Raadsels
„Jacqueline"
1
34
Beste Jongens en Meisjes
In bijna al de briefjes, die ik deze week van
jullie heb ontvangen, wordt gerept van het
voorbije Kerstfeest, dat heerlijke feest, dat ons
vertelt van het Licht dat eeuwen geleden op
aarde kwam in een kleine stal in een ver, heel
ver land.
Het is uitgekomen zoals ik verleden week
geschreven heb: geen sneeuw. Op Eerste
Kerstdag dacht ik nog: nu komt ze, maar nee
hoor, het werd géén witte Kerst.
En nu is ook de viering van het Oude en
Nieuwe weer voorbij en tevens... de feestda
gen. De vacanties zijn bijna weer om en ook
de Kindervriend moet, evenals jullie, wachten
op de Paas
Het boek is deze week gewonnen door:
COOTJE BAKKER,
Lutjewinkel.
CorrieZeg Corrie, je vond het
zeker zo naar, dat je vader en moeder naar
Amsterdam waren, en je zelf niet meemocht,
dat je vergat je naam op dat mooie postpapier
te zetten. De volgende keer niet vergeten
hoor! Ik verheugde me vroeger ook altijd zo
op m'n verjaardag, Corrie. Dan kon ik de
nacht er voor bijna niet slapen van verwach
ting. Je briefje was best te lezen, hoor. Ik vind
zelf dat je héél mooi schrijft.
Gerrit Vetman, Nieuwe Niedorp. Jy houdt
zeker niet van lezen, Gerrit dat je je op beide
Kerstdagen zo verveelde. Ben je zo'n voetbal
maniak Vroeger heb ik het ook wel eens
gedaan, maar ik vond het altijd nog fyner me
dn zo'n echt jongensboek te verdiepen. Je weet
wel over Indianen, goudzoekers, padvinders
en jagers. In welke club speel je mee
Agatha Jimnünk, Schagerbrug. Ja Aga-
tha, als ik dit schrijf is de Kerst al weer voor
bij. Is het voor jou in Schagen een prettig feest
geweest? Jij bent toch maar een boffer zeg!
Op 2 plaatsen het feest te mogen vieren. Ik
vindt het leuk, dat je me nu ook eens alleen
schrijft. Doe m'n groeten aan je zusje .Dag
Agatha!
Dirk Rus Jbz., Sint Maarten. Zo, zo
Dirk, jij behoort dus ook al tot die jongens,
die liever vacantie hebben dan naar school
gaan. Hoe is het mogelijk! Maar het geeft
niets, Dirk, als je op school maar je best doet.
Had je een mooi rapport?? Allemaal 7 en 8-
ten Stoei maar flink, hoor. Dan wordt je
een fjkse .Hollandse boy.
Wimpie Boontjes, Stolpen-Schagerbrug.
Wat heerlijk, Wimpie, dat jullie zoo'n leuk
Kerstfeest hebben gehad. Vroeger vond ik het
ook altijd fijn om op de Zondagsschool de Kerst
te vieren. Dan kreeg je bijna altijd een mooi
boek. Heb jij dat ook gehad? Leuk gezicht, al
die flikkerende kaarsjes, Wim?!
Jaap Zwaan, Abbestée Post 't Zand. Dat
Is dom. Jaap, om raadsels op te lossen en ze
dan niet in te sturen. Jij kunt toch evengoed
als de anderen tot de gelukkigen behoren. Denk
aan het boek, Jaap je en... aan de taart! Hoe
heette die operette die je meegemaakt hebt?
Was je niet zenuwachtig op de planken? Of
heb je het al eens meer gedaan?
Gretha Klare, Kolhorn. M'n compliment
voor je postpapier, Gretha. Het is prachtig,
zég! Is jullie Kerstboom mooi opgetuigd? Ge
zellig, zo'n echte denneboom in huis, niet? Dit
jaar hebben wij er thuis geen een gehad, maar
we hebben de kamer opgevrolijkt met kaars
jes. Je houdt zeker evenveel van lezen als ik,
Gretha?
Geerie Paarlberg, Schagerwaard, Dirks-
horn. Zo Geerie, houd jij zoveel van hand
werken, dat je geen tijd had de raadsels op te
lossen. Dan nu maar weer met nieuwe moed
beginnen.
Je gaat zeker veel uit, hé? Eerst een uit
voering van de gymnastiekvereniging en dan
weer een feest als de meester 25 jaar hoofd
onderwijzers is.
Gerrit Bakker, Langereis. Eerst zal ik je
eens feliciteren met je beterschap, Gerrit,
want dat is best een felicitatie waard. Ben je
in die dagen flink verwend Enfin, twee
extra dagen vacantie heb je er door gekregen,
al was de oorzaak ook een minder aangename.
Jij vindt de raadsels nu te makkelijk? Voor
jou speciaal deze week een heel moeilijk. Je
vindt het vast niet.
Geerie Dekker, Keinsmerbrug. Jij boft
zeker Geerie, dat je mag logeren in Heiloo.
Natuurlijk zal je daar wel weer door je Opa
en Opoe verwend worden. Hebben zt daar zo'n
grote hond? Houd je zoveel van beesten?
Prettige vacantie, Geerie!
Frederik Jonker, Oudijk. Dat was dus een
fijn Kerstfeest, Fred.Dat verhaal ken ik niet,
al ben ik zelf ook jaren op Zondagsschool ge
weest. Wat kunnen die dominé's soms prach
tige verhalen vertellen, hè? Die vergeet je
niet gauw meer.
Marietje Kater, Koegras. Marie wil op de
schaats en hoopt dat het maar gauw begint te
vriezen. Nu, Marie, eerlyk gezegd, ik hoop ook
van 't jaar nog eens de ijzers onder te binden.
Als het heel hard vriest ga ik misschien nog
wel de slootjes af en wie weet ontmoet ik dan
niet Marietje Kater. Dat zou me een ont
moeting zijn!
Rein Kuin, Aalsmeer. M'n vriend Rein
schrijft me een brief, dat hij geweldig enthou
siast is over de Kerstfeestviering en ik vind
dat fijn. Ja, Rein, dat is zeker een mooi ge
zicht, al die kaarsjes in dat groen. En als je
dan nog cadeautjes bovendien krijgt... wel,
dan is het leven heerlijk, vind je niet?
Tjeerd v. <L By, Kolhorn. Tjeerd is een
eerlijke jongen. Hij schrijft dat hij wel érg veel
van lezen houdt, doch ook graag van een lek
ker hapje en een taart. Nu Tjeerd, dan ben je
precies als de Kindervriend zelf! Die is ook
een leesmaniak, maar van lekker eten... nu,
daar is hy ook niet afkerig van.
Marietje Glas, St. Maarten. Alweer
iemand, die zo graag de taart wil hebben.
Sjonge, sjonge, Marietje, als ik er zo over aan
het schrijven raak loopt het water over m'n
tanden. Ik zie 'm daar al in gedachten voor
me staan...
Jongens en meisjes... het is weer precies als
vorige week: de helft moet blijven liggen. Het
is wel jammer voor de niet-beantwoorden,
maar er is niets aan te doen. We spreken dus
weer af: deze week alléén de raadsels oplos
sen en geen briefjes insturen. Dat doen we
volgende week weer.
Tot wederschry vens
Kindervriend.
i.
Oplossingen vorige raadsels.
e 1
roe
nevel
hiel
a e n
r n
d
n.
de letter R.
Goede oplossingen ontvangen van:
Siemon K., Haarlem; Elmert en Arie M.,
Nesdyk; Nellie en Kees E., Schagerbrug;
Mientje van E., Petten; Ennie en Grietje Z.,
Koegras; Aagje v. S., CailantsoogAnnie K.;
Noord-Beemster; Alie en Adriaan, Slootdorp;
Dineke L., Aardswoud; Jannie F., Winkel;
Geertje R., Hazepolder; Tini A., Winkel; Ma
rie S., Dirkshorn; Betsie de G., Dirkshorn;
Leendert V., Dirkshorn; Betsie Q., Tjallewal;
Dirk? P., Breezand; Nellie R., Burgerbrug;
Dirk R. Jbz., St. Maarten; Jaap Z., Geerie
D., Schagerbrug; Gerrit V., N. Niedorp; Fre
derik J., Ouddijk; Marietje K., Koegras; Piet
G., Nd. Scharwoude; Tjeerd v. d. B., Kolhorn;
T F., Lutjewinkel; Wennie N„ Lutjewinkel;
Cootje B., Lutjewinkel.
Nieuwe Raadsels
Nieuwe raadsels.
1. Wie heeft tanden en knabbelt nooit?
2. Noem een jongensnaam, die omgekeerd
precies hetzelfde blijft.
3. Welke ziekte heerscht op geen enkel
land?
Een verhaal met een onverwacht
slot.
Op de derde dag van zijn bezoek aan de
nieuwe school, des morgens vroeg, kwam een
troepje jongens aanlopen, dat druk scheen te
praten over een belangrijk onderwerp.
„Zij hebben het zeker over de voetbalwed
strijd van vanmiddag," dacht Jacques en er
kwam een verdrietig gevoel in hem op, dat
hij zo van alles was uitgesloten. Het troepje
jongens liep hem voorbij en bleef een paar
meter verder staan. Hoewel ze niet luid spra
ken, kon Jacques hen toch heel goed verstaan.
,Het is een lamme boel," zei een lange jon
gen met rood haar.
U
Maar hoe kwam het nou eigenlijk pre
cies?"
,Nou, wij zouden gistermiddag na school
nog wat gaan spelen", zei een der jongens.
Wim Verschuur, Jaap Booy, Piet Mencke,
Chris Mooy en ik.
Chris Mooy stelde voor, dat wij over het
schoolhek zouden klimmen en op de speel
plaats een beetje zouden gaan voetballen.
Nou, je weet, over het hek klimmen mag niet
en voetballen op het schoolplein is helemaal
verboden. Wij vonden het dus een lollig idee
en voetbalden. Het was reuze leuk, maar Wim
gaf het balletje ineens een „pil", dat het ding
door de lucht suisde. Je weet, hoe ontzettend
hard die Wim kan trappen"
„Nou en niet zo zuinig!" verklaarde een
derde jongen opgewonden en lachend.
...„En daar vliegt me die tennisbal zó door
een van de ruiten van onze klas!"
„Ai!" zei de jongen met rood haar en trok
een scheef gezicht.
„Ja, en nou is het 't lamste, dat Wim na
tuurlijk school moet blijven en niet mee kan
spelen. Wy worden ingemaakt, zo
„En als wg die ruit nu gezamenlijk betaal
den?" vroeg de roodharige jongen.
„Geeft niks", zei Kees nijdig, wij zijn
immers toch over het hek geklommen en wij
hebben hier toch op de speelplaats gevoet
bald!"
„Ai!" zei de roodharige jongen weer; het
scheen zijn stopwoordje te zijn.
„Nou ja, als je niets anders weet, hoepel
dan op", zei Kees nukkig en vond 't lam,
dat niemand een oplossing wist. De rode
jongen kreeg een kleur en lachte maar wat.
„Ik weet wat", zei hij toen opeens, „als
mynheer Dekkers straks vraagt, hoe dat gat
in die ruit gekomen is, dan zegt niemand
één woord. Wim moet vanmiddag voor ons
spelen, anders verliezen wy het vast!"
„Nog niet zo'n stom idee", zei Kees, „kom
mee, dat moeten we dadelijk met de anderen
afspreken!"
Jacques had met belangstelling staan
luisteren. Hij leefde geheel met de situatie
van de voetballers mee. Wim Verschuur
moest meedoen; die was lid van het elftal!
Nauwelijks zaten de leerlingen op hun
plaatsen of daar had je 't al.
„Wie heeft die ruit gebroken?" vroeg hij
streng en wees naar het vernielde venster.
Maar buiten zijn verwachting, ging er geen
vinger in de hoogte. Dit maakte mynheer
Dekkers heel boos.
„Als de dader zich niet onmiddellijk aan
meldt, dan zal ik vanmiddag de gehele klas
moeten laten nablijven. Ik geef dus nog één
kans!" dreigde hij boos en zijn anders zo
vriendelijke ogen fonkelden nu streng achter
de grote brilleglazen.
Nu was goede raad duur. Op die wijze zou
niet alleen Wim Verschuur niet mee kunnen
doen aan de wedstrijd, maar bovendien nog
drie andere spelers, die in dezelfde klasse za
ten en eveneens slecht gemist konden worden.
Twintig jongenshoofden zochten naar een
oplossing, twintig jongensharten klopten ang
stig sneller en ieder wachtte af op de dingen,
die komen zouden
Wat nu? Neen, niemand wist raad. Toen
rees, op de achterste bank, een vinger om
hoog, en werkelijk, er was een vrolijke klank
in, toen Jaques, bijgenaamd „Jacqueline",
plotseling door de klas galmde: „Het was
mijn tennisbal mijnheer!"
Natuurlijk volgde een verschrikkelijke
schrobering van mynheer Dekkers en dui
zend strafregels en... de ruit betalen.
Toen begon de les en was de zaak afgehan
deld. Dat wil zeggen voor mijnheer Dekkers,
maar niet voor de jongens, die zoiets niet
hadden verwacht van „Jacqueline".
Het prettig slot van dit verhaal is, dat de
club met 20 als overwinnaar uit de strijd
kwam. Maar vóór die tijd had er nog iets
anders plaats. Wim Verschuur gaf den nieu
wen kameraad Jacques Kolff een stevige
hand en noemde hem „een reuzenkerel."
„Het spijt me verschrikkelijk," zei hij, „dat
ik altyd zo flauw tegen je geweest ben, maar
nou worden we vrienden hoor. Jongens, een
hoera voor Jacques Kolffhiep hiep
hoera!galmde het door de klas, tot
grote verbazing van mijnheer Dekkers, die
eens door de ruiten keek om te zien, wat er
aan de hand was.
„Wat er precies gebeurd is, weet ik niet",
zei de man bij zichzelf, maar 't was Kolff's
balletje niet en Kolff was evenmin de schul
dige!" De duizend strafregels werden in tien
verschillende handschriften ingeleverd en...
Kolff's hand was er niet bij. Maar mynheer
Dekkers deed of hij niets zag
In het kasboek van de voetbalclub staan
onder „onvoorziene uitgaven" de kosten van
een gebroken ruit
Waar en hoe de peper
groeit.
Langs staken.
Ditmaal willen wij jullie iets vertellen over
de peper. Peper komt oorspronkelijk uit Ned.
Oost-Indië, hoofdzakelijk uit Java en Suma-
tra en is vandaar ook naar andere landen
overgebracht.
Nu levert ook West-Indië heel veel peper,
a. de bekende Cayenne-peper.
Peper is de zaadvormige vrucht van een
klimmende heester, die uit dunne stammetjes
bestaat. Deze stammetjes zitten vol ogen, zo
als men dat noemt en uit deze oogen schie
ten weer nieuwe wortels, zodat de heester
zich steeds verder verspreidt. Zonder een
steuntje zouden deze takken over de grond
kruipen en daarom houdt men de struiken
door staken overeind, zooals men dat bij ons
wel doet bij beplanting van boomen- en erw-
tenstokken.
De peperheesters worden in rijen op heel
grote velden geplant en gewoonlijk krijgen
twee struiken één staak tot ondersteuning.
Als de struiken ongeveer 3 of 4 meter hoog
zijn, worden zij tot op een meter gesnoeid,
en als de heester drie jaar oud is, begint hy
vruchtjes te geven.
De bloesem van de peperstruik is wit en
wordt opgevolgd door roode bessen. Deze bes
jes zitten trotsvormig aan de struik, maar
rypen niet allemaal tegelijk. Het komt dik
wijl voor, dat rode en groene besjes door el
kaar groeien.
De rijpe besjes vallen al gauw af. Bij het
plukken worden de rijpe en onrijpe bessen
gescheiden. De onrijpe bessen worden in de
zon te drogen gelegd, waardoor zij zwart en
hobbelig worden; deze gedroogde bessen vor
men dan de gewone zwarte peper.
De rijpe bessen, zoowel de geplukte als de
afgevallene, worden in zeewater geweekt.
Vervolgens gewassen en met de handen ge
wreven, waardoor de schil van de bessen af
valt, waarna de bessen in de zon worden ge
droogd.
Deze bessen leveren witte peper, welke niet
zo scherp is als de zwarte, ook is zij veel
zachter, aangenamer en specerijachtiger van
smaak. Een goede struik levert jaarlijks drie
tot vier pond bessen. De peper bevat weinig
vlugge olie en is hierin van de muskaat
noten en kruidnagelen te onderscheiden. De
specerij-achtige beginselen moet men bij de
gom-achtige delen zoeken. Met het gebruik
van peper moet men echter voorzichtig zijn;
personen met een zwakke maag dienen er
vooral geen gebruik van te maken.
Vroeger werd peper ook wel als genees
middel aangewend. Koortslijders gaf men dik
wijls, inplaats van kina, eenige grammen pe
per.
De Spaanse, eigenlijk Braziliaanse peper,
is afkomhstig van een heel andere plant,
welke haar vaderland in de hete luchtstreek
heeft, maar thans ook veel in Zuid-Europa
wordt gekweekt. De peul van de Spaanse
peper is vliezig, glad en donkerrood of saf-
fraankleurig. De zaden zijn platgedrukt en
hebben een roodachtige gele kleur. De Spaan
se peper is sterk verhittend en bevat vele
scherpe bestanddelen.
HET STUK TAART.
De kleine Bertha had gezien, dat haar
grootmoeder een bril opzette, om een krant
te lezen.
Twee dagen gingen voorbij en nu zou groot
moeder aan Bertha een stuk taart geven.
Eerst uw bril afzetten! riep het kleintje.
Toon wat je kunt.
Aardige voorbeelden om te kleuren.
Hierbij een prent, waarop zeven verschil
lende dieren zyn afgebeeld. De bedoeling is,
dat jullie deze prent eens mooi kleurt. Niet
zo maar raak, maar nauwkeurig en kies je
kleurtjes goed.
Bovenaan links zien jullie een vlinder. Houd
je van witte vlinders, met gele stippeltjes op
de rug, maak deze vlinder dan wit en geel.
De kop kan een klein beetje bruin zijn, want
let maar 'ns op. 'n Witte vlinder heeft toch
altijd nog een donker kopje.
Nu kijken we naar de zwaluw. Een pracht
beest, vind je niet? Weet je de kleur van
zo'n mooie vogel? Meestal blauwzwart, je
weet wel van dat fluweelachtig blauw, iets
lichter, maar niet veel.
Verder gaan we: We zien 'n kip. 'n Heel
mooie, dikke kloek. Maak haar bruin met
goudgeel en geef haar een helrode kam. De
poten kunnen geel zijn en de staart iets don
kerder bruin.
De slak is ook een leuk diertje om te kleu
ren. Het huisje is grijsachtig bruin en heeft
meestal de kleur van de grond, waarop dè
Drommels, Jan, merkt de soldaat op,
toen hy zijn kameraad met verbazend grote
letters een brief zag schrijven, dat zijn
letters als koeien!
Ja, ik schrijf altijd groot schrift, als ik
aan mijn moeder schijf, want ze is erg doof,
weet je!
slak loopt. De slak zelf kan geelbruin wor
den gemaakt. Haar hoorntjes zijn over het
algemeen zwart.
Dan volgt de kreeft. Brr! Wat ziet hij er
gevaarlijk uit! Maar wij zyn niet bang voor
'm hoor! We dux-ven 'm zelfs wel te kleuren.
Wat dachten jullie van rood? Jullie hebt toch
zeker wel eens 'n kreeft voor de ramen van
een viswinkel zien liggen. En dan hebben
jullie zeker ook wel opgemerkt, dat de kreeft
meestal" rood is. Maak zijn rug dan rood met
zwarte stippen er op. Zyn poten kunnen heel
licht rood zijn, bijna rose. De snavel kan iets
donkerder rood zijn en zijn lange scharen ook.
Tenslotte komt de vis aan de beurt. Wat
een mooie vette vis is dit hè. Wat zou het
zijn? Een karper of 'n schelvis. In ieder
geval is deze mooi genoeg om gekleurd te wor
den, maar, nietwaar, een vis hééft eigenlijk
niet veel kleur. Maak de rug blauwachtig
grijs en de romp van onderen iets lichter om
tenslotte over te gaan in wit. Het oog kan
rood zijn, want vissenogen zijn meestal rood.
De bek is ook wit en de kop van boven weer
wat blauwachtig. De vinnen zou je grijs kun
nen maken en de staart eveneens. Nou, veel
succes met de prentjes en knoei niet te veel!