DE DRIE MUSKETIERS u Romantiek in de Pyreneeën De invoer van Deensch vleesch Radioprogramma DE" El M ELIJKE STRIJD HET SPAANSCHE K RIJGS RUM O ER HEEFT OOK DEN KLEINEN IDYLLISCHEN STAAT ANDORRA BEREIKT. 210. DE SPANNING WORDT VERBROKEN „Zullen we maar naar bed gaan," zei Athos en verliet arm in arm met d' Artag- nan de kroeg, Aramis volgde niet. Porthos, die zich af en toe uit vertwijfeling een liaar uit zijn baard trok. Daar dook plotseling voor hen in het don ker een gestalte op. d' Artagnan herkende ze direct en hoorde een welbekende stem zeggen: „Ik heb Uw. jas meegenomen, me neer, want het is vanavond koud." „Planchet," riep 1' Artagnan stralend van vreugde uit. „Planchet", riepen ook Porthos en Ara mis. „Waarachtig, Planchet. Maar is dat dan zoo merkwaardig. Hij zei immers, dat hij vanavond om acht uur hier terug zou zijn, en nu slaat de klok immers precies acht uur. Maar Planchet, je woord houden, dan kun je wanneer je je heer een keer verla ten wilt, kun je zeer zeker bij mij in dienst komen," zei Athos. „Neen, dat doe ik niet," antwoordde Plan chet, „ik verlaat d' Artagnan nooit." 209. WE HEBBEN* HET VERLOREN. Als je wacht, duurt de tijd alijd lang. In 't bijzonder d' Artagnan verbeeldde zich, dat de dag 48 uur had. Alleen Athos behield zijn kalmte, terwijl al de anderen aan de grootste spanning ten prooi, bijna dage lijks den weg afkeken, langs welken Plan chet terug moest komen. „Men zou zeker niet denken, dat jullie volwassen mensohen bent; doe toch zooals ik, beur je zelf wat op en drink een goed glas wijn. „Zeer graag", antwoordde di' Artagnan „als men er maar zeker van was, dat het niet uit den wijnkelder van Mylady kwam." „Je bent moeilijk tevreden te stellen, be denk toch eens, hoe mooi die dame is." Den laalsten avond zat hij, zooals ge woonlijk tezamen met den dragonder in de gelagkamer en speelde, toen er taptoe ge blazen werd. De klok wees half acht aan. „We hebben het verloren^" fluisterde d' Artagnan Athos toe. „Nu ja," antwoordde deze volkomen rus tig en haalde een paar goudstukken uit zijn zak en gooide deze op tafel. Andorra, een historisch overblijfsel uit den tijd van Karei de Groote, dat aanvankelijk geheel afgesloten lag van het groote verkeer, wordt thans door vluchtelingen over stroomd, die tot nu toe de neu traliteit wisten te eerbiedigen, maar over eenigen tijd In de Pyreneeën begint thans eerst de sneeuw te smelten, en de republiek An dorra, die acht maanden van het jaar ingesneeuwd is, is weer toegankelijk. Hier mee begint, dit jaar een moeilijk probleem voor het bestuur van dit kleine landje. Een dezer dagen trokken de 24 raadshceren van Andorra een paar stevige schoenen aan en daalden door de smeltende sneeuw de bergen af. tot zij den autobus naar Perpignan bereikt, hadden. Daar verhan- digde, zooals dit trouwens ieder jaar ge beurt, het hoofd van den staat Andorra, Franciso Cairot. op plechtige wijze den prefect van het departement, als den ver tegenwoordiger van Léon BIutn, een por tefeuille met 960 francs, en reciteerde daar bij een formule uit bet jaar 1278, die met de woorden: „O Vorst" begint. Een welkom maal. 'Nadat Andorra zich op deze wijze weer voor een jaar van de machtige bescher ming van de Fransche Republiek verze kerd had, noodigde de prefect van het de partement van de Oost-Pvreneeën. den heer Cai rot en de 24 raadsheeren tot een fees telijke maaltijd uit. welke zeker veel meer dan 960 francs kostte. De heerèn uit. An dorra aten met groot genoegen, want ge durende de acht wintermaanden hadden zij alleen maar schapenvleesch gehad; ver volgens keerden zij per autohus naar huis terug, het laatste stuk moesten zij per voet afleggen, naar hun klein, maar vrij landje, maar toen begon de groote moeilijkheid. De republiek Andorra is namelijk niet alleen aan Frankrijk schat plichtig. maar aan don anderen kant. van de Pyreneeën ook aan den Spaansehen bisschop van Urgel. Ook aan hem hadden zij nu eigen lijk hun schatting moeten betalen: twaalf kazen van geitemelk, twaalf kippen, twaalf hammen en 75 gul den. Maar nu doet het. feit zich voor, dat de bisschop zich reeds lang niet meer in Catalonië bevindt. Aan wien moet Andorra zijn belas ting nu betalen? Wanneer zij deze - schatting niet. betalen, dan vëeëzen zij in conflict met hun buren, de Cataloniërs te komen, die zich toch al voortdurend in de buurt van hun landje bevinden. Andorra's neutraliteit in gevaar. Sedert de burgeroorlog in Spanje woedt, heeft Andorra bet buitengewoon moeilijk. Nu er namelijk een autoweg dwars door heen loopt, is het niet meer zoo ontoe gankelijk als vroeger. Duizenden vluchte lingen zijn er dan ook binnen gekomen, maar steeds hebben zij de neutraliteit .van Andorra geëerbiedigd. Het leven in An dorra is toch niet meer zoo vreedzaam als vroeger. De onrustige, moderne tijden zijn ook in dit landje, dat bestaat, sedert Karei de Groote tegen de Saraceenen op trok, doorgedrongen. In het jaar 1929 brak er in An dorra een heftige partijstrijd uit, omdat een buitenlandsch syndicaat het landje wilde opkoopen, om er een casino in te richten. Een deel van de 5500 inwoners was er voor, omdat zij zagen welke voordeelen er aan verbonden waren, de rest was ertegen. Met de grootste imoeite werd een burgeroorlog ver meden en het plan van een casino liep op niets uit. Verkiezingen „onder gewapend geleide". In het jaar 1933 brak er een echte revo lutie in Andorra uit Sedert het jaar 1278 hadden daar alleen de grondbezitters het kiesrecht. De politieke eerzucht van de jon gelui, die geen politieke rol konden spelen, vóór hun vader overleden was en zij zelf grondbezitter geworden waren, werd daar door pijnlijk getroffen. De opwinding was zoo groot, dat Frankrijk troepen naar An dorra sturen moest, die er net zoo lang bleven, tot dat de verkiezingen de eerste vol gons algemeen kiesrecht, afgeloopen waren. Hierdoor werd echter wederom het. wantrou wen van Spanje opgewekt. Wilde Frankrijk Andorra soms annexeeren? Gelukkig sneeuw den echter juist op tijd de bergpassen dicht, waardoor een ernstig conflict tusschen Spanje en Frankrijk vermeden werd. Het volgende Voorjaar bracht nieuwe opwinding. Een Amerikaan- sche millionair bood een gewéldig bedrag, toch nog maar 54.000 dollar voor de sourereiniteitsrechten in het kleine land. Spoedig daarop las het verbaasde Europa in de kran ten: „Een of andere vreemde avon turier heeft zich tot „Vorst van Andorralaten uitroepen en zelfs van geweld gebruik gemaakt." Maar ook. deze romantische onderne ming mislukte. Een leger van zes man. Het hielp allemaal niets, in deze onrus tige tijden moest, zelfs Andorra tot bewa pening over gaan. Er werd een leger van politie-soldaten aangesteld, met keurige uniforms aan en met revolvers gewapend. Het leger telt zes man En nauwelijks hadden de boeren en schaapherders, zij het dan ook noodgedwon gen, aan de algemeene, groote, Europeesche bewapeningsstrijd deelgenomen of daar klop te reeds de furie van de Spaansche burger oorlog aan de poorten van den oerouden vrijstaat! Deze poorten worden thans verdedigd, door de zes bewapende mannen, maar zal dit voldoende zijn? Het zou jammer zijn, wanneer in 't verloop van de Spaansche beroeringen de „minia tuur-vrijheid" van Andorra, het oude. his torische plekje in de Pyreneeën, kostbaar overblijfsel uit lang vervlogen tijden, ver loren zou gaan. Maatregelen der Hollandsche vleeschgrossiers. Men schrijft ons: Het. bericht, dat binnen enkele da gen hier te lande wederom een belangrijk kwamtum Deensch en misschien ook buitenlandsch bevro ren vleesch zal worden ingevoerd heeft in de kringen van belangheb benden nog- al beroering gewekt In grossierskringen (handelaren in Hol- landsch vleesch) ziet men met vrees den aangekondigden invoer van buitenlandsch vleesch tegemoet. Men verwacht daarvan groote schade voor den handel in Hol- landsch vleesch, omdat men met de hooge vleeschprijzen niet op zal kunnen tegen de lagere prijzen welke voor het Deensche vleesch zullen worden genoteerd. De „Hollandsche" grossiers achten het nu billijk, dat ook zij in de gelegenheid worden gesteld iets aan den invoer van buiten landsch vleesch te verdienen, omdat men anders in de onmogelijkheid zou verkeeren van den Hollandschen vlceschhandel, welke toch al zoo slecht gaat, te leven. Maandag-avond kwam" het bestuur van den Ned. grossiersbond. voor den vleesch- handel te Rotterdam in een spoed-bestuurs- vergadering bijeen. Men besloot te trachten, den in voer, van Deensch vleesch zelf in handen te krijgen op grond van het feit, dat de groote meerderheid van grossiers in dien bond vereenigd zijn en de importeurs, die ook in Hollandsch vleesch grossieren, slechts een gering percentage vormen Naar de bevoegde Deensche instantie werd een telegram verzonden waar in ge vraagd werd de geheele import van Deensch vleesch in handen van den Ned. grossiers- bond voor den vleeschhandel te geven. Indien dit zou lukken zou de bond dit vleesch via zijn afdeelingen doen distribu- eeren. Naar wij vernemen heeft ook het be stuur van den Ned. Slagershond, welke or ganisatie te Hilversum congresseert, een spoedvergadering van het bestuur over dit onderwerp belegd. Leening provincie Noord-Holland De uitqtfte een groot succes.. Naar wij vernemen, is bij gisteren ge houden emissie der provincie Noord-Hol land (uitgifte van f 4.833.000, 3Y* procent obligatiën tot den koers van 100% pet,.) voor een zoodanig bedrag ingeschreven dat op de vrije inschrijvingen een zeer belangrijke re ductie zal moeten plaa* vinden. ZATERDAG 19 JUNI. Hilversum I. KRO-uitzendlng. 8.009.15 en 10.00 Gramofoonplaten. 11.30 Godsdienstig halfuur. 12.00 Berichten. 12.15 De KRO-Melodisten en soilst. (Om 1.00 gramofoonmuziek en postduivenberichten). 2.00 Voor de rijpe; e jeugd. 2.30 KRO-Orkest. 3.00 Kinderuurtje. 4.00 KRO-Orkest en gramofóomnuziek. 5.30 Esperanto-nieuws. 5.45 Voor Kath. Padvinders. 6.15 Gramofoonmuziek. 6.20 Journalistiek weekoverzicht. 6.45 Gramofoonmuziek. 7.00 Berichten. 7.15 „R.K. Vredeslegioen, Vredesbond voor R.K. Jongeren". 7.35 Causerie over de a.s. T.T.-Races. 8.00 Berichten ANP. Mededeelingen. 8.15 Overpeinzing met muzikale omlijsting. 8.35 Jamboree-Avond der Katholieke Verken* ners. 9.35 Gramofoonplaten. 9.50 De KRO-Melodisten en solist. 10.30 Berichten ANP. 10.40 Filmpraatje. 10.55 De KRO-Boys en solist. 11.3012.00 Gramofoonmuziek. Hilversum H. VARA-uitzeilding. 10.0010.20 v.m. en 7.80 —8.00 VPRO. 8.00 Gramofoonplaten. 10.00 Morgenwijding. 10.20 Voordracht en bon* programma (gr.pl.)', 12.001.45 Gramofoonmuziek. 2.00 Filmpraatje. 2.15 „In de operatiekamer", 3.00 Zang. 3.40 Boekbespreking. 4.00 VARA-Groot-orkest. 4.45 Causerie namens „Tavona". 5.00 Vervolg orkestconcert. 5.40 „De oorzaken der tooneelmalaise", eau* serie. 6.00 Orgelspel. 6.30 Ramblers. 7.00 „Filmland". 7.30 „Van Evangelie tot gemeente", causerie. 8.05 Herh. SOS-berichten. 8.07 Berichten ANP. VARA-Varia. 8.15 „De Acht Brox", accordeon-orkest. 9.00 VARA-Orkest, en solisten. 10.00 Berichten ANP. 10.05 „Fantasia". 10.20 Radiotooneel. 10.35 „Fantasia". 11.00 Orgelspel. 11.30 Berichten. 11.3512.00 Gramofoonplaten. door Michael Corvin Esther scheen voor deze uitlegging van Larker veel belangstelling te toonen. Natuur lek had zy van allerlei over den industrieelen wedijver tusschen de landen gehoord, maar toch wist zy er niet veel meer van, dan men er in de couranten over kon lezen. Als de verhoudingen echter waren, zooals de heer Larker zeide. was het toch eigenlijk veel ver standiger, dat Engeland voor'1" deze dingen met Duitschland samenwerkte, maar dan niet slechts voor enkele afzonderlijke vraagstuk ken, maar geheel en al. Larker lachte droog en keek zijn gezellin van terzijde aan. Esther's blik was open als van een kind, de van de zee komende frissche wind had een zacht rood op haar wangen gebracht en haar on willekeurig een krachtigen tred doen aan nemen en zy zag er in haar sportief win- tercostuum zoo bekoorlijk uit, dat waar- /■dyiliikw/vV- S«J— - - nig menschen in Engeland in staat zijn u een duidelijk en ter zake kundig antwoord te ge ven. Ik mag natuurlijk vooraf aannemen, dat u alles, wat ik nu ga zeggen, in vertrouwen mededeel. U hebt de drie Duitsche heeren leeren kennen, die we verzochten hier te ko men en u hoorde reeds, dat wij met hen wil len samenwerken. Dit is natuurlijk slechts een klein onderdeel van het geheele groote plan. Men heeft in Duitschland gelukkig ook ont dekt, dat een splendid isolation tot niets leidt. Men erkende dit niet in de laatste plaats ten gevolge der toelichtingen er onbetaalbare be moeiingen, die de eerste Britsche gezant na den oorlog, de tegenwoordige viscount d'Aber- non, in Berlijn presteerde. Thans zyn de in- dustrieele en politieke betrekkingen met Duitschland en Engeland ondanks het conti nentale ijzerpact met Frankrijk en ondanks andere relaties, zoo stevig geworden, dat zij ook in het geval van het ergste eenige draag kracht zullen blijken te bezitten." Larker maakte een kleine pauze en Esther haastte zich hem nadrukkelijk en begeerig naar verdere voorlichting, gelijk te geven. De aibeidersleider en mijndirecteur ging, terwijl zjj door weilanden en kort geschoren gazons de stad weder naderden, met volle zeilen voort: „De voorbereidselen zijn dus zoo goed als voltoond. Nu wordt er begonnen. Wacht u maar eens af, hoe de toestanden na twee, drie jaren zullen zijn. Wij moeten ons toerusten. r»«—c/Nr«-»n»ronf5-M^rHd f"*' *tpads. schemer. wor» treffelijkste inrichtingen bezit. Uw lands lieden, die hier zijn, kwam natuurlijk niet uits uitend om de uitbreiding van de cokes- fabriek te bespreken en het is niet moeilijk te raden, dat daarvoor het bezoek van een enkelen ingenieur reed;» voldoende geweest zou zijn. Ik mag u wel verraden, dat juist op ditzelfde oogenblik, dat wij hier door de hoofd straat wandelen, in het directiegebouw van de Gold Gate een bespreking plaats heeft, van welker resultaat veel zal afhangen voor de snelheid, waarmede de Engelsche mijnindu strie in het algemeen gemoderniseerd en strijdbaar gemaakt zal worden." Larker pronkte als een pauw, wiens waaier vormig opgestoken staart tallooze vlammen de spiegels bevat en in waarheid spiegelde zich voor Esther ook heel wat daarin af. De onthullingen van haar geleider waren haar in den grond niet nieuw geweest, maar het feit, dat het bezoek van Dr. Messelmann en diens collega's by den hertog -'an een zoo groo*" belang was, electriseerde haar. Men had stellig geen enkrle verdenking van welke aard ook tegen haar. althans tot nu toe nog niet. Dat men haar bn het nu plaats vindende onderhoud buitenshuis wilde weten, was be grijpelijk. Zij twijfelde er nu geen oogenblik meer aan, of in de gele actetasch van den hertog moesten documenten geborgqn zyn, die voor haar van on chatbare waa Ie waren. Maar hoe zou zy de gelegenheid vinden die papieren te zien te krijgen en zelfs te foto graf eeren Terwijl zij naast marker voortliep en zy - naderden. ov#»rlep-dp zeer romantisch gevonden had. „Weet u wel, dat enkele van myn mijngan gen zich tot vrij ver onder de zee uitstrekken Deze mijn is reeds meer dan honderd jaar oud en reeds de eerste boringen ..ewezen, dat er zich ond^r den zeebodem enkele rijke ko- lenlagen bevonden. J'et gein. Ie systeem der groeve is overigens zo gecompliceerd, dat slechts een paar oude opzichters er overal goed bekend zyn. Men heeft vroeger,hij richtte zich nu tot de drie heeren, „helaas niet altijd met de noorige zorgvuldigheid de afgewerkte gangen opgevuld. Ik weet, dat er nog een reeks veriaten en half ingestorte gangen bestaat, wat evenwel, tot nu toe althans, nog nooit tot onaangename gevolgen aanleiding gegeven heeft". Een der heeren schraapte zich de keel. De hertog keek hem aan en ging haastig voort: „Nu ja, natuurlijk heeft er hier en daar wel eens een kleine instorting plaats. Dan zakt er ergens buiten tusschen de groeve en de kust een stuk weiland in. Maar ik verzeker u, dat is zoo zelden voorgekomen, dat men daarmede waarlijk geer rekening behoeft te houden. Overigens is de mijn in uitstekenden toestand. Daar zult u zich morgen zelf van kunnen overtuigen." Hier greep Larker in, die opgemerkt meen de te hebben, dat de Duitschers over den toestand der groeve niet zoo gerust waren als de hertog. Het gelukte hem met hebb een aantal klinkende nh»»-" lyke wending praat t- drie bezoekers waren i-eeds naar hun kamers gegaan, toen Esther nog met den hertog en Larker in cle hall stond. Hertog Eric vroeg of zij geen lust had nog wat te keuvelen; nu de „zakelijk" gasten" zich teruggetrokken had den, zou hij^ zich gaarne nog wat met haar over minder ernstige dingen onderhouden. Daarbij keek hij Larker aan, die evenwel de bedoeling van zijn woorden niet scheen te begrijpen en niet van zijn posf scheen te willen v/ijken. Esther amuseerde zich in stilte over deze schermutseling, die haar niet anders dan aangenaam kon zijn. Zij hoopte, dat Larker ondanks zijn stellig groote serviliteit voor den hertog, het in dit geval onmogelijk zou achten zich weg te laten zenden. Zij had gelijk. Larker was de belangstelling van den hertog voor Esther evenmin ontgaan, als den hertog Larker's sympathie voor deze jongedame. Hertog Eric vervloekte zichzelf achteraf heftig, maar te laat, wegens zijn genialen inval om juist Larker met miss Raleigh uit wandelen te sturen. Maar voor zulke overwegingen was het nu de tijd niet meer, en bovendien kon de hertog zijn laatste voorstel niet plotseling terugnemen, omdat ook Larker lust scheen te hebben aan het „niet ernstige" onderhoud deel te nemen. Het werd een van de meest vermakelijke gesprekken, die Esther ooit bijgewoond had. Larker hoedde er zich - in los. .ceigsi uoracelde en praatte er weer op „Waarlijk, een zeer voor de hand liggende gedachte en een zeer verstandige opmerking, miss Raleigh. Zeer voor de hand liggend, in derdaad en toch zouden mogelijk slechts wei- i ■^Muuui vtui elke soort, op het verleenen van waarde aan stof fen, die in groote massa's aanwezig zyn, doch aan welke men thans nog nauwelijks aan dacht wijdt, berust waarschijnlijk de toekomst der menschheid. Het 'c geen compliment, wan neer men erkent, dat Duitschland op al deze gebieden de vindingrijkste koppen en de voor- ectie- - dgateruen, waren de besprekingen reeds afgeloopen en zaten de vier heeren in de hal te rooken en whisky te drinken. De hertog vroeg Esther of zy over haar gids tevreden was en of het hem gelukt was haar een poëtischen indruk van de vrij vervelende stad te geven. Esther verklaarde lachend, dat zij een prettige wandeling gemaakt had den en dat zy vooral den weg langs de zee ..v. 6esprek over de ge makken liep, die de stad aanbood, naar hotel The Crown te informeeren en de voor haar belangrijke beschrijving te verkrijgen van de plaats, waar het stond. Middelerwijl peinsde zij er echter voortdurend over hoe en om hoe laat zij het best de gelegenheid zou kun nen vinden om die documenten eens in te zien. Men scheidde tamelijk vroeg en sprak af den volgenden morgen tegen negen uur met de bezichtiging der groeve te beginnen. De bet gesprek een grotesk karakter, dat tusschen de lichte frivoliteit van Larker en de eenigszins oom-achtïge vroolijk- heid van den hertog heen en weer schommelde. Toen Esther op de klok keek, bemerkte zy, dat het reeds middernacht was en maakte zy er een einde aan. door erop te wijzen, dat men den volgenden morgen vrij vroeg zou moeten opstaan. (Wordt vervolgd.).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1937 | | pagina 8