Wijnmaand in het Zuiden
De gouden overvloed der
druiven
De driejaarlijksche
te Milaan.
DE heerlijke gouden zonneschijn
straalt allerwege over de Zui
delijke Alpen, over het diepe,
ondoorgrondelijke Lago Mag-
giore, over het water van het
lachende Luganomeer. Het diepblauwe uit
spansel bekroont het geheel en brengt een
atmosfeer van vrede en vreugde
Rondom het majesteitelijke Lago Mag-
giore begint een geheimzinnige, vlijtige ar
beid. Doodstil is het om de terrashellingen
Van Locarno, Ascona en Ranco, maar hier
en daar ziet men een rugmand bewegen,
vaak wordt een donkére plooirok zichtbaar
en slechts zelden een paar glinsterende
oogen onder een bonte hoofddoek, want
deze zijn druk aan het werk.
Als men echter nu en dan een mannen-
gestalte door het lichte druivenloof ziet
schemeren, dan is het zeker de oude, ver
moeide Consradino met een vriendelijken
glimlach op de lippen. De man heeft voor
ieder een vroolijk woord. Zijn zoon echter,
bouwt huizen en legt wegen aan, dat
brengt vlugger contanten voor Salami dan
de o, zoo goedkoope zuidwijn.
Langzaam valt druiventros na druiven
tros in de mand. Bijna zwart zijn de don
kerblauwe vruchten en de stevige schil
omsluit het suikerzoete
sap. Op den naar bo
ven loopenden weg tus-
schen de wynranken
door, wandelt 'n vreem
de gast van Tessino. De
wandelingen zijn schit
terend, want deze
herfstdagen hebben al
les in een gouden gloed
gekleurd. De zon schijnt
over de langzaam rij
pende kastanjes van 't
Edelwoud. Af en toe
valt, zacht ritselend, 'n
vergeeld blad door de
zachte lucht op den
grond. Ondanks alle
wereldcrisis ligt hier
over den altijd groe
nen oever van het
land van Mignon een
verkwikkende vrede.
Geen haast stoort de
stille ijver van de wijn
boeren er woont
slechts dankbare, ge
lukkige tevredenheid.
De vrouwen pluk
ken gestadig de trossen,
die naar de wijnper
sen worden gebracht
en langzaam wordt het vat in de vochtige
kelder, tusschen de eeuwenoude vesting
muren gevuld.
De boerenvrouwen komen van de ver
afgelegen bergdalen naar Locarno, op de
Piazza Grande naar de markt. Zij torsen
hun volle rugmanden met moeite, maar
een zoete vrucht geeft een zoete belooning.
's Zomers loopen de kinderen op bloote
voeten en er moet voor de komende win
terdagen in de ingesneeuwde bergdorpen
gezorgd worden.
Wat jammer van deze prachtige druiven
trossen om ze tot wrangzure Nostrano te
persen.
De markten, hotels en pensions worden
dan ook met druiven overvoerd en waar
lijk God Bacchus kan dit jaar feest vieren,
want er wordt hem een groot offer aange
boden. En Pomona, de Godin, heeft be
schermend haar hand boven de zwaarbela
den vijgeboomen gehouden. De zoete
vruchten lokken in gele, groene en blau
we schillen naar de edele oude, Römer-
drank.
Aan de overzijde, over de Monte Ceneri
heerscht de vroolijkheid reeds over den
oogst der wijnranken. Vlak in de nabijheid
is een mondain kuuroord. Daar hoort men
de gasten duidelijk met de goudgevulde
wijnglazen klinken.
Een sonore bariton zingt het lied van
den „gouden heuvel" terwijl „la bella Ti-
cinese" antwoordt met een heldere so
praan. De liederen vinden overvloedigen
bijval bij de vreemdelingen, die dit door
gejuich te kennen geven.
Op den anderen oever van het meer
worden in den cobalt-blauwen avond kleu
rige lampions ontstoken.
Zachte, betooverende muziek klinkt over
het water en noodigt de paren tot een
vroolijken dans.
De Zoccolis klepperen naast elegante lak
schoenen; de gistende wijn stroomt als
vuur door het bloed.
Achter de bergtoppen van de Torrions
stijgt vrouw Luna op en het is sprookjes
achtig om in de kleine visschersgondel door
het met zilveren maanlicht overgoten meer,
huiswaarts te keeren.
In de prachtig gelegen paviljoens, welke
eenige jaren geleden in het Stadspark van
Milaan werden opgetrokken, werd dezen
zomer de zesde „Driejaarlijksche" geopend,
een internationale tentoonstelling, voorna
melijk gewijd aan architectuur en kunstnij
verheid, kunstonderwijs en industrieëele
kunst, welke tot 24 October a.s. zal duren.
In het hoofdgebouw is de afdeeling bouw
kunst ondergebracht, welke een voortref
felijk overzicht geeft van de oplossingen
van vele der architectonische problemen
van onzen tijd, met name van hetgeen op
het gebied van stedenbouw in Italië bereikt
werd. Ook de hieraan toegevoegde afdeeling
van woninginrichting blijkt zoowel
aesthetisch als technisch en sociaal bezien
uitermate belangwekkend, en het is ver
rassend, te constateeren, tot welke uiteen-
loopende vondsten de toepassing van nieu
we materialen heeft geleid, in het bijzon
der ten aanzien van textiel, kleeding en
interieurkunst.
Dat kunst en industrie niet noodzakelij
kerwijs als tegenpolen beschouwd behoe
ven te worden, doch dat zij oordeelkun
dig en weloverwogen gecombineerd uit
nemende bondgenooten zijn, bewijst de
afdeeling industrieeele kunst. Het is dan
ook zeer wel te verklaren, dat op grond
van deze ervaring, het werkprogramma
van vele Italiaansche scholen voor toege
paste kunst thans in dier voege is herzien,
dat de leerlingen voor meubelkunst en
ceramiek, voor schilder- en beeldhouw
kunst, mozaïekwerken en edelsmeden voor
namelijk voorbereid worden tot een prac-
tijk, welke hen op den duur in staat stelt,
hun gaven niet slechts in individueelen
arbeid te uiten, doch die het hun mogelijk
maakt, volgens hun beste krachten en
door bemiddeling van de machtige in
dustrie, de samenleving te dienen. En dit is,
hetgeen de afdeeling kunstonderwijs van
deze tentoonstelling tot een bij uitstek ac
tueel, verschijnsel maakt.
Belangwekkend is voor de sectie „sce-
no-techniek", waar de kunst van den re
gisseur op de meest uitvoerige wijze wordt
toegelicht.
Behalve deze afdeelingen voor Italiaan
sche kunst, omvat de tentoonstelling ook
een aantal buitenlandsche secties: Oosten
rijk, België, Tsjechoslowakije, Frankrijk,
Duitschland, Spanje, Zweden, Hongarije,
BIJ DE
ILLUSTRATIES:
jinks boven:
De wijnoogst in Zwit
serland is in vollen
gang. Een schilderach
tige wijngaard te Asco
na bij Lugano.
Links:
De met kostelijke drui
ven gevulde draagman
den worden naar de
wijnkuipen gebracht.
Links onder:
Een meisje uit Tessino
temidden der Druiven
ranken.
Finland en Zwitserland zijn hier vertegen
woordigd, terwijl een twintigtal andere
staten w.o. ook Nederland zich met
kleinere, doch zorgvuldig samengestelde
inzendingen onderscheiden.
Het is een goede gewoonte van de com
missie, welke de „driejaarlijksche" ten
toonstellingen in de bedrijvige Lombardij-
sche hoofdstad pleegt te organiseeren, deze
telkenmale op te luisteren met een aan
oude kunst gewijde expositie. Deze histo
rische afdeeling is ditmaal aan de edel
smeedkunst gewijd, en dat was een geluk
kige gedachte. Want juist op het gebied
van kroon- en kerksieraden, van gouden
en zilveren gebruiksvoorwerpen en van
juweelen, hebben de Italiaansche kunste
naars reeds sedert vele eeuwen vooral
tijdens het vroege Christendom en gedu
rende den Renaissancetijd de meest su
blieme meesterwerken voortgebracht. En
het is verheugend te zien, hoe men erin
geslaagd is, een zeer veelzijdige collectie
schoone voortbrengselen der goudsmeed
kunst bijeen te brengen, temidden van
deze welverzorgde tentoonstellingen van
moderne kunst, een kostelijk symbool van
antieke glorie. W. L.
ONTDEKKING VAN BELANGRIJKE
ELECTRISCHE VERSCHIJNSELEN.
In het jaar 1789, dus ruim 150 jaar gele
den, werden eenige electrische verschijnse
len waargenomen, welke van buitengewo
ne beteekenis waren. Zij leidden tenslotte
tot de constructie van de galvanische ele
menten. Wij bedoelen de onderzoekingen
van den Italiaanschen chirurg Galvani. De
ze was te Bologna bezig met onderzoekin
gen te verrichten van kikvorschpreparaten.
Zijn echtgenoote bemerkte, dat kikvorsch-
pooten een stuipachtige beweging kregen,
wanneer zij in de nabijheid van een elec-
triseermachine lagen, en de conductor ging
vonken. In 1792 wilde Galvani, als vervolg
van zijn proefnemingen, de kikvorschpre
paraten gebruiken om de atmospherische
electriciteit aan te toonen en hing hen door
middel van een koperen draad aan een
ijzeren draad. Hy bemerkte, dat, wanneer
de kikvorschpreparaten toevallig tegen het
Boven:
Een hoekje in een der tentoonstellingszalen.
Rechts onder:
Antieke gouden altaarkan.
ijzer kwamen, zij in beweging geraakten.
Galvani dacht te doen te hebben met een
uiting van levenskracht, maar Alexander
Volta (17451836) bewees, dat door de
aanraking van twee metalen zónder wrij
ving electriciteit ontstond en dat in deze
electriciteit de phsiologische werking op de
spieren en zenuwen te zoeken was. By
aanraking van twee metalen ontstaat een
potentiaal (spannings) verschil. In het jaar
1851 werd naar aanleiding hiervan de zoo
genaamde spanningsreeks opgesteld, zink-
ij zer-koper-goud-platina, alle electrische
geleiders van de eerste orde. Verschillen
de zuren zijn ook electrische geleiders, en
toen bleek het door combinatie van meta
len en zuren mogelijk te zijn om electri
sche stroomen voort te brengen.
Dit was iets zeer belangrijks, daar het
tot dusver slechts mogelijk was, om elec
triciteit op te wekken door middel van
wrij ving wrij vingselectriciteitsmachines,
zooals wij die kennen van Ramsden 1766,
Holtz 1865, Winshurst 1884 en Wommels-
dorf 1907).
De nieuwe middelen om electriciteit op
te wekken, noemde men ter eere van Gal
vani Galvanische elementen. De eenvou
digste combinatie is een zinken koperen,
staaf in zwavelzuur. Al spoedig vond men,
dat de verschillende elementen achter el
kaar waren te schakelen. Hiervan is een
voorbeeld de zuil van Volta, welke bestaat
uit plaatjes, afwisselend van zink en koper,
waartusschen stukjes doek, gedrenkt in
zwavelzuur.
Het eerste constante element is vervaar
digd door Daniell in 1836, en bestaat uit
een koperen staaf in kopersulfaat-oplos
sing en een zinken staaf in zinksulfaatop-
lossing. De spanning van deze elementen
bedroeg 1.081.14 volt. Dit werd eenigs-
zins gewijzigd door Meidinger en later door
Krüger.
Het element van Krüger vond uitgebreide
toepassing bij de Duitsche telegraaf- en te
lefoondienst.
Grove construeerde een element met 'n
spanning van 1.9 volt. Dit element had een
zinken cylinder in verdund zwavelzuur
als negatieve pool en een S-vormige gebo
gen platinaplaat als positieve pool.
Bunsen verving het kostbaar platina door
kool. De elementen van Bunsen en Grove
hadden 't nadeel dat zij sterk prikkelende
en giftige dampen ontwikkelden. Bunsen
maakte later nog het chroomzuur of dom
pel-element. Het Leclanché-element heeft
maar één vloeistof, n.1. salmiak-oplossing,
terwijl de polen kool met bruinsteen en
zink zijn. Dit element werd algemeen ge
bruikt voor huistelefoon en electrische
schellen.