Kantongefecht
De politie
vergeet niets»
te Alkmaar.
De strijd om de
„Betty
Bonn"
De kartoteek met onopgeloste
misdaden, levert den misdadiger
onherroepelijk aan het gezag
over.
Ecnigen tijd geleden werd in Los Angelos
een man, genaamd Marino, gevangen geno
men wegens een moord, dien hij in 1924 had
begaan De politie van vele steden had, nadat
hij tien jaar geleden spoorloos verdwenen
was, vergeefs naar he gezocht. Nu was het
hem gelukt, hem door een methode, die een
groote vodharding vercischte, te arresteeren.
Men rekende erop, dat Marino zich vroeg
óf laat met zijn familieleden in verbinding
zou stellen. De politie hield ze dan ook voort
durend in het oog. Toen de familie van Ma
rino naar Italië ging, lette zij erop of er geen
ontmoeting plaats vond met -den spoorloos
verdwenen misdadiger. Twee maanden ge
leden bracht liet immigratiebureau de Amc-
rikaansche politie ervan in kennis, dat de
ouders van Marino uit Italië in de Ver-
eenigde Staten waren teruggekeerd en de
speurzin bracht haar na zooveel jaren ein
delijk op het spoor van- den dader, die in
Los Angelos onder valschen naam zaken
deed.
Dit geval is kc&nrierkend voor liet feit, dat
tegenwoordig de meest s'ensationeele resul
taten worden bereikt, niet door Sherlock Hol-
mes-achtige kunststukjes, maar door een
weinig romantische methode, die ons bureau
cratisch voorkomt. Al was het. pdbliek de
zaak Marino al lang vergeten, de kaïlotheek
in de „Afdeeling misdaadoplossingcn" op het
Ministerie van Justitie zorgde ervoor, dat de
politie het niet vergeten kon.
Al gaan er ook maanden en jaren voorbij,
zonder dat het gelukt een misdaad op te hel
deren, toch wijdt de kartotheek in Washing
ton dezelfde aandacht aan het geval, alsof
het gisteren was gebeurd. Om de vijf dagen
wordt de kaait, waarop de bijzonderheden
van het onopgeloste geval zijn vastgelegd,
tevoorschijn gehaald en zes maal in de
maand worden de beambten, aan wie de op
lossing van den misdaad is toevertrouwd,
ondervraagd en vertellen zij hoever zij met
de zaak gevorderd zijn. Als zij in langen tijd
niets nieuws hebben ontdekt, of het met an
dere gevallen te druk hebben, draagt men
de onderzoekingen aan andere beambten op.
Hoe bureaucratisch dit systeem met de
„kartotheek der onopgeloste misdaden" ook
lijkt, toch is het gebleken, dat bet den ar
beid op het gebied van criminaliteit gunstig
beïnvloedt. Een detective of politieagent, kan
op die manier een zaak waarvoor hij een
maal een onderzoek heeft ingesteld, nooit
meer geheel van zich afschuiven. Voortdu
rend herinnert men hem eraan. Misschien
komt hij op een dag in het drukke verkeers-
gewoel tegenover een man te staan, waar
van hij weet, dat' deze de gezqtlite kent.
Misschien ziet hij na vele Jaren den ver
volgde zelf. Om de vijf'dagen over een zaak
ondervraagd te worden, hoort nu juist niet
tot de aangename dingen van het criminalis-
tenberoep.
Een goed voorbeeld van de hardnekkige
achtervolging van een moordenaar is de zoo
genaamde Lamar-zaak, zoo genoemd naar
een stad in Colorado, waar de moord werd
gepleegd. Vier bandieten deden een overval
op de „Firts-N'ational Bank", doodden den
directeur en den kassier en ontvoerden twee
bedienden. De daders vluchtten naar Kan
sas. Een van hen had verwondingen opge-
loopen en had geneeskundige hulp noodig.
De roovers stopten met hun auto in een
bosch, op ccnige kilometers afstand van het
plaatsje Dighton en ging op zoek naar een
dokter. Nadat deze bij den gewonden ban
diet de kogels had verwijderd en hem had
verbonden, werd hij door de bende vermoord,
opdat hij hen niet zou kunnen verraden. Zij
wierpen zijn lijk in een afgrond. Later
werd het lijk door vrienden van den dokter
gevonden.
Een verschrikkelijke misdaad had zich
voltrokken. Er waren weinig aanknoopings-
punten, die tot opheldering van den misdaad
konden leiden. Men vond slechts een vin
gerafdruk op de vernielde auto en die was
•maar zeer zwak en onduidelijk en toonde al
leen een deel van den vinger. Het was eerst
heclemaal niet zichtbaar en werd pas ont
dekt toen de heele auto met een fijn en zeer
gevoelig poeder was bestoven. Er werd een
foto genomen van dezen onvolledigen vin
gerafdruk en deze werd aan alle politiepos
ten, gezonden. Wanneer zij een heele serie
vingerafdrukken tot hun beschikking heb
ben, kunnen de deskundigen hun uit - dui
zenden, ja zelfs millioenen afdrukken her
kennen. Maar in dit geval scheen deze mo
gelijkheid uitgesloten.
Niettemin werd de foto, sterk vergroot, op
gehangen in de „afdeeling misdaadoplossin-
gen". Tegen alle beambten werd gezegd den
afdruk goed in zich op te 'nemen en er ge
durende hun werk steeds aan te denken. En
twee jaren later ontdekte een beambte inder
daad onder oen nieuwe pas binnengekomen
serie vingerafdrukken lijnen, die hetzelfde
waren als op de vergrooling. Deze ontdek
king leidde lot de arrestatie van drie leden
van de bende, die zich in Kankakoe in Il
linois verborgen hield. De aanvoerder van de
bende, Jack Fleagle, van wicn de afdruk af
komstig was, werd spoedig daarop in Bran-
son in den Staat Missouri ontdekt, en dooi
de politie, toen hij zich met een revolver
in de hand tegen zijn gevangenneming ver
zette, doodgosehoten. Onuitputtelijk geduld
en groote vodharding hadedn na twee jaar
tot de oplossing van een misdaad geleid,
waarvan het scheen, dat hij ongestraft zou
blijven,
Zoo waren er ook twee jaren voor noodig
om de daders van de moorden, die gepleegd
waren in het Osage-Indianenreservaat in
Oklahama, te vinden. Een moordenaarsben
de had in den loop van een tiental jaren den
dood van meer dan twintig menschen veroor
zaakt. De meeste slachtoffers waren Rood
huiden, wiens waardevolle olievelden de aan
voerders van de bende zich wilden toe
eigenen. Eenige Indianen werden dronken
gemaakt en daarna door morhphine-injec-
ties gedood. Drie dctectiven werden met de
zaak belast. F.en trad op als Indiaansch me
dicijnman de tweede als verzekeringsagent,
en de derde als cowboy. Na twee jaar kwa
men ze op het spoor van de bende. Zij be
kenden onder den druk van den bewijslast
en werden tot levenslange gevangenisstraf
veroordeeld.
Vaak brengt de .Kartotheek met onopgelos
te misdaden" mannen in herinnering, waar
van sedert tien of Vijftien jaren ieder spoor
ontbrak en juist in den laatsten tijd zijn de
gevallen talrijk, van personen, die dachten
dat over hun misdaad al lang gras gegroeid
was, en na zeer langen tijd gevangen konden
worden genomen. Hierbij heeft de politie het
voordeel, dat de meeste misdadigers buiten
gewoon ijdel zijn. Wanneer zij eenmaal een
goede methode hebben gevonden, houden zij
deze voor onfeilbaar en gebruiken haar
steeds opnieuw. Zij zoeken wel nieuwe ge
bieden op, maar passen de oude trucs toe.
Dat deze niet in het vergeetboek raken,
daan-oor zorgt de „kartotheek van de onop
geloste misdaden".
Alkmaar.
OPNAME VAN DEZE TRAGEDIE VOORAL
NIET TE VERZUIMEN IX HET BELANG
DER PEDDELENDE LEZERS.
Verd. P. B., die zijn tuinbouwerij thans
op den Baansingel te Alkmaar schijnt voort
te zetten, moest rekenschap afleggen bij den
wijzen Kalif op den Gecstersingel, omtrent
het feit, dat hij zich per fiets had voortbe
wogen door den Berger tunnel. Onze tuinder
vermeende echter niet strafbaar te zijn,
omdat hij met één been op den trapper en
met den anderen voet pagaaiende verder
was gefrocwecld. Dat was toch geen fiet
sen, meende deze dokter honores c.ausa in
de verkeerskunde. Maar hem werd aan het
verstand gebracht, dat niemand minder dan
dc I-Iooge Raad der Nederlanden had gede
creteerd dat deze wijze van fietsen het vol
ledige strafbare feit daarstelt. Tegen zoo'n
arrest valt natuurlijk niet te sputteren on
verd. werd dan met inachtneming van zijn
onvoldoende juridische kennis veroordeeld
tot f 5 boete of 3 dagen.
Waar echter een dergelijk wanbegrip bij
vele wielrijders bestaat, zullen zij wèl en
zelfs zéér wel doen, van bovenstaand pech
vogel-avontuur nota te nemen. Wie zich aan
een ander spiegeltpunt.
Heerhugowaard,
HIJ HAD TE VEEL SPRAAKWATER.
Op den lSen November was de 52-jarige
S. V. uit Oudorp in letterlijken en figuur
lijken zin tegen de lamp geloopen, daar hij
per auto aankomende, links en on
handig de bocht nam, zoodat 'n opgestelde
verkeerszuil in den Blauwen Reigerspolder
deftiger uitgedrukt Heerhugowaa,rd 't
bijna had moeten ontgelden. Doch groote
schik voor den onhandigen chauffeur
Rijksveldwachter Visser was juist ter plaat
se en maakte haastig de door velen gehate
aanteekeningen. Heden was de plattelands-
reiziger op z'n Sundags uitgedost aanwezig
en maakte in ellenlange bewoordingen zoo
veel bezwaren, dat wij minstens da.cht.en,
die stroom houdt nog wel 24 uur aan. De
man beriep zich er op dat de paal hoe
durft hij een verkeerszuil een paal te noe
men! niet brandde en zeer hinderlijk was
en nu komt de clou, bovendien verweet hij
den ambtenaar, dat deze ook wel 'ns 'n fout
beging. Zoo bad verd. hem zelf op Heiloo
een uitbrander moeten geven, toen deze met
2 kinderen aan zijn hand, één van deze
peuters plotseling liet oversteken en 't al
leen aan verd.'s tegenwoordigheid was te
danken, dat de begrafenisondernemer geen
zaken kon doen. De ambtenaar, die met
open mond zat te luisteren, proestte 't toen
uit, want bij is ongetrouwd en brengt zijn
Zondagen te Bilthoven door. De reiziger met
een teveel aan spraakwater was toen uitge
teld en hoorde f 10 of 10 dagen tegen zich
eiscben. Uitspraak f 4 of 4 dagen.
Uit onze omgeving
NIEUWE NIEDORP'
FANFARECORPS „EXCELSIOR"
De jaarsvergadering.
Donderdagavond had in het lokaal van
den heer Kossen de jaarvergadering plaats
van het fanfarecorps „Excelsior"
De heer Snijder drukte in zijn openings
woord zijn genoegen uit over de goede op
komst. De notulen der vorige vergadering
werden goed gekeurd. Hierna geschiedde
voorlezing van een uitgebreid jaarverslag
Hieruit bleek," dat in deze afgeloopen zomer
de vereeniging 20 jaar heeft bestaan, welke
gebeurtenis men evenwel ongemerkt voor
bij heeft laten gaan. Met dit 20 jarig be
staan viel samen het 20 jarig lidmaatschap
der vereeniging van de lieeren D. Bijkersma
en C. Koorn.
Namens de commissie voor het nazien
der rekening van den Penningmeester be
staande uit de heeren G. Olie en H. Boer
bracht de laatste verslag uit. Alles was in
keurige orde bevonden. De ontvangsten had
den bedragen f 641.60 de uitgaven f 560.95
Saldo f 80.85 Alzoo wordt de rekening onder
dank goedgekeurd.
m
y -• m
y /A - x'V
In het eeuwig zonnige Californië vervangt
men de sneeuw door zout, om althans
eenigszins de genietingen der wintersport
te benaderen.
Voor volgend jaar werd in de commissie
voor het nazien der rekening in de plaats
van den heer Boer aangewezen de heer A.
de Wit.
Bij de hierop volgende bestuursverkie
zing werd de heer P. Strijder herkozen.,
terwijl in de plaats van de heeren R. Roih
goor en R. Kindermans, beiden niet herkiest
baar, werden gekozen de heeren D. Bijkers
ma en H. Boer Sz., die hunne benoeming
accepteeren.
Hierna, volgde bespreking deelneming
concoursen. Besloten werd deel te nemen,
aan het concours van den Westfrieschen
Bond dat naar alle waarschijnlijkheid dit
jaar wel in Twisk zal worden gehouden
Betreffende deelneming aan een nationaal
concours werd nog geen positief besluit ge
nomen, hoewel in principe wel tot deelne
ming aan een dergelijk concours werd be
sloten.
Algemeen gevoelde men, dat aan de con
certen in den afgeloopen zomer te weinig
zorg was besteed, wat dit jaar anders diende
te zijn. Het plan werd geopperd, om van!
Juni af per maand een concert te geven,
desnoods op ge.vvonc repetitie-avonden. Ook
zal voor een concert wederom samenwer
king met de zangvereeniging worden ge
zocht. Eén lid uit het. bestuur zal de ver
eeniging op de vergadering van den West-
Friesohcn Bond vertegenwoordigen, terwijl
uit de leden als afgevaardigde wordt be
noemd de heer G. Olie, plaatsvervanger de
heer C. Rutsen. De beschrijvingsbrief voor.
deze vergadering leverde weinig stof tot be
spreking.
Bij de rondvraag sprak de heer Bijikersma'
over het nazien der stilliggende instrumen
ten. Zulks zal geschieden., evens zal nog
eens worden .gepoogd wat nieuweleden te
krijgen,'daar de vereeniging zeer góed wat
jonge krachtéh kan gebruiken. De heer .C.
Rutsen zal 's winters het vaandel in bewa
ring nemen, omdat in den winter bet repe
titielokaal daarvoor minder geschikt wordt
geacht.
Hierna sluit voorzitter de vergadering, na;
dank gebracht te hebben aan den heer Kos
sen voor zijn goede zorgen gedurende de re
petities en na zijn waardeering te hebben
uitgesproken voor den steun, welken men
in het afgeloopen jaar van de Ned. Herv,
Wees-administratie mocht ondervinden.
LOOP DER BEVOLKING IN 1936.
Aantal inwoners op 31 December 1935i
902 m. 826 vr. totaal 172S.
Geboren: 20 m. 15 vr. totaal 35.
Ingekomen personen 44 m. 38 vr. totaal
82. Totale vermeerdering 64 m. 53 vr. 117.
Overleden: 12 m. 8 vr. totaal 20. Vertrok
ken personen: 45 m. 45 vr. totaal 90. Totale!
vermindei ing: 57 m. 53 vr. 110.
Aantal inwoners op 31 December 1936J
909 m. 826 vr. totaal 1735.
Aantal gesloten huwelijken 10, echtschei
dingen één, levenloos aangegeven kinderen
Zitting van Vrgdag 15 Januari.
Alkmaar.
TWEE UITERSTEN DIE ELKANDER
NIET RAAKTEN.
De schrale ambtneaar van het
O. M. en de dikke chauffeur N. B. konden
Vrijdag maar geen contact vinden. Verd.
had op don hoek Langestraat.Houttil, een
verkeerspunt, waar ieder op z'n tellen moet
passen, oen wielrijder een mep verkocht,
waardoor hij van zijn rijwiel was gesmakt
en het voorwiel tot een harmonica werd
vervormd en nu scheen de chauffeur de
meening toegedaan, dat de fietser, die naast
een ander de bocht maakte, maar behoor
lijk op zij had moeten gaan. De ambtenaar
vermeende evenwel, dat het plicht van verd.
was geweest, óm te stoppen
De hoofden waren niet in één zak te krij
gen, dus hakte de kantonrechter dit knoopje
door en legde 15 gulden boete of 10 dagen
op, plus f 6.50 toewijzing voor het in elkaar
gefrummelde rijwiel.
Lutjewinkel.
MET ZIJN MOND KAN HIJ ZIJN BOTER
HAM NIET VERDIENEN.
De niet ter zitting zichtbare heer F. B.
reed in den avond van 28 Oct.. toen alle kat
jes al vrij grauw waren, met zijn motorwa
gen in de Wecre, onder Lutjewinkel zonder
waarneembare verlichting, waardoor een
carambole werd gemaakt met een door zeke
nen E. St. bestuurde auto. Schade werd
niet aangericht en St. zou er verder geen
capsones over hebben gemaakt, maar verd.
zette bovendien nog een groote mond op, er
werd aangifte gedaan met het voor verd. on-
voordeelige resultaat, dat hij heden tot een
tientje boete of 6 dagen werd veroordeeld.
S c h a g e n.
PAS OP, JAGERSMAN, OF JE LANGE
HONDJE GAAT ER AN.
De twee volgende verdachten, B. B. en
H. L., beiden uit Schagen, die niets nutti-
gers om handen hadden probeerden op 4 Oc-
tober met behulp van een paar sneltippe-
laars of hazewinden in de landerijen onder
Barsingei'horn een haasje te bemachtigen.
Ze waren echter niet al te best op dit leege
tijd-doodond vermaak ingesteld, aangezien
ze jachtacte noch vergunning hadden en
bovendien gebruik maakten van een paar
lange honden, die als verboden jachtamcklel
worden beschouwd en alsdan door de politie
vogelvrij zijn verklaard. De jagers werden
al spoedig gesnapt, nadat zij een paar lang-
ooren hadden bemachtigd en gelukkig wer
den de honden niet in beslag genomen, wat
voor dc trouwe snel voelers een ontijdigen
dood door den kogel zou hebben beleekend.
Verd. B. had de zaak afgekocht, oftewel
„geschikt" met den ambtenaar en draaide
als nu zijn minder diplomatiek-en collega L.
erin voor f 15 boete of 10 dagen. De hazen,
die nu wel adelijk zullen hebben gegeurd,
werden voorts verbeurd verklaard en tevens
de waarschuwing gegeven, dat bij een her-
baling de honden onherroepelijk zouden
worden afgemaakt.
Bergen.
HET SMALLE PAD DES VERDERFS.
Niet alle wegen des verderfs zijn breed,
integendeel voor den ..automobilist leveren
de smalle rijwielpaden soms het meeste ver
derf op voor zijn portemonnaie, zooals ook
heden de chauffeur C; Z. uit de gemeente
Bergen moest ontwaren. Deze Berge na ar was
bij het uitwijken voor een anderen wagen op
het 'smalle rij'wièlpan fë'ngs den meeri dan
treurigen Schermer- of ook wel genaamd
Steeweg geraakt en toen voör het gemak
maar een eindje door blijven rijden, wat
hem juist echter deiT das omdeed voor f2.50
of 2 dagen.
Een ander slachtoffer met een aangespan
nen wagen, die niet was versohenen, kreeg
een dergelijke, maar even sterkere poeier te
slikken: 3 gulden of 2 dagen.
Bergen.
ZULKE PROFESSORALE VERSTROOID
HEDEN WORDEN NIET GEPARDON
NEERD.
De in het Rechtpaleis niet geheel onbe
kende chaufeur J. G. G. uit Bergen, was uit
rijden gegaan zonder jas, wat niemand aan
stoot zou hebben gegeven, als zijn rij- en
nummerbewijs er ook maar niet in waren
achter gebleven. Nu was er voor den Alk-
maarschen agent Hooijer motief om een
dubbel bonnetje aan te bieden, een activiteit
die den chauffeur op 2 keer 200 centen bocie
of 2 keer 2 etmalen hechtenis kwam te
staan.
F e ullleton
door Friedrich
Lindeman
Toen echter, toen zijn kameraden hem had
den uitgelachen en bespot, kwam zijn jongens
achtige onverschilligheid en reislust weer bo
ven, nam hij afscheid van den kapitein en zijn
vaartgenooten en ging op eigen houtje met
den trein naar Chicago.
Hier trof hem echter de eerste slag, die
tegelijker tg d het begin van zijn ongeluk be-
teekende.
Zjjn oom was een week vóór Emmo's aan
komst te New-York gestorven. In de zaak,
een drogisterij, was allang weer een ander.
In drie zinnen hoorde de jonge Dierksen
het bericht over de kas heen. Mr, Deerkson is
dood, geen nabestaanden, al het verdere kunt
gij bij de Rechtbank hooren. Met deze woorden
wendde de nieuwe bezitter zich reeds tot een
klant en liet den vrager kalm staan. Al het
andere bij het Gerecht?
Emmo Dierksen had nog nooit wat met
het Gerecht te doen gehad. Gerecht, dat be-
teekende voor hem te allen tgde, straf, ge
vangenis, zelfs den galg.
En moest hij daar naartoe? Nu? In een
vreemde stad? In een vreemd land, waarvan
hij de taal slechts moeilijk verstond? Ja, zelfs
in een vreemd wereldeel, waarop hg slechts
een handjevol vrienden en kennissen wist;
daarginds te New-York, op het schip, dat hem
hier gebracht had. Dat scheen hem op het
oogenblik en In dezen toestand nog de eenige
plek, waar hij heen kon gaan en hulp ver
wachten.
In zijn boersche onbeholpenheid en onwe
tendheid hij was, strikt genomen, voor het
eerst van zijn leven zijn dorpje uitgegaan
wist hij" niets beters te doen dan terug naar
het schip, naar den kapitein en dan terug
naar huis. Nauwelijks vijf uur was hij' te Chi
cago geweest, of reeds zat hg alweer op den
trein naar New-York.
Maar hier trof hem de tweede slag, dien
hij eigenlijk had kunnen verwachten: het
schip was weg.
Zoo stond hij dus moederziel alleen op straat
te New-York en klemde zijn kleinen reiszak,
dien hij in echten boerentrant, geen moment
losgelaten had, vast in zijn hand.
Het reisgeld, dat zijn broer hem mee
gegeven had, was door de spoorreizen op.
Dus bleef hem niets anders over dan hier
in de haven een nieuw schip te zoeken, dat
hem als jongmaatje meenemen wilde. Verder
de stad ingaan durfde hij niet. Dus liep hij
den heelen dag de haven langs, ging op elk
Düitsch schip dat hij zag liggen, vroeg en liet
zich weer wegsturen, bedelde om een beetje
eten bij medelijdende koks of matrozen en
sliep 's nachts in een kist of op een bank in
het Rutger-park.
Hier vond hem op een morgen dat moest
dus den 15en October geweest zjjn Tho
mas Glover. De kapitein had allang op het
eerste gezicht gezien en dat was werkelijk
niet moeilijk dat hij hier een eerlijke jon
gen gevonden had.
Hij bood hem den post van wacht aan kok
en kajuitsjongen voor den tijd, dat het schip
nog te New-York lag, en stelde hem in het
vooruitzicht een reis naar Genua mee te ma
ken.
Genua was wel Is waar niet Bremen, maar
toch reeds Europa, en bovendien had Emmo
Deerkson niet veel keus meer.
Hij trok dus met zijn reiszak aan boord van
de „Marlborough", richtte zich een plaats in
in de manschapslogie en begon zijn werkzaam
heden in de kombuis en kajuit.
Het was geen zware arbeid, die hij op dit
leege schip te verrichten had: Eten koken
voor den kapitein en voor zichzelf, de hut en
de kajuit schoonhouden. Voor het overige kon
hij den dag doorbrengen, zooals hij dat zelf
wilde.
Hij durfde het schip niet te verlaten Glo
ver was den meesten tijd aan land, maar hij
had er ook geen behoefte aan. Hij zielsblij, een
dek boven zijn hoofd te hebben en zijn dage-
lijksch brood.
Over hetgeen wat er enkele dagen later ge
beurde, vertelde Dierksen op dezelfde manier
als indertijd Spurling en Crane het gedaan
hadden: Clover's moeilijkheid, een nieuwe be
manning te krijgen, omdat hij met den ronse
laar Fisher gevochten had, de aankomst van
de „Frisco" den 28en October, het gesprek der
beide kapiteins, de zaak met de bemanning
en de vracht, Glover's liefdesgeschiedenis met
de pianiste Betty Bonn en de kwestie van den
stuurman.
In minder dan acht dragen had Crane en
zijn menschen het schip opgekalefaterd, de
„Malborough" in de „Betty Bonn" omgetoo-
verd en ze met de vaten, die op de kade lagen,
bevracht. Bovendien was het gelukt een bijna
voltallige bemanning samen te stellen.
De kern van de bemanning waren de drie
matrozen van de „Frisco": Frank Clyde,
Williams Higgins, Robert Harley.
De kapitein zelf had voor een stuurman
gezorgd, dien hg, God weet waar, opgedui
keld had. Deze heette Andrew Gilling.
Dierksen beschreef hem als een kleine man
van ongeveer veertig jaar, ongelooflijk sterk,
met een onmatige zelfbewustheid en met
vlijmscherpe oogen in een baardeloos door
groefd gezicht.
Crane had slechts zijn schouders opgehaald.
Men kende Gilling in alle havens als een
heerschzuchtige man, met wien geen kapitein,
zoomin als een ronselaar iets te doen wilde
hebben.
Deze „William" nu had Glover zich op zijn
hals gehaald. De bootsman. Jack Dugan en
een matroos Charlie Moore had Crane be
zorgd. Hij was eenvoudig zonder het Glo
ver te zeggen naar den ronselaar Fisher
gegaan, om, zooals hij het noemde de ge
schiedenis uit de wereld te helpen.
Met een eindeloozen woordenvloed en op
zijn bijzondere manier, zooals hij in dergelijke
gelegenheden zich gedroeg, had hij tegen den
beleedigde gesproken. Deze had in den be
ginne alleen maar met zijn hoofd geschud,
later echter, op zijn hardnekkig aandringen,
twee man beloofd.
Hij wilde hiermede alleen maar aantoonen,
zei Bert Fisher, dat hij niet haatdragend was
en dat hij bereid was zijn hand ter verzoening
uit te strekken van deze band beteekenden
dus twee menschen, die hij leveren wilde en
die zich den volgenden dag aan boord van de
„Bett Bonn" meldden: een roodharige Schot-
sche bootsman, Jack Dugan en een bleeke
matroos Charlie Moore.
Maar deze geste was, zooals Emmo Dierk
sen het uitlegde, in wezen niet anders dan
een bloedige wraakneming op kapitein Glover,
over het blauwe oog van Bert Fisher. Want
met deze twee kerels zond de ronselaar twee
der oproerigste gezellen, die hij „in voorraad"
had en had ze gezonden met de boodschap,
zooals later bleek, Glover bg een gunstige ge
legenheid, er eens goed van langs te geven.
Intusschen was de „Betty Bonn" zeeklaar
en de bemanning aanwezig. Glover beweerde
wel, dat er nog een man ontbrak: hij moest
twee wachten hebben en met minder dan acht
man was hij nog nooit uitgevaren, maar Crane
zei toen, ook die te bezorgen. De kapitein kon
zich gerust aan zijn huwelijk wgden.
Zoo stonden dus 's namiddags op den 6en
November 'de zeven leden der bemanning op
het dek opgesteld en ontvingen hun kapitein
met zijn jonge vrouw, die lachend en stoeiend
in een roeibootje naar het schip gevaren
kwamen.
Als derde steeg uit het bootje de man van
de wereld Peter Crane, die als getuige bij het
huwelijk moest tegenwoordig zijn.
Het werd een zeldzaam feestelijke avond.
Glover had heel wat laten aanrukken voor
zijn mannen. Emmo Dierksen had de heele
kookkunst van zgn moeder aangewend en een
feestmaaltijd klaargemaakt alsof het del
trouwdag van een dikken Oost-Frieschen boer.
gold.
Crane, Gilling, Glover en Betty vierden
feest achter in de kajuit. Het meisje droeg
nog eens al haar paradestukken op de piano
voor, die 's morgens aan boord 'gebracht was,
Glover zwom in zijn geluk.
Gilling was stil en hield zich bij den wijn.
Alleen Crane, die het meest lawaai gemaakt
had, verdween reeds vroeg. Hij haalde tweq
lui van de „Frisco" en ging aan land.
Laat in den nacht alles op de „Betty
Bonn" was reeds in slaap, behalve de wacht,
Emmo Dierksen kwamen de drie terug en
sleepten tusschen zich in een bundel mensch,
dat wilde vloeken uitbraakte en met lallendei
stem Spaansche liedjes zong.
De bezopen kerel werd naar voren gebracht*
in de kooi, waar de zeilen bewaard werden,
gesleept en opgesloten.
Crane en de beide andere lui gingen lachend
weg.
Emmo Deerkson had de opdracht gekregen,
zijn kapitein te zeggen: de rekening komt
morgen; de bemanning is voltallig.
Dus werden den 9en November 's morgens
vroeg de touwen losgegooid.
De „Betty Bonn" verliet de kade en de
reis begon, die voor de meesten aan boord een
vaart in de oneindigheid worden zou. Glover
had zelfs, in zijn overschuimend geluk, waar
hij iedereen zijn deel van geven wilde, een
sleepboot gehuurd.
De afvaart verliep dus buitengewoon goed.
Een laatste afscheidsgroet naar de „Frisco"
waar Crane aan de reeling stond. Schertsende
woorden over en weer.
Daartusschendoor een aanzwellende marsch,
dien Betty Bonn op de piano trommelde. Zoo
voer het ongeluksschip lachend en zingend in
een st ralenden morgen.
(Wordt vervolgd).