Oorlog der toekomst
E d i s o n s
Kemal Ataturk, de schepper van
het nieuwe Turkije
van
tegenwoordig
Maandag 25 Januari 1937.
Vierde Had
pen, en Kemal Pascha, de overwinnaar,
wordt president van deze republiek.
Zoo is Turkije dus het eerste van de ver
slagen landen geweest, dat de voorschriften
van de overwinnende staten omvergeworpen
heeft. Zijn voorbeeld werkt revolutionair en
I maakt een bres in het systeem van de mo
gendheden van Versailles, die hun dictatuur
wilden vereeuwigen. Nu moet de „Ghazi"
evenwel vechten tegen oudere en duurza
mere bolwerken, als deze verdragen zijn, na
melijk tegen de eeuwenoude heerschappij
van den Islam.
Boven op de berg Amba Aladschi, de plaats waar de meest bloedige veld
slag plaatsvond, zullen de Italianen een geweldig eeregedenkteteken oprich
ten- Hierboven een foto van de maquette.
Tegenwoordig staat Turkije sedert
lange jaren weer in het middelpunt
van de wereldpolitiek. Kemal Ata-
turk vecht voor het verkrijgen van
het stadhouderschap Alexandrette
en van de provincie Antiochië. Over
eenige tientallen jaren zal de mo
derne staat Turkije eveneens een
groote mogendheid zijn, uitgerust
met de nieuwste technische hulp
middelen.
Ongeveer 17 jaar geleden vatte een destijds
Verbannen rebel, genaamd Mustafa Kemal,
het bijna onmogelijke plan op, om van de
volkomen vervallen hoofdstad van het
district Angora de hoofdstad van een nieuw
Turksch rijk te maken. Deze droom is in ver
vulling gegaan. De verbannen rebel Mustafa
Kemal is thans Kemal Ataturk, de „Ghazi",
de stichter van een nieuw Turkije, dat met
duizenden eeuwen oude overleveringen ge
broken heeft.
Kemal klopt tegen de breede vensterruit,
zooals een slaapwandelaar iets onderzoekt,
wat hij gedurende zijn wandeling in het rijk
der fantasieën tegenkomt. Kemal tilt zijn
voet op, maar zet hem dan weer stevig neer
op het zachte tapijt. Ja, het is een stevige
bodem, waar hij op staat, het is de bodem
van zijn huis, een huis met groene tuinterras
sen, met koele, breede gangen en schaduw
rijke zuilen-galerijen rondom een klaterende
marmeren fontein. De Turksche natie heeft
dit huis voor hem gebouwd.
Turksche natie zou deze naam ook
15 jaar geleden mogelijk geweest zijn? vraagt
de Ataturk zich af. Turkije was een geweldig
rijk, waarin Arabieren, Syriërs, Seldsjoeken,
Koerden, Armeniërs, Druzen, Egyptenaren,
Osmanen, naast elkaar woonden, zonder el
kaar te kennen. Leefden? Slechts als die
ren of planten leven!
Analfabetisme, afschuwelijke ziekten, uit
zuigende gouverneurs, moorden, oorlogen zijn
eenige plagen, die „den zieken man aan de
Bosporus" tot een hulpelooze patiënt van im
perialistische geneesheeren maakte. Het
Turksche rijk werd stuk voor stuk aan bui
tenlanders verkocht. België legt waterleidin
gen in Istanboel aan, Engelschen en Fran-
schen leggen spoorwegen aan en Amerika
koopt alle petroleumgebieden. De kalifen
verkoopen de eene concessie na de andere,
wanneer ze veel behoefte aan geld hebben,
zelfs twee- of drie keer, zooals bijvoorbeeld
de petroleumbronnen bij Mosoel, waardoor
het tusschen de schuldeischers bijna tot een
gewapend conflict gekomen is.
Dit was voor den jongen Kemal
geen makkelijke erfenis. De Kalief
van Konstantinopel was sedert den
wereldoorlog in handen der vreemde
lingen, hij onderteekent het afschu
welijke verdrag, dat de hebzuchtige
staatslieden van de groote mogend
heden het verslagen Turkije in de
Parijsche voorstad Sèvres voorleggen.
Volgens dit verdrag zou Turkije
een klein onbeduidend land zijn, door
Anatolië ingesloten. Maar terwijl
men in Sèvres reeds een landkaart
teekent, herziet Turkije het verdrag.
Aan het hoofd van de legers staat de
rebel Mustafa Kemal Pascha, die in
April 1920 het volk bijeenriep voor
't kiezen van een nationale vergade
ring. Tienduizend man veroveren
Armenië terug, dwingen de Fran-
schen en tenslotte zelfs de Engel
schen, het bezette land te verlaten,
verdrijven de Grieken door een ver
nietigende slag bij Dumlupinar en
zenden in 1923 hun afgezanten
naar Lausanne, om de souvereiniteit
van hun nieuw geschapen Turkije te
laten erkennen.
Op 29 October wordt in Angora door de
nationale vergadering de republiek uitgeroe
De Islam is niet in Turkije geboren.
Hij werd in het land gebracht door
de legers van Mohammed, die als
veroveraars kwamen. Het moderne
Turkije, dat afgescheiden ligt van
alle overige landen, waar het Moham:
medaansche geloof vastgeworteld is,
is thans bezig met de tradities te
breken. In de plaats van de Koran,
in de plaats van de Mohammedaan-
sche zedenleer en wetten, komen nu
de Westersche wetten. Het handels
recht is Duitsch. het burgerlijk recht
is Zwitsersch, Kemal breekt met het
Oosten. Alleen Japan heeft als eenig
Oostersch volk zich ook zoo beslist
naar de Westersche beschaving ge
richt.
De belangrijkste band, die de menschen
met het verleden bindt, is het Arabische
schrift. Kemal heeft bevolen, dat het
Latijnsche schrift ingevoerd zal worden.
Daarom zitten mannen met witte baarden op
de schoolbanken, om voor de tweede keer le
zen en schrijven te leeren. Bijna even sterk
zijn de banden van zeden en gewoonten. Ke
mal heeft de vrouwen bevolen, hun sluier af
te leggen, de mannen moeten in plaats van
een Fez, die aan het oude Turkije herinnert,
een moderne hoofdbedekking dragen. De po
litie dringt tot in de verste districten door,
om de bevelen uit te voeren. Vaak ontstaan
er bloedige botsingen met beleedigde echtge-
nooten, wier vrouwen de sluier afrukken. In
de straten van veel dorpen ziet men de man
nen met vrouwenhoeden, die door de kooplie
den aan de onwetende bevolking verkocht
worden. De harems zijn verboden en in 1928
werd de Islam als staatsgodsdienst afge
schaft. Met groote schreden gaat Turkije de
toekomst tegemoet.
Kemal kijkt neer op Angora. Uit deze ver
vallen stad is een groote moderne stad ont
staan met breede straten, met geasphalteer-
de lanen en parken. In minder dan tien jaar
ontstond „Amerika" in het hart van Klein-
Azië. Er werden vele duizenden kilometers
DINSDAG 26 JANUARI 1937.
Hilversum I.
AVRO-uitzending, 6.30 RVU.
8.00 Gramofoonplaten.
8.40 Orgelspel.
9.00 Gramafoonplaten.
10.00 Morgenwijding. Gramofoonplaten.
11.00 Huish. wenken.
11.30 De Octophonikers en gramofoonplaten.
1.00 Het Omroeporkest.
1.45 Gramofoonplaten.
2.00 Omroeporkest en solist.
3.00 Knipcursus.
4.00 Zang en piano.
4.30 Kinderkoorzang.
5.00 Kinderhalfuur.
5.30 Het Omroeporkest.
6.30 Lezing „Vaderland en Moederland".
7.00 Voor de kinderen.
7.05 AVRO-Dansorkest.
7.30 Engelsche les.
8.00 Berichten A.N.P. Mededeelingen.
8.10 Bonte Dinsdagavondtrein.
10.00 Gramofoonplaten.
10.30 Schaakles.
11.00 Berichten A.N.P. Hierna Lajos Kiss' En-
semble.
11.3012.00 AVRO-Dansorkest.
Hilversum II.
KRO-uitzending.
8.009.15 en 10.00 Gramofoonplaten.
11.3012.00 Godsd. halfuur.
12.15 KRO-orkest en gramofoonplaten.
2.00 Vrouwenuur.
3.05 Modecursus.
4.05 Gramofoonplaten.
5.00 De KRO-Melodisten. (Om 5.45 Felicitatie-
bezoek en gramofoonplaten)
6.40 Esperantocursus.
7.00 Berichten.
7.15 Cyclus „Wat deze tijd leert".
7.35 Sporthalfuur.
8.00 Berichten A.N.P. Mededeelingen.
8.10 De Kon. Harmonie 's Hertogenbosch.
8.40 De KRO-Melodisten.
9.00 Vervolg Kon. Harmonie Den Bosch.
9.20 Gramofoonplaten.
9.40 KRO-Kamer-orkest m.m.v. soliste.
10.30 Berichten A.N.P. Gramofoonplaten.
10.40 Cello-recital.
10.5011.20 Gramofoonplaten.
spoorwegen aangelegd of gekocht van vroe
gere buitenlandsche eigenaren. Het bevol
kingsaantal groeit, in het geheele land ont
staan fabrieken en brommen de motoren. „In
1953 zijn wij een volk van 40 millioen men
schen".
Dertig jaar na de vestiging van de repu
bliek zal de moderne staat Turkije, die eeni-
gen tijd geleden de souvereiniteit in de Dar-
danellen heroverde, een groote mogendheid
zijn. Kemal Ataturk, zooals Kemal Pascha
sedert de invoering van familienamen heet,
ziet zijn gezicht in het venster weerspiegeld.
Diepe lijnen liggen er over zijn gezicht, maar
achter dit wazige beeld verschijnen krachtig
en duidelijk de lijnen van zijn hoofdstad, die
hem eens overleven zal.
DE ZON ZAL WORDEN
VERDUISTERD!
Bombardementsvliegtuigen en Ja
gers zullen bij duizendtallen het
luchtruim doorklieven.
Voor de meeste staten stond het afgeloopen
jaar in het teeken van de uitbreiding der
luchtvloot. Vaak zelfs op geheel bijzondere
schaal. Overal wordt, zegt de Msb., met
koortsachtige haast gewerkt.
De „splendid isolation", waarin Engeland
zich zoo lang heeft veilig gewaand, is van
geen waarde meer sinds den dag, dat de
vliegmachines het luchtruim doorklieven en
de luchtvloten in de beslissing van den krijg
een rol spelen, welke met den dag grooter
en gewichtiger wordt. Zoo min als op het
vasteland is men veilig in Engeland, dat
over het 33 K.M. breede Kanaal in enkele
minuten bereikbaar is.
De technische vooruitgang bij den bouw
der luchtvloten is nog steeds van dien aard,
dat een machine, die voor een jaar geleden
als het toppunt van volmaaktheid bewon
derd werd, thans reeds als verouderd wordt
beschouwd. Met welk een angstwekkende
snelheid de omvang van de luchtstrijdkrach
ten in ^936 zijn toegenomen, moge blijken
uit het sobere overzicht, dat hier volgt.
Met een aantal van 5400 vliegmachines,
die voor militaire doeleinden bruikbaar zijn,
heeft Frankrijk tot nu toe de leiding. Zijn
luchtleger bestaat uit 3157 officieren en 51.484
manschappen. Over het jaar 1935 werd aan
de luchtmacht uitgegeven 1494.52 millioen
franc. Sindsdien werd 2000 millioen franc be
steed alleen voor den aanbouw van nieuwe
vliegtuigen. Het gewone luchtverkeer wordt
door drie groote maatschappijen onderhou
den. Zeven-en-twintig fabrieken houden zich
bezig met den bouw van vliegtuigen, zestien
met 't. vervaardigen van motoren voor vlieg
machines.
Op de tweede plaats komt dan Rusland
met 4136 militaire vliegmachines. Het aantal
der manschappen houdt men geheim, doch
dit moet meer dan 50.000 bedragen. De Rus
sische luchtmacht is onderverdeeld in 116
vloten met 90 afzonderlijke bases. Vijf fabrie
ken van grooten omvang werken dag en
nacht aan den bouw van vliegtuigen, twee
aan den bouw van motoren. Daar Rusland
de sterkte van zijn strijdmacht zooveel mo
gelijk verheimelijkt, wordt niet ten onrechte
vermoed, dat zijn luchtvloot veel grooter is
dan wordt opgegeven.
Italië beschikte aan het einde van 1936 over
3300 bruikbare militaire vliegtuigen en een
luchtleger van ongeveer 44.000 man. Het
burgerlijke luchtverkeer is in handen van
zes groote ondernemingen. Negentien fabrie
ken bouwen vliegtuigen, zes fabrieken vlieg
tuigmotoren.
Duitschland verstrekt geen opgave van den
omvang zijner luchtmacht. Men schat, dat
deze thans met die van Italië minstens op
dezelfde lijn kan worden gesteld. Met koorts
achtige haast werkt men in negentien vlieg
tuigfabrieken en zeven motorenfabrieken aan
de verdere uitbreiding van de luchtmacht. De
Duitsche machines zijn van de beste kwali
teit.
De Vereenigde Staten spannen al hun
krachten in om met hun luchtvloot niet ach
ter te geraken. Thans beschikt men over
2700 machines, doch volgens het in uitvoe
ring zijnde plan zal dit aantal in 1938 tot
4230 zijn opgevoerd. Het luchtleger bestaat
uit 31.251 man. De gewone luchtvaart wordt
onderhouden door 34 verschillende maat
schappijen. Amerika telt 81 fabrieken voor
vliegtuigen en 20 voor vliegtuigmotoren.
Engeland neemt met zijn 2050 vliegtuigen
slechts de zesde plaats in, doch zal in Maart
van dit jaar 2000 nieuwe machines ter be
schikking hebben. De groote achterstand van
Engeland zal vermoedelijk zeer binnenkort
in een voorsprong op de andere staten ver
anderd zijn. Het luchtleger is 50.400 man
sterk. Engeland telt vijftien luchtvaartmaat
schappijen, dertig vliegtuig- en zestien vlieg-
tuigmotorenfabrieken. De Engelsche machi
nes zijn van uitstekende hoedanigheid.
Japan heeft een luchtvloot van 2050 ma
chines met een luchtleger van 22.000 man.
Aan de uitbreiding wordt met snelheid ge
werkt.
Polen legt zIcE ïn den Iaatsten tïjd groote
offers op voor de zeer dringende uitbreiding
zijner luchtmacht. Aan het einde van 1936 be
stond de luchtvloot uit 1510 vliegtuigen,
waarvoor 14.300 geoefende manschappen aan
wezig waren.
Van de Kleine Entente moet Tsjecho-Slo-
wakije over 1398, Joego-Slavië over 940 en
Roemenië over 810 oorlogsvliegtuigen be
schikken. Zeer intensief wordt in deze staten
aan de uitbreiding en verbetering der lucht
vloot gewerkt, vooral in Tsjecho-Slowakije,
dat zijn land van alle zijden door de lucht
vloten der omringende landen bedreigd acht*
Uitvinders sterven arm en
miskend; tenminste zoo zegt
menmaar het is niet heele-
maal juist. Alleen werkelijk
groote uitvinders op tech
nisch gebied moeten meestal
tevergeefs tegen de domheid
van het publiek vechten, om.
de roem van de nakomelin
gen te oogsten. Kleine prac-
tische ontdekkingen brengen
reeds rijkdom tijdens het le
ven.
Met de geniale uitvinding van een nieuw
verkeersmiddel zou men tegenwoordig net
zoo min geld verdienen als destijds met de
ontdekking van de stoommachine of met
de scheepsschroef. Wanneer het U evenwel
zou gelukken een mes te construeeren, waar
mee men zich niet in de vinger kan snij
den, dan was U er. De man, die de veilig
heidsspeld uitvond, werd door deze inval
ontzettend rijk. En de uitvinder van de gil-
lette verwierf door deze ontdekking een
vermogen.
Uitvinder zijn is tegenwoordig een beroep
In alle wereldsteden zitten honderden uit
vinders en construeeren nieuwe aardappel
schillers, vuurvaste kooklepels en onbreek
bare tandenstokers. Zij leven er goed van
en lachen over de uitvinders van vroeger,
die het uiterlijk van de geheele wereld ver
anderden en zelf verhongerden. De moder
ne uitvinder brengt vaak tien nieuwe uit
vindingen per maand op de markt, is bij
zijn uitvinders-organisatie aangesloten, die
zijn belangen behartigt en laat de verkoop
van zijn uitvinding over aan de groote wa
renhuizen en de reizigers. Per dag worden
er ongeveer 1000 uitvindingen gedaan; 300
daarvan worden door een patent verzekerd.
Zoo worden in Amerika alleen per jaar on
geveer 20.000 patenten gegeven. De mensch
zou dus alle reden hebben om trotsch te
zijn, wanneer niet van al deze uitvindingen
er slechts 100 bruikbaar waren.
De uitvinder staart zich gemakkelijk op
één punt blind en vergeet, waarom hij eigen
lijk iets wil uitvinden, en daarom zoekt hij
er maar lustig op los, alleen om maar uit
te vinden. Maar omdat de octrooiraden niet
naar de beteekenis van de uitvinding, maar
alleen naar het nieuwe vragen, liggen er
in de archieven duizenden patenten, waar
naar geen haan kraait. Naderhand lijkt al
les ons zoo eenvoudig: de uitvinding van
de locomotief hing in de lucht, omdat men
ze machinaal wilde voortbewegen. Destijds
zochten de menschen evenwel in een lahy-
rinth van moeilijkheden, dat wij tegenwoor
dig gemakkelijk overzien; zij verloren het
doel uit het oog, terwijl wij het zeer duide
lijk vinden, en zoo werd bijv. in 1850 in En
geland de „impulsoria" uitgevonden. Deze
bestond uit een wagen, waarover een band
zonder einde over twee rollen liep. Over de
ze band liepen twee paarden, zonder vooruit
te komen, om de rollen in beweging te bren
gen; deze beweging werd weer overgebracht
op de raderen. Deze locomotief zou een
reeks wagons met een snelheid van 15 km.
per uur kunnen voortbewegen. Deze uitvin
ding had men werkelijk ernstig gemeend,
en dacht dat ze iets voor de toekomst be-
teekende. Men was er in ieder geval van
overtuigd, dat de „impulsoria" de trein zou
verdringen, omdat men dat een dwaze uit
vinding vond.
De wereld verkeerde destijds in een roes
van uitvindingen. Toen de slinger van Fou-
cault in het Panthéon van Parijs opgehan
gen werd, die de draaiing van de aarde aan
toonde, schreven de kranten, dat „de dames
met hun oogen draaiden en flauw vielen".
De heer Pétin dacht destijds, dat de men-
schelijke geest niet meer aan grenzen ge
bonden was en nam een patent op een reu
zen luchtschip, bestaande uit 6 ballonnen,
door een ijzeren omhulsel met elkaar ver
bonden.
Reusachtige zeilen dreven het monster
voort, op groote platformen konden 200 men
schen staan. Een nadeel had het luchtmon
ster: het kon slechts één richting varen,
Maar ook werkelijk knappe koppen hebben
moeite en tijd aan dwaze uitvindingen be
steed. De beroemde Faraday wilde een toe
stel ontdekken, dat de bewegingen van de
tafeldans zou opteekenen. Marey Momge,
een spoedig vergeten Piccard, wilde met een
ballon tot 12.000 meter hoogte opstijgen. De
Franschman Dupuis-Delcourt wilde aan
staaldraden op een hoogte van 5 K.m. kleine
electrisch geladen ballonnetjes ophangen,
die het land tot ver in de omstreken bescher
men zouden tegen bliksem en hagel. Voor
Frankrijk zou men slechts 600 ballons noo-
dig gehad hebben, maar de kosten van aan
leg zouden 17 millioen francs bedragen heb
ben. Een Duitscher meende in 1856, dat hij
het perpetuum mobile uitgevonden had. Het
was een horloge, dat steeds liep, zonder op
gewonden te worden Het wonderinstrument
werd gemaakt, maar baarde zulk een op
zien, dat de tegenstanders van den uitvin
der het vernielden.
Wie evenwel meent, dat de tech
nische vooruitgang van tegenwoor
dig de uitvinders verstandiger ge
maakt heeft, vergist zich, Bij een
van de octrooiraden bevindt zich
een uitvinding, die een schommel
stoel voorstelt, waarin een blaasbalg
zit Deze blaasbalg staat door een
slang met een stofzuiger in ver
binding. Op de teekening wordt
zeer gezellig voorgesteld, hoe de
heer des huizes in de schommelstoel
zit, zijn krantje leest en zijn sigaar
rookt, terwijl zijn vrouw de stof
zuiger over het kleed beweegt
In Londen werd een naaimachine ver
toond, waarbij de naaister door een druk
op de voetenplank uit te oefenen haar stoel
omhoog hief, en dan door haar eigen ge
wicht bij het naar beneden gaan de machine
in beweging bracht. Hierbij heeft de uit
vinder zeker gedacht, dat het ook wel eens
ingewikkeld mocht zijn, in plaats van een
voudig. In Philadelphia had een uitvin
der geen rust, omdat de wilde dieren in
de dierentuin in kooien opgesloten waren.
Daarom stelde hij voor, roode schijnwerpers
op de dieren te richten, inplaats ze in de
kooien op te sluiten. Omdat alle dieren bang
zijn voor vuur, zouden ze het ook niet wa
gen, langs de lampen te gaan. Gelukkig
heeft nog geen dierentuin de proef geno
men. In Parijs heeft een zekere heer Gas
ton Weyer een gramofoon uitgevonden, die
door een kleine turbine in beweging ge
bracht wordt, terwijl deze turbine weer
door de straal van de waterleiding bewogen
wordt!
Utvinden is tegenwoordig niet iets van
één keer, uitvinden kan men niet alleen
op gelukkige momenten, wanneer men
door de Muze der techniek beroerd wordt.
Heden ten dage vindt men systematisch
uit. De grootte van de uitvinding berust
daarom tegenwoordig niet op een of ande
ren geniale ingeving, maar op de geschikt
heid om vernuftig en in een rechte lijn te
denken. De geschiktheid om nieuwe combi
naties te bedenken, is bij den heer Gaston
Wever, die de watergramofoon constru
eerde, in niet geringer mate aanwezig dan
bij Edison. De beteekenis van Edison berust
evenwel daarop, dat hij bij zijn uitvinden
steeds naar de doelmatigheid vroeg, dat
hij deze vraag instinctief stelde en nooit uit
het oog verloor, en daardoor onderscheiden
de Edisons zich van de Weyers. Beide vin
den iets uit Maar eerst sedert den tijd van
Edison vraagt men van te voren: Wat?
Waarom? Waarvoor? -
De ecregarde van de Rexistenleldex *De-
grelle. De Jongelui dragen bezems als sym
bool van hun verlangen om den Staat van
partij-onrein te zuiveren.