Rockefellers strijd om een eeuw Uitvoerverbod van Europeesche vrouwen noodzakelijk Hakenkruisvlag vernield Het Prinselijk Paar ter stemming Auto tegen boom gereden Donderdag 27 Mei 1937 Dèrde blad Drie dingen uit het leven van den gestorven oliekoning: zijn hartewensch, zijn grootste angst en zijn mildheid. Hockefellers grootste wensch, een eeuw op aarde te mogen doorbren gen, is niet in vervulling gegaan! „Ik heb slechts één wensch", zei John. D. op zijn 97-ste verjaardag tegen zijn fami lieleden, „Ik wil namelijk 100 jaar oud wor den!" En nadat hij zijn erfgenamen eens aangekeken had, voegde hij erbij: „Jelui moet dus nog drie jaar geduld hebben, want voor mij zou het een heerlijk gevoel zijn, een eeuw lang op deze aarde doorgebracht te hebben". De aanwezige familieleden de den net of zij deze ironische opmerking niet hoorden en brachten een dronk uit op den ouden man, waarbij zij den wensch uitspra ken, dat hij inderdaad 100 jaar mocht wor den. Het heeft echter niet zoo mogen zijn. John Davison Rockefeller, die 8 Juli a.s. 98 jaar had willen worden, is thans, slechts enkele maanden voor dien datum, aan hart zwakte overleden. Het Is merkwaardig, dat deze schatrijke man den grootsten angst koesterde, op zijn ouden dag nog eens straatarm te worden. Zoo maakte hij iederen dag een ritje in zijn auto. Nog niet zoo heel lang geleden be loonde hij den chauffeur na zulk een rit met een halve dollar fooi, waarbij hij hem dan steeds op het hart drukte, het geld niet te verkwisten! In den laatsten tijd kon hij dat bedrag niet moer missen. Men had hem namelijk verteld, dat tengevolge van eenige ongelukkige financieele manipulaties een paar milliocn verloren waren gegaan, zoodat bij nog slechts over een kapitaal van 800.000.000 dollar kon beschikken. Gedurende zijn leven is Rockefeller over stroomd met een vloed van haat en naijver hij werd gesmaad en vervolgd, terwijl ande ren om'het hardst zijn eenvoud, zijn goed heid, zijn medelijden en zijn idealistische le vensbeschouwing roemden! Wie jokte wie heeft, er gelijk gehad? Het is moeilijk te zeg gen, maar hoe het ook zij, Rockefeller beeft in zijn leven fantastische sommen besteed aan bet oprichten van instituten, waar de menschheid van haar lijden bevrijd wordt. Ziekenhuizen, sanatoria en ook tal van we tenschappelijke instellingen verrezen in zijn naam, werden voor zijn rekening gebouwd. Op vele wijzen heeft, hij getracht, het so ciale leven en leed te helpen verzachten. Op dezelfde wijze, waarop hij de geweldige Standard Oil Company grondvestte, schiep hij een voortreffelijke steunorganisatie, die een voorbeeld is van organisatie-talent. Een speciaal bureau heeft.'niets te 'dóen, dan aue verzoekbrieven, die iederen dag binnenko men, te lezen en te 'ziften. Viervijfde van deze brieven zijn, zooals Rockefeller zelf m zijn mémoires schreef, in den regel verzoe ken van particulieren aard. De Chineesche priesters en de Amerika ansche olie. Men mag dan ook de veelaan- gevochten persoonlijkheid van Rocke feller beoordeelen. zooals men wil: in ieder geval was hij een organisa torisch genie, een reclamevakman van het grootste formaat, een enor me psycholoog, die wist. hoe hij door buitengewoon handig inge- kleede propaganda-veldtochten. de belangstelling der massa moest wekken en wakker houden. Maar ook van zuiver-commercieel stand punt uit bezien, was hij een der beste kooplieden ter wereld. Zeer interessant en belangwekkend was de wijze, waarop bijvoorbeeld het reusach tige land China voor de petroleum van de Standard Oil Company werd gewonnen. Een gigantische verovcringsvcldtocht werd tot in de kleinste bijzonderheden uitge werkt; hoewel de strijd in het begin hope loos scheen, omdat de Chineesche priesters zich uit alle macht tegen de Amerikaan- sche petroleum verweerden, wist Rocke feller toch steeds meer terrein te winnen. Hij construeerde een goedkoope, doelmatige lamp, die de stinkende en walmende Chineesche lampen verving. Millioenen-Iilantropie. Over zijn mildheid kunnen we nog het volgende mededeelen: In het begin van 1930 had Rockefeller het fantastische be drag van 775 milliocn dollar aan inrichtin gen van onderwijs, wetenschap en maat schappelijk werk besteed. Zijn bekendste stichting is wel het Rockefeller Instituut te New York, voor Medische en Biologische onderzoekingen, gebouwd in 1909 en geheel en al door hem bekostigd. Voorts schonk hij nog 50 millioen dollar aan den General Board of Education te Washington, terwijl bijvoorbeeld ook de universiteit te Chicago op hem kon steunen. De zending van de Baptisten, van welke gemeenschap John D. lid was, heeft in den loop der jaren eveneens belangrijke giften van hem mo gen ontvangen. Voor Rockefeller werd een spe ciale krant gedrukt! De laatste jaren van zijn leven bracht Rockefeller zeer rustig door. Voortdurend stond hij onder medisch toezicht, terwijl hij zich aan een streng diëet moest onder werpen. Voor de spoit interesseerde hij zich nog het meest. Hii was een enthousiast golfspeler. en als zijn ouderdomskwaaltjes hem niet in bed deden blijven, stond hij het liefst op het golf veld. Na zijn ontbijt, dat slechts uit een glas melk en een vrucht mocht bestaan, maakte hij meestal een wandeling in het uitgestrekte park rond zijn huis. Vervolgens werd met zijn secre taris de post behandeld, terwijl hij ook steeds do krant wilde lezen, want ondanks zijn hoogen ouderdom interesseerde bij zich nog levendig voor alles, wat er in de we reld gebeurde. De echte New York-Times mocht, hij evenwel niet lezen, daar het. een of andere bericht hem zou heb ben kunnen hinderen. Sedert jaren liet men daarom voor hem een aparte krant drukken, waarin mc- dedeelingen over een ideale wereld gedaan werden. ..De gouden tijd was aangebroken! De crisis was' al lang voorbij! Er waren geen work- loozen meer. allo arbeiders hadden een eigen aulo en villa! Over bewa pening dacht niemand -moor. -Da staatslieden overtroffen elkaar in het betuigen van vredelievendheid". Dit alles werd gedaan om den ouden man nog zoo lang mogelijk in het leven te houden, om hem de gelegenheid te geven, honderd jaar oud te worden; het heeft echter niet mogen baten. Dit leven, dat eigenlijk één aaneenschakeling van sprook jesachtige successen is geweest, is thans afgelotcn. Zij wachtten in de file als ge wonemenschen. Reeds vroeg in den morgen hebben Prin ses Juliana en Prins Bernhard hun stem plicht, in het gymnastieklokaal van het Baarnsche Lyceum, vervuld. Tc 8.50 uur kwamen zij, gezeten in een tweepersoons groene auto, voor het stembureau aan, waar zij zich in de file wachtenden begaven om hun beurt af te wachten, hetgeen circa vijf minuten in beslag nam. Het publiek wilde hel Prinselijk Paar voor laten gaan, doch dit werd door de Prinses van de hand gewe zen. Als gewone vicnschen hebben Prinses en Prins gestemd. Een bijzondere notitie werd van hen niét genomen. Slechts bij bet vertrek ging een gejuich op, voornamelijk van de Lyceum- leerlingen, want publiek was er niet veel aanwezig. INGANG VAN DE WERELDTENTOONSTELLING TE PARIJS. In de Oriënt verminderen zij de invloed van het Westen Een Turkin schrijft Hollandsche minnebrieven Bagdad. In Mei. Als men van Teheran te Bagdad komt is het eerste, wat opvalt het drukke leven, dc handel en beweging. Teheran is rustig, ccnigszins slaperig; te Bagdad schijnt ieder een haast te hebben. In Iran is dc staat vrijwel de eenige, die groote werken aan durft; in Irak wordt van overheidswege langzamer en met meer overleg gewerkt, doch particulieren toonen er meer onder nemingsgeest, wat verklaarbaar is. In Iran heeft de overheid vele groote bedrijven en ondernemingen tot monopolies gemaakt; in Irak zijn handel en verkeer vrij gelaten, wat de ontwikkeling van het land zeer ten goede komt. Sedert ik een kleine vier jaar geleden voor het eerst te Bagdad kwam, zijn er niet min der dan drie groote hotels verrezen, hotels, waarvan elke kamer een eigen badkamer heeft. Eenige prachtige cinema-paleizen zijn gebouwd en trekken avond aan avond volle zalen. Nieuwe moderne wijken zijn verrezen temidden van palmenaannlnntingcn, maar over den broeden Tigrus liggen nog immer dc twee schipbruggen, welke vrij smal zijn. Met den bouw van een nieuwo vaste brug zal worden begonnen, doch reeds long zijn werken in uitvoering, wnardoor de bevloei ing van zeer groote streken zal worden ver beterd en de oppervlakte bebouwbare grond aanmerkelijk zal worden uitgebreid. Men heeft er niet kunstmatig met staatsgelden een industrie, groote fabrieken, in het leven geroepen, waarvoor men noch dc noodigc grondstoffen, noch het noodigc technische personeel heeft in het land. Men bouwt er stelselmatig van onder-op zonder overdrij ving en is er begonnen bij het begin. Tot voor korten tijd, enkele jaren geleden, was Bagdad feitelijk alleen een „werkstad", waar niemand aan afleiding scheen te denken. Behalve eenige kleine, onaanzienlijke cine ma's was er alleen één Arabisch café-concert waar Arabische vrouwen dansten en zon gen, begeleid door een klein Arabisch or kestje, waar van de voornaamste instrumen ten een soort trommels en tamboerijnen waren. Europeanen kwamen daar zoo goed als niet, al hen ik er dikwijls heen ge gaan, voornamelijk aangetrokken door die vreemde Arabische muziek met steeds we der dat verontrustende rythme. Dat Arabi sche cabaret is er nog. Van het hoogste ter ras van mijn hotel aan den Tigrus kan ik er juist op neder zien en alles aanschou wen en hooren, want de voorstelling wordt er thans, in den zomertijd, gegeven op een plat dak, waar de bezoekers ook nog eenige koelte vinden. Thans zijn er in Bagdad echter ook eenige „Europeesche" cabarets bijgekomen, natuur lijk ook in de vrije lucht. Het programma bestaat Pt* uit een of twee acrobatische num mers eu voor de rest uit „danseressen", meest Hongarinnen, Iialiaanschen en Griek- schen, die niet alleen dc verplichting heb ben vóór het publiek te dansen, maar ook met het publick te dansen en de bezoekers aan te moedigen tot het drinken van een heel dure en onwaarschijnlijk slechte cham pagne. In deze cabarets ziet men ook Bedocï'ncn, die trouwhartige woestijnbewoners, komen cn ccnigszins verbaasd toekijken. Nog altijd zijn wij, Europeanen, voor den gchcelen Oriënt, met uit zondering van Japan misschien, de „leermeesters", dc „opvoeders" cn ik geloof niet, dat dit optreden van Europeesche vrouwen cn meisjes iit deze landen cn onder dergelijke om standigheden ertoe kan bijdragen het respect voor en den invloed van dc Europeanen te verhoogen. Een internationaal verdrag waarbij aan dezen „uitvoer" van Europeesche vrouwen cn meisjes naar den Oriënt een einde wordt gemaakt, zou uit zedelijkheids- cn politicko en practi- sche overwegingen ten zeerste ge- wenscht zijn. Op een zonderlinge wijze hen ik van een dier dansende nvniphen zooiets als een „vortrouwciisinan" of „geheim-secretaris" geworden. Ik was nog geen drie dagen te Bagdad, toen op een middag, dat ik ijverig op mijn schrijfmachine zat. te tikken, de kellner me kwam vertellen, dat twee dames me wcnsch- tcn te spreken. Verbaasd keek ik op en vroeg: „Dames? Wat zijn dat in 's hemels naam voor dames?" „Dc oen," zoo zcide dc kellner, „Is een Turksche, de ander een Europeesche. De Turkin weent cn de ander troost hnnr. Ze hebben gehoord, dat hier in het hotel een journalist woont en ze wilden u spreken." Ik vond geen reden dat te weigeren cn weldra traden er in mijn kamer twee eenigs- zins opzichtig gckleede jonge dames, de eene een jonge Turkin, die niet meer dan twaalf of twintig woorden Fransch kende, en de ander een eveneens jeugdige Hongarin, die tamelijk vlot ook Turksch cn Fransch sprak. De Turkin weende tranen met tuiten, de Hongarin klopte haar nu en dan bemoedi gend op den rug en sprak troostende woor den. Ik kon niet in het minst vermoeden, waar aan ik dat zonderlinge bezoek te danken had. De Hongarin begon mij de vraag te stellen of het waar was. dat ik Nedcrlandsch kende. Op mijn bevestigend antwoord vertelde de Hongarin me, dat er te Bagdad tot voor korton tijd een Nedcrlandsch acrobaat had gewerkt en do Nederlander cn dc Turkin waren verliefd op elkander geworden. Nu was de Nederlander naar Damnscus ver trokken en daarover was de Turkin dood ongelukkig. Dc Nederlander kende slechts weinige woorden Fransch en zou in het Duitsch schrijven, doch dat kende noch de Turkin, noch de Hongarin. En nu kwamen ze mij vragen of ik niet een liefdesbrief in het Nederlandsch wilde schrijven. Wat moest, ik doen tegenover de "kleine weeneude Turkin, over wier wangen onop houdelijk" tranen stroomden? Ik heb geant woord, dat de beiden tezamen een brief in hot Fransch móesten opstellen en dat ik dien dan wel in het Nederlandsch zou ver talen. Op deze woorden kreeg de kleine Turkin weder moed jn het leven en den volgenden middag warén dc twee weder terug met een hulpeloos in het Fransch geschreven brief. Dc kleine Turkin liet mij echter door haar Hongaarsche vriendin vragen of ik er „een mooicn brief" van wilde maken. Dat heb ik gedaan en toen ik dien „mooien brief" in liet Fransch had voorgelezen en de Honga rin hem in hot Turksch had vertaald, heeft de kleine Turkin weder geweend, maar nu' van blijdschap. De Turkin en de Hongarin hebben me bewonderend aangekeken en de Hongarin verklaarde: „Ja, dat is nu werke lijk een mooie brief." Drie dagen later reeds was er antwoord van den Ncderlandschen acrobaat, een brief dien ik in het Fransch voorlas, waarop de Hongarin hem vertaalde in het Turksch. Dadelijk moest ik weder een brief schrijven» die weder grooton indruk maakte. Ik begin te gcloovcn, dat ik een bijzonder talent heb voor liefdesbrieven. Het grappige is, dat ook de acrobaat te Darnascus diep onder den indruk schijnt te zijn van de brieven, want er zijn er reeds meerdere van hem gekomen. Hij wil evenwel weten, hoe de Turkin plotseling zulke roerende brieven in het Nederlandsch kan schrijven, doch daarop geef ik geen antwoord. De arme jon gen kan niet vermoeden, dat deze „mooie brieven" niet geschreven zijn door een aardi ge kleine Turkin, maar door een journalist., die zijn eerste jeugd al ver achter zich en zelfs een begin van een bierbuik heeft De acrobaat meent het werkelijk ernstig cn in zijn laatste brief heeft hij verteld, dat hij onderhandelt over een contract in Egyp te, maar dat hij ook een aanbieding heeft uit Stamboel. Hij stelt echter als voorwaar de, dat ook do Turkin geëngageerd wordt en vol vertrouwen deelde hij mede: „Over twee maanden zijn we tezamen, hetzij in Egypte, hetzij in Stamboel cn dan trouwen we." De kleine Turkin is dol-gclukkig. Een journalist mag niet eenzijdig zijn In zijn kennissen en zoo heb ik hier als kame raad, met wien ik eiken dag twee maal sa men eet, een Griekschen generaal, die geen Engelsch, de hier het meest gesproken Euro peesche taal, kent cn blijde is iemand gevon den te hebben, met wien hij Fransch kan praten. Deze Gricksohe generaal vertoeft te Bagdad om achtduizend muildieren in te koopen voor de Grieksche borgartilleric. Vier oorlogen maakte hij mede en aan stof tot ge sprek ontbreekt het ons niet. Als alle Grie ken heeft de genernal den ouden grooten tijd van zijn vaderland nog niet vergeten en een dezer avonden, toon we nog laat koffie dronken op het terras van ons hotel aan den oever van den Tigrus, zeide de ge neraal: „Ook hier zijn de Grieken eenmaal geweest en als hij daarginds (en hij wees in de richting waar Babvlon moest liggen) dc groote Alexnnder, niet zoo jong. drie-en- dertig jaar oud, gestorven was, dan zou de wereldgeschiedenis er geheel anders hebben uitgezien." De generaal zuchtte, maar de niAchtlge ri vier aan onze voeten stroomde onbewogen verder. Zij heeft er zoo vele gezien in den loop van tientallen eeuwen: Sumerianen, Assvriërs, Chaldeeërs, Perzen, Grieken, Ro meinen, Arabieren, Engelschen. Beschavin gen hebben hier gebloeid en zijn ten onder gegaan, maar deze machtige rivier zal hier nog stroomen als ook onze beschaving ver- zonkcu zal zijn iii den nacht der tijden. J. K. BREDERODE, Een Salomo's oordeel gevraagd. Op 19 December den dag van onder trouw van de Prinses had een vertegen woordiger van de Westphaelische Zeitung te Den Haag, de heer O. Stasius, een ha kenkruisvlag uitgestoken, hetgeen voor zijn woning op de Bierkade een volksoploop had veroorzaakt. Op een gegeven moment werd de vlag door iemand, uit het publiek met een lange haak beschadigd en op dat moment gelastte de politie, dat de vlag bin nengehaald moest worden. Dit gebeurde, maar de vrouw van Stasius had inmiddels in de stad gezien, dat er bij verschillende Duitschers ook hakenkruis- vlaggen uithingen en 's middags werd dc vlag dan ook weer uitgestoken. Ook deze maal werd de vlag dr#>r iemand uit het publiek met een lange boothaak naar beneden gehaald. Men verdacht van dit feit den Apeldoorn- schen muzikant H. E. die met zijn woon schuit aan de Bierkade lag en op wiens boot dc lange haak werd gevonden. Hoewel E. ontkende het feit te hebben gepleegd, veroordeelde de Haagsche politie rechter hem wegens vernieling tot we* ken gevangenisstraf. E. was in hoogcr beroep gekomen bij het Haagsche Gerechtshof, omdat hij bleef vol houden, dat hij onschuldig was. 's Morgens was hij er heeiemaal niet bij geweest, want toen was hij als muzikant aan het geld ver dienen. 's Middags was hij er wel hij geweest, maar aan de vernieling van de vlag was niet hij, maar zijn zoon schuldig geweest. E. was toen alleen tusschen beide gekomen, toen do Duitscher met zijn zoon dreigde handgemeen te worden. De heer Stasius, diens vrouw en een kan toorjuffrouw' die onder dc Duitschers woon de, hadden échter verdachte met dc boot- haak op dc vlag zien toeloopen. Even latei- was de vlag naar benoden gehaald Voor het Gerechtshof bleven deze getui gen bij hun verklaringen volharden. E. had evenwel zijn vrouw en zoon meegebracht, die beiden inderdaad verklaarden, dat de zoon de vernieling had gepleegd. Niettemin was de procureur-generaal, mr. L. B. J. Vermeulen, van meening, dat ver dachte schuldig was aan het hem ten laste gelegde en vroeg hij bevestiging van het vonnis van den politierechter. De uit spraak is bepaald op 9 Juni. Het Japansche In den vorigen nacht omstreeks half vier is te Klarenbeek gemeente Voorst, een auto in volle vaart op dc splitsing Klarenbeek- schewcg—Woudweg, tegen een boom ge botst. De auto werd bestuurd door de 18- jarigen F. J. Hammelink uit Deventer, naast wien ziin 22-jarige broer, eveneens uit Deventer, gezeten was. De beide jongelui waren op weg naar Roosendaal, waar zij hun ouders, die met den boottrein het laat ste traject van de thuisreis uit Indië zouden afleggen, wilden begroeten. Op genoemd kruispunt werd een boom met zulk een vaart aangereden dat deze afbrak. Vervol gens sloeg de auto over den kop. Door om wonenden werden dc beide inzittenden uit dc totaal vernielde huurauto bevrijd, waar na Dr. ter Borg uit Klarenbeek dc eerste hulp verleende. Een hunner had een kaak- ter stembus. fractuur en een gebroken neusbeen opgeloo- pon, terwijl de ander klaagde over pijn in de borst, beide slachtoffers zijn per auto naar Deventer vervoerd. Jongeman te Hoorn verdronken In fuik geraakt. Gisterenavond is de 21-jarige N. Groot uit Hoorn bij het zwemmen in de haven te Hoorn verdronken. De jongeman geraakte in een fuik. Een meisje, dat bij hem was, tracht te hem nog te redden, doch kon daarin niet slagen. Op haar hulpgeroep kwam men per roeiboot lnilp verleenen wist men door liet wegtrekken der visschersnetten den jon- gon te bereiken Hij was toen echter reods overleden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1937 | | pagina 8