De groote plannen met
het Geestmerambacht
nuis
Langendijk en omliggende ge
meenten wachten nu op de groote
dingen die komen zullen*
AKKERTJES
INGEZONDEN
Uit onze omgeving
Feuilleton
HET RAADSEL
Vijf jaar werk voor 1000 arbeiders! Zoo
omvangrijk zijn de werkzaamheden, die Ir.
Mcsu in zijn inleiding over de mogelijkheden
van verbetering in de economische toestand
in hot. G.A. schets-te ter uitvoering van zijn
ontwerp. Is zoo'n plan niet aanlokkelijk
Ongetwijfeld, want wie weet, wat hert. hertee-
kenrt, die arbeiders aan het werk te kunnen
zetten, en ze daardoor brood te geven, moet
onmiddellijk ooren en oogen wijd openzetten,
als hij iets dergelijks hoort, ontwikkelen. Het.
plan van Ir. Mesu is er een, zooals niemand
zich dit ongetwijfeld bad durven droomen.
F.r hoorde ook wel wat durf toe! De heer
Mesu moet bij het ontwerpen van het plan
ter genezing van den economischen toestand,
in het G. A. wel gedacht hebben aan het
spreekwoord: zachte heelmeesters, stinkende
wonden.
Wat een veranderde aanblik zou dat. nieu
we G.A. geven. Nu is het. een bonte menge
ling van land en slooten, land verdeeld in
akkers van de meest uiteenloopende lengte
en breedte, water van hetzelfde voorkomen.
Dan, als dat ontwerp eens werkelijkheid
werd, groote stukken land van ongeveer de
zelfde breedte, liggende in dezelfde richting,
gescheiden door breedere wateren, die nu op
veel grooteren afstand komen te liggen. Het
Üend. dat nu op verschillende plaatsen nogal
verschil in hoogte heeft, allee gelegen op het
zelfde niveau. Denk dan daarbij nu een
stel van sluizen en havens, dan ligt. het voor
die hand, dat het G. A. een gansch ander
voorkomen zal hebben.
Wat een werk', wat een arbeid! Al het
land op hetzelfde niveau, veel aarde, van de
akkers afgeiraven, gebruikt voor het vullen
van overtollige slooten, de broede slooten
iritgediept en do modder daarvan ook al
gebruikt om slooten te dempen en ten slotte
een 400 k 500 H.A. meer bouwland.
We kunnen in ons land met zijn wassende
bevolking nog wel wat grond gebruiken. Als
die niet te duur is, kan daar niemand wat
op tegen hebben. Dat die grond wel duur
der, veel duurder zal worden dan de waar
de, waarop de tegenwoordige akkers in het
G. A., gezien de prijzen, welke bij publieke
veilingen worden besteed, moeten worden
geschat, staat wel buiten kijf. Met de tegen
woordige toestanden moeten we ons echter
maar niet te veel bezighouden, we moeten
meer het. oog gericht houden op de toe-
Ikomst,
Het plan-Mesu is een fantastisch plan,
heeft, een van de sprekers gezegd. Maar
zonder fantasie immers geen weienschap!
Of deze uitspraak ook in de onderhavige
materie echter wel van toepassing is, wa
gen we toch wel eenigszins te betwijfelen.
Niettemin de poging tot saneering van
het G.A. is aangesneden. En zeer zeker aan
een 'heel andere zijde dan iedereen het had
vermoed. Fruitteelt komt nauwelijks in aan
merking. De zoo cnthousiastisch gepropa
geerde weg ZuidNoord kan voor de aan
liggende gronden van eenige beteekenis zijn,
van een voorwaarde sine qua non voor de
opheffing van het G. A. uit zijn economi
schen nood, is geen sprake, De kool- en
aardappelteelt moet men trachten te behou
den; voortgegaan moet worden met de in
tensieve bestrijding van de ziekten in de
gewassen en men moet niet doen, alsof
er voor den groven tuinbouw geen toekomst
meer is! Wat dat betreft, zou men kunnen
le' ;en, blijft alles zoo goed als bij het oude.
Aboonen en mais maken geen kans. Dit
rouwens ook wel te begrijpen uit de re-
raten van genomen proeven. Er zijn heel
I. streken in ons land, waar die cultuur
ds loonend zou zijn, als ze het in het G.
nog niet was.
Langendijk en omliggende gemeenten
wachten nu op de groote dingen, die in be
spreking zijn geweest. Het eerste daarvan
zal zijn de aanleg van een Proefpolder. Over
de plaats, waar die zal komein, was men hert.
op verre na -niet eens. Ir. Mesu had zich dien
gedacht aan de Oostzijde tussohen Langen
dijk en den Waarddijk dus. Menschen, die
plaatselijk beter georiënteerd zijn dan de
heer Mesu gaven de voorkeur aan den West
kant. De Oostzijde toch heeft een heele an
dere bodemstructuur dan de Westzijde, ter
wijl deze verreweg het grootste deel van het
G.A. omvat. Als de proef polder er komt, ge
ven we de Westzijde de kans.
Het is duidelijk en onmiddellijk te be
grijpen, dat de opgeworpen plannen in het
midden der belangstelling van de Langen-
dijker bevolking staan. Op vergaderingen
vormen ze een onderwerp van discussie, in
gewone gesprekken zijn ze het onderwerp
van den dag. Men leide daaruit niet af, dat
de belanghebbenden en belangstellenden er
veel in zien. Dat behoeft geen bevreemding.
Jarenlang tobben de tuinders om het
hoofd boven water te houden, lang is er pro
paganda gemaakt voor een andere cultuur
ter vervanging van de koolteelt, die, zooals
werd betoogd, px-actisch onmogelijk was ge
worden door de ziekten; een weg door het
G. A, van St. Panci*as naar Warmenhuizen
zou uitkomst biengcn, en zie daar komt men
nu met een zeer groot, opgezet plan, waarbij
de koolteelt intact blijft en aan den weg
slechts een beteekenis wordt gehecht van
zeer ondergeschikt belang. Menschen, die de
50 gepasseerd zijn en die tengevolge van de
crisis diep in den punt zitten en elk uur
van den dag uitzien naar een mogelijkheid
er weer wat bovenop te komen, zien hun
hoop op uitkomst, voor hen bij dit 'n of an
dere plan opgewekt, in rook vervliegen en
hen blijft het spook: oud en arm, vervolgen.
Tal van personen hebben wij over de op
geworpen plannen gesproken en hun mee
ning gevraagd over eventueele resultaten,
indien zij tot uitvoering kwamen. En tot on
zen spijt niet tot onze verwondering is
er niet iemand geweest, die er een oplossing
inzag van de moeilijkheden, welke men
reeds eenige jaren in het Geestimei>ambacht
dooi-maakt. Van een ommekeer in de cul
tuur is aigenlijk geen spx-ake. Fruitteelt
komt nauwelijks in aanmerking.
Een radicale uitroeiing van de koolziekten,
door dozc teelt naar andere streken over te
brengen, staat niet op het programma. In
tegendeel, men wil voortgaan met een in
tensieve bestrijding ervan door toepassing
van de middelen der wetenschap, doelmatige
bewerking van den grond, andere bemes-
tingswijze enz, In hoofdzaak blijft dus de
huidige tuinbouw intact zoodat rekening
wordt gehouden met de mogelijkheid van 't
mettertijd verkrijgen van voldoend afzetge
bied voor de producten van den Langendij-
ker tuinbouw. Wat de kostenr voor uitvoe-
Niet meer In itaat nog iele te
doen aan het vele werk, dat
te wachten ligt? Dan zullen
één of twee van die kleine
"AKKERTJES" snel en seker Uw
Nederfêndsch nare hoofdpijn verdrijven en
Product Uw geest weer helder maken!
Onschadelijk! 't Zijn ideale pijn
stillers bij Zenuwpijn, Kiespijn,
enx. Per 12 stuks slechts 52 cent.
Volgens recept von Apotheker Dumorrt
AKKER.CACHETS
ring van het plan zelf betreft, is men vrij
algemeen van oordeel, dat die te hoog zullen
worden in vergelijking van de haten, die er
tegenover zouden komen te staan. Ongetwij
feld- zou het ter bestrijding van de werkloos
heid een prachtig werkobject, zijn. Gerekend
wordt op een 'subsidie in de loonen aan 100
procent. Mooht echter blijken, dat bij een
nauwkeurig plan met begrooting de ■waarde
vermeerdering der gronden minder zal zijn
dAjn de totale kosten, venninderd met de
loonen dan zal, zoo zei Ir. Mesu, niet tot uit
voering der werken kunnen worden overge
gaan, tenzij een lichaam gevonden wordt, dat.
dit verschil in den vorm van subsidie
wenscht bij te passen. Algemeen wordt ge
vreesd, dat die waardevermeerdering niet zoo
groot, zal zijn en dat er geen lichaam dit
verschil in den vorm van subsidie zal bij
passen.
Om geen te groot risico te loopen zal men
nu een proefpolder, naar wordt meegedeeld,
worden aangelegd. Dit zal ook al een aardig
duitje kosten. De gemeenschap zal dit, echter
wel aandurven en men mag verwachten, dat
Ged. Staten wel middelen zullen weten te
vinden om dit uit te voeren. Er staan dus
wel groote dingen te gebeuren, doch heel
andere dan oorspronkelijk zijn gepropageerd.
De loop van zaken in dezen moge hun tot,
leering strekken, die op eenzijdige wijze plan
nen hebben gepropageerd, die als het vinden
van den steen der wijzen werden voorgesteld
en waarbij men zich niet heeft ontzien per
sonen als voorstanders te laten figureeren
die nooit hadden blijk gegeven met de plan
nen in te stemmen. Er zijn nu wetenschap
pen lij ke menschen aan het woord geweest
het. tegensrtelde van beunhazen dus en
uit wat wij van hen hebben te hooren ge
kregen is het nu duidelijk gebleken, dat zelfs
zij nog zoekende en tastende zijn en zich er
voorzichtig van onthouden voorstellingen te
wekken, dat zij met hun ontwerpen de op
lossing van het vraagstuk zouden hebben
gevonden.
OVER SOVJET-RUSLAND.
Bij het lezen van het artikel „Stalin-
Barbarisme" van H. ter Haar te Nieuwe
Niedorp, in Uw blad van 1 Febr. J.l. staat,
•men verbaasd over zulk een onzinnig ge-
kwansel.
Tegen dergelijke. m,i. gevaarlijk verdool
den is elke poging een juiste uiteenzetting
te geven omtrent het grootscïie gebeuren in
Sovjet-Rusland, wat zich dus op 1/6 der
aardoppervlakte ontwikkelt, totaal onbe
gonnen werk.
Het verzoek is dan ook niet aan Ter H.
bedoeld onderstaande regelen aandachtig
te willen lezen, doch gaarne zag ik dat op
recht denkenden, zij, die uit innerlijke aan
drang zoo gaarne een Vredige oplossing der
wereldcrisis wenschen, veel aandacht gin
gen schenken aan de prachtige eensgezinde
samenwerking van millioenen Sovjet-bur
gers. Het zinneloos geschrijf van t. H. ter
zijde leggend, zal ik eenige indrukken, eeni
ge feiten weergeven, hoe in Sovjet-Rusland
op de collectieve landbouwbedrijven wordt
gewerkt.
In November 1935: genoot ik het groote
voorrecht eenige weken in de S.U. te mo
gen reizen. We kwamen o.a. in de Ukraine
op een Kolchos, waar Duitsch de hoofdtaal
was. Zonder de anders onontbeerlijke tolk
bewoog ik mij gcruimen tijd tusschen tien
tallen leden der 4000 H.A. groote Kolehos.
Vol trots en tevredenheid, toonde de leider
van dit landbouwbedrijf ons een acte,
waarin vermeld, dat het bedrijf tot in
eeuwigheid aan hen en hunne nakomelin
gen dus, was toegewezen. Voor deze hon
derden werkers op dit bedrijf dus de volle
zekerheid, dat allo vlijt, alle productie-op
voering, alle bodemverbetering enz. hun
persoonlijk en tevens hun gemeenschap
pelijk belang was. Niemand der collccticf-
boeren loopt de kans, zoo hij zijn plicht
doet, ooit van zijn bedrijf, een deel van het
groote bedrijf wegens achterstallige huur
te worden verjaagd.
In meerdere vergaderingen van leden van
het Kolchos-bedrijf werden de belangen van
het bedrijf besproken. Door elk werkend
lid kunnen voorstellen wopden gedaan,
b.v. omtrent werkvorbetcring om hand- of
paardewerk door machines te laten doen.
Op genoemd bedrijf hadden ze 4 combines,
maaidorschers. en vele zelfbinders. Voor
oogst 1936 zou echter een vijfde combine
worden gekocht om zoodoende de oogst vlug
ger en voordeeliger binnen te lialcn, In
wintervergaderingen wordt na vele be
sprekingen waaraan allen deelnemen, jaar
lijks een werkprogram opgemaakt. De min
derheid in dergelijke vergaderingen, d.w.
z. een gering aantal Kolchosleden. die een
andere werkinrichting voorstelde, zooals
diepere bodembewerking, minder of meer
braak land, andere vruchtopvolging, an
dere machines enz., kunnen hunne op
vergadering afgewimpelde voorstellen in
dienen bij een z.g. centraal comité. Leden
van dit comité inspecteercn den gang van
zaken van een 20-tal Kolchozen en becri-
tiseeren tevens een en ander aan de hand
van het z.g. minderheidsvoorstel.
Blijkt nu dat hierin aangegeven meenin
gen voor het bedrijf beter waren geweest,
dan komt zoo'n minderheids voorstel hij het
volgend op te stellen werkpi'ogianx boven
aan op de agenda ter nadere bespreking.
De zuiverste vorm van democratie in het
land van z.g. dictatuur.
Het; onderwijs stond er op hoog peil. Er
was verder een groot clubhuis waarin een
bibliotheek met honderden boeken.
Vorig jaar was een badhuis gebouwd, over
het bouwen van een tweede werd onder
handeld.
Het kerkbezoek, het waren meest doopsge
zinden, was volkomen vrij en werd door
niets en niemand belet. Ook de menschen
die wij in hunne woningen een bezoek
brachten waren vriendelijk en opgewekt
en vol lof over do leiding vanuit Moskou.
Ze verklaarden ons, ei*van verzekerd te zijn
een schitterende toekomst tegemoet te gaan,
de zorg wat moeten onze kinderen worden
konden ze niet.
Dit is een korte weergave van groote te
vredenheid van een groep van eenige hon
derden kolchoswerkers en zoo zijn er tien
tallen millioenen Sowjet-burgers die onom
wonden steeds hunne oprechten dank be
tuigen aan een staf bekwame leiders in
Moskou, waaronder ook de door Ter Haar
zoo gehate Slalin.
De x'egeerders der S.A. onder leiding van
Stalin zijn er steeds op uit alle opi-echte
Sowjet-burgers meer deelachtig te doen
woi'den van de wei'kveidichfende en le-
venspeilverhoogende uitvindingen der
techniek.
Indien dan in dat land bij zijn grootsche
opbouw dat ook door intellectueelen buiten
de socialistische beweging om steeds meer
wordt erkend, door een groep dwazen
wordt getracht een door millioenen gewaar
deerde leiding te ondermijnen, dan is het
verklaarbaar dat een volk wiens ouders
grootouders en verder steeds als 't vroeg om
en voor betere levcnsvooi-waarden streed
met de doodstraf werd bedreigd en bestraft,
ook nu voor de lage karaktei-s in het j.l,
proces de zwaarste straf heeft geëischt.
Met dank voor de plaatsing.
H. VAN ZIJL,
Hippolytushoef.
(Wij sluiten hierbij de discussie tusschen
Stalinisten en Trotskiïsten, daar het stand
punt thans van twee kanten voldoende is
belicht. Red. Sch. Crt.)
WARMENHUIZEN
Burgerl. stand over de maand
Februari 1937.
Geboren: Nolet, Jozef Aloysius, z. v. H. No-
let en J. W. M. de Rijk; Biersteker, Pietertje
Cornelia, d. v. A. Biersteker en C. L. Strijbis.
Jonker, Quirinus Johannes, z. v. C. Jonker
en M. E. Louter. Groot, Petrus Cornelis, z.
v. J Groot en A. Put.
Overleden: Johanna Beukex'S, oud 71 jaar,
echtgenoote van P. v. d. Berg.
Ondeiirouwd: Franciscus Maria Konincks,
oud 27 jaar, onderwijzer, wonende te Haren
karspel en Wilhelmina Anna Maria Krom,
oud 27 jaar, onderwijzeres, wonende te War
menhuizen. Anton Dekker, oud 26 jaar, tuin
bouwer, wonende alhier en Anna Petronella
de Groot, oud 27 jaar, zonder beroep, wonen
de alhier.
Getrouwd: Anton Dekker, en Anna Pe
tronella de Groot.
HARENKARSPEL
WAARLAND
L.T.B..
In de vergaderzaal van den heer W. Dek
ker hield de Tuindersbond Harenkarspel
(Oost) haar jaarvergadering. Voorzitter
opende de vergadering op de gebruikelijke
wijze, en heet allen welkom.
Uit het keurig verzorgde jaarvex-slag bleek
dat onze vei'eeniging 128 leden telt.»En uit
het financieele verslag bleek een saldo te
zijn van f 113.70 war de vei'gadei'ing zeer
over te vreden was.
De heer Iloebe deelde mede dat er een
groote oneeniglieid bestaat onder de leden,
aangaande de contributie regeling, er zijn
leden zegt spr. die de volle contributie wel
kunnen maar zeker niet willen betalen. Als
dit zoo door zal gaan zullen verschillende
leden bedanken.
De voorzitter was dit met spr. eens, en
deelde dan ook mede dat er andere maatre
gelen zullen worden genomen.
De heer Groot was van meening de
contributie in tweeën te innen, en zij die
dan niet hebben betaald te schrappen als
lid. Na deze werden nog verschillende vra
gen behandeld.
Voordat men overging tot de bestuursver
kiezing vroeg de heer C. Bakker, of de
heer J. Zutt nog hei'kicsbaar is daar deze
geen bouwer meer is. Voorzitter deelde me
de dat dit slecht was uit te maken en dat
de vergadering daarover het best kan
oordeelen.
De aftredende bestuursleden J. Zutt en
Adm. Brit in, wci'den herkozen.
Bij de N.M.B. zal een voorstel worden in
gediend, voor het aanbrengen van een Golf
breker in 't Waardje.
De heer C. Bakker was van meening met
dit voorstel niet te wachten tot de vergade
ring van de N.M.B. daar dit 1e laat zal zijn
en de werkzaamheden in en bij 't Waardje
zijn afgeloopen. Van dit voorstel zal dan
ook eerder werk van worden gemaakt.
Voorzitter stelde dan ook nog voor om eerst
nog een paar andere vereenigingen aan te
doen, en dan gezamenlijk, maar tochv af
zonderlijk dit voorstel in te dienen. Ook zal
er een voorstel worden ingediend om de
koolbouw buitenom zooveel mogelijk in te
krimpen.
Vervolgens nog enkele bijzonderheden, die
bij het Bestuur van den N.M.B. ter sprake
zullen komen.
De heeren Jb. Hoebe, J. Zutt Sr., C. Bak
ker en W. Dekker Azn. werden benoemd tot
afgevaardigden voor de N.M.B. en tot plaa-
vervangers Jac. Morsink en J. Schuijt.
Daarna rondvraag en sluiting.
'ANNA PAULOWNA
Loop der bevolking.
Ingekomen: G. Hijman van Oost- en West-
Souburg; L. J. Pols van Den Helder; A*
G. van Zandwijk van Hilversum; mej. M.
Schenner van Castricunu
Vertrokken: J. Woudenberg naar Alk
maar.
Burgerlijke stand.
Geboren: Leendert, z. v. H. Bouwman en
H. Philippo; Annie, d. v. A. Bakker en D.
Wijn; Hendrikje, d. v. L. Kalter en C. Gil
let; Hijltje, d. v. J. Bos en A. Nijenhuis; Al-
bertus Johannes Cornelis, z. v. E. Komen en'
C. Jonker; Gilles, z. v. J. van Dalen en C.
Dorrepaal; Anna Maria, d. v. J. Mosch en
J. M. van Dijk; Wilhelmina Gcertruida, d.
v. L. Kortêkaas en A. C. Romijn; Nicolaas
Alle Jacobus, z. v. J. N. Veenis en A. F.
Klaver; Elisabeth Mathilda Johanna, d. v.
P. G. Teeuwen en II. B. M. van de Bilt}
Lamtfértus Jan, z. v. M. Koster en N. de
Leeuw; Jan, z. v. W. Hoep en A. Wal; Ja
cobus Cornelis, z. v. J. J. de Vries en C.
Zwirs; Leonardus Franciscus Louis, z. v«
J. J. A. Veri'esen en M. H. van den Berg.
Overleden: D. Stammes, oud 51 j.; P. Kos-
sen, oud 68 j.
Bouwvergunning.
B. en W. verleenden aan J. de Graaf ver
gunning tot den bouw van een woonhuis
aan den Lagedijk.
Vacature in den Raad.
Door vertrek van den heer C. v. d. Ploeg,
die zich als propagandist van den R.K. Land-
arbeidersbond in Haarlem gaat vestigen,
ontslaat een vacature in den gemeenteraad.
Zijn opvolger op de lijst van de R.K. Staats-
pai-tij is de heer J. v. d. Berg Az.
VAN HET
ONBEWOONBARE TT
Naar het Engelsch bewerkt door
THEA BLOEMERS
e)
„O, mijnheer Forsham", protesteei*de ze,
„hoe kunt u met zulke dingen spotten? Me
vrouw Grey, u zult het wel met mij eens. Wij
vrouwen zijn niet zoo nuchter en Bpotziek als
mannen. U bent natuurlijk niet zenuwachtig,
anders was u hier niet komen wonen, hè Toe,
vertelt u me eens, hebt u iets gezien?"
Amabel lachte en schudde het hoofd.
„Of..." fluisterde ze, „gehoord. Ze zeggen...
o, allerlei nonsens en natuurlijk... dat er vleu
gels klappen, en dat er iets roept 's nachts."
Ze huiverde en sprong op. „Ik had er niet
ovor moeten praten, ik maak u misschien
angstigen nu durf ik niet alleen weg in 't don-
kor. Mijnheer Bronson zou me komen halen,
maar hij schijnt het te vergeten."
Met een smeekend gebaar wendde ze zich
tot Juüan.
„O, mijnheer Forsham, wilt u me niet de
laan uitbrengen? 't Is zoo donker en als ik
wat zag... Ik ben lang niet zoo dapper als
mevrouw Grey".
Het draaide er natuurlijk op uit, dat Julian
meeliep tot aan het kasteel; onderweg vernam
hij dat Edward Berkeley „raar" gevonden
werd; dat de dokter zoo héél snel aftakelde;
en dat sommige menschen zeiden maar dat
was natuurlijk niet waar dat mijnheer
Bronson dronk.
Tien minuten nadat Julian en mevrouw
Klng vertrokken waren, kwam Jenny den
heer Bronson aandienen. Hij keek verbaasd,
dat zijn gast niet op hem gewacht had. Ama
bel vond, dat het kasteel een slechteren huur
der getroffen kon hebben. Hij had goede ma
nieren en een prettige stem. Hij was een
forsche man, ver in de veertig, met een glad
geschoren, bleek gezicht en lichtgrijze oogen.
Hij bleef een kwartiertje praten, hoopte, dat
het mevrouw Grey bevallen zou, dat ze het
huis niet te vochtig zou vinden of zoo en
ging toen heen. Jenny sloop binnen om de
thee af te ruimen.
HOOFDSTUK VI.
Dien avond iat Aambei te lezen, toen Ellen
het avondeten blnenbracht. Ze keek op, en
wat zy zag deed haar verschrikt opspringen.
Ellen leunde tegen den muur, het blad ge
vaarlijk schuin houdend en haar gezicht...
Amabel bracht het blad in veiligheid en
duwde Ellen op een stoel.
„O mevrouw, doet u de deur dicht!" zei ze
met witte lippen. „O mevrouw!" Ze barstte
bi snikken uit.
Amabel liet haar uithuilen en gaf haar een
glas water.
,,'t Was achter me, toen ik de trap af
kwam" klonk het snikkend, „en ik heb het
blad niet eens laten vallen. Ik weet zelf niet
hoe ik het nog heb kunnen vasthouden."
„Dat is kranig van je", prees Amabel, maar
haar stem klonk vast en opgewekt.
„Ik haalde een blad," begon Ellen, „en toen
Ik bij de Browr.'s langs kwam, riep ik Jenny
en ze zei: „Ja, dag hoor!" Halverwege de
trap dacht ik, dat ik Jenny achter me aan
hoorde komen. Ik bleef staan en vroeg: „Ben
jij 't Jenny?" Maar ik wi6t opeens, dat het
Jenny niet was. Toen ben ik hard naar boven
geloopen, en ik hoorde 't achter me aankomen,
maar ik dorst niet om te kijken."
„Misschien is 't Jenny toch geweest," ver
onderstelde Amabel.
,,'t Wks geen mensch," verklaarde Ellen
beslist.
Amabel deed de deur open en keek de
gang in. Er was niet te zien. Vervolgens liep
zij naar de trap en keek naar beneden. Er was
niets ongewoons te bespeuren. Zij ging naar
haar kamer terug en toen zij de deur dicht
deed, hoorde ze zwak het miauwen van een
kat.
Z|j gebruikte het avondeten met Ellen sa
men en het blad Heten ze staan tot den vol
genden morgen. Toen ze naar bed gingen,
zette Amabel de deur tusschen de beide slaap
kamers op enen plaatste er een stoel tegen,
om haar in denzelfden stand te houden. Juist
toen ze in bed wilden stappen, hoorde ze iets
tegen de voordeur bonzen.
Aanstonds kwam Ellen de kamer in en
greep Amabel krampachtig bij den arm.
„O, mevrouw, gaat u niet naar beneden!"
riep ze.
„Maar Ellen!"
Het geluid kwam weer met zwakke stooten
en daarop volgde een huilend gebrom. Ellen's
greep werd vasten. „O, gaat u niet, gaat u
niet..."
„Maar als 't Marmaduke is..."
,,'t Is Marmaduke niet," wiep Ellen tegen.
„U gaat niet. Het is geen natuurlijk wezen.
Als 't Marmaduka was, zou hij blaffen en niet
zoo griezelig kermen..."
„Hij kan wel ziek zijn," meende Amabel.
Zjj luisterden beiden in roerlooze afwachting.
Er ging een minuut voorbij en Ellen's vingers
ontspanden zich toen was er opnieuw een
bons tegen de deur, gevolgd door een zwak ge
kreun.
Amabel sprong op.
„Ellen, ik moet naar beneden. Wie weet wat
't dier heeft. Neen, zeg maar niets meer..."
Zij was de gang in vóór de dienstbode haar
kon tegenhouden ett Ellen volgde haar. Bij de
deur stonden ze even stil, toen draaide Amabel
met een ruk den sleutel om. Zij was van plan
de deur maar een paar centimeters te openen,
maar die zwaaide vanzelf open alsof iemand
er met kracht tegenaan duwde. „Duke, ben je
daar?" begon ze, maar ze bracht de woorden
nauwelijks ten einde, want meteen floepten alle
lichten uit. Ze hoorde Ellen gillen. Toen streek
er in het donker iets langs haar en de deur
sloeg dicht. Weer was er „iets" en nu raakte
het haar asm; terwijl de dienstbode tegen haar
aanviel, scheen het mauwen van een kat te
weerklinken.
Met moeite kreeg Amabel Ellen naar boven.
Het mauwen bleef voortduren. Amabel had
maar één gedachte: zij wilde in haar kamer
z\jn, in het licht. Het licht ging onmiddellijk
aan en het eerste, wat ze opmerkte, was een
ongewoon ding: midden in de kamer lag een
stoel. Amabel keek verder rond en zag, dat
de tusschendeur dicht was.
Toen Ellen van den schok bekomen was,
droegen ze haar matras en dekens naar de
andere kamer, en na beide deuren gesloten te
hebben, brachten de twee vrouwen samen den
nacht door.
Den volgenden morgen na het ontbijt stelde
Ellen schreiend haar ultimatum.
„Als 't nog een gewoon spook geweest was",
betoogde ze, „had ik 't wel aangedurfd. Mijn
tante Ellen is huishoudster geweest in een
huis, waar 't ook spookte. Daar liep wei eens
een dame rond, in haar nachtjapon, met han
gend haar. Dat was tenminste een menscheiyk
spook, en 't deed niemand wat. Ma&r dat ge
krabbel en gehuil en gebons en gemauw en die
voetstappen als er niemand is, dat noem ik
geen natuur meer. O, mevrouw, u blijft tocH
zeker hier niet?"
Amabel, die zeer bleek was, keek haar oude
dienstbode aan...
„Ik moet blijven, Ellen", zei ze. „Maar jij
hoeft niet."
Ellen verborg haar gezicht in een grooten
zakdoek en door verstikte snikken heen be
zwoer ze, dat, al zou ze voor mevrouw door
het vuur gaan, ze zooiets als vannacht niet
nogmaals kon doorleven.
„Ik eisch dat ook niet van je," zei Amabel.
„Je gaat maar weer naar huis. De nieuwe be
woonster, miss Lee, zal je wat graag hebben.
Amabel wou niet toestaan, dat ze een kamer
in het dorp nam en iederen dag kwam, zooals
Ellen voorstelde. Dat zou maar nieuw voedsel
aan ae oude geruchten gegeven hebben. De
oude gedienstige bleef schreien en Amabel
voelde zich nog gedrukt, toen ze het rijtuig
met Ellen de laan uit zag rijden. Toen het uit
het gezicht verdweenen was, kwam er een
telegrambesteller aanfietsen.
Zenuwachtig nam ze de enveloppe aan. Wat
kon dat zijn? Toen las ze tot haar verlich
ting: „Marmaduke hier komen aanloopen. Zal
ik hem houden? Lee."
„Antwoord, mevrouw?" vroeg de jongen.
„Ja", zei Amabel.
Ze schreef: „Houd Marmaduke alstublieft"
en peinzend keek ze den wegrijdenden jon
gen na.
(Wordt vervolgd.)