Eco Kroniek De strijd om de „Betty Bonn" Arrondissements rechtbank te Alkmaar Onze zuivel-exporf naar Duitschland OVERHEIDSBEMOEIING IS VAAK VEEL NUTTIGER EN MEER DOOR- DACHT, DAN SOMMIGEN DENKEN Als voorbeeld het een en ander over de pluimveehouderij. De dagen, waarin kon worden gesproken van een vrij handelsverkeer, liggen reeds lang achter ons. Eerst was het de oorlog, die voerde tot een bureaucratie als zelden of nooit was beleefd. Toen de vrede, was geleekend, hoopte ieder, producent, consu ment, zoowel als tysschenpersoon, dat er spoedig verandering zou komen. Wel waren er groote winsten gemaakt, maar rruen had genoeg van het web van regeeringsvoor- schriften, waarin men verward zat. Een oogenhjik leek het er op of de oude vrij heid zou terugkomen, maar de tegenwoor dige crisis brak aan. In plaats van een voortdurende prijsstijging kregen we een niet eindigen willende daling, werkloosheid en weer moest de overheid ingrijpen. Weer zitten wc aan alle kanten verward in de regeeringsbemoeiingen, die mede noodig zijn geweest, omdat het buitenland een groot deel onzer producten niet meer wenschte te betrekken. Er ontstond een overproductie, die men weliswaar langs natuurlijken weg kon laten genezen, ware het niet., dat dit natuurlijk proces in den regel voert tot een toestand van zoo groote uitputting, dat er ten slotte heel wat meer reden is om te spreken van afbraak, dan bij eenige aan passingspolitiek het geval is. In tijden van achteruitgang zal men altijd zien, dai ieder zijn uiterste best doet zijn hoofd zoo lang mogelijk boven water 1e houden. Houdt de malaise aan, dan vallen er hoe langer hoe meer slachtoffers. Dege nen, die zich voorloopig staande weten te houden, moeten al hun krachten inspan nen. Er vallen er meer en meer. En bij een zoo langdurige crisis als we de laatste ja ren hebben gekend .vinden alleen de allcr- storksten, degenen die werken onder de gun stigste omstandigheden, nog een behoorlijk bestaan. Velen hebben het loodje moeten leggen en alle overblijvenden zijn verzwakt, soms in hooge mate. Het is feitelijk een vanzelfsprekend feit, dat het tot de taak van de overheid behoort, te trachten de nadeelige gevolgen van de dalende conjunctuur zooveel mogelijk af te wenden. En wanneer industrieën, die den naam van nationale industrieën verdienen, gevaar loopen te zullen ondergaan, dan zou het een slechte overheid zijn, die dit over zich liet komen, zonder te trachten het te voorkomen. Ze grijpt in .Maar onherroepe lijk zijn daaraan verbonden: voorschriften. Er ontstaat een ambtenarij, de oude vrij heid verdwijnt, doch, zoo het inderdaad juist is, dat mèt de vrijheid alles naar de kelder zou gaan, dan mag het verlies daarvan niet te zeer worden betreurd. Het komt er-bij die bemoeiingen in den regel op neer, een behoorlijk verband te leg gen tusschen productie en prijs. De voor namelijk ten gevolge van allerlei exportbe lemmeringen meestal veel te groot gewor den voortbrenging móet worden beperkt, ten einde te voorkomen, dat de prijs daalt op oen niveau, waarbij een loonende ex ploitatie practisch- nergens meer mogelijk is. Over het algemeen ontbreekt, het vaak niet aan op- en aanmerkingen en menigeen, die de desbetreffende artikelen geregeld leest, moet, de gedachte krijgen, dat men er bij de instanties, waaraan de leiding is opge dragen, toch feitelijk allerwonderlijkst op in hakt. Een beetje vreemd is dat. natuurlijk wel, wanneer men bedenkt, dat veelal dege-' non, die hek-end staan als de bekwaamste deskundigen in den lande in de verschillen de commissiën zitting hebben. Zijn die men schen dan zoo weinig deskundig én hebben ze zoo weinig kijk op zaken, dat ze er oogcnschijnlijk zoo ontzettend ver naast grijpen? Leert men (Ie gang van zaken bij eenig bedrijf echter Avat beter kennen, dan valt het vaak nog al mee. Men doet de ontdek- king, dat er in de geheelo opzet soms veel systeem zit, dat de leiders zeer goed weten, wat ze doen en men komt tot de conclusie dat de critiek dikwijls groot kabaal maakt van dingen, die zc eigenlijk moest toejuichen. Ten einde dit in het licht te stellen willen we het heden even hebben over de toestan den in de pluimveehouderij, een tak van bedrijf, waarbij de overheidsbemoeiingen af en toe aan zeer scherpe critiek hebben bloot gestaan, maar waar ze er in werkelijkheid toch redelijk goed bij door kunnen. Het begin der moeilijkheden bij de eieren was als dat bij zooveel andere artikelen. De export naar Duitschland werd geregeld klei ner, voor hüt overschot moesten andere ka nalen worden gezocht en daarvoor kwam voornamelijk in aanmerking Engeland. De prijzen in Duitschland hieven welis waar goed, maar hier, zoowel als in Enge land daalden ze geleidelijk, met hot gevolg, dat het bedrijf der pluimveehouderij meer en meer onrendabel werd. ,De regeling werd opgedragen aan de Eieren- en Pluimveecentrale, die in de eerste plaats ordenend optrad bij den export. De overprijzen naar Duitschland werden ge bruikt om de export naar. Engeland loonend te maken. Daarnaast echter ontwierp ze een teelt- regeling, waarbij ze zich plaatste op het lo gische standpunt., dat. weliswaar de eieren- productie moest worden beperkt door het aantal hoenders te verminderen, maar dat daarnaast moest worden getracht de pro ductie zoo goedkoop mogelijk te maken door de productie per kip zoo hoog mogelijk op te voeren. In theorie is daartegen niet zoo heel veel in te brengen. En in de praktijk gebracht schijnt, het te moeten voeren zoo verwe zenlijking van de gedachte inderdaad moge lijk is tot een Nederlandsche pluimvee- stapel'van een hoog gehalte, die productie ver en dus betrekkelijk goedkooper is dan die van andere landen. Het beteekent echter regeeringsbemoeiing, dus een zekere mate van onvrijheid, en uit dien hoofde heeft de teeltregeling, die zoowel de fokkers als de broeders, henevens de z.g. vermcerdcringsbed rij ven verschillende ver plichtingen oplegde, heel wat tegenkanting ondervonden. Hetzelfde verschijnsel deed zich voor als zoo dikwijls in het. veehoudersbedrijf is ge constateerd: de ondernemers geven er de voorkeur aan in vrijheid te werken met vee, dat. soms van slechte kwaliteit is en totaal onproductief. Ze weten dat" zelf niet. Het kan gebeuren, dat zc een koe aanzien voor hun beste stuk vee, omdat ze een groote plas melk geeft. Dat het vetgehalte van die melk soms schrikbarend laag is, zoodat ze 't dier heter direct kondon afschaffen, is hun on bekend. Dat hij kippen controle op de productie moeilijk is, spreekt van- zelf. De dieren be lmoren daarvoor geheel afzonderlijk te wor den gehouden. Tóch heeft de pluimveeccn- trale controle op de productie doorgezet en 'zijn we in Nederland thans zoover heen, dat kuikens Van ongecontroleerde hoenders niet meer verhandeld mogen worden. Natuurlijk wordt door sommige fokkers nog wel eens gezondigd en ook moeten de prijzen van de kuikens hooger zijn dan zonder controle het geval zou zijn. maar er zijn toch uitstekende resultaten bereikt. Deze controle bestaat daaruit, dat geen eieren mogen worden uitgebroed van hen nen, wier productie kleiner -is geweest, dan een bepaald minimum, terwijl ook de lia nen van „goede familie" behooren te zijn. Niettegenstaande de tegenkanting, die dik wijls is ondervonden, hebben de menschen, aan wie deze aangelegenheid in handen was gegeven, kalm voortgewerkt Daarbij werd door hen een nieuwe merkwaardigheid vast gesteld: de kuikens, die in het voorjaar het eerst worden geboren, kenmerken zich ge durende den legtijd door een veel hoogere productie dan de later geborenen. Op het oogenblik wordt de broedtijd ge sloten op 9 Mei. Het lijkt mogelijk, dat met d'c nieuwe ge F eullleton door Friedrich Lindem a n 30. Booze gedachten..# Dat was de slotzin van Spurling's vertel ling in de koude ruimte van de Internationale Bar op de Wallroad te Gibraltar. Gelooft gij, dat booze gedachten een mensch dooden kunnen Deze vraag werd na een oogenblik zwij gen gesteld. Maar ik kon geen antwoord ge ven, omdat ik den zin van de vraag niet be greep. Zoo zaten we lang aan onze marmeren tafel in dit belachelijke spelonk en zwegen. Het was stil, nu pas zag ik, dat de lampen al brandden. Een zwoel, gedempt licht kwam uit de pa pieren lantaarn. De waard leunde tusschen de onechte bloemen achter zjjn toonbank en sliep. Misschien ook Spurling, afgemat door zijn verhaal. Ik wist het niet. Hij verroerde zich al lang niet meer. Maar ik kon mij voorstel len, waarover hij nadacht en waarvan hij droomde. Slechts dit was mij op dit moment volkomen duidelijk: de vraag misdaad of niet? daar ging het niet om. Ik geloofde zelfs zeker te weten, dat hier zelfs niet eens een misdaad begaan was, en in ieder geval dat Spurling het zeker niet gedaan had. Hij was wel is waar in het zeld zaam ingewikkeld net van verwarring ge raakt en wist niet meer hoe er uit te komen. Gelijkertijd wist, dat niettegenstaande dit feit, misschien juist hierdoor, alle vragen nog onbeantwoord zouden blijven. Dat wist ik. Maar zeker geloofde ik aan Spurling's on schuld, nu ik zijn verhaal gehoord had en hem zoo voor mij zag zitten: een eenzaam mensch met een boos gezicht. Daarom geloofde ik ook, wat ik nog als laatste mededeeling van hem te hooren kreeg, hoewel het mij wederom in een moeilijke ket ting van verwarde gedachten stortte. Als slot van een lange overpeinzing, klonk plotseling en onverwacht nog zijn stem, zwaar als on der een grooten last: Gelooft ge me, meneer: ik heb het ge wild, maar ik heb het niet gedaan. Hij stond op, nam zijn muts, maakte zoo waar iets van een buiging trok zijn hoofd nog dieper tusschen zijn schouders en ging weg. Ik kon niet meer vragen, niets meer'zeg gen, zoo onverwacht kwam het. Ik heb het gewild Wat nu weer Betty Bonn Wat had dat met de Betty Bonn te maken? Maar ik heb het niet gedaan? Waarom niet? en wat had hij niet gedaan, dat hij doen wilde? De waard stond buigend naast mij. Neen hy heeft het niet gedaan. Hij is een arm mensch met een slecht gezicht, Hoeveel? Hoeveel is het? Alles? Ja, alles. De Spanjaard rekende. Vier flesschen Ver- mouth. Twee gebroken glazen. Ik betaalde. Spurling had zyn glas niet aangeraakt. Ook was hij weggegaan zonder aan de rekening te denken. Hij behoorde bijna niet meer op deze wereld. Ik ging. Maar nauwelijks had ik een paar schreden buiten de deur gedaan, of een luide stem riep mij. Hallo, gentleman! Het was Crane, die metzwaaiende armen op mij toekwam. Hij wees op de deur met den kralen voorhang, waaruit ik juist naar buiten gekomen was. Is de oude er nog? Ilc schudde van neen. gevens eens in zooverre rekening zal worden gehouden, dat de datum, van 9 Mei wordt vervroegcL We willen hiermee afstappen van de pluimveehouderij. Het was ook niet in de eerste plaats onze bedoeling daarover te schrijven. We wilden slechts aantoonen, dat de onvrijheid, waardoor deze dagen zich kenmerken niet alléén verwerpelijk is, dat er ook goede dingen uit voortspruiten. Het zou dwaas zijn te willen voorspellen, dat het met de vrijheid ten eenen male is afgeloopen. Er zullen tijden komen, waarop de werkloosheidsbemoeiingen kunnen wor den verminderd. Dat we daar dicht aan toe zijn, lijkt, gezien de internationale om standigheden. voorloopig nog onwaarschijn lijk. Maar wanneer het zoover heen is, zou het kunnen wezen, dat sommige toestanden, die thans zijn gegroeid en die alleen konden groeien, omdat de regecring toch moest in grijpen, straks vrijwillig worden gehand haafd. Wijl men er'zich aanheeft gewend MEERVOUDIGE STRAFKAMER. Zitting van Dinsdag 22 December. Uitspraken 15 December. D. de H., wijnhandelaar. Hoorn, toebren gen ernstig lich. letsel dóór schuld. Eisch f200 boete'of 60 dagen hechtenis. Uitspraak f 100 boete subs. 25 dagen! hechtenis. Albertus Wijnberg, Alkmaar, zonder be roep, zedendelict art. 248 bis strafrecht, eisch 10 maanden gev., vonnis vrijspraak. De rechtbank overwoog, dat het getuigen verhoor geen voldoende bewijs voor de schuld van verdachte heeft opgeleverd, om een vcroordeelcnd vonnis uit te spreken. II e il o o ERNSTIGE WAARSCHUWING AAN VOORW. VEROORDEELDEN. Als een voorbeeld om aan te toonen, hoe gevaarlijk het is voor rcclassantcn om de ernst van een voorw. straf met proefjaren oh opgelegde bijz. voorwaarden te onder schatten, diene dat de 46-jarige arbeider Kondr. Joh. Sch. te I-Ieiloo, thans te Oude Niedorp, die op 31 Sept. 1935 voorw. werd veroordeeld tot 1 dag gev. en ter beschik king-stelling der regeering ter zake open bare schennis der eerbaarheid te Koedijk gepleegd, thans werd medegedeeld, dat we gens het niet nakomen der voorwaarden, do voorw. straf op hem zal worden ten uit voer gelegd. Den ITelder. TWEE SNUITERS DIE HET NIET EENS KONDEN WORDEN VOOR WELK KEEL GAT HET VERBORGEN SPIJSWETVET BESTEMD WAS. In de slagerij vap den jeugdigen slagers patroon Arie M. te .Dcn Helder, verscheen op 17 Juni de aldatfr gestatiohneerdë crisis-' spijsvctwet-controleur Marsman, snuffelde met zijn getrainde hondenneus de .slagerij rond en ontdekte weldra in een kast een hoeveelheid crisisspijsvet, dat niet behoor lijk de kenmerken -vertoonde, door de wet vereischt. Hij najn dit buiten de wet ge stelde spijsvet in beslag, fabriceerde een keurig proces-verbaal, met gevolg dat -Ie slager tot f 20 boete of 10 dagen werd ver oordeeld. Van dit vonnis werd geappelleerd en heden maakte cle slager de rechtbank deelgenoot van zijn bezwaren, bewerende dat bedoelde spijsvet niet diende tot gebruik voor eventueele afnemers, doch voor zijn eigen huishoudelijk brandmiddel. Een toe lichting, die echter blijkbaar de officier steenkoud liet, aangezien bevestiging van het vonnis werd gevorderd. Bergen. EEN WAARDELOOS EXEMPLAAR VAN HET „GENUS HOMO". In don persoon van den 32-jarigen kellner Willem B., destijds in betrekking in een hotel te Bergen, hadden we het dubieuze Maar Crane wasemde een wolk whisky uit en was in een vroolijke bui en had spreek- water ingenomen. Die moet vreëselijk te keer gegaan heb ben. Billy is woest als een mannetjeswalrus. Ik begreep hem niet. Wie bedoelt ge? Bi'11 Thompson. Wie anders? Waart gij dan bij Tompson? Kom ik juist vandaan. Had mij laten roepen omdat hij met de ouwe niet opschoot. Ja, vertel mij eens, wat wil die Thomp son eigenlijk van Spurling of van U? Die komt toch niet heelemaal van New-York hier naar toe alleen om zijn geld zoo gauw moge lijk los te krijgen. Crane keek mij met zijn waterige oogen wantrouwend aan. Gij moet menschen uithooren, niet? Ik ontkende. Daar denk ik niet aan. Alleen begrijp ik er met den besten wil van de wereld niets van; Thompson houdt Spurling en U en de bemanning van de „Frisco" voor schuldig of minstens voor medeschuldig aan de verdwij ning van de bemanning der „Betty Bonn" en toch wendt hij zich tot U om tot een verge lijk te komen. Crane lachte luidkeels. Maar hij antwoord de niet op mijn vraag. Daarom ging ik ver der. Ziet ge dat is punt één. En nu het an dere. Als Thompson U werkelijk van zooiets verdenkt, waarom geeft hij U dan nog lading mee aan boord? Crane werd plotseling ernstig. Hij keek mij van terzijde aan, als probeerde hij te door gronden, hoeveel ik van alles wist of ver moedde. Toen vroeg hij snel, met zijn duim over zijn schouder naar de Internationale Bar wijzend: Heeft hij u wat verteld? Ik toonde duidelijk mijn verwondering want ik had het duidelijke gevoel: Crane wil spre ken. Hoedat? Kapitein Spurling! Ja, Maar is en naar de voordeelen, die men eerst niet wenschte te zien, dan niet meer wil missen. De critiek tegen overheids bemoeiing in het algemeen komt voor een goed deel uft de koker van hen, die zich stellen op het liberalistisch standpunt van: vrijheid al leen is het ware. Dat mag juist zijn, zoodra de mensch zichzelf de noodzakelijke bespre kingen weet op te leggen, zoolang hot nog niet tot zoover is gekomen en dat is bij zeer velen niet het geval kunnen ook aan onvrijheid zekere voordeelen verbon den zijn. Daarmee behoeft de critiek op regoerlngs- inmenging niet te zwijgen. Als tegenwicht is die zeker op zijn plaats. Maar ze dient redelijk 1e zijn. En waar tegenwoordig de ontevredenheid over datgene, wat de over heid meent te moeten doen soms stellig met recht! groot is, dacht het ons goed er eens op te wijzen, dat men er bij de re geering niet zoo ondoordacht en stelselloos op in hakt, als enkelen het wel eens willen laten voorkomen. genoegen kennis te maken met een geweten loos 'individu, wiens ecnigste levensdoel scheen te zijn, de mooie meneer te spelen, ten koste van andersmans geld. Zoo had hij onder meer diverse flesschen- trekkerijen gepleegd en waren er verschil lende flinke firma's leelijk ingeloopen voor bier en ander dorstlcsschings-materia'al, ameublement, lampen, 'n nette smoking van f30, die de fa. Spaander cle hooge eer had te leveren. De firma Trijbetz tippelde er in voor een compleet meubilair Bovendien had dit hartelooze sujet, hoewel wettig getrouwd, zich verloofd met een 41-jarige juffrouw Ida Br. uit den Helder, welke jongedame hij een ■gouden ring en andere sieraden ontfutselde. Tenslotte liep de maat over en werd hij achter slot en grendel onschadelijk gemaakt, en. nu de officier hem eenmaal te grazen had, wilde hij dezen schavuit, die reeds 7 veroordeelingen ter zake oplichting, verdui stering, diefstal en beleediging had onder gaan, zoolang mogelijk vasthouden ook, reden waarom 1 jaar en zes mnd. gev. werd gevorderd. Verdediger, mr. Thomas uit Hoorn achtte het geen zuivere flesschentrekkerij en pleitte 'n beetje clementie, die hem persoonlijk wel •onverschillig zal hebben gelaten Voor zoo'n knul moest hij tijd en reisgeld offeren! Zuidscharw oude. TWEE KERMISBEZOEKERS, DIE VAN 'N SLECHTE KERMIS THUIS KWAMEN. Of liever, de opperman S. V. te Oudorp die in den nacht; van 19 op 20 Juli cle ker mis te Koedijk had bezocht en per rijwiel huiswaarts keerde, kwam feitelijk heelemaal niet, meer thuis, want hij werd op den I-Iee^ remveg aangereden door een motorrijder, de landbouwer Petrus H. uit Z.-Scharwoude en moest met een zwaar gebroken been en een schouderkwetsuur naar het St. Elisabeth's ziekenhuis te Alkmaar worden getranspor teerd, welke inrichting hij 3 maanden later, nog lang niet genezen kon verlaten. De onvoorzichtige motorbestuurder kwam' er echter ook niet zonder kleerscheuren af, hij bekwam ook nog eenige verwondingen en moest bovendien thans nog wegens het toe brengen van ernstig lichamelijk letsel aan den nog treurig voortscharrelepden opper man Venniker, terechtstaan. Na door een deskundig rijksveldwachter ingesteld onderzoek was namelijk geble ken dat Piet met onvoldoend parkeerlicht had gereden, omdat zijn groot licht defect was en toen liet cle officier hem beslist niet meer los. Piet stónd heden terecht en scheen heel ontactisch cle malle theorie te belijdendat menschen, die op zijn rijbaan zich bevon den, maar op zij moesten gaan, 'n opvatting van Jan Kalebas, die cle officier aandachtig beluisterde om later in zijn ver van malsch requisitoir, waarin hij 2 maanden hechtenis en 1 jaar ontzegging rijbevoegd heid vorderde weertcgen Piet uit te spelen Verdediger mr. Kamminga pleitte in een uitvoerig betoog een minder zw. straf liefst een vooiw. veroordecling en refereede zich voorts aan het oordeèl van het College, ter wijl mr. Leesberg, vermoedelijk ten behoeve in de civiele actie, ijverige notiteis maakte. deze lading dan zoo'n groot geheim. Hij lachte weer hard en onbezorgd. Geheim? Voor mij in ieder geval niet. Maar. Hij dempte zijn stem en zag mij geheimzin nig aan. Meneer William Thompson wil het graag geheimzinnig maken. Eerst begreep ik het niet goed. De geschie denis werd hoe langer hoe ingewikkelder. Ik geloof dat ik met open mond stond van verbazing. Crane deed een stap achteruit en genoot van de uitwerking zijner woorden. Hij was nu eenmaal een uitstekend tooneelspeler. Hij had een bijna kinderlijk genoegen in dergelijke geheimzinnigheden. Maar nog groo- ter plezier had er in zijn wetenschap zoo in drukwekkend mogelijk aan den man te bren gen. Zoo droppelde hij mij dan ook, opnieuw fluisterend, het tweede gedeelte in: Deze meneer Thompson heeft zelf geen zuiver geweten. Nu kon ik me eenvoudig niet meer inhou den. Ik nam den stuurman onder mijn arm en trok hem met mij mee. Kom Crane, een Whisky of twee, dat moet ge me vertellen. En maar al te graag liet hy zich meenemen. Dus zat ik opnieuw in dit lokaal met de nagemaakte bloemen en de papieren lan taarns, zaten we aan dezelfde tafel, die ik zoo even verlaten had. Met dit verschil, da een geheel ander mensch in den stoel op zijn gemak tegenover my zat, met een frisch rood jongensgezicht en met breede tooneelspelersgebaren begon te spre ken: Hij is namelijk bang voor mij. Wie? Thompson? Vanzelf. Maar ge hebt toch met Glover de lading gedeeld, en daarvan moet Thompson toch af weten'. In ieder geval weet ik dat van Spurling. Natuurlijk. Maar heeft Spurling dan Zuidscharwoude: KEES HAD ZICH MAAR AAN ZIJN TROF FEL EN KALKBAK MOETEN HOUDEN In de middagzitting compareerde de 41- jarige metselaar Cornelis M. te Zuid-Schar- woude achter het gezakte tooneelscheim voor het edelachtbare Straf College, ten einde rekenschap te geven van cle minder- oorbare handelingen, die hij zich met meis jes beneden de 16-jarigen leeftijd had geper-, mitteerd. Deze zedezaak, rakende artikel 247 Straf recht, werd echter niet beëindigd, doch zal op 12 Jan. 1937 worden voortgezet, op dien datum tevens uitspraak. Onze Oosterburen hebben onze zuivelproducten nog steeds noo dig Meer armslag t.a.vhet Duitsche afzetgebied wensche- lijk. In het Off. orgaan van cle Alg. Ned. Zui- velb. vinden wij een beschouwing over onze zuivelexport naai- Duitschland, waaraan wij het volgende ontleencn: Sinds jaar en dag zien wij met bezorgd heid uit naar een kentering ten goede in onzen zuivelexport naar Duitschland. Drin gend behoefte is er aan meer armslag t.a.v. het Duitsche afzetgebied cn het blijkt in den laatsten tijd steeds duidelijker, dat niette genstaande allerlei bezwaren en moeilijkhe den, Duitschland voor onzen zuivelexport ook voor.de toekomst van de grootste, zoo niet van beslissende bctcekenis moet worden beschouwd. Het is. te voorzien, dat zonder een spoedige terugkeer naar een meer normalen omvang van onzen afzet naar Duitschland, het zuivelbedrijf hier te lande een verdere ontwrich ting tegemoet gaat. In dit verband zijn cle toestanden ten on zent toch zeker niet gunstiger dan in De nemarken, waar men er nu al ruim twee jaren op uit is zijn zuivelbelangen in Duitschland, het koste wat wil, uit te brei den, vooral met het doel om maar te voor komen, dat zijn positie op cle Engolsche markt overbelast zou worden. En met deze politiek boekt Denemarken zoowel uit een oogpunt van prijzen als met het oog op de Britsche handelspolitiek zeer bevredigende resultaten. Wij daarentegen moeten nu al twee jaren, noodgedwongen vanwege het geringe en slinkende betalingscontingent pre cies het tegenovergestelde doen en ver zwakken daardoor en onze markt in Enge land, èn geven onze grootste concurrenten in Duitschland de gelegenheid om onze po sitie op een voor de hand liggende markt, waar men onze producten altijd uitstekend gewaardeerd heeft, te ondermijnen. -De zienswijze, dat Duitschland voor zijn zuivelproducten het buitenland steeds minder noodig heeft, gaat thans ïïïet meer op. Eénigë jaren was v. er ï-eden om dat te vreezen, en ook nog in 1933 stond bij het afsluiten van verdragen met het buitenland van Duitsclien kant het streven naar zelfgenoegzaamheid voorop. Sindsdien staat autarkie bij de Duitsche invoefpolitiek, voor wat onze producten betreft, niet meer voorop. Wel het gebrek aan devie zen, hetgeen echter niet heeft kun nen beletten dat m.i. de Duitsche boterinvoer sinds 1933 gestadig en niet onbelangrijk is toegenomen, on danks de sindsdien in het algemeen gestegen prijzen. Andere landen heben daarvan geprofiteerd1, terwijl, men met onze zuivelproducten nog niet eens op het minimum, hetwelk in 1933/; 34 van den export was overgebleven, is blij-i ven staan, doch daarop nog belangrijk is gekort. Met het gevolg dat in Duitschland onze zuivelproducten meer en meer achter aan raken en door landen met een althans voor den zuivel actiever clearingpolitielc zoowel voor de boter als voor dc kaas, steeds meer ter zijde worden gedrukt. ookverteld, waarom Glover zijn lading mefc ons gedeeld heeft? Ten eerste omdat hij nog iets tegenover het leenen van de drié mannen zetten moest; en ten tweede, en dat wel in hoofdzaak, omdat hij wilde trouwen. Zoo Heeft Spurling u dat vei'teld Dan zal ik u eens vertellen, waarom Thompson er zoo op gebrand was z'n halve lading aan ons te geven. Nü maakte hij een kleine pauze. Hij boog zich naar mij toe: Omdat hij anders verdronken Was als een hond. Opnieuw leunde hij behagelijk achterover én glimlachte me toe. Ik kon alleen maar met m'n hoofd schudden. Maar hij ging al verder: Ge moet namelijk weten: de „Malbo- rough" of de „Betty Bonn', hoe de pot dan ook heet, is net zoo oud en net zoo'n verrotte kist als onze „Frisco". loopen en gezonken als een lekke waschtobbe, Begrijpt ge het nu? Het begon mij te schemeren. Het schip was verzekerd? Crane was zichtbaar voldaan over de schranderheid van zijn leerling. Nu, ziet ge wel! Nu heb ge het! Dat moest een prachtig verzekeringszwendeltje worden van meneer Thpmpson. Maar Glover? Wist die er van? Natuurlijk wist die ei-van; en had ook aan meegedaan'. Per slot ging het toch ook om zijn eigen geld. Maar opeens kwam het meisje er tusschen. Nu. Dat weet ge toch ook. Oude boomen branden het felst. Hij kon niet gouw genoeg trouwen, niet gauw genoeg op zijn huwelijksreis gaan, en daarom moest die goede „Betty Bonn" nog een beetje blijven leven en daarom gaf hij ons .de halve lading. Met toestemming van Thompson? Ja, daar zit 'm de kneep. Hij heeft niet toegestemd, maar hij heeft ook niet neen gezegd. Glover en ik hebben de zaak met hem bei sproken. Glover is naar Thompson toegegaan:

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1936 | | pagina 10