Greestelijk Leven Vlucht de werkelijkheid SPOOR's MOSTERD KIJKEn is KOOPEn bij CLOECK Tijdens Uw vacantie DE V RIES Als de mooiste hoed 't minste kost Eerlijk is eerlijk 1. 2. 3. is 't best Spoor Szwitsersche Kaas Spoor's gestampt* Muisjes Uw huis geïnstalleerd Centr.Verwarmings installatie iiaiiiffliiiifflitaiiiraiiiffliiiffliiiiffliiiHi1 Zaterdag 1 Augustus 1936. Postrekening No. 23330 SCItCEl Dit blad verschijnt dagelijks, behalve Vrijdags. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Advertentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst. Uitgave der N.V. v.K. P. Trapman Co., Schagen 20 PAGINA'S. 79ste Jaargang. No. 10031 Int. Telef. No. 20 Prijs per 3 maanden fl.80. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN- TIëN van 1 tot 5 regels f0.85, iedere regel meer 15 cent (bewijsno. inbegrepen). Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. door Astor. Veronderstel dat mijn buurman, die een intieme kennis van mij is, die ik dagelijks zie en wiens geregelde gewoonten en braaf-burgerlijke zeden ik respecteer, ach tereenvolgens zijn vrouw verliest bij een spoorwegongeluk, een van zijn zoons bij een schipbreuk, een tweede bij een brand en de laatste door een of andere ziekte, dan zal ik smartelijk getroffen en verbaasd staan, maar zal er zeker niet aan denken deze reeks van onheilen aan een goddelijke wraak, een onzichtbare gerechtigheid, een zonderlinge en booze voorbeschikking, aan een hardnekkig en bewust fatum (noodlot) toe te schrijven. Ik zal denken aan het le ven, aan zijn duizenden ongelukkige toe vallen, ik zal er een afschuwelijk samen treffen in zien, maar het zal niet in mij opkomen, dat een bovenmenschelijke wil die trein in een afgrond zou hebben ge slingerd, dat vaartuig op een klip heenge- stuurd, die brand aangestoken, die monster achtige pogingen heeft gedaan om een arm wezen verdriet aan te doen of te kastijden, zelfs ingeval hij zich had schuldig ge maakt aan een groot kwaad, een dier groote menschelijke overtredingen, die zoo klein zijn tegenover het heelal, een kwaad, dat misschien niet zijn oorsprong nam in zijn denken of zijn hart en dat geen enkele grashalm op het gelaat des aardrijks in be weging heeft gebracht. Macterlinck. BOVENSTAANDE aanhaling is niet afkom stig van den eerste den beste, maar van niemand minder dan van een der zéér bekende Fransche denkers uit onzen tijd, door wien o.a. het indertijd zooveel indruk makende boek „De schat des harten" (Le trésor des humbles) is geschreven. Ik heb haar boven mijn artikel geplaatst, omdat ik er iets in terugvond van datgene, wat ik wilde zeg gen in dit artikel. Misschien vragen de lezers zichzelf wel eens af: hoe houdt die Astor 't toch vol met schrijven? Eer lijk gezegd, komt die vraag ook wel eens bij mij op. Als ik de artikels genummerd had zou ik stellig al ver over de tweehonderd zijn. Over allerlei onderwer pen, die in verband staan met het leven van den geest, heb ik iets gezegd. Ben ik niet eindelijk uit gepraat? Vermoedelijk voorloopig nog niet. En nu zal ik u eens vertellen hoe dit komt. Ten eerste omdat het leven zoo eindeloos rijk is aan problemen voor den denkenden mensch. Ten tweede omdat omgang met menschen wanneer deze omgang tenminste iets meer is dan onbenullig gepraat mij telkens nieu we stof ter overdenking geeft. Ten derde omdat lectuur ons voortdurend verfrischt. Dit opstel b.v. is het gevolg van een gesprek, dat ik voor korten tijd had. Ik was op bezoek bij een dame in B. Zij leeft in grooten eenvoud en heeft heel veel leed in haar leven gehad. Maar zij is een dap pere vrouw, die het leven aandurft en geestelijk ac tief is. Een van de mooie dingen in haar bestaan is de omgang met een armen, ouden man. Beide hebben zeer veel aan elkander door de geestverruimende gesprekken, die ze met elkaar voeren. En in hun ar moede voelen zij zich r ij k Toen ik bij haar was hebben wij als gewoonlijk veel gepraat. Ook over de vraag, hoe moet de mensch staan tegenover het leven met zijn zorgen, zijn leed, zijn wreede hardheid. En al sprekende, zeide ik tot haar, dat zeer vele menschen de werkelijkheid ont vluchten. Terugkeerend naar huis, bleef deze gedach te bij mij nawerken ennu weet ge meteen hoe een „geestelijk leven" ontstaat. Want inderdaad: velen durven de werkelijkheid niet aan. Zij is hun te hard en daarom trachten zij haar te ontvluchten. Dan trekken zij zich terug in een gefantaseerde wereld of zij dichten de werkelijk heid om. Dit kan op allerlei manieren geschieden. Manieren, die zeer ver uiteen loopen. Daar is allereerst de vrij banale wijze om vergetelheid te zoeken in bedwel ming en afleiding. De roes brengt den mensch bui ten de werkelijkheid. Deze roes kan het gevolg zijn van het gebruik van bedwelmende dranken. Ieder weet hoe de drinker zich gedraagt. Hij ziet alles anders; hij vergeet tijdelijk zijn misère; zijn huiselijk leed kwelt hem niet meer; zijn verdriet is geweken; aan zijn zorgen denkt hij niet. Hij is vroolijk en opgewekt. Hij waant zich in een andere wereld. Maarals de roes voorbij is, komt hij tot de droeve ontdekking, dat de wereld er nog is met al haar wee en ellende. H ij is er even uit geweest, -maar zij is gebleven. En met een vloek of een zucht zet hij zijn bestaan weer voort, wachtend op een nieuwe gelegenheid om in zijn denkbeeldige wereld terug te keeren. Want, nietwaar, een mensch wil -zoo graag eens zich zorgeloos, gelukkig gevoelen. Een typisch verschijnsel van den tegenwoordigen tijd is de zucht naar sensatie, naar spanning, naar opgaan in massa-opwinding. Oók een uiting van het verlangen om de werkelijkheid tijdelijk te ontvluch ten. Bij velen komt de vraag op, hoe is 't mogelijk, dat in een tijd, waarin iedereen klaagt over verar ming, over toenemende zorgen, de menschen nog lust hebben in feestvieren, in het bij tienduizenden optrekken naar wedstrijden. De verklaring is gemak kelijk te vinden. Wie den mensch eenigszins kent, kan weten dat de verklaring gevonden moet worden in de psyche (de ziel) van den mensch zelf. Hij wil er eens uit. Hij wil de roes, niet die der alcoholische bedwelming, maar die der opwinding, der spanning. Heel zijn aandacht wil hij concenlreeren, wil hij sa mentrekken op het feest, het spel, den wedstrijd. En hij zingt en juicht en brult mee in het koor der massa; hij lost zich in de massa op. Hij is de werke- heid, die hem hindert, voor een poos ontvlucht. Wij moeten maar eens letten op de tijdelijke men taliteit van een feestvierende menigte of van echte wedstrijdmaniakken. Zij gaan volkomen op in die menigte; zij leven mee mot de spelers, al hun zenu wen zijn gespannen; er bestaat voor een oogenblik niets anders voor hen dan wat zij met hun heele ziel meemaken. Het is daarom zeer begrijpelijk, dat ten allen tijde feesten, geweldige betoogingen enz. een prachtig middel zijn gebleken om de massa af te leiden van de werkelijkheid en zoo mogelijk daarmee te verzoe nen. Die massa wordt buiten- die werkelijkheid ge bracht. Dat hebben de heerschers over het volk al tijd geweten. De Romeinsche keizers wisten drom mels goed, hoe het geknechte, in ellende levende volk kon worden zoet gehouden. En de moderne dictators blijken niet voor niets bij hen ter schoole te zijn ge gaan. Er is ook een andere wijze van werkelijkheidsont- vluchting, die minder, banaal is. Ik zou haar in het algemeen kunnen aanduiden als mystiek. Het woord mystiek stamt uit het Grieksch. Het is afgeleid van m u e i n, een Grieksch werk woord, dat de beteekenis heeft van: de oogen sluiten. Zoodat wij terstond gevoelen, dat met mystiek be doeld wordt het intreden in een andere wereld, dan de zintuigelijk waarneembare, in de wereld der verbeelding, d.w.z. in de wereld, welke men zichzelf schept en die bovenzinnelijk is. Wij hebben hierbij scherp onderscheid te maken tusschen de wereld van het denken en tusschen wat men gewoonlijk een „hoogere wereld" pleegt te noemen. De wereld van het denken is het gebied der wijs- geeren van die begenadigde mannen en vrouwen, die volkomen kunnen opgaan in hun streven om te begrijpen, te doorgronden, die trachten na te speuren door welke wetten het leven wordt beheerscht, waar door de ziel wordt bewogen, welke mysterieuse krach ten ih het heelal werkzaam zijn. Deze menschen kennen slechts één verrukking: steeds dieper door te neemt U dan de duurste? En als het beste zelfwerkende waschmiddel 18 cent kost, betaalt U dan liever een stuiver meer? HANDELSONDERNEMING ARSOL - APELDOORN CPnnP'S SPECERIJEN IN STROOIBUSJES dringen tot het werkelijke wezen van de waarneem bare wereld met haar oneindige variaties en haar (schijnbaar) tegenstrijdige gebeurtenissen, met haar diepe conflicten. Voor hen is het jagen naar uiterlijke glorie, naar eer en rijkdom, naar wuft vermaak een der dwaas heden, waarom zij lachen. En zij zien op de woelen de menschenWereld neer met een begrijpenden wee moed en zij fluisteren zacht: arme menschen, die zich afsloven om zich dingen te verwerven die nooit be vredigen, weet ge dan niet dat er maar één rijkdom is, die wèl bevredigt: de rijkdom van den geest? Weet ge niet dat de grootste zaligheid is: iets te gaan begrijpen van den zin van het leven? De wereld der mystiek is wel te onderscheiden van deze wereld van het dénken. Zij heeft echter een groote bekoring voor duizenden menschen. En zij heeft ontegenzeggelijk haar waarde naast haar ge varen. Men zou haar kunnen noemen een droomwereld, waarin men tijdelijk vertoeft en zich gelukkig weet, omdat men er de werkelijkheid vergeet. Kent gij die droomwereld? Stelt u voor dat gij in een kerk zijt. Gij komt on der den indruk van het gebouw, waar plechtige stil te hangt tusschen de hooge muren. Gij zet u neder en ziet naar het altaar of gij vestigt uw blik op het Christusbeeld zacht golven de orgeltonen onder de gewelven. Dan voelt ge langzaam aan uw gewone overdenkingen verglijden. Het is of de harde wereld, waarin gij leeft en uw vaak zwaren strijd voert, ver zinkt. Teedere gedachten komen in u op: Gij wordt u bewust van eeuwige waarheden Gij luistert naar in nerlijke stemmen, die zacht in u opklinken en die u spreken van de verhevenheid van alles wat rein en liefdevol is. Het Christusmysterie wordt u niet meer een historisch feit, maar een feit, dat aldoor bestaat. Gij kunt niet precies onder woorden bren gen, wat er in u omgaat. Gij zijt niet actief, maar passief. Maar in uw passiviteit ervaart gij met zeker heid dat de waarde van uw leven gelegen is in vol komen overgave. Overgave! Waaraan? Dat hangt af van de wereldbeschouwing, welke men heeft. De Godgcloovige zal zeggen dat het moet zijn de overgave aan God. De christen zal spreken over de overgave aan Christus. De niet-geloovige zal de over gave gevoelen als een zich geven aan wat hij inner lijk zonder het nader te benoemen als het hoog ste beschouwt. Maar geloovig of niet geloovig allen zullen zich weten in een wereld ver uitgaande boven de bestaan de werkelijkheid en zij zullen haar liefhebben als een heerlijke wijkplaats, waarin zij het opperste geluk doorleven. Ik heb een bezoek in de kerk genoemd. Dit wil echter niet zeggen, dat daar alleen de mensch zijn mystieke oogenblikken kan hebben. Wij kunnen ook uit de werkelijkheid wegdroömen onder den invloed van de natuur; in een bosch, waar wij toeven als in een hooge kathedraal; op de heide, waar de wijde uitgestrektheid ons aan 't mijmeren brengt; aan den oever van de zee, waar het bewegelijk golvenspel ons boeit; in het stille rustige schemeruur, dat zoo kalmeerend op ons werkt; in den nacht, wanneer de sterrenhemel fonkelend zich koepelt boven onze hoofden. Het moet wel een arm, zielig mensch zijn, die nooit die oogenblikken van mystiek gekend heeft, waarin hij boven de werkelijkheid uitsteeg, zich terugtrekkend in c-e wereld van den droom, van de overpeinzing, van de zalige passiviteit. De groote beteekenis van die oogenblikken is altijd hierin ge legen, dat men er zich los weet van de werkelijk heid. Ik schreef zooevcn, dat de wereld der mystiek niet alleen haar waarde, maar ook haar gevaren heeft. Haar waarde is dat de mensch, die in haar vertoeft, zich een wijle verheven voelt boven elk klein mate rialistisch sh oven, noven ijdelheid en egoïsme, bo ven roemzucht n machtsbegeerte, dat hij beseft, dat het ééne begr menswaardige is: het zuivere, reine, liefdevolle leven. Haar gevaar is, dat hij er toe komen kan zich stel selmatig van de werkelijkheid af te wenden, haar aanvaardend als een treurige noodzakelijkheid, maar altijd verlangend om haar te vergeten. Daarom moe ten wij nooit uit het oog verliezen, dat die werkelijk heid er is, dat wij er midden in zitten endat wij haar moeten durven zien zóóals zij is, niet om er in te berusten, maar om ér tegen te strijden, Moderne foto's en vergrootingen van buitengewone kwaliteit Geopend: behalve 's Maandags dagelijks, ook Zondags Fotogr. Atelier Arpad Moldovan Nieuwe N i e d o r p wanneer wij uit innerlijkcn drang, uit gevoel voor recht daartoe gedreven worden. Wanneer wij hier aan denken, wordt het ons duidelijk, dat de vlucht uit de werkelijkheid voor ons derhalve geen andere beteekenis kan hebben dan een tijdelijk toeven in de wereld van den geest (ik zou ook kunnen zeggen in de mystieke wereld van den droom, van de stille overdenking) om zich opnieuw van de hoogste le venswaarden bewust te worden en dan... dan als een gelouterd mensch zich weer opnieuw te werpen midden in die werkelijkheid en daarin hóóg te hou den het ideaal der gerechtigheid. De lezers zullen begrijpen dat wanneer ik voort durend spreek van de werkelijkheid, ik daarbij denk aan de maatschappelijke werkelijkheid, dat is dus die, welke door menschen wordt gevormd en dus ook door menschen kan worden h c r vormd. Iets wat de meesten, helaas, vergeten. Daarom is juist onophoudelijke actie noodig. Alleen door die actie is het mogelijk de menschen wakker te schudden en te wekken uit hun onbegrijpelijke geestelijke traag heid. Ik kom, wanneer ik deze laatste zinnen schrijf (ik heb mijn werk even moeten onderbreken) juist uit een fabriek, waar ik met een paar arbeiders en een paar menschen van het kantoorpersoneel heftig heb gediscussieerd. Mij werd toegevoegd dat ik nooit mijn mond kon houden en altijd maar weer begon over de maatschappelijke ongerechtigheid enz. Ik heb dit opgevat als een lofspraak. Ik kan er ook niet over zwijgen. Of het baat? Daaraan twijfel ik geen seconde. Want zoo worden de menschen gedwongen om te denken. En geen ernstig gesprek wordt ge voerd zonder dat er iets blijft nawerken. De groote vloek in het leven is immers juist dat zoo onnoemelijk velen nooit zich diep indenken in de werkelijkheid. Zij zijn tevreden als zij persoon lijk niet al te veel moeite hebben om zich staande te houden. Om de rest bekommeren zij zich niet. Zij zijn ontevreden als zij persoonlijk de slachtoffers zijn van de sociale wantoestanden. En dan gebeurt 't maar al te vaak dat zij, geen uitkomst ziende, troost zoeken in de vlucht uit de werkelijkheid om tenminste enkele oogenblikken te verkeeren in den waan dat zij iets van geluk doorleven. Ik gun hun dit geluk ach, hoe kortstondig is het! van harte. Maar ik zeg hun met klem: ver geet nooit dat gij na uw vlucht weer in de bittere werkelijkheid terugkeert en wat doet gij dan? Gaat ge dan weer goedmoedig in het. gareel? Aanvaardt gij die werkelijkheid dan weer als een onontloopbaar noodlot? Ja? Dan ontbreekt het u aan dat ééne noodige, wat wij nooit kunnen missen, wat de grondslag moet vormen voor een nieuw leven: de waarachtige menschel ij k e solidariteit. Wie deze solidariteit d.i. dit zich één gevoelen met de gansche menscheid, in zich weet als den schoon- sten levensdrang, die kan niet berusten in dat wat is, maar leeft en werkt en strijdt voor dat wat wordt, wat komen moét. En zoo kom ik samenvattend tot deze conclusie: het is goed om telkens weer de werkelijkheid te ont vluchten en op te gaan naar de serene wereld der idee, om er gesterkt te worden voor den strijd, om frissche krachten te vergaren om het ideaal te die nen met volle overgave. In onze uren van mystiek kunnen wij den ridder slag ontvangen, welke ons wijdt voor het leven, kan in ons worden gewekt de wil tot een leven in den dienst van dat heerlijkste aller idealen: gerechtig heid op aarde! ASTOR. P.S. Ter verduidelijking voeg ik hieraan toe dat, als ik heb gesproken van droom en droomwe reld, men daarbij niet moet denken aan den droom gedurende den slaap, maar aan wat gewoonlijk waakdroom wordt genoemd. met een van TTECHN. BUR. KONINGSTRAAT ZES. ALKMAAR Telef. (distr. Alkmaar K=400) No. 2197.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1936 | | pagina 1