeken en ten tweede kneep
hij de bocht veel te links af.
De kantonrechter raakte al direct in dispuut met
Dirk, want Dirk was niet in de Blauwe Reigerspol
der, maar in Venhuizen geboren. De vlieger ging
niet op, want Venhuizen is Gem. II.H.Waard en dat
weet iedereen, zei de ambtenaar. Toen begon Dirk
ongevraagd te praten en de stortvloed van woorden
bleek met geen 10 heeren rechters te stuiten, zoodat
Naar het Engelsch
door
A. E. W. Mason
48.
Met een rilling van angst wendde Jim de
oogen van haar af. en werd met een kleine, zon
derlingen schok gewaar, dat Betty hem met ge
spannen aandacht had gadegeslagen, als be
kommerde zij zich niet zoozeer om het gevaar
van Ann,. dan wel om hetgeen hij daarvan dacht
Intusschen had Ann haar besluit genomen.
„Ik zal u terstond het weinige vertellen, wat
er te vrtellen is", verklaarde zij. De woorden
klonken dapper genoeg, doch verder scheen hét
met haar dapperheid gedaan. Zij had de korte
ondervraging met kennelijke uitdaging uitge
lokt. Zij eindigde in een nauwelijks hoorbaar ge
fluister. Evenwel, zij slaagde er In, haar ge
schiedenis ten einde te brengen, terwijl zij tegen
den deurpost geleund stond Haar stem werd van
lieverlede vaster toen zij voortging, en eenmaal
krulde een glimlach van vermaak wrerkelijk haar
lippen en straalde haar uit de oogen, waardoor
kuiltjes in haar wangen voor den dag kwamen
Tot ongeveer achttien maanden geleden had
zij met haar moeder," een weduwe in Dorsetshire
gewoond, een paar mijlen achter Weymouth. Het
tweetal leefde in benarde omstandigheden. Want
iedereen bang werd, dat Dirks liefelijk spreekorgaan
nooit meer gesloten zou worden. Eenige damesclien-
ten keken met merkbare allures, zoo zijn niet wij,
maar de mannen naar alle kanten uit. Toen men
hem dan toch ten laatste het zwijgen wist op te leg
gen, nam Mr. de Groot z'n kans waar, gauw zijn re
quisitoir uit te spreken, alvorens er 'n tweede spreek-
woede zou uitbarsten en eischte f 4 of 4 d. voor 't
richtingverzuim en f 6 of 6 dagen voor het verkeerd
de bocht omrijden.
Dirlc voerde nog aan dat er absoluut geen verkeer
was en dat hij dacht, dat 't dan wel mocht.
Uitspraak f 4 of 2 d, en f 2 of 1 cl. Dirk tikte meteen
af en verdween onder groote hilariteit.
St. Pancras.
VOOR DIE CENTEN HADDEN ZIJ SAMEN NAAR
DE BIOSCOOP KUNNEN GAAN.
Op één van de weinig zomersche Zondagen, die
ons arme kikkerkindeke telt, was de kuiper van Br.
op Langendijk, Adrianus Nijgh met z'n echtgenootc
een wandeling gaan maken. In Sinte Reep aangeko
men, zetten zij zich op 'n stuk weiland neer, recht
tegenover een dienstdoende veldwachter. Dit land
was 't hooiland van een zekere D. de Goede. Het
rustende echtpaar echter werd wreed gestoord in
hun vredige bedoening, daar een procesverbaal werd
opgemaakt voor 't zich bevinden op verboden grond.
Pipa Nijgh trachtte nog door de mazen heen te glip
pen, daar hij beweerde, dat volgens zijn dagvaar
ding de namen niet klopten en hij z'n eigen vrouw
nu niet kende en zij had nog wel een mooi rood
hoedje op, doch het succes was nihil. De eisch echter
was zeer meevallend, daar man zoowel als vrouw
ieder slechts 50 ct. boete kreeg of 1 dag.
Verd. vond 't een duur zitje, ja voor die gulden
had hij naar de bioscoop gekend.
Uitspraak conform.
HET WERK VAN DE INTERNA
TIONALE OPIUM-POLITIE. GE-
WETENLOOZE PLANTERS GE
VEN HUN KOELIES VERDOO-
VENDE MIDDELEN.
(Bijzondere correspondent i e).
GENEVE, Juli 1936.
De nieuwe opiumconferentie, die op het
oogenbik in Genève vergadert, roept
weer eens een interessant hoofdstuk in
ternationale criminaliteit in de herinne-
ring.
Zooals hekend valt opium om zijn narcoti
sche uitwerking onder de wet op de verdoo-
vende middelen. Daar het opiummisbruik
vooral in China en den Oriënt bloeit, werden
in het jaar 1912 de verdragsstaten door de
Internationale Opiumconventie verplicht, de
productie van opium, alsmede den in- en uit
voer te regelen, den handel in dit product
slechts aan bepaalde'persónen toe té staan
en op dezen handel een wakend oog te hou
den. I-Iet Verdrag van Versaillcs van het jaar
1919 ging nog een stap verder en maakte de
ze conventie voor alle signataire mogendhe
den van kracht. Met de controle van deze
overeenkomst werd de Volkenbond belast.
Een permanente commissie roept nu van tijd
tot tijd opiumconferenties bijeen.
TEGEN ONGEOORLOOFDE PRO
DUCTIE EN SMOKKELHANDEL.
Aan de laatste opiumconferentie werd deelgeno
men door 40 staten, Deze conferentie hield zich hoofd
zakelijk bezig met het beperken van de aanbouw-
vlakten van maanzaad en de verdeeling van den
opium over de verschillende landen voor medische
doeleinden. De huidige conferentie houdt zich nu in
de eerste plaats bezig met de onderdrukking van de
ongeoorloofde productie en de bestrijding van den
smokkelhandel. Want de statistieken wijzen uit, dat
er nog steeds veel te veel opium geproduceerd wordt,
hoewel de opiumproductie in de laatste tien jaren
tengevolge van de opiumconventie reeds aanzien
lijk is afgenomen. Terwijl er in 1924 nog bijna 9 mil-
lioen K.G. opium werd verwerkt, schat men in de
laatste jaren de wereldprodutie op ongeveer IV2 mil-
mevrouw Upcott zag zich geplaatst in den on-
gelukkigsten toestand, di ein Engeland voor
dames kan bestaan. Zij had een kleine bezit
ting, die tot den laatsten steen was bezwaard, en
die zij eindelijk niet langer kon houden. Wat
Ann betrfeft, in de buurt waar zij woonde meen
de men dat er als artiste wel wat van haar te
recht zou komen. Het landgoed werd voor een
appel en een ei verkocht, en bij den dood van
haar moeder, trok zij met een vrij ledige beurs
en een zak vol van de stoutste verwachtingen
naar Londen.
„Ik had een jaar noodig om te leeren hegrij
pen, dat ik altijd een amateur zou blijven, Ik
telde mijn geld eens na. Ik had drie honderd
pond overgehouden. Wat zou ik daarmee doen?
Het was niet genoeg om een winkel op te zetten.
Van den anderen kant, was het denkbeeld, on
dergeschikt te moeten zijn, mij ver van aange
naam. Ik besloot dus, tien wilde prikkelende
dagen te Monte Carlo door te brengen en een
fortuin te maken of alles te verliezen.
Het was toen zij op dit punt gekomen was, dat
de glimlach was verschenen en haar oogen wa
ren begonnen te dansen.
„En hetzelfde zou ik weer doen", riep zij
zonder het minste berouw uit. „Ik had mijn le
ven lang geen voet buiten Engeland gezet doch
ik kende mijn school-Fransch zeer goed. Ik kocht
een paar japonnen en hoeden, en ging op reis.
Ik had een vrrukkelijken tijd. Ik was negentien
jaar. Alles, van af de slaapwagens tot aan de
croupiers toe, bracht mij in verrukking. Ik nam
mijn intrek in een van de kleinere hotels op den
heuvel. Ik ontmoette een paar menschen die ik
kende en deze verschaften mij een introductie
voor de Sporting Club. O, er waren massa's
menschen, die niets liever schenen te verlangen
dan aardig en vriendelijk tegen mij te zijn!" riep
zij uit.
Pipa betaalde direct, dit wil zeggen: moeder de
vrouw kwam met de buul voor den dag.
Bergen.
VAN PECH GESPROKEN.
Uit pure liefdadigheid had de los-arbeider Gerardus
Abo de bak fiets van 'n ouden man overgenomen,
daar hij beter deze zware kar kon trappen dan de
oude baas. Doch daar dit 'n driewieler was, en deze
niet was voorzien van 2 goed brandende lantaarns,
aan den voorkant en een rood achterlicht, liep hij in
Bergen tegen den lamp, want Boltjes had hem in
de smiezen. Gerard, die 'n geloofwaardigen indruk
maakte ondervond alle mogelijke clementie voor
zijn zin voor liefdadigheid, wijl de eisch slechts f 2
of 1 dag en f 1 of 1 dag luidde, want wet is wet.
Uitspraak conform.
Heerhugowaar cl.
HIER KOMT VAN UITSTEL HEUSCH GEEN
AFSTEL.
Op 9 Juni zou de bollenkweeker Kamp van Winkel
z'n zieke knecht, die geopereerd was, per auto naar
huis vervoeren, doch werd in Heerhugowaard aange
houden door den gem. veldwachter Visser ter con
troleering van zijn remmen. Na deze proef hleelc 't
dat de wagen op 'n gang van 30 K.M. ruim 11 meter
doorslipte.
Kamp was lang niet tevreden, want zoo zeide hij,
veelbeteekenend, de vorige dag was er in Alkmaar
ook al een proef genomen en toen doorstond ik de
Alkmaarsche aanval glansrijk, hm, hm; bovendien,
hoe kan ik nu met 'n pas geopereerde een remproef
afleggen.
Ja, de heeren rechters vonden het beter de zaak
aan te houden tot over 14 dagen.
lioen Kg. Hiervan worden 215.000 Kg. voor de ver
vaardiging van morfine, heroine en kodeïne gebruikt,
terwijl ongeveer 15000 Kg. voor medische doeleinden
worden verwerkt. Over de rest zwijgt de geschiede
nis.
Uit deze cijfers blijkt, dat de controleerende orga
nen van de Geneefsche opiumconventie nog talrijke
problemen op te lossen hebben.
In China
Het zoo verderfelijke opiumschuiven, dat
zooals bekend droom-hallucinaties te voor
schijn roept en tenslotte tot lichamelijk ver
val leidt, was in China in de 16e eeuw nog
zoo goed als onbekend. Eerst de zucht naar
winst van de Portugeezen bracht dit verdoo-
vende middel in groote hoeveelheden naar
het Hemelsche Rijk. Reeds keizer Joeng-sjen
heeft in het jaar 1729 wetten tegen het opium
schuiven uitgevaardigd. Op het oogenblik van
den opiumoorlog met de Engelschen, nu hon
derd jaren geleden, sprak keizer Tao-koeng,
toen men hem dwong, den invoer van dit
verdoovend middel toe te staan, de schoone
woorden: „Ik kan den invoer van dit vergif
niet verhinderen; verdorven menschen, die
slechts denken aan winst, maken de vervul
ling van mijn wenschen onmogelijk, maar
niets kan mij er toe dwingen, mijn inkomsten
uit de ellende van mijn volk te putten. In
1839 liet de vice-koning van Kanton, Lin
Tse-su, meer dan 20.000 kisten opium uit
het bezit van de Engelsche Oost-Indische
Compagnie in zee gooien.
Talrijk zijn de maatregelen, die in China
tegen het opiummisbruik genomen zijn. In
den laatsten tijd sticht men
honderden „opvoedingsgestichten".
De opiumschuivers worden nauwkeurig geregi
streerd en krijgen op aanwijzing van den staat een
zekere hoeveelheid opium toegewezen. Zij zijn ech
ter verplicht, op bepaalde tijden in een van deze
„opiumhospitalen" te verschijnen en zich aan een
ontwenningskuur te onderwerpen. Zoo hoopt China
in 1940 geen opiumschuivers meer te bezitten, te
meer daar clandestiene opiumschuivers met den
doodstraf bedreigd worden. Deze doodstraffen wor
den intusschen minder toegepast ten aanzien van
verstokte opiumschuivers, dan wel ten aanzien van
personen, die heimelijk opium vervaardigen of
transportceren.
Een enquête.
Hand in hand met de bemoeiingen van de Ge
neefsche opiumconventie gaan de bemoeiingen van
wetenschappelijke en sociale zijde. Het is bekend,
dat gewctcnlooze plantagebezitters in het Verre Oos-
„Dat kan ik-mij uitstekend voorstellen'', merk
te Hanaud droogjes op.
„O, maar het waren heele nette menschen",
vulde Ann aan. Haar gelaat straalde, hij de
herinnering aan dien korten, genolvollen tijd.
Zij had voor het oogenblik totaal vergeten welke,
zware verdenking op haar rustte, of zij speelde
comedie met een ongekunsteldheid, zooals Ha
naud gedurende zijn geheele lange loopbaan van
ondervinding, zelden of nooit moest hebben hij-
gewoond.
„Daar was hijvooheeld een croupier aan te
trente-et-quarante tafel in de groote zaal, en ik
trachtte altijd, een plaatsje vlak naast hem te
krijgen. Want hij lette op, dat niemand mij mijn
geld ontfutselde en zoo meer, en wanneer ik ge
wonnen had. harkte hij mijn winst altijd netjes
naar mijn stapeltje, of nam er van tijd tot tijd
iets af. Ik was reeds vijf weken daar, en mijn
fortuin was tot vier honderd pond aangegroeid.
Toen braken er droeve verschrikkelijke avonden
aan en ik verloor alles, op dertig pond na, die
ik in het hotel veilig had weggestopt". Op een
afstand, knikte zij met haar hoofd tegen Jim.
„Mijnheer Frobisher kan u omtrent dien laat
sten avond alles vertellen. Want hii zat naast
mij, en trachtte mij letterlijk een cadeautje van
duizend francs in de handen te stoppen".
Hanaud liet zich evenwel niet van de hoofd
zaak afbrengen.
„Dat mag liij mij later eens vertellen", zeide
hij, en hervatte zijn ondervraging. „Hadt u Wa-
berski vóór dien avond ontmoet?"
„Ja, veertien dagen eerder. Doch ik kan mij
niet meer herinneren, wie hem aan mij voor
stelde."
„En mademoiselle Harlowe?"
„Mijnheer Boris had mij een paar dagen daar
na in de hal van het Hotel de Paris aan Betty
voorgesteld.
-„Haha!" zeide Hanaud. Met een bijna on
len het opiumschuiven onder hun koelies in do
hand werken, om hen dan zooveel te meer te kun
nen uitbuiten. Dikwijls verbreiden deze elementen,
de meening, dat er van dit verdoovend middel een
bijzondere heilzame werking zou uitgaan en be
scherming tegen alerlei ziekten zou bieden.
Een enquête in de gebieden, waar het schuiven
van opium gebruikelijk is, heeft nu aangetoond, dat
de meeste eigenaars van plantages en mijnen de
voorkeur geven aan koelies, die geen opiumschui
vers zijn. Het resultaat van deze enquête, die van
Frankrijk uit was ingeleid, geeft den autoriteiten
nu de mogelijkheid, tegen onmenschelijkc en mis
dadige elementen onder de plantagebezitters ener
giek op te treden.
Bovendien acht men het te Genève noodzakelijk,
de menschen te wijzen op de schadelijkheid van het
opiumschuiven en deze lieden, die meestal te arm
zijn, om er een huisgezin op na te houden, een bolero
sociale positie te verschaffen, die hun een huis
houding met vrouw en kinderen mogelijk maakt.
HOOGWOUD
AARTSWOUD.
Wij ontvingen van den heer P. Bossen, oud-direc
teur Zeevaartschool te Alkmaar, een beknopte kroniek
van de dorpen Aartswoud en Hoogwoud. De heer
Bossen is geboren te Aartswoud en zooals hij in zijn
voorwoord schrijft, heeft de liefde voor zijn geboorte
plaats, waaraan de aangenaamste herinneringen aan
zijn jeugd bewaard zijn gebleven, hem er toe ge
bracht dit samen te stellen. De schrijver begint bij
het verdrag tusschen Graaf Floris V en de Hoogwou
den, dat in 1288 op het slot Toorenburg (Alkmaar)
gesloten werd.
Achtereenvolgens wordt behandeld de naam Eerts-
woude, Graaf Willem II, de Bedijking, Watersnood
in 1678, Dorpsgezicht, Eertswoude in 1726, Kerktoren,
de Scheepvaart te Aartswoud in de 17e eeuw, De
Zeevarende Beurs en de Bezittingen, Tiendrecht, Do
wijzenhorn, De ringsloot of Langereis, De Nieuwe
Dijk, De Weel, de Weelpolder, de Braak, de Kolk van
Dussen, de. Bedijkte Boezem, Galgenveld of Galgen-
wijzend, de eerste Molen, de Molenkolk, de Eertswou-
der Sluis of Binnengouwersluis, de Kolk bij Aarts
woud met de Nollesiuis.
Tenslotte nog iets over de prijzen van landhuur
en producten.
Over Hoogwoud begint schrijver over het ontstaan
van den naam. Van zeer ouden datum was het Holt-
woude, Hoigtwoude en Hoogholtwoude. Achtereenvol
gens Het graf van Graaf Willem II, gevonden op de
Koningspade, de Heer van I-Ioogwoude Everard Huis
te Hoogwoude, Stadsrechten, Grootteen Bevolking,Do
Weere of Whercn, Kerk en Toren, Doopvont van
Radbout, Eerste Hervormde Predikant, de laatste
predikant, de Regeering van Hoogtwoude en Eerts
woude, het Raadhuis en het Gemeentewapen.
Het geheel is verlucht met twee duidelijke foto's en
wel van Eertswoude 1726 en Hoogtwoude 172G en een
zeer duidelijke kaart van 1683. Het is zeer duidelijk
en overzichtelijk en vlot geschreven. De schrijver
heeft zich zeer verplicht met het samenstellen hier
van, waardoor veel moois en 'schoons, voor het nage
slacht bewaard is gebleven. Het is niet in den handel
verkrijgbaar.
OUDE N1E D O RP
Plaatselijk Belang.
Vrijdagavond vergaderde de vereen.- plaatselijk be
lang ten lokale van den heer Feijs.
Voorzitter de heer G. de Heer. Secretaris de heer
Buddendorf.
De voorzitter opent de vergadering en heet allen
welkom. Hierna worden de notulen gelezen en goed
gekeurd.
De rekening 19351936, nagezien door de heeren
C. van Zoonen en A. Blokker wordt in orde bevon
den. In kas was f 31.01. De ontvangsten hebben be
dragen f 18S.S5 en de uitgaven f 18S.33, zoodat op het
einde van liet boekjaar nog f 31.53 in was was.
Bij de hierna volgende bestuursverkiezing ter voor
ziening in de vacature M. Poen (niet herk.) wordt
de heer Biersteker gekozen, die zijn benoeming aan
neemt. De voorz. feliciteert den heer Biersteker met
zijn benoeming.
Ten aanzien van de kermis wordt besloten om we
derom evenals vorige jaren kinderspelen te houden
terwijl tevens getracht zal worden om een voetbal
wedstrijd Oude- Niedorp-N. Niedorp te organiseeren.
De volksspelen zullen dit jaar niet plaats vinden.
De heer Van Zoonen merkt te dien aanzien op, dat
zuinigheid moet worden betracht in verband met de
te houden tocht van ouden van dagen, daar de sub
sidies hiervoor verminderen. T.a.v. de kinderspelen
wordt o.m. het idee, geopperd om hinderniswedstrij
den te houden met de fiets.
Besloten wordt de tocht van ouden, van dagen te
doen doorgaan. Het bestuur had reeds bij de I-labo
prijsopgave gevraagd voor een tocht naar het Gooi.
De prijs hiervoor viel niet tegen. Na eenige discus
sies wordt besloten om deze tocht op denzelfden voet
te doen plaats hebben als vorig jaar.
Hierna volgen nog eenige besprekingen van huis-
houdelijkcn aard, waarna de voorzitter de vergade
ring sluit.
merkbaar schouderophalen wierp hij een blik
naar Jim. Het werd inderdaad hoe langer hoe
duidelijker, dat Ann met opzet door' Waberski
binnen dien huishoudelijken kring was gevoerd,-
als een deel van een zorgvuldig overlegd plan,
waaraan te zijner tijd uitvoering zou worden
gegeven.
„Wanneer sprak Waberski voor de eerste
maal met u er over. dat gij moest trachten, voor
goed bij mademoiselle Harlowe te kunnen blij
ven?" vroeg hii.
„Dien laatsten avond", antwoordde Ann. „Hij
had tegenover mij gestaan, aan de andere zijde
van de trente-et-quarante tafel. Hij bad gezien
dat ik alles had verloren."
Juist", gaf Hanaud te kennen, met het hoofd
knikkende. '„Hij achtte het juiste oogenblik aan
gebroken".
Hij strekte zijn armen uit en liet zijn handen
tegen zijn dijen vallen. Hij deed als een dokter,
die bij een hopeloos geval gehaald is. Hij keerde
zich half van Ann af. zijn schouders latendo
neerhangen en de oogen zoekend op de vierkan
te steenen in de hal gericht. Jim kon niet an
ders gelooven, dan dat hij op dit oogenblik bezig
was met zich zeiven uit te maken, of hij het
meisje in hechtenis zou nemen of niet. Doch
Betty trad tusschenbeide.
„U moogt geen verkeerde gissingen maken,
mijnheer Hanaud". wendde zij zich snel tot deze
„Er kan geen twijfel bestaan, dat monsieur Bo
ris dien avond, tegenover Ann het onderwerp
voor de eerste maal aanroerde. Doch ik had er
zoowel met mijn tante als met monsieur Boris
reeds over gesproken, dat ik zeer gaarne een
vriendin van miin eigen leeftijd zou willen heb
ben, die bij ons kon komen wonen, en ik had
reeds melding gemaakt van Ann."
(Wordt vervolgd)