Economische Kroniek
OMGEVING-NIEUWS
De strijd om de
„Betty
Bonn"
Een zieke samenleving
en dwaze heelmeesters
Wanneer men zou moeten zeggen, door
wat voor vooruitgang de achter ons liggende
eeuw zich heeft gekenmerkt, dan behoeft
men over het antwoord niet lang na te den
ken. Het kan luiden: door technische voor
uitgang. Waarheen men zijn blik laat gaan,
overal is het het berekenend verstand, dat
heeft getriomfeerd.
Intusschen houdt dit verstand er een zeer
bijzondere werkwijze op na. Alles vergelijkt
het, waarna het rubriceert, classificeert, ca
talogiseert en wat dies meer zij.
Het zijn de onderdeelen, waaraan het vóór
alles zijn aandacht schijnt te geven.
En heel dikwijls wordt vergeten, dat er
ook nog zoo iets is als het geheel, als de
groote éénheid, waartoe alles behoort. Men
ziet het bosch niet door de boomen, is de
kernachtige wijze, waarop een vaderlandsch
spreekwoord het zegt.
Nu kan men de werkzaamheid van den
geleerde, die het economisch leven bestu
deert en die zijn kennis ten slotte wil aan
wenden om bestaande toestanden te verbete
ren in menig opzicht vergelijken met den
arbeid van een arts.
De laatste houdt zich bezig met zieke
menschen. En zoo men onze samenleving
ook als een zieke gaat beschouwen een
veronderstelling, die in zooverre niet onge
rijmd is, dat onze maatschappij stellig niet
als door-en-door gezond mag worden aan
gemerkt dan is er inderdaad veel overeen
komst tusschen de opgaven van den heel
meester voor menschen en van dien voor de
samenleving.
Echter hun werkwijzen loopen op een frap
pante wijze uiteen.
Wanneer een dokter een patiënt behan
delt. dan gaat het hem voor alles, ja geheel
alleen, om de persoon van den zieke, om
den zieke als éénheid. Wanneer hij bij
iemand wordt geroepen, die, laten we zeg
gen, een gescheurde nier heeft, dan zal hij
er zich wel aan zetten de wonde te doen
genezen, maar dit moet zoo geschieden, dat
de patiënt blijft leven. Als éénheid dus in
tact blijft. Een chirurg kan langs operatie
ven weg ingrijpen, hij zal in het lichaam iets
aanéénnaaien of op andere wijze verbinden.
Nummer één is echter, dat de patiënt de
grootst mogelijke zekerheid heeft het te
zullen overleven. Een arm of een been kan
worden geamputeerd, het geschiedt alleen
omdat het noodig is voor den patiënt. Het
onderdeel moet, zoo noodig, altijd wijken
voor de eenheid.
Merkwaardig is, dat tal van economen uit
onze dagen althans menschen, die daar
voor willen doorgaan, ten aanzien van
de gemeenschap er heel andere zienswijzen
op na hóuden. Wat voor onderdeelen heeft
eigenlijk de gemeenschap?
Het zyn er tallooze en ze zijn van allerlei
soort.
Om te beginnen rijn het de menschen,
maar het zijn ook de vereenigingen, de
maatschappijen, de gemeenten, de staten. Die
laatsten zijn alle groepen van individuen,
groepen die op een bonte en een bijna chao
tische wijze dooréénloopen. Men denke bijv.
niet, dat een staat een afgerond, economisch
geheel is. Het is en blijft slechts een deel
van de samenleving. Door allerlei banden
is het met de andere deelen verbonden. Tal
looze zakenrelaties houden de staten bijeen,
er zijn internationale afspraken en gebrui
ken, de bewoners van het één land bereizen
het andere.
Nu kan een land zich weliswaar geheel
vrij maken van al het andere, maar een
mensch kan het ook doen zonder één of
twee armen, zij het dan ook, dat het dan
hoogst gebrekkig zal" gaan.
De staat, die vrijwillig besluit tot
autarkie, die relaties met de andere
deelen der samenleving verbreekt,
amputeert zichzelf daarmee zonder
noodzaak een of meerdere ledematen
waarvoor in het beste geval kunst
armen of kunstbeenen worden terug
verkregen.
Zoo'n handeling is voor een normaal
denkend mensch dwaas. Maar men moet nu
eenmaal abnormaal denken om niet in te
zien, dat de groote éénheid der samenleving
niet ophoudt aan de grenzen van een land.
Een menschelijk lichaam eindigt ook niet
bij de knie of bij de elleboog, al kan men
zonder de deelen, die dan nog volgen, zeer
goed leven.
Een arts weet dit alles. De economen van
onze dagen echter schijnen de waarheid van
een en ander niet te beseffen.
Neemt men dit in aanmerking, dan is het
duidelijk, waarom redeneeren over deze
kwesties blijkbaar zoo weinig geeft. Met
menschen, die den naam van dwaas ver
dienen, kan men niet praten.
De vorige week hadden we gelegenheid er
op te wijzen, hoe de ordening in onze sa
menleving merkwaardigerwijze gepaard
gaat met een voortdurend dalen van de
welvaart.
Na het bovenstaande moet de noodzake
lijkheid van dit verschijnsel duidelijk in het
oog springen Ordenen wil in werkelijkheid
niets anders zeggen, dan een zoo nuttig mo
gelijk aanwenden van de hulpmiddelen,
waarover men beschikt. Iemand met één
arm of één been nu, moet dat kan niet
anders de ledematen, die hij heeft be
houden zoo doelmatig mogelijk gebruiken,
wil hij een dragelijk resultaat bereiken.
Doch het is zeer onwaarschijnlijk, dat hij
ooit hetzelfde tot stand zal kunnen bren
gen, als hem vroeger mogelijk was.
Zoo komen we tot de conclusie, dat de
nooden van onze tijden, behalve aan leugen
en gebrek aan goede trouw, zooals wc de
vorige week zagen, zijn toe te schrijven
aan een dosis menschelijke kortzichtigheid,
die grenst aan waanzin.
We willen de zaak niet erger voorstellen
dan ze in werkelijkheid is. Men kan er
zeker van zijn, dat in een land als Duitsch
land de leiders reeds lang en breed tot de
conclusie zijn gekomen, dat ze op het ver
keerde plaats hebben gewed. Iemand als 'Ir.
Schacht heeft dit vermoedelijk van den
beginne af aan wel geweten;en gezegd
Maar de bewindvoerders, die door het nieu
we regime naar boven werden gebracht, wa
ren nieuwelingen. Ze wisten het beter. Met
het gevolg, dat Hitlcr voor ruim een jaar
al weer, zelf bij de een of andere gelegen
heid toegaf, dat de autarchie een groote
fout was geweest. Men had er nooit toe
moeten besluiten.
Waarom men ze dan toch handhaaft?
We zeidon immers reeds, dat men het
afsnijden van een deel van de gemeenschap
waartoe men behoort, kon vergelijken met
het, amputeeren van een lichaamsdeel. Wel
nu, wanneer dat eenmaal is geschied, ver
mag de heelkunst niet het verlorene weer
aan te zetten.
Hitier vermag evenmin een eind te ma
ken aan de autrachie Wellicht is hij de
machtigste mensch ter wei'eld. Dit echter
gaat zijn krachten te boven. Hij is gedoemd
verder te werken x om daarbij op zware
wijze gehandicapt te zijn.
Ileelemaal gaat onze vergelijking toch
niet op. Ze gaat mank, als iedere andere
Want degene, die eenmaal een arm of been
heeft verloren, kan die nooit meer terugkrij
gen.
Wellicht dat de Chirurgie het eens klaar
speelt iemand te voorzien met de arm van
een ander, zoo dit noodig mocht zijn. Maar
dan blijft toch altijd die ander zonder.
Iets dergelijks nu, dunkt ons in onze eco
nomische samenleving wek mogelijk.
Voordat tot autarchie werd overgegaan
bezat Duitschland verschillende onderdeelen
niet, die het nu wel rijk is. De slechte
grond werd- niet in cultuur gebracht, thans
wel Onvoordeeling liggende ertslagen wer
den niet geëxploiteerd, onrendabele fabrie
ken lagen stil. Dat is nu alles anders. Het
moet anders zijn, want alle zeilen moesten
immers worden bijgezet. Vroeger waren dit
zieke bedrijven, die men opgaf. Nu zijn ze
gezond geworden, maar ze zijn als parasie
ten. Ze leven ten koste van de gemeen
schap.
Intusschen zijn 'ze geworden tot een deel
van de tegenwoordige Duitsche gemeen
schap. En al zijn het parasieten, nu ze zich
leker en gezond voelen, willen ze blijven
leven.
Opheffen der autarchie beteekent echter
weer amputeeren naar nuvanparasitcerende
gezwellen. Wel is waar komen daarvoor
in de plaats betere, maar de gezwellen die
moeten worden afgezet, vormen op zich zelf
ook weer wonden. En anders dan armen
of beenen zijn het denkende eenheden soms
zelfs zeer invloedrijke groepen. Eenheden,
die zich niet zonder meer laten afzetten en
die in ieder geval de ontevredenheid ver-
grooten. De ontevredenheid, die zich steeds
moeilijkere laat bedwingen.
Daarom vermoeden we, dat Hitier niet
de 'kracht bezit er een einde aan te malccn.
Toch zal het die kant heen moeten, wil
het lichaam der gemeenschap weer gezond
worden. Vóorloopig echter zullen de econo
mische heelmeesters nog wel al hun krach
ten blijven aanwenden om het aangerichte
kwaad dragelijk te maken zonder tot radi
cale maatregelen over te gaan.
LANGEND1JK
In breede kringen van de bevolking heeft
men zich hier verwonderd over de kran
tenberichten in zake de cultuurwijziging in
het Geestmerambacht en den aanleg van
een weg NoordZuid door dit gebied. In
een plaatselijk blaadje stond deze week
zelfs met vette letters het bericht vermeld,
waaruit de lezers konden afleiden, dat wel
dra „de eerste spade" in den grond zou
worden gestoken. We hebben eens de
moeite genomen, om te trachten te weten
te komen, uit welke bron die berichten
voortkomen, waarbij het ons is gebleken,
dat die bron in St.-Pancras wordt aange
troffen en dat er aan Langendijk een be
richtgever zetelt, die deze bron weet te vin
den. We zouden ons niet gaarne verstou
ten, deze berichten categorisch tegen te
spreken, maar de verwondering erover vindt
haar oorzaak in de overweging, dat, als zij
waar zouden zijn, er in deze zaak toch een
heel andere wijze van beslissen zou zijn ge
volgd, dan dit het geval pleegt en behoort
te zijn. We waren n.1. van oordeel, dat der
gelijke beslissingen moesten vallen in de
vertegenwoordigende lichamen en dat b.v.
de gemeentebesturen, hoe weinig ze ook
voor een of ander streek- of plaatselijk be
lang zouden moeten bijdragen, daarin moe
ten worden gekend. Wie bovendien de laat
ste discussies in de vergadering van de
Prov. Staten heeft gevolgd, is wel tot de
overtuiging gekomen, dat het toch nog niet
zóó ver is, als men het in de bovenbedoel
de berichten wil doen voorkomen. Er zullen
nog wel enkele jaartjes koolbouw passee-
ren, eer men langs den nieuwen weg de
appels en peren zal gaan plukken.
Bovenstaande gedachtengang vond mede
zijn oorzaak in het feit, dat er in den af-
geloopen zomer een vergadering van ge
meente-, polder- en tuindersorganisatie-be
sturen heeft plaats gehad, waarin de vraag
van wenschelijkheid en noodzakelijkheid
aan de orde is gesteld. Als de bovenbe
doelde berichten nu juist waren, dan zou
den dergelijke vergaderingen niet. meer noo
dig zijn en zouden zij maar moeite en kos
ten veroorzaken, die beter konden worden
gespaard. Wc hebben n.1. trachten te weten
te komen, wat het resultaat van deze ver
gadering is geweest en daarbij is ons het
volgende gebleken:
Er is besloten, te zorgen voor een ge
trouwe notuleering van het gesprokene en
deze notuleering te doen toekomen aan
Ged. Staten, opdat dit College de samen
voeging van alle gegevens kan bevorderen
en dan te overwegon een eindrapport in een
tweede te beleggen vergadering van dezelf
de samenstelling te behandelen.
Ten slotte werd het vertrouwen uitge
sproken in den goeden wfl van de leden
van het College van Ged. Staten en in de
bereidheid van de aanwezige Burgemeesters
en Wethouders, om de eenmaal aangevan
gen besprekingen voor te zetten.
Nietwaar, als nu reeds alles zoo goed als
in kannen en kruiken was, dan zou dit
toch een heel eigenaardig beloop zijn van
Verpleegster kon voeten niet
op den grond zetten.
Nu bevrijd van rheumatische pijn.
Het volgende schrijft ons Zr. M. F. te W.:
„Ik begon Kruschen Salts te nemen en na
een hevigen aanval van rheumatische pijn
in beide knieën. Het was zoo erg, dat ik
drie weken lang zelfs mijn voeten niet op
den grond kon zetten, en 's nachts Was de
pijn bijna niet te verdragen. Mijn knieën
kraakten van stijfheid, en ook mijn humeur
werd beneden peil. Ik begon met Kruschen
Salts en hield vol. Iïct eerste, wat ik op
merkte was verbetering, totdat tenslotte
mijn rheumatische pijnen geheel verdwenen,
en mijn. knieën weer soepel werden. Ik ben
een vrouw van 50 en moet mijn kost ver
dienen met verplegen in een gesticht, en ik
doe nu zónder eenige moeite precies het
zelfde werk als vrouwen half zoo oud als
ik. U kunt dus trots zijn op de voordeelen
van Kruschen Salts".
De voortreffelijke eigenschappen van Kru
schen Salts, die het ontleent aan de zes mi
nerale zouten, welke het bevat, kunnen niet
genoeg herhaald worden. Deze zouten spo
ren Uw afvoeroi-ganen aan tot betere, meer
intensieve werking. Het gevolg hiervan is
dat de afvalstoffen weer snel en geregeld
uit het lichaam worden verwijderd, zoodat
er geen ophooping kan ontstaan van scha
delijke stoffen, o.a. van het urinezuur, dat
in vele gevallen de rheumatische pijnen ver
oorzaakt. Hierdoor wordt Uw bloed gezui
verd en Uw rheumatische pijnen zullen ge
leidelijk verminderen om tenslotte geheel te
verdwijnen.
Kruschen Salts is uitsluitend verkrijg
baar bij alle apothekers en erkende drogis
ten a f 0.40, f 0.75 en f 1.60 per flacon,
omzetbelasting inbegrepen. Let op, dat op
het étiket op de flesch, zoowel als op de
buitenverpakking de naam Rowntree Han
delsmaatschappij, Amsterdam, voorkomt.
een zaak, waarvan velen meenden, dat ze
nog maar in een staat van voorbereiding
was. En deze meening vindt toch ook steun
in de mededeeling van Gedeputeerde Kooi
man, die in de thans gehouden wordende
Statenzitting een tweede vergadering aan
kondigde van dezelfde organisaties als de
zen zomer. En een rapport, dat daar zou
worden behandeld, is bij de belanghebben
den nog niet ontvangen.
NOORDSCHARWOUDE.
Cabaret-avond.
Zondagavond wordt ln „Concordia" een
cabaretavond gehouden onder leiding van
de bekende Joop Theunisz. Op dezen avond
wordt o.a. medegewerkt door de beroemde
goochelaars de Fleskens, zoodat dit zeer
zeker een gezellige avond belooft te wor
den. Zie de advertentie.
ST. PANCRAS.
Burgerl. stand over de maand
November 1936.
Geboren: Johannes, z. v. Pietcr Kooij en
Maartje Bloem. Anna Elisabeth, d. v. Jan
Kloosterboer en Anna Elisabeth Hart. Er-
nestus Roelof, z. v. Wessel de Jager en Hes
ter van der Wal.
Gehuwd en overleden: Geene.
Ingekomen personen: Pieter Kloosterboer
en gezin, veehouder, van Broek op Langen
dijk naar No. 267a.
Vertrokken personen: Gerrit Krap, bak
kersknecht, van no. 11 naar Oterleek. Antje
Davids en kinderen, van no. 2 naar Alk
maar.
WARMEN HUIZEN
Burgerl. stand over de maand
November 1936.
Geboren: Goudsblom, Johanna Margaretha,
dochter van Goudsblom, P. en Meijer, J.; de
Groot, Anna Comelia Maria, dochter van
de Groot, A. en Pronk, G. M.; Nannes, Ja-
cobus, zoon van Nannes, N. en Molenaar A.;
Nicolai, Barbara Annie, dochter van Nico-
lai, A. en Hartog, A.; te Buck, Johannes
Nicolaas, zoon van te Buck, J. en Faber, S.;
Latenstein, Maria Cecilia, dochter van La-
tenstein, P. en Mekken, J.; Smit, Cathari-
na Margaretha, dochter van Smit, Th. en
Ooijevaar, M.; Meijer, Geertruida Maria,
dochter van Meijer,- C. en de Wit, C.;
Ondertrouwd: Alders, Bernardus Hendri-
DRAISljlA-vAN-VALKENBURQ 'S-:
c A .*i LEVER!
-"ZACHT VAN SMAAK -PRIJS 70 ct
kus, oud 28 jaar, melkventer, te Haajj'em
en Pronk. Catharina Tecla, oud 21 jaa»*,
zonder beroep, te Warmenhuizen.
Getrouwd: Alders, Bernardus Hendrikus
cn Pronk, Catharina Tecla.
Overleden: Goudsblom, Cornelia, weduwe
van Brommer, Johannes, oud 71 jaar, zon-
der beroep; Vader, Petrus, zoon van Vader,
Cornelis Petrus en Kraakman, Cornelia,
oud vier jaar, zonder beroep.
ZIJPE
Burgerl. stand van 27 Nov.—3
December 1936.
Geboren: Theodorus Johannes, z. v. Jaco-»
bus de Jong en Grietje Meijer. Adrianus
Theodorus, z. v. Cornelis Johannes Sneekes
en Catharina Volkers. Agatha Margaretha,
d. v. Johannes van Dam en Margaretha,
Anthonia Apeldoorn.
Ondertrouwd of getrouwd: Geene.
Overleden: Maartje Struijf, 84 jr., weduwe
van Klaas Doorn. Sietske de Waard, 72 jr.,
weduwe van Roelf Posthuma.
WIERINGEN
St Nicolaas op de R.K. school.
Gistermorgen heeft de grijze bisschop uit
Spanje met zijn knecht een bezoek gebracht
aan de R.K. I-Ienricus school alhier.
Te ruim tien uur arriveerde de Sint iiï
gezelschap van Pastoor de Wildt.
In de gang der school stonden de kinde
ren der laagste klassen opgesteld die bij 't
binnentreden van den Sint dadelijk het
„Sint Nicolaas is jarig" aanhieven. Na het
tweede couplet strooide Piet moppen in de
gang, zoodat spoedig allen door elkaar
heen krioelden. In de hoogste klassen werd
de Sint ook toegezongen, waarna aan de
kinderen cadeautjes met versnaperingen)
werden uitgereikt.
Na nog tot eenige kinderen een verma
nend, tot andere een goedkeurend woord
gesproken te hebben, verliet de Sint onder
een .Lang zal hij leven" het lokaal.
In het lokaal der laagste klassen werd
ook na het zingen een woord door den Si ut
gesproken. Hierna werden door mej. Hul
zen aan de kinderen de cadeautjes met
versnaperingen uitgereikt, waarna allen
persoonlijk de Sint, soms met kloppend
hart, bedankten.
Nog eenige liedjes en het bezoek was weer
ten einde. Aan de niet-schoolgaande kinde-i
ren werden door den heer Geerts versaa*
peringen uitgereikt.
R.K. Land. en Tuinbouwarbeidersbond,
Maandagavond a.s. zal alhier in lokaal
Veerdig voor de afd. Wicringcn van boven-
genoemden bond de heer Salman uit Haar
lem, hoofdbestuurslid, een propagandistische
rede houden. Deze vergadering is voor alle
Katholieken toegankelijk.
Gevonden: Een paar kinderliandschoenen.
Verloren: Twee belastingplaatsjes, één
glacéhandschoen en een blauw kinder
truitje. Inlichtingen bij den gemeentebode.
Een kenner van de bokssport.
„Wat, hier! hier!, ik zal jullie helpen,
elkaar nu al langer dan tien minuten neer
te slaan!"
F e uilleton
door Friedrich
Lindem a n
14)
Hij sprak erover als over een Kerstge
schenk en raakte werkelijk bijna begeesterd:
Dat had ik toch niet van hem kunnen
denken. Moet toch een buitengewoon knap
man zjjn. Fijne nèus hebben. Goed jurist. Zal
hier naam maken. Let op, die zit binnenkort
weer in Londen ergens als een buitengewoon
hooggeplaatste. Per slot kan hg er plezier
van beleven dat hij hier in Gibraltar ge
komen is. Wij zijn hier om zoo te zeggen,
studietereinen voor Londen. Uit Gibraltar
haalt Londen de knapste koppen.
En zoo ging het verder, de barometer
scheen voor Trevor ineens op schoon weer te
staan.
Wat ik zeggen wil, ik hoorde zooeven
den Amerikaanschen Consul
Wat was dat, daalde de naald weer?
Neen, ze stond vast. De vondst op de
„Betty Bonn" de de fantasie der provincialen
te Gibraltar reeds te veel in beweging gezet.
Er waren ook zulke prettige griezelige din
gen om heen te fantaseeren, en dat liet men
•zich zoomaar niet afnemen, zeker niet bij de
aanstaande vervelende feestdagen van plum
pudding en punch. Het entermes bleef troef
en Trevor de gevierde man.
Ik zelf vierde het Kerstfeest in Algeciras
bij een bekende koopmansfamilie, die ik door
Nancy had leeren kennen. Ik was zeer na
drukkelijk en hartelijk uitgenoodigd. Ze had
den mij een werkelgke Kerstboom beloofd,
die door een stoomschip uit het vaderland
zou worden aangevoerd. Maar dit alles was
toch geen reden voor mij geweest, als ook
niet Nancy van de partij was.
Zoo leefden wij een paar vredige dagen ge
zamenlijk in de stilte en de voornaamheid
van een Duitsch-Spaansche woning. Niet
tegenstaande de Zuidelijke omgeving, niette-
genstaand de ongewoon warme winter, kreeg
de feestavond toch nog iets van den glans en
de betoovering van dit specifiek noordelijk
feest.
Wij* deden geheimzinnig, wij verrasten el
kaar met geïmproviseerde geschenken, wij
zongen bg de stille vlammen der kaarsen
onze oude kerstliederen, en zelfs Nancy leerde
voor mijn genoegen de woorden van het
„Stille Nacht
Nancy kon sinds dien gedenkwaardigen
avond in de Alameda tegenover mg aan
warmte gewonnen, aan stille vrouwelijkheid,
die mij gelukkig maakte.
Nog nooit was tusschen ons ook maar een
enkel woord gewisseld, dat onze verhouding
duidelijker had kunnen zeggen. Wij waren
vrienden, kameraden, echte goede kameraden.
En ik kon mfj niet voorstellen, dat er ooit
een dag zou komen, waarop ik Nancy verlie
zen zou. Ik wil het eerlijk toegeven, ik had
tegenover mijn kranten al een beetje gezwen
deld en de beteekenis der „Betty Bonn"-
affaire meer opgeblazen, dan strikt nood
zakelijk was, allen om de noodzakelijkheid
van mijn verblijf te Gibraltar te kunnen aaii-
toonen en om niet al te spoedig een nieuwe
opdracht te krijgen.
Op dien Kerstavond in Algeciras wilden wij
zeker geen enkele gedachte over afscheid bij
ons laten opkomen. Wij waren jong en elkaar
zeer genegen.
Wij zaten in schommelstoelen in de patio
van het in moorschen stijl gebouwde huis.
Voor spoot een springbron haar zilveren
straal uit een blauw steenen bekken en vulde
de voorplaats met een licht melancholisch ge-
ruisch.
Tusschen de steenen vloerbedekking drong
de wortel van een slanke palm door, die zijn
bladerenkroon zacht en donker boven het dak
welfde en tegen den met zilveren sterren be
zaaide donkeren nachthemel afstak.
Onze stemmen klonken gedempt en wij
voelden beiden, dat achter onze woorden die
pere kracht zat, dan de letterlijke beteeke
nis ervan.
Ik had ontzettend veel uitnoodigingen
voor Kerstmis, begon Nancy.
Geen wonder, na de verrassing, die uw
vader de goede burgers van Gibraltar bereid
heeft.
Ja, men heeft zich zelfs plotseling om
hem bekommerd. Maar hij heeft alle uitnoo
digingen afgeslagen. Hij heeft mij ook weg
gestuurd. Hij wilde alleen blijven met zijn
„Betty Bonn".
...om ongestoord zijn feest der fantasie
te kunnen vieren...
Ik ben zoo dikwijls bang, dat zijn fan
tasie hem nu ook weer zal bedriegen,
Dat geloof ik "niet. Integéndeel: deze
messen-geschiedenis heeft mij toch ook iets
anders doen denken.
Dus heb ge nog hoop voor ons?
Ik ben ervan overtuigd, dat uw positie
in Gibraltar nu voor goed gevestigd is.
In Gibraltaren onze terugkeer naar
Londen
Londen
Ik zweeg. Ik wilde dit uur niet, door twij
fel te zaaien, bederven. Ik kan werkelijk niet
voorstellen, dat dit geval der „Betty Bonn"
Trevors terugroeping naar Londen zou kun
nen beteekenen.
Ik kon het alleen maar wenschen. Alleen
ter wille van Nancy al. De asch van mijn
cigaret viel als een kleine roode meteoor naar
beneden. Een vallende ster vervult onze wen
schen, zegt men, zou ook deze
Nu klonk Nancy's stem door de zachte kla
tering der fontein en door het donker:
Weet ge, Fred, waarom ik alleen al naar
Londen terug zou willen?
Ik kon haar gezicht niet zien, maar be
merkte, dat zg door haar tranen heen lachte.
Omdat gij ons dan zou kunnen opzoeken.
Ik nam haar hand. Wij spraken verder niet.
Wij wisten beiden, wat achter haar scherts
verborgen zat.
Nancy had volkomen gelijk. Ik, wereldreizi
ger van beroep, zou waarschijnlijk nooit meer
in Gibraltar terechtkomen. Zij, dochter van
den Rijksadvocaat J. J. Trevor, zou waar
schijnlijk Gibraltar nooit verlaten. Dus zou
den wg binnen enkele dagen, hoogstens en
kele weken, afscheid moeten nemen, voor al
tijd, als niet... ja, als niet...
Wij spraken verder geen woord. Misschien
zouden wij elkaar kussen, met drooge lippen
kussen. Onze harten zouden van pijn krim
pen.
Maar een woord? Neen, zonder woorden zou
den wij het dragen, wat gedragen moest wor
denals nietja, als niet
Men had ons verzocht, tot na Nieuwjaar.
te blijven. Het lokte ons ook wel aan, deze
dag waarop het jaar afscheid neemt in de
stilte van dit huis te verdrommen.
Maar wij verzetten er ons tegen. Nancy
verklaarde, dat zij haar vader niet langer
alleen wilde laten, en ik deed het voorkomen
dat ik mijn dagbladen uitvoerig berichten
moest omtrent de ontwikkeling der „Betty
Bonn"-zaak.
Op 27 December des namiddags gingen wij
per boot terug naar Gibraltar.
In het hotel, reeds in de hall, kwam Jimmie
Bolston op mij afstormen. Hij zag er uit, als
of hij al dien tijd achter de deur gestaan had
om mij op te wachten.
Geheimzinnig lachend reikte hij mij een
brief. Een bode van het gerecht.
Hg legde sterk den nadruk op „gerecht".
Van Trevor dus. Er stond slechts één zin.
Hedenmiddag om 5 uur komt Sperling.
Hedenmiddag om 5 uur? Ik keek naar de
klok. Dat wou dus zeggen: direct, over een
half uur. Zonder van kleeding te verwisselen
ging ik naar het Grechtsgebouw.
Daar zat ik dan weer voor het breede
schrijfbureau in de schemerige ruimte.
Trevors oogen hadden een ondeelbaar
oogenblik geglansd van werkelgke vreugde,
toen hg mij zag. Hij deelde mij mede, dat hij
kapitein en stuurman van de „Frisco" ver
zocht had hier te komen voor een rugge
spraak. Ik vroeg, hij antwoordde, ik beweer
de, hij sprak weer tegen. Ik was opnieuw ge
ïnteresseerd.
Een bode meldde:
Kapitein Spurling.
En de stuurman? Nee? Merkwaardig.
Trevor verzocht hem te laten binnenkomen.
XWordt vervolgd.X -