Voor den Zaterdagavond
eren'
T HOEKJE
OUDERS
O, die vlegeljaren*
Moeilijke opvoedingsproblemen.
Strengheid en humor*
door
G. C. MEYER—SCHWENCKE.
De meeste kinderen zyn in hun z.g. puber-
teits- of vlegeljaren vaak heel moeilijk en
weten zich geen houding te geven. Zij doen
en zeggen, in het bijzonder in de aanwezig
heid van anderen, soms dingen, die de ouders
in hooge mate ergeren. Inderdaad zijn het
niet slechts enkele weken, dat men de op
groeiende jeugd zoo geheel en al veranderd
ziet, doch het is soms zelfs een kwestie van
meerdere jaren. Ze weten met hun figuur
geen raad, doen onbeholpen, bemoeien zich
met alles en het heeft er soms veel van, alsof
zij behagen scheppen in een ruwe omgangs-
toon, groote, niet altijd evenparlementaire
uitdrukkingen e.d.. Geestelijke belangstelling
legen zij niet aan den dag en hun grootste
genoegen bestaat er vaak in het hun
ouders, opvoeders en leeraren zoo moeilijk
mogelijk te maken. Kinderen, vooral jongens,
die tot een bepaalden leeftijd gemakkelijk en
volgzaam waren, veranderen soms totaal en
trachten telkenmale weer te probeeren, hoe
ver zij kunnen gaan.
Vele ouders, vooral moeders, trekken dik
wijls aan het kortste eind en weten haar
prestige niet te bewaren. Zij maken zich boos
en vangen telkens een weinig gevarieerd
klaaglied aan.
„Je mag dit niet doen", of „wtj hebben
je dat verboden" en nog veel meer, het een
niet den minsten indruk maakt op 14- tot 16-
jarige jongens. Fluitend en dikwijls met een
geringschattend gezegde gaan zij de kamer
uit om zich een houding te geven, want „de
oudelui" begrijpen hen immers toch niet!
Zeker, gaarne geven wij toe, dat deze
jaren voor de ouders héél moeilijk zijn, doch
een troost voegen wij er onmiddellijk aan
toe, dat nagenoeg alle jonge menschen de
vlegeljaren doormaken en dat het volstrekt
geen uitzonderingsgevallen zyn, wanneer jon
gens lastig en zelfs onmogelijk zijn. Wanneer
men zijn kind kent en vóór zijn puberteits
jaren zijn karakter bestudeerd en tevens zijn
vertrouwen gewonnen heeft, dan zal men het
niet zoo ernstig behoeven op te nemen. Vele
ouders nemen al deze veranderingen in het
karakter van htm jongen, die langzamerhand
den mannelijken leeftijd zal gaan bereiken,
veel te tragisch op. In de ontwikkelings
periode ontwaakt tevens het persoonlijk be
wustzijn, dat in. den beginne nog strijd voert
met zijn geheele omgeving. Natuurlijk kan
men niet alles toelaten wat gedaan of gezegd
wordt en moeten beide ouders eendrachtig
samenwerking om paal en perk te stellen als
het te erg wordt. Zij moeten zoo noodig
streng, doch vóór alles tactvol en met liefde
optreden, want iedere zwakheid wordt door
de jeugd benut in hun voordeel! Reeds het
feit, dat men een of ander, dat opgedragen
is om der wille van de lieve vrede weer in
trekt, is een groote fout, die door de ouders
vermeden moet worden, willen zij hun autori
teit niet verliezen.
Het is inderdaad noodig, zooals wij reeds
zeiden, dat één lijn door beide ouders gevolgd
wordt, hetgeen niet wegneemt, dat de vader
hand met een zekere strengheid zal moeten
leiden, de moeder daarentegen niet steeds
moet klagen, indien ze voelt, dat haar pae-
dagogische kracht te kort schiet, doch tegen
over de jeugd humor aan den dag moet leg
gen.
Van groot belang is het, dat men in deze
jaren weet, met wie de kinderen omgaan en
waarheen zij zich begeven. Juist in de puber
teitsjaren zijn kinderen zoo overgevoelig voor
indrukken van buitenaf en wordt hun fantasie
zoo sterk geprikkeld, waarom ook contróle
op hun lectuur gewenscht is. De vader moet
blijk geven de beste vriend van zijn jongen te
zijn en met hem verschillende levensproblemen
besproken, voorzoover de moeder dit in de
jeugdjaren niet heeft gedaan. Dergelijke ge
sprekken versterken den onderlingen band en
er gaat veel meer van uit, dan van alle goede
voorbeelden, die men hen voor oogen houdt.
In de puberteitsjaren is het noodig, dat de
jongens veel aan sport doen, die hen licha
melijk krachtiger maakt. Wandel- en fiets
tochten en veel buitenzijn werkt oneindig
veel beter en gezonder op lichaam en ziel in,
dan het bezoeken van bioscopen, waardoor
hun fantasie vaak in ongewenschte banen
wordt geleid.
De veel besproken vlegeljaren moet iedere
jongen en ieder meisje nu eenmaal door
maken, zij het dan ook, dat meisjes volg
zamer en meer voor rede vatbaar zijn. Zy
zullen ongetwyfeld een grooten invloed op
de karaktervorming uitoefenen en de ouders
hunnerzijds moeten trachten met liefde, tact
en geduld tot het innerlijk leven hunner kin
deren door te dringen en steeds bereid zijn dé
helpende hand te bieden.
Neemt men deze moeilijke jaren niet te
zwaarwichtig op, doch ziet men vol vertrou
wen de toekomst tegemoet, dan zal zulks
niet nalaten een zegenrrjken invloed op den
onderlingen band tusschen ouders en kinde
ren uit te oefenen.
Curcuma wordt Veel in onze koloniën aan
getroffen en de wortelstok van deze plant
wordt voor verschillende doeleinden gebruikt,
o.a. om te verven (geel) en tevens als spece
rij. Het is een der bestanddeelen van de wel
bekende kerry.
Wat slim.
Bobbie ls een beetje ziek en de dokter
komt. Deze zegt, dat hjj een jaar dagen in
bed moet blijven en schrijft hem wat voor.
Bobbie: Krijg ik pilletjes dokter?
Dokter: Ja, waarom vraag je dat, lust je
die zo graag?
Bobbie: Neen, dokter, maar...
Dokter: Nu, wat wou je zeggen?
Bobbie: Kan ik misschien grote pillen krij
gen, want als er dan een paar overblijven, kan
ik er mee knikkeren.
Darmparasieten
bij kinderen.
Veelal vragen moeders zich af, hoe het
toch komt, dat haar kind, ondanks alle goede
zorgen er zoo bleek uitziet, kringen om de
oogen en weinig eetlust heeft, over buikpijn
klaagt en niet toeneemt in gewicht. Hier
helpt geen enkele opvoedingsmethode, want
de oorzaak moet niet gezocht worden in het
feit, dat het kind een lastig karakter heeft,
doch is in vele gevallen te wijten aan darm-
parasieten, n.1. wormen of maden.
Het onaangenaamste zijn wel de z.g. spoel-
wormen, die soms een lengte van 30 cm. be
reiken en deze parasieten leven van de
meest waardevolle voedingsmiddelen, die het
kind tot zich neemt. Geen wonder, dat het-
zelf door een tekort hiervan bleek en mager
wordt. Is de maag leeg, dan zuigen zij aan
den darmwand, waardoor buikpijn en een
gevoel van onpasselijkheid ontstaat. Een
ander verschijnsel is vaak het voortdurend
over den neus wrijven omdat deze steeds
jeukt. De kinderen worden er zelfs 's nachts
vaak door wakker en kunnen hun neus niet
met rust laten. Geen wonder, dat op derge
lijke wijze geplaagde kinderen op den duur
nerveus en humeurig worden. Het is dan ook
noodig dergelijke euvelen met 'energie te be
strijden, alhoewel het verdrijven dezer onge
wenschte parasieten vaak moeilijk is. Men
moet de kinderen vaak gedurende meerdere
weken lavementen geven, alsmede zitbaden
en tevens een bepaald dieët laten volgen, dik
wijls is medisch advies zelfs gewenscht.
Tot het reinigen der darmen worden knof
look lavementen gegeven, waartoe men de
knoflook eerst in iy2 dL. melk goed laat af
trekken en bij het lauwe water voegt. Indien
men de lucht van knoflook onoverkomelijk
vindt, geeft men een zeepsop lavement, af
gewisseld door een van lauw water en alsem.
Het dagelijksch eten van rauwe geraspte
worteltjes met anijspoeder vermengd, is
voorts noodig, terwyl men meerdere malen
daags sap van geperste wortelen geeft, waar
door men speciale groenten- en vruchten
persen kan verkrijgen. Uien in eiken vorm
zyn uitstekend, nu eens gestoofd, dan weer
gebakken of rauw bij slaatjes. Vleesch, visch
eieren en meelspijzen moeten niet gegeven
worden, doch iedere apotheker zal tevens wel
een middel weten aan te geven tegen
wormen.
Zéér vele kinderen hebben last van maden,
die meestal in den dikken darm huizen en
een onaangename jeuk veroorzaken. In hoofd
zaak bestrijdt men dit soort parasieten op
dezelfde wijze als spoelwormen. Van niet te
onderschatten belang is een goede ontlasting,
voorts moet speciale aandacht besteed wor
den aan herhaaldelijk wasschen der handen
en borstelen der nagels, aangezien het ge
vaar van overbrengen bij anderen volstrekt
niet denkbeeldig is. Santoninetabletten, die
men bij apothekers kan krijgen, kan men
voor het slapengaan geven.
Verder moeten veel groenten aan het
menu toegevoegd worden, o.a. spinazie, witte
kool, uien, verder goed gewasschen vijgen
en pruimen, alsmede in den zomertijd alle
soorten bessen en thans vooral druiven. Ge
noemde groenten en vruchten bevatten veel
kalk, terwijl de ervaring géleerd heeft, dat
darmparasieten bij voorkeur eten van kalk-
arme voeding.
Zondag.
Tomatensoep.
Entre-cote.
Snijboonen.
Aardappelen.
Mocca-cake.
Maandag.
Koud vleesch.
Prinsesseboonen.
Aardappelen.
Griesmeel met appelen.
Dinsdag.
Pikante broodcroutons.
Spinazie (met roereleren).
Aardappelen,
gebruinde boter.
Tomatensla.
Woensdag.
Runderlapjes.
■stoofde wortelen met selderij.
Aardappelen.
Rijst met 1
Donderdag.
Gehakt.
Stoofsla.
Aardappelen.
Broodschotel.
Vrydag.
Kaasschotel.
Spaghetti met gestoofde
tomaten en eieren.
Vruchten.
Zaterdag.
V arkenscarbonade.
Bloemkool.
Aardappelen.
Compote van gemengde vruchten.
Mocca-cake.
(zonder oven.)
1 dl. sterke koffie-extract, 60 gram boter
of margarine, 50 gram basterdsuiker, 2 eier
dooiers, 6 cake-jes van 5 cent, 2 dl. slagroom.
De boter wordt tot room geroerd, en de
eierdooiers goed geroerd tot een gelijk geheel;
afwisselend voegen we een lepel suiker en 1
lepel ei bij de roomachtige boter en mengen
er van tijd tot tijd ook een lepel koffie
extract door, totdat het geheel een mooie
gelijkmatige massa is geworden. We nemen
nu een vorm, b.v. waarin we een cake bak
ken of desnoods een gewone steenen kom en
beleggen deze met een laag van de in drieën
gesneden cake-jes en beleggen deze met een
laag van het vulsel (pl.m. de helft), hierop
komt weer een laag cake, vervolgens mokka
en de laatste laag bestaat uit cake. Het beste
is om het vulsel eerst even in de eerste laag
te laten trekken, alvorens de volgende er op
komt. We zetten den vorm weg tot den vol
genden dag en leggen eerst een vel papier
over de bovenlaag, waarna we een of ander
zwaar voorwerp er op zetten om het geheel
stevig te maken.
Volgende dag omkeeren en langs de kan
ten bedekken met geslagen room, op den bo
venkant kunnen we wat roosjes spuiten.
Griesmeel met appelen.
1 melk, 75 gram griesmeel of 60 gram
griesmeel en 1 eetlepel vanillepoeder, 75 gr.
suiker, stukje boter, 4 appels, een paar eet
lepels frambozen of aardbeienjam, boter.
De melk koken met de suiker en er de
griesmeel instrooien en laten doorkoken tot
de massa dik is, steeds biyven roeren, pan
van het vuur nemen en er het stukje boter
doorkloppen, waardoor de massa ook luchtiger
wordt, daarna gelijkmatig uitstrijken op een
platte schaal of verdeélen over één persoons
glazen schoteltjes. De appelen worden ge
schild (het klokhuis uitgestoken) en aan dikke
plakken gesneden, daarna in de koekepan met
boter gaar gesmoord; de plakken moeten heel
blyven en worden boven op de griesmeel ge-
letgd. Als ze gaar zijn, wordt de opening ge
vuld met een lepeltje jam.
Kaasschoteltje.
Vz ons margarine, L. melk, 2 groote
tomaten, 4 eetlepels fyne broodkruim, 3 eet
lepels Parmezaansche kaas, een mespunt
droge mosterdpoeder, zout, 2 eieren.
De kwart liter melk (pl.m. 1 bèker) wordt
aan de kook gebracht en dé boter er in ge
smolten, daarna worden de zeer fijne brood
kruimels toegevoegd en de geraspte kaas
evenals de mosterdpoeder en eventueel wat
zout. De tomaat wordt eenige minuten in heet
water gelegd, waarna het velletje gemakkelijk
verwijderd en de tomaat in kleine stukjes
verdeeld kan worden, die, evenals de geklopte
dooiers en tenslotte ook het zeer stijf ge
klopte eiwit bij de overige ingrediënten wor
den gevoegd. Een vuurvast schoteltje wordt
ingevet en hierin wordt de massa overge
bracht om gedurende 15 minuten in een heete
oven te worden geplaatst.
Oompöte van gemengde vruchten.
2 yt ons gedroogde abrikozen, 2*4 ons ge
droogde pruimen, 100 gram sultane rozijnen,
75 gram suiker, 2 groote appels, y2 liter water,
maizena, 1 dl bessensap.
De abrikozen en pruimen worden goed ge
wasschen en in de halve liter water daags
te voren geweekt, minstens 24 uur. De ge
wasschen rozijnen worden enkele uren mee
geweekt. De appels worden geschild, klok
huizen verwijderd en in achten verdeeld,
daarna worden alle vruchten met het week-
water, de bessensap, suiker en citroenschil op
een heel laag pitje pl.m. 20 minuten gekookt,
de vruchten worden daarna uitgeschept, en
in een glazen schaal gedaan, citroenschil ver
wijderd en het overgebleven vocht met een
weinig maizena gebonden en over de vruch
ten gegoten. Koud opdienen.
Nog gelijk ook.
Onder wyzer: Tom, is pantalon enkelvoud
of meervoud?
Tom (na lang nadenken)Van boven enkel
voud en van anderen meervoud, meneer.
Het alfabet.
Moeder (die kleine Toosje het alfabet
leert): Nu, welke letter komt er na de „O"?
Toosje: Ja!
Even wachten, tot ze weg zijn.
Vader: Wat is het voor weer buiten, Huug?
Huug: Ik kan het niet zien vader, de wox-
ken hangen zo laag, dat er mist is.
Tob nooit hoekje
Bent U omkoopbaar 7
„Natuurlijk niet!" zal menigeen veront
waardigd uitroepen. „Niemand behoeft te
probeeren, mij om te koopen. Of men mij
tien, honderd of duizend gulden voorspiegelt
als belooning, dat maakt niet het minste
verschil."
Wij gelooven U graag. U bent dus onvat
baar voor de laagste en meest directe soort
van omkoopery, n.1. de omkoopery voor geld.
Maar er zijn nog talrijke andere vormen van
omkoopen, minder gemakkelijk als zoodanig
te herkennen en daardoor nog verradelijker.
Gesteld dat U iets in het vooruitzicht werd
gesteld, waarnaar U al jaren verlangd had,
en dat U daartegenover maar een heel kleine
prestatie Uwerzijds behoefde te stellen,
misschien zoudt U b.v. alleen maar een
anderen kant uit behoeven te kijken, terwijl
er iets gebeurt wat U zich anders verplicht
zoudt moeten achten, te verhinderen.
Stelt U voor, dat U b.v. heel lang naar een
bescheiden betrekking gezocht had, en dat U
dan een schitterende betrekking werd aan
geboden met als eenige passieve prestatie
Uwerzijds, b.v. het veinzen van onwetendheid
omtrent een handeling, die niet geheel in den
haak was. Dan kan het weleena heel moeilijk
zijn om inderdaad onomkoopbaar te blijven.
En toch als wij dén niet sterk weten te zijn,
zal dit ons vroeg of laat onze gemoedsrust
en ons zelfrespect kosten.
Behalve door geld zijn er in den loop der
tijden menschen met vele andere middelen
omgekocht, met aanzien, met opneming in
een zekeren kring, met onderscheidingen. Wij
moeten hen niet te snel noch te hard veroor-
deelen, alleen kunnen wij uit hun ervaringen
leering trekken. Want het is op den duur
oneindig beter, in eigen oogen een eerlijk
mensch te blijven en macht, aanzien en geld
te weigeren, dan een van deze te accepteeren,
maar daarbij in den grond van ons hart te
weten: „Ik ben niet meer die ik was, en als
men wist, hoe ik aan het een en ander
gekomen ben, zou ik andere menschen niet
meer recht in de oogen kunnen zien.
Het besef, iets veroverd te hebben ten koste
van een unfaire houding of handeling knaagt
aan ons genoegen om het bezit ervan, als een
worm aan de kern eener oogenschijnlijk gave
vrucht. Soms kunnen wij al in een moeilijke
situatie geraken, en wel als degenen die ons
willen nemen ten bate van eenig oneerlijk
doel, ons weldaden hebben bewezen zonder
dat wij doorzien hebben waar het hen om
begonnen was. Iemand kan ons b.v. gedurende
eenigen tijd op verschillende manieren het
leven gemakkelijker en aangenamer maken.
Dan gevoelen wij ons aan hem verplicht, en
zoodra wij deze verplichting goed beseffen,
verzoekt hij ons op zijn beurt om iets, en wel
om een handreiking in een of andere min of
meer unfaire aangelegenheid. Dat kè,n inder
daad pijnlijk zijn; als wij dan echter maar
voor oogen houden dat geen enkele ongevraagd
ontvangen weldaad ons ooit kan verplichten,
om ons te mengen in iets waar onze eerlijkheid
tegen opkomt. En als wij dan den moed maar
hebben om te zeggen: „Ik wil graag iets voor
je doen, maar iets wat ik met mijn geweten
kan overeenbrengen".
Over het algemeen is het verstandig geen
verplichtingen te krijgen tegenover menschen,
die wij weinig kennen. Men weet noöit op welk
oogenblik en In welken vorm zij plotseling
een tegen-prestatie kunnen verlangen, waar
aan wij om een of andere reden niet kunnen
voldoen. Tracht daarom steeds, om een zoo
volledig mogelijke, zelfgekozen tegenprestatie
te stellen tegenover alles wat men aan U
gééft of voor U doet.
Daarmee voorkomt U het verwijt: „ik heb
zooveel voor jou gedaan en nu wil je mij deze
kleine dienst weigeren". En vermijdt het
eveneens, om anderen te willen dwingen, tegen
hun gevoel in iets voor U te doen, op grond van
diensten die U aan hen heeft bewezen. Ook
al betreft het een in Uw oogen volkomen
eerlijke zaak, want geen mensch heeft het
recht een ander te dwingen, tegen zijn geweten
in te handelen.
Dr. JOS DE COCK.
TSarJ^
Het is geweldig zooveel als jij op je
broer lijkt. Zeg eens, ben jij het nu eigen
lijk of je broer.
Nou, zoover als ik kan nagaan ben
ik het zelf.
VOOR DE
Het abnormale kind.
Belangstellingsconflicten en schijnbare
domheid.
Ik" wil thans het een en ander zeggen over
de z.g. „belangstellingsconflicten". Wat ver.
staat men daaronder?
Ter verkrijging van een goed begrip is
noodig eerst het een en ander mee te deelen
over belangstelling. Belangstelling is een van
de wonderlijkste en mooiste gaven der
menschelijke ziel. Zij is nauw verwant aan
vriendschap en liefde. Zij kan ons in staat
stellen al onze geestesgaven te richten op een
hoog doel; zij is, evenals de liefde, in zedelijk
opzicht een neutrale kracht: zij richt zich
zoowel op goede en verheven doeleinden als
op lage en verwerpelijke. Zij is egoïstisch en
altruïstisch!
Het is niet mogelijk haar te verklaren:
waarom heeft een mensch voor dit wèl en
voor dat géén belangstelling Waarom richt
zich de belangstelling op minder edele doel
einden? Zoomin wjj liefde en vriendschap
kunnen verklaren, zoomin kunnen we belang
stelling verklaren, doch we weten, en dit is
van het grootste belang, dat zy een enorme
beteekenis heeft.
Zonder belangstelling komen geen groote
dingen tot stand en waar belangstelling
ontbreekt geschiedt niets.
Het kan gebeuren, dat de belangstelling by
een bepaald individu zich zeer sterk richt op
één ding, op één doel.
Een zeer sterk voorbeeld daarvan vinden
wij in het leven van Michiel de Ruyter. Diens
belangstelling richtte zich zeer sterk op het
zeemansleven. Al hetgeen daarmee in verband
stond, had zijn belangstelling en het overige
trok hem niet. Toen zijn ouders hem op de
lijnbaan deden, een werkkring, waarvoor hij
niet de minste belangstelling had, ontstond er
in zijn ziel een belangstellingsconflict. Dit had
tengevolge, dat hij dit werk niet alleen met
grooten tegenzin verrichtte, doch ook, dat zyn
belangstelling voor het zeemansleven dagelijks
grooter werd. Hij zou en hij moest naar zee!
Niets zou hem weerhouden.
Herhaaldelijk treft men op de school
bewegingsdrang, wordt deze knaap een flinke
jongen. In snel tempo gaat hy nu voorwaarts.
Wilde hij op school niet leeren, aan boord
wordt hy leergierig en grijpt hij elke gelegen
heid aan, zijn tekort aan kennis in te halea.
Het voorbeeld van De Ruyter staat niet
alleen!
Herhaaldelijk 1 treft men op de schoo
leerlingen aan, die een luien, achterlijken
indruk maken, terwijl ze, eenmaal van de
school af, zich opeens ontpoppen als flinke
leergierige knapen. We hebben dan meestal
weer te doen met belangstellingsconflicten. Ik
herinner me een jongen, die dobr zijn vader
naar de HBS gestuurd werd en daar na
eenige maanden al liet merken, dat er weinig
of niets van hem terecht zou komen. De
vader, een ambtenaar, was vertwijfeld. Booze
noch goede woorden konden den jongen tot
het besef brengen, dat hij zijn best moest
doen. De knaap wilde boer worden en niets
kon hem daarvan weerhouden.
Tenslotte is de vader teneinde raad naar
een opvoedkundige van naam gegaan om ad
vies. Deze. heeft den knaap bij zich ontboden
en hem in een vertrouwelijk gesprek zich
laten uiten. (Het was in het ouderlijk huis
inmiddels door al de voorafgaande scènes al
zoover gekomen, dat de verhouding tusschen
vader en zoon zeer gespannen was en er van
een vertrouwelijk gesprek tusschen hen bei
den geen sprake meer was! Hier moést een
vreemde bemiddelen
De opvoedkundige heeft den vader weten te
overreden zijn zoon op een boerderij te doen.
Hoewel dit den vader zeer zwaar viel, heeft
hy den raad opgevolgd. Na 'n paar weken bleek
dat de knaap zich hier thuis voelde. De lust
om te gaan studeeren ontwaakte en weldra
zagen wij hem op een landbouwwinterschool,
waar hij tot een der beste leerlingen behoorde.
Thans bekleedt hij een goede betrekking by
een landbouw-organisatie.
Hoe kunnen ouders nu deze belangstelling
bg hun kind ontdekken?
Allereerst door te letten op hetgeen de
jongen in zyn gesprekken telkens weer met
belangstelling vertelt en verder door na te
gaan, hoe en waaraan hij zijn vrijen tijd be
steedt. Vooral dit laatste blykt dikwyis een
goede maatstaf te zyn. Men mene nooit, dat
dergelyke jongens hun tijd verluieren! Dik
wyis gebruiken ze iedere minuut om zich te
wijden aan hetgeen hun belangstelling in zoo
sterke mate heeft!
Door dwars tegen hun belangstelling in te
gaan, schept men belangstellingsconflicten
met de gevolgen daarvan. Men zy inderdaad
voorzichtig!