Het wapen van Prins
Bernhard
De Amerikaansche Presidents
verkiezingen*
„Wereldwonderen" komen om
van honger
De vroegere relaties
van zijn huis met de
Nederlanden.
Toen bleek dat het „Vorstelijk Beheer" le
Detmold geèn geheel juiste afbeelding be
zat van het wapen van het huis Lippe-
Biesterfeld, kreeg ik van Vorst Leopold de
zeer vereerende opdracht het familiearchief
<e bestudeeren en op grond van mijn onder
zoekingen de juiste afbeelding van het wa
pen te vervaardigen. Het was mij een zeer
groote voldoening dat mijn wapenconstruc
tie door Vorst Leopold werd goedgekeurd en
liet dus als officieele wapen van het Huis
Lippe-Biesterfeld werd aangenomen.
Waarschijnlijk zullen velen van mijn Nc-
Herlandsche vrienden verheugd zijn iets te
Vernemen over het wapen van hem, die wel
dra zoo na met het Oranjehuis zal zijn ver
bonden en ik voldoe dan ook gaarne aan het
verzoek der Redactie om iets te vertellen
.van de historie van het wapen.
Deze beschrijving geeft tevens een aardig
jnzicht in de geschiedenis van het Huis
zelf.
Het oude wapen bevat in zilverveld een
roode roos. Op den helm wordt deze roos
herhaald tusschen twee zilveren vleugels.
Op de teekening is een en ander nog te zien.
Zoo bleef het wapen tot 1528. In dat jaar nam
Simon V den titel van „graaf en edele heer
,van Lippe" aan. Dit leidde tot een verande
ring van zijn wapen, omdat het wapen van
Schwalenberg nu aan het oorspronkelijk
wapen werd toegevoegd. Het grootste deel
van dit graafschap was in 1322 door erfenis
in het bezit van het Huis Lippe gekomen.
Het oude Iluis Schwalenberg was in drie li
nies uit elkaar gevallen, namelijk in de li
nies Sternberg, Schwalenberg (Oud- en
Nieuw-Schwalenberg) en eindelijk Waldeck.
Alle drie dezer linies voerden als wapen een
ster met acht stralen; de linie Sternberg had
een roode ster, Waldeck een zwarte ster in
goud veld, terwijl eindelijk de linie Schwa
lenberg een gouden ster in rood veld had;
op de bovenste punt van deze laatste ster
zat een zwaluw.
Ook het graafschap Sternberg ging in 1400
aan het Huis Lippe over. Sedert 1528 voeren
dus de graven en edele heeren van Lippe
een gevierendeeld schild: in het eerste en in
het vierde veld bevindt zich de roos van
Lippe, in het tweede en derde veld ziet men
de zwaluw van Schwalenberg.
Zoo bleef het wapen tot 1687. Slechts de
linie Alverdissen, die in 1640 Schaumburg
erfde, voegde in een middenschild het wapen
van dit graafschap in; naast den helm van
Lippe zijn bovendien de helm van Schaum
burg en van Sternberg toegevoegd.
Dit. voorbeeld werd door de hoofdlinie eerst
jn 16S7 gevolgd.
Een jaar tevoren had namelijk Graaf Si
mon Hendrik de beide souvereine Nederland-
sche heerlijkheden Vianen en Ameiden door
zijn huwelijk met Amalia Burggravin zu
Dohna, die de „heerschappij" over deze heer
lijkheden voerden, verworven. Hij voegde nu
de wapens dezer beide Nederlandsche heer
lijkheden in een middenschild aan zijn wa
pen toe, en voerde vanaf dit oogenblik niet
meer enkel den helm van Lippe, maar vijf
helmen, namelijk die van Lippe, Schwalen
berg, Sternberg, Vianen en Ameiden.
Het wapen van Sternberg komt in dat jaar
in het wapen van Lippe nog niet voor. Eerst
in 1789, als de hoofdlinie tot den Vorsten-
stand is verheven, wordt het schild van het
wapen van Lippe in negen velden verdeeld,
namelijk in Vianen. Schwalenberg, Ameiden,
Sternberg, Lippe (in een hartschild), Stern
berg, Ameiden, Schwalenberg, Vianen. De vijf
helmen zijn onveranderd gebleven. Het
schild wordt thans vastgehouden door twee
engelen, die reeds vóór 1687 op een vlag in
het Historisch Museum te Detmold voorko
men. Deze beide engelen zijn als herauten
van Lippe gekleed en dragen op hun wapen
rok de roos van Lippe en de zwaluw op de
ster van Schwalenberg. Iedere engel houdt
een standaard vast.
De nevenlinie Biesterfeld, die zich van de
hoofdlinie Detmold afgetakt had, voor de
beide Nederlandsche heerlijkheden waren
verworven, kon het wapen van Vianen en
Ameiden dus niet voeren. De hoofdlinie
voerde deze beide wapens echter yerder, ook
nadat zij de heerlijkheden in 1725 aan de Ne
derlanden hadden verkocht.
De linie Biesterfeld verdeelde zich weer in
'de linies Biesterfeld en Biesterfeld-Weissen-
feld. Deze beide linies bezigde echter met
slechts geringe afwijkingen het wapen van
de vorstelijke hoofdlijn van 1789, echter met
weglating van de velden en helmen, die op
Vianen en Ameiden betrekking hebben. Ver
der diagen de engelen palmen in de hand en
niet de standaarden. In plaats van een vor-
stenhoed draagt het wapen een kroon, wat
Jiet recht van de „doorluchtige" graven was.
Van deze wapens bestaan allerlei varian
ten. In den persoon van Prins Bernhard
van Lippe-Biesterfeld en van zijn broeder
Ernst Aschwin leeft het Huis Lippe-Biester
feld en daarmee diens wapen weder op,
echter nu weer met een vorstenhoed in
plaats van met de „Erlaucht-Krone".
Dit wapen is als volgt te beschrijven; ge
vierendeeld; I en IV in zilver een roos van
keel (rood), geknopt en gepunt van goud
(Lippe); II en III in keel een zwaluw van
natuurlijke kleuren, gezeten op een ster van
acht punten van goud (Schwalenberg), Drie
helmen, getralied en gesierd van goud, ge
kroond niet een kroon van drie bladen en
twee parel-punten, wederom van goud.
a. De helm in het midden met dekklee-
(flen van zilver en keel. Helmteeken: tus-
Bijgaand artikel van de hand
van den bekenden wapendeskundige
Dr. O. Neubecker, geeft een popu
laire beschrijving van het wapen
en de stamboom van het Huis Lippe-
Biesterfeld, Heer van Vianen en
Ameiden, dat door het aanstaand
huwelijk van Prins Bernard met
Prinses Juliana, zoo nauw met het
Huis van Oranje zal worden verbon
den.
Dr. Neubecker heeft, in vereerende
opdracht van Vorst Leopold von
Lippe, de vergeelde acten en archief
stukken van bet geslacht nageplo
zen en op grond daarvan de juiste
afbeelding van het familiewapen
vervaardigd.
Onderstaande reproductie is thans
het officieele wapen van het Huis
Lippe-Biesterfeld en daarmede even
eens het wapen van Prins Bernard.
Het verheugt ons, de eersten te
zijn, die dit wapen het Nederland
sche publiek kunnen laten zien.
DE REDACTIE.
schen een vlucht van zilver een roos van
keel, gelijk aan die in het schild.
b. De helm ter rechterzijde met dekklee-
den van goud en keel. Helmteeken: tus
schen een vlucht van goud een ster van acht
punten van keel (Sternberg).
c. De helm ter linkerzijde met dekklee-
den van goud en keel. Heumteeken: tus
schen een vlucht van keel een zwaluw ge
lijk aan die in het schild (Schwalenberg).
Schildhouders: Twee engelen, gekleed in
zilver met wapenmantel, die met gouden
tressen en franje versierd is; deze wapen
mantel is bij den rechter engel zilver met
de roode roos van Lippe erop, bij den lin
ker engel rood met de zwaluw van Schwa
lenberg. Beide engelen houden in de hand
een groenen palmtak. Zij rusten op een stee-
nen sokkel.
Alles is geplaatst op een mantel van pur
per, die met goud geboord en met herme
lijn gevoerd is; ds.ze mantel is met koorden
opgebonden; de koorden eindigen in kwas
ten, beide van goud. Alles wordt gedekt door
den vorstenhoed.
De hoofdkleuren van het Huis Lippe-
Biesterfeld zijn wit-rood, die van het Vor
stenhuis Lippe zijn daarentegen geel-rood;
geel-rood is eveneens de vlag van het land
Lippe.
Een wapen is niet een fantasieproduct
van den een of anderen beoefenaar van de
heraldiek. Integendeel het verzinnebeeldigt
de geschiedenis en bewaart die geschiédenis
voor het nageslacht. Alles in een wapen,
ook het kleinste onderdeel, heeft zijn his
torische beteekenis. Uit de vele bijzonder
heden en kleinigheden in het wapen van
Prins Bernhard blijkt, dat het Huis van
Lippe een zeer oud vorstengeslacht is. En
tevens blijkt eruit, welke nauwe betrekkin
gen er tusschen dit vorstengeslacht en Ne
derland hebben bestaan.
Dr. NEUBECKER.
Berlin-Klein-Machnow,
9 October 1936.
Landon heeft geen
kans meer.
Naar thans reeds met zekerheid
mag worden aangenomen, zal
Roosevelt bij de a.s. verkiezin
gen als president van de Ver-
eenigde Staten herkozen wor
den.
DE strijd om de plaats van „de eer
ste burger der Vereenigde Staten",
waarvan de beslissing op 4 No
vember a.s. vallen zal, heeft zicli
thans, nu de partijconventies der republi
keinen en democraten alle voorbereidingen
getroffen hebben, in alle ernst ingezet. Een
maand staat den candidaten nog ter be
schikking. Volgens oud gebruik en traditie
zullen niet alleen de geweldige apparaten
der partijorganisaties, doch ook de overi
gens op politiek gebied neutrale pers de be
langstelling van liet publiek voor de verkie
zingen levendig houden. Ondanks de neiging
voor weddenschappen bij het groote Ameri
kaansche publiek, dat de politiek als een
soort sport beschouwt, zal het ditmaal niet
gemakkelijk zijn. Wanneer b.v. reeds vóór
het houden van een wedren de uitslag
vaststaat, dan is het begi#pelijk, dat er van
eenige spanning geen sprake is. Derhalve
is het de eerste plicht van alle Amerikaan
sche couranten, hun lezers wijs te maken,
dat de uitslag van de verkiezingen op 4
November nog geheel onzeker is. Natuurlijk
gelooft zulks in de Vereenigde Staten nie
mand meer; ook in het buitenland is er bij
na niemand meer die aan den uitslag twij
felt. De herkiezing van Roosevelt wordt door
een ieder als een "Vaststaand feit aangeno
men.
Wat de republikeinen betreft, deze hebben
eigenlijk niet eens gehoopt op de trekkracht
van hun politiek programma, dat voor het
grootste deel vrijwel overeenkomt met dat
der democraten. Ook in de persoonlijkheid
van hun candidaat hebben ze geen al te
groot vertrouwen Hun eenige hoop was, dat
Roosevelt zich tijdens de verkiezingscam
pagne tot een onbezonnen daad zou laten
verleiden, die dan door hen energiek en doel
bewust benut zou worden. Roosevelt is ech
ter op zijn hoede geweest en heeft zich door
zijn temperament niet laten meesleepen,
zoodat men vrijelijk zeggen mag, dat de eer
ste ronde van den verkiezingsstrijd met een
overwinning van Roosevelt geëindigd is.
Het is niet waarschijnlijk dat de reateeren-
de vier weken hierin nog verandering zul
len brengen.
liet belangrijkste argument der tegenstan
ders van Roosevelt is ongetwijfeld de finan-
cieele politiek, welke zijn regeering gevoerd
heeft. Doch de president stelt hier een ander
argument tegenover en wel, dat de uitwer
king op de breede massa der bevolking niet
zonder resultaat is gebleven. Hij behoeft
slechts op e conomische instorting te wijzen,
die tijdens de laatste bestuursphase van
Hoover ingetreden is. In zijn eerste open
bare verkiezingsrede heeft Roosevelt dit
De abnormaliteitenbeurs te
Boedapest sluit haar deuren
„Abnormaliteiten worden door het
groote publiek niet meer gevraagd"
Met deze verklaring beeft Emmerich
Bigola dezer dagen zijn abnormali
teitenbeurs te Boedapest gesloten.
Inderdaad kan mep de laatste twee
jaren van een crisis in de abnor
maliteitenbranche spreken, waar
door zelfs „nummers"', waarvoor
vroeger de geheele wereld een een
al bewondering was, broodeloos ge
worden zijn.
DE laatste tijd heeft men veel ge
sproken omtrent het huwelijk en
de kortdaaropvolgende echtschei
ding van één der Siameesehe tweelingen
Violet Hilton welke indertijd in Amerika
met een beroepsdanser in het huwelijk
getreden is en die kortelings de pers
mededeelde, dat zij haar huwelijk weer
ontbonden verklaren liet. Dergelijke me-
dedeelingen kenschetsen de toestand,
waarin de abnormaliteiten zich heden
ten dage bevinden. Huwelijk en schei
ding van een der samengegroeide zus
ters waren in werkelijk niets anders dan
een poging tot reclamemaking. Want het
onwaarschijnlijke, hetgeen men vroeger
voor onmogelijk gehouden had. is ge
beurd: de gezusters Hilton, eens een
wereldsensatie, zijn eenige maanden
„werkloos" geweest.
De internationale abnormaliteiten-
beurs te Boedapest die thans haar deu
ren gesloten heeft, omdat de mogelijk
heid om geld te verdienen steeds kleiner
werd, heeft tot voor drie jaren met
haar abnormaliteiten uitstekende za
ken gemaakt. Emmerich Bigola had op
zijn kantoor een groot archief, waarin
de levensloop en de bijzonderheden der
verschillende abnormale menschen, die
hij aan een engagement hielp, beschre
ven waren. In Bigola's archief werden
de abnormalen in drie klassen ingedeeld.
Zij, die tot klasse I behoorden waren
objecten, die groote winsten opleverden,
in de eerste plaats de Siameesehe twee
lingen. werkelijk groote reuzen en wer
kelijk kleine dwergen. Voorts leeuwmen-
schen, skeletmenschen en dergelijken.
Onder dezen bevonden zich nummers,
die nimmer zonder engagement leven.
De leeüwmensch b.v. zou in twintig jaar
tijds zeven millioen franc verdiend heb
ben! Wel diene men niet te vergeten, dat
dergelijke „attracties" hooge onkosten
hebben, zooals reiskosten, managers, re
clame etc. Nochtans zijn de inkomsten
van een menschelijke abnormaliteit be
langrijk hooger dan die van een gevier
de operazanger.
Klasse II bestaat uit middelmatige
„attracties". Hiertoe behooren abnor
maliteiten. die niet direct een wereldat
tractie tè noemen zijn, doch die noch
tans steeds een engagement konden
vinden. Gewoonlijk was dit de af deeling
boerenbedrog, b.v. de man, die een.
kruising tusschen man en vrouw voor
stelde. De eene helft van zijn gezicht
liet hij langs electrische weg ontharen,
op de andere helft had hij een welige
baardgroei.
De wonderen van klasse III zijn
meer bescheiden. Dwergen, die eigenlijk
te groot zijn en reuzen, die eerder te
klein genoemd kunnen worden. Deze
vonden sleohts aftrek tezamen met an
dere abnormaliteiten. Heden ten dage
hebben zij, gelijk Bigola ons verzekert,
bun marktwaarde verloren.
Het groote publiek stelt geen belang
meer in abnormaliteten. Sommigen be
weren ,dat dit in verband met de crisis
staat, doch hiermede is dit merkwaardi
ge verschijnsel niet verklaard, want in
andere takken van bet amusementsbe
drijf beeft de crisis zich niet in die mate
doen gevoelen. De baisse op de abnor-
maliteitenmarkt is begonnen in 1930 en
deze beeft thans haar dieptepunt be
reikt.
De gevolgen van èèn en ander zijn*
dat onder de dwergen, reuzen etc. thans
een groote ellende heerscht. „Dikke da
mes," zijn in bet geheel niet meer ge
vraagd. Eerste klas attracties hebben
een ander beroep moeten zoeken. Zoo
b.v. Violetta, de dame zonder onderlijf
Deze is thans door een New Yorksch
kapper in dienst genomen, in wiens éta
lage zij op het oogenblik permanente
haargolf demonstreert Het skeletmensch
is onlangs van honger en verdriet ge
storven. De „dikste man ter wereld" is
dusdanig vemagerd als gevolg van zijn
langdurige werkloosheid dat hij, indien
de toestand niet spoedig verbetert, bin
nenkort als „de magerste man ter we
reld" zal kunnen optreden. Albino's gi-
raffemenschen, „dames met baarden"
zijn maar al te blij, wanneer men ze
aan een baantje als kellner helpt. Het
publiek, dat vroeger diep in de zak
móest tasten, kan deze rariteiten op bet
oogenblik gratis zien.
Te Parijs is een klooster, La Devèso
genaamd, waar menschelijke misgeboor
ten ondergebracht zijn. Nergens ter we
reld ziet men zooveel ellende tezamen
als daar. Tal van abnormaliteiten, die
in vroegere jaren bewonderd werden in
circus of variété, kloppen thans aan de
deur van dit klooster aan, waar zij om
opneming smeken. Wanneer men bun
zegt, dat ze niet behooren tot de cathe-
gorie misgeboorten, die in het klooster
verpleegd worden, geven zij ten ant
woord: „Wij zien geen kans meer om
in ons bestaan te voorzien. Wij willen
de rest van ons leven achter de muren
van dit klooster slijten. „Wat blijft er
den barmhartigen Zusters anders over
dan deze ongelukkige liefderijk op te
nemen?
LANDON.
zeer handig gedaan, door zijn toehoorders
een verhaaltje te vertellen, wat bij het Ame
rikaansche publiek altijd zeer in den smaak
valt.
„In den zomer van 1933", zoo begon Roo
sevelt met zijn fabeltje, „viel een net oud
heertje, met een hooge hoed op het hoofd,
van een havenhoofd in zee. Hij kon niet
zwemmen. Een ander heer liep zoo hard
hij loopen kon de pier op, sprong in het wa
ter en haalde het oude heertje er uit. De
hooge hoed werd echter door den vloed mee
gesleept. Toen het oude heertje gered was,
putte hij zich uit in dankbetuigingen. Hij
prees den man, die hem het leven gered
had. Vandaag echter, na drie jaren, spreekt
het oude heertje kwaad van zijn redder, om
dat zijn hooge hoed verloren ging."
Dergelijke geschiedenissen werken in Ame
rika als een wonder. Zij dringen tot het be
wustzijn der menigte door, die tenslotte bij
de verkiezingen den doorslag moet geven,
meer dan alle met cijfermateriaal nog zoo
goed gedocumenteerde redevoeringen. Daar
om hebben dan ook de aanvallen Al Smith
tegen Roosevelt zoo weinig succes. Hij ver
wijt den president, dat zijn begrootingen
niet kloppend geweest zijn. Roosevelt werpt
tegen, dat het een misdaad geweest zou
zijn om, zoolang het budget van de Ameri
kaansche natie niet kloppend was, dat van
de Staat op kosten der natie in overwicht te
brengen. Weliswaar heeft de werkverschaf-
fingspolitiek de staatsschuld met acht milli-
ard dollar verhoogd, doch daartegenover
staat, dat in de periode 1920 tot 1930 een veel
hooger bedrag onder het mom van leenin
gen naar het buitenland is gezonden, waar
voor men zich aldaar ten koste van den Amc-
rikaanschen arbeider verrijkt heeft.
Volgens de berekeningen van de Ameri
kaansche politieke strategen is het niet on
mogelijk, dat de 4e November de Staat New
York voor de beslissing zorgt. In ieder geval
staan de zaken thans zóó, dat een overwin
ning van den republikeinschen candidaat
Landon volkomen uitgesloten is, wanneer hij
in de staat New York niet wint, welke staat
in het college der kiesmannen met het ge
weldige blok van zijn stemmenaantal veel ge
wicht in de schaal legt. Aan de andere zijde
zou een republikeinsche overwinning in den
Staat New York nog niet de overwinning van
Landon voor het presidentschap beteekenen,
ofschoon daardoor zijn kansen weliswaar be
langrijk zouden stijgen. Vanzelfsprekend
voeren republikeinen zoowel als democraten
een intensieve propagandacampagne in de
Staat.
Dat Roosevelt zelf New Yorker is en de
Staat als gouverneur met buitengewoon suc
ces bestuurd heeft, is een factor te zijnen
gunste. Anderzijds diene men niet te verge
ten, dat de „haute finance" en de toonaange
vende economische kringen heimelijke tegen
standers van Roosevelt zijn, hetgeen natuur
lijk eveneens gewicht in de schaal legt.
Dezer dagen heeft Roosevelt te New York
vertoefd, teneinde de opening van een
nieuw medisch onderzoekingsinstituut bij te
wonen. Bij deze gelegenheid was hij het
voorwerp van enorme sympathiebetoogingen,
zooals gewoonlijk slechts Oceaanvliegers ten
deel vallen.
In dit verband zij nog vermeld, het
geen voor de te New York heerschende
stemming niet van belang ontbloot
is, dat de „New York Times, die in de
meeste gevallen datgene zegt, wat men in de
voornaamste en conservatiefste kringen der
democratische partij denkt, openlijk partij
trekt voor Roosevelt. Het blad geeft als zijn
meening te kennen, dat de tweede ambtspe
riode van Roosevelt rustiger verloopen zal
dan de eerste. En deze hoop deelt mis
schien wel terecht de meerderheid van het
Amerikaansche volk. (v.d.)