DE DRIE MUSKETIERS
WOENSDAGSCHE MIJMERIJ
De Indische padvinders
ter Jamboree
Vier en veertig honderd
tippelaars naar Nijmegen
Liftkooi naar beneden
gestort
DET
EIMELIJKE
STRIJD
Een nieuwe rage.
De twaalfjarige zoon van een mijner
vrienden in het Gooi was onlangs van 9
uur 's morgens tot 5 uur 's middags zoek.
Hij had met een fiets en een vriend de om
liggende dorpen afgestroopt en een veertig
tal café's en kroegen bezocht.
Men behoeft daar nu niet het allerergste
van te denken. Hy verzamelt bierviltjes.
Maar dat lijkt mij al erg genoeg. Hetgeen
overigens blijkbaar bewijst, dat ik geen
paedagoog ben. Mijn vriend is namelijk
wel paedagoog, en om een of andere duis
tere reden vindt hij het uitstekend. Mis
schien dat het verzamelen van bierviltjes
op den duur gedoemd is, een aversie
op te wekken tegen cafébezoek op lateren
en minder onschuldigen leeftijd en uit dien
hoofde aanmoediging verdient? Misschien
ook, dat een jongen er menschenkennis
mee opdoet? Een feit is het, dat hij met
ervaringen thuiskwam. Eén kellner had
hem met een bezem de deur uitgejaagd,
een ander had voor de viltjes een cent per
stuk gevraagd, en nog niet wetende dat
men van een offerte niet behoeft ge
bruik te maken, hadden de jongens het
'noodige geld ergens onderweg geleend. Het
is natuurlijk goed, dat men met zulk een
nuttige levensfunctie als leenen vroegtijdig
kennis maakt. En. wie weet, wat er verder
nog voor paedagogisch heil in deze verza
melwoede steekt. Ik ben een volslagen leek
en de vrouw van mijn vriend is in ieder
geval een bemind lid van een oudercom
missie en z ij vindt, dat het veel voor heeft
als ze den lieven jongen eens een uur of
ach* niet om haar heen heeft.
rt sommige bierbrouwers, gedwon
gen door de onvriendelijke conjunctuur, die
een eind maakte aan den export, zich door
ingenieuzer reclame toeleggen op vermeer-
dering van het binnenlandsch debiet en de
meergenoemde viltjes voorzien van zinrijke
i litteraire en historische teksten, hebben de
j viltjes den knockout gegeven aan de siga-
i renbandjes. Hoe kort is het nog maar ge
leden, dat dames op straat door vreemde
kinderen werden aangesproken met de ver-
bysterende vraag: „Mevrouw, hebt u een
sigarenbandje?"
Sigaren van 3 cent verschenen met rin- j
gen, omdat een vader die sigaren zónder
ringen rookte, zijn prestige thuis meteen
kwijt was. En nu? De albums met de kleu-
renrijke ringetjes-collecties liggen onder
een laag stof in de boekenkast en dienen
ten hoogste nog eens als aanleiding tot
ruzie, wanneer broer en zus vergeten zijn,
van wie de nuttige verzameling ook weer
was.
Deze rages komen, men weet niet van-
waar, en verdwijnen, men weet niet hoe.
In mijn jeugd waren het de etiketten
van luciferdoosjes, die heele scholen in
vlam zetten. Mijn broer was eens thuisge-
komen met de opwindende mededeeling, dat
men voor 500 verschillende etiketten een
fiets kreèg. Wij kochten ze bij heele pak-
ken en vonden het een schande, dat de j
doosjes alle hetzelfde merk droegen. Wij
rukten de etiketten van de volle doosjes
af en het scheelde een haar, of we hadden
de oude fiets weggedaan. Toen we de vijf-
honderd bij elkaar hadden, stelde ik mijn
ouderen broer de schuchtere vraag, waar
die fietsen eigenlijk te krijgen waren. Hij
moest bekennen, dat hij zich daar nog niet
mee bezig gehouden had. De vraag is ook
nooit beantwoord, en de etiketten beland-
den op de aschbelt. Wie op deze wijze het
lucifergebruik stimuleerde, is eveneens on- j
bekend gebleven: Ivar Kreuger was in die
dagen nog even jong als wij zelf.
Toen het den drukkerijen slecht ging,
vonden zij de sluitzegels uit. Wij kennen
menschen, die oude schoenen verzamelen.
maar we gelooven niet, dat hier de Lang-
straat de hand in het spel heeft.
Maar op welken grond sommige men-
schen cactussen verzamelen, is een onop-
gelost raadsel. Men krijgt er geen fiets
voor, en men kan ze niet inplakken.
En zoo zijn we dan nu tot het bierviltjes-
tijdperk genaderd. Prosit!
ONZE OOST.
TJERIMAI VERTOONT SCHEUREN.
Waakzaamheid geboden.
Thans is bevestiging verkregen van ons
eerder bericht van gisteren, dat de Tjcri-
mai is gaan werken.
De Tjcrimai is aan den Noordwand van
den Oost-krater gescheurd. Er vertoonen
zich twee nieuwe eruptie-punten aan den
binnen- en buiten-Noordwand, welke daar
om onbetrouwbaar moet worden geacht.
De uiterste waakzaamheid is geboden.
Rijsttafelen in Den Haag.
Hedenochtend tusschen S en 9 uur wordt
de „Dempo" van de Rotterdamsche Lloyd
in Rotterdam verwacht met het Indisch
contingent padvinders, dat voor de Wereld
jamboree overkomt, aan boord.
Het gezelschap zal in een van de gebou
wen van de Lloyd worden ontvangen en
toegesproken, waarna met autobussen
naar Den Haag zal worden gereden. Na
aankomst op het tournooiveld heeft het
défilé voor den minister van Koloniën
plaats. Do padvinders zullen hun vaandel
in den stoet meevoeren, dat, naar men
weet. door den gouverneur-eeneraal voor het
vertrek uit Indië is uitgereikt. Ook de Am-
bnneesche fluitisten gaan in don stoet me
de.
In dc Bijenkorf biedt de directie den
padvinders een rijsttafel aan.
Des middags zal het contingent met Hol-
landsche padvinders enkele bezienswaardig
heden in Den Haag bezichtigen, zooals dc
Ridderzaal, de vergaderzalen van Eerste en
Tweede Kamer en de Gevangenpoort, waar
na een bezoek aan Scheveningen wordt
gebracht.
In Scheveningen is de Mij. Zeebad Sche
veningen gastvrouw. Zij zal de padvinders
een thee aanbieden op het Kurhaus-tcrras.
Ook zal een wandeling over de pier wor
den gemaakt.
Donderdag wordt een excursie naar Rot
terdam on Delft gemaakt en Vrijdagmiddag
zullen dc padvinders op het buitengoed
Duynrell in Wassenaar aan een verken-
fiingsspel deelnemen en 's avonds een
kampvuur ontsteken.
Groot aantal inschrijvingen voor
de Vierdaagsche Afstandsmar-
schen. De 40 K.M. het best be
zet.
Voor de Internationale Vierdaagsche Af-
standsmarschcn, welke van 27 tot en met
30 Juli a.s. te Nijmegen zullen worden ge
houden, hebben ruim 4100 personen inge
schreven, waaronder 600 dames.
Aan het dagclijksch parcours van 30, 40,
50 cn 55 K.M. zullen resp. deelnemen onge
veer 50, 2600, 500 en 1250 personen.
70 verschillende burgervereenigingen zul
len met een groep ter sterkte van minstens
11 hoofden aan dc marschcn deelnemen.
Dc Kon. Land- cn Zeemacht, zoowel als
liet. NcdcrlandschIndische leger nemen
met talrijke detachementen deel.
Uit dc volgende landen zijn inschrijvingen
ontvangen: Engeland, Frankrijk, Duitsch-
land, Zwitserland, Oostenrijk en Denemar
ken.
253.
VOOR HET VENSTER.
Den volgenden morgen verscheen Felton
op den gewonen tijd. Mylady liet hem rustig
alle voorbereidingen voor het. ontbijt tref
fen en verliet, het vertrek weer, zonder dat
er ook maar een woord tusschen beiden ge
wisseld was. Tegen den middag kwam Lord
Winter Mylady kéék het raam uit en deed
alsof ze het opengaan van de deur niet had
gehoord. „Geweldig", riep hij opgewekt,
„nadat wc het eerst op ecu komische en
tragische manier geprobeerd hebben spelen
we thans dc melankoliekc rol. Ach ja, ik
begrijp u heel goed. Hoe graag zou U niet
buiton en in vrijheid zijn, b.v. op een mooie
hoof, die over de smaragdgroene golven
dobberde. Geduld mijn waarde, binnen eeni-
ge uren staat dc zee voor u open. Misschien
meer dan IJ zou wenschcn, want dan zal
Engeland bevrijd worden van Uwe aanwe
zigheid. Ik heb hier een pas, welke ik zelf
heb afgegeven. Deze zal U in de. toekomst
als richtsnoer in het leven dienen, dat ik
voor U heb uitgekozen."
254,
DE REISPAS.
Lord Winter trok een papier uit zijn zak,
dat hij langzaam openvouwde cn begon te
lezen.
„Hiermede geef ik opdracht, de vrouw
Charlotte Backson, die door het Fransche
gerecht gebrandmerkt is, doch na het on
dergaan der straf weer in vrijheid werd
gesteld, naarover te brengen."
„Ik heb den naam van de plaats nog niet
ingevuld," onderbrak hij zich zelf, terwijl
hij een blik op Mylady wierp. „Mocht u
met betrekking hierop bijzondere wenschcn
hebben, dan behoeft u zulks slechts te
zeggen. Maar dc plaats moet minstens 1000
mij Ion van Londen verwijderd liggen." Daar
na ging hij door met lezen: „In deze plaats
zal zc haar domicilie vestigen, terwijl zc
zich er niet meer dan drie mijlen van mag
verwijderen. Mocht ze probeeren te vluch
ten, dan dient ze te worden neergeschoten.
Voor kost cn verdere behoeften kan ze dage
lijks over vijf schilling beschikken."
Mylady sprak hierbij geen woord, niet om
dat ze niets wilde zeggen, maar omdat de
schrik haai den mond snoerde. Ze meende
namelijk, dat deze opdracht precies eender
zou worden uitgevoerd, doch ontdekte toen
tot haar groote verlichting, dat liet docu
ment nog niet van een noodzakelijke hand-
teckcning was voorzien.
Ernstig ongeluk te Rotterdam.
Alle zes inzittenden zwaar ge
wond.
Gisterenmiddag omstreeks half een
heeft in het gebouw van de natio
nale Verzekeringsmaatschappij en
van de Eerste Rotterdamsche, gele
gen aan de Boompjes te Rotterdam,
een ernstig ongeval plaats gehad. Een
liftkooi, waarmede zes leden van
het personeel zien. van de parterre
naar de op de derde verdieping ge
legen koffiekamer begaven, is deze
verdieping voorbij gegaan, op den
zolder tegen, het einde der lift
schacht gebotst en daarop naar be
neden gevallen.
De liftkooi werd totaal vernield
en alle inzittenden kregen ernstige
v e r wonding en, vooral be enbrcuk e n...
Drie van hen zijn naar het ziekenhuis
aan den Cooisingel vervoerd-, de drie overi
gen naar liet Ziekenhuis aan den Bergweg.
Om half één eindigt hel ochtendwerk in
hel gebouw van de Nationale en de meeste
leden van het personeel gaan dan in de on
de derde verdieping gelegen koffiekamer de
lunch gebruiken. Dezen middag gingen te
gelijk naar hoven de assistent van den wis
kundigeadviseur dr. Lamcris, dc eerste
boekhouder Ingenbleek, dc chef van de af
deel ing wiskunde Ilage, de chef van dc af-
rlöeting collectief Schuppor en de kantoor
bedienden Kooyman en rnej. Bokhove. Ge
woonlijk wordt dc lift door den lift jongen
bediend, doch deze was niet aanwezig zoodat
een van dc zoo juist genoemden de bedie
ning verzorgde.
Lift stopte niet.
De lift moest op de derde verdieping stop
pen, doch dit is door tot nu loc onbekende
oorzak niet gebeurd. Dc kooi schoot naar
boven, waar -op de zolderverdieping het
einde van de liftschacht is. Daar stuitte bet
voertuig met het gevolg, dat alle staaldra
den afknapten on dc liftkooi neerstortte.
Do gevolgen waren ontzettend. De liftkooi
werd totaal vernield en dc schacht werd ge
heel ontzet.
De juffrouw van dc telefooncentrale van
belg ebouw. welke in dc onmiddellijke na
bijheid van de liftschacht is gelegen, deelde
ons 'in een onderbond, dat wij kort na bet
ongeval met haar hadden, mede, dat zij op
zeker moment een klap boorde. Wanneer er.
wal wel eens gebeurt in de koffiekamer
stoelen omvallen, dan boort zij een dergelijk
geluid en zij dacht dan ook aanvankelijk,
dat het er in dc koffiekamer weer rumoe
rig toeging. Toon plotseling volgde
een geweldige slag.
„Ik dacht, dat het geheelc. gebouw in el
kaar ging cn wist niet waar ik blijven
moest".
Even daarna begreep zij echter, dat er
in dc liftschacht iets moest zijn gebeurd,
en zij bleef derhalve op haar post. Onmid
dellijk stelde zij den geneeskundigen dienst
van bet. gebeurde in kennis en óók de po
litie werd gewaarschuwd
Zeer spoedig stonden drie ziekenauto's
met personeel voor het gebouw en heel
voorzichtig werden de zes gewonde personen
uit de overblijfselen van de liftkooi te voor
schijn gehaald.
Volgens de tot dusver verkregen inlich
tingen zijn de verwondingen bij allen vrij
ernstig, doch schijnt er voor geen van hen
levensgevaar te bestaan.
Huis te Wildervank
afgebrand
Drie families dakloos.
Gisterochtend half acht. brak brand uit in
het huis van de weduwe H. Drost aan de
landzijde van de 18de laan te Wildervank,
bewoond door drie gezinnen, t.w. .T. Hcns-
sen. L. van der Scheun cn II. Oosling, De
brandweer van Wildervank was spoedig ter
plaatse. I-Ioewel zij het vuur krachtig be
streed kon zij niet voorkomen, dat het
huis tot den grond afbrandde. Dc drie in
boedels gingen verloren. Het huis was ver
zekerd, evenals het huisraad van de fami
lies Henssen cn van dor Scheun. De inboe
del van de familie Oosfing was niet verze
kerd.
De brand is ontslaan bij het aanmaken
van emi fornuis in de woning van Van der
Scheun.
door Michael Corvin
58.
Zij zonk in haar stoel terug. Het publiek
applaudisseerde als dol, de bijval ratelde als
een salvo. Esther sprong even op van schrik,
maar ging dadelijk weer rechtop zitten.
„Wat raadt u mij aan?"
Burg keek peinzend voor zich uit en over
legde, welken raad hij Esther zou kunnen
geven. Daarbij viel zijn blik toevallig op den
ingang en hij verbleekte.
„Je kunt Dongen gerust zeggen, dat ik
ik bedoel, je kunt gerust morgen eens met
hem gaan praten. Draai je niet om. By den
ingang staat de heer Symes, die mij ook kent,
met nog een anderen heer."
Esther keerde zich om. Lij nam een sigaret
uit haar koker. Het was dus reeds te laat. Nu
was er nog slechts één enkele weg: zelf han
delend op te treden, stelling te nemen en te
onderzoeken hoe diep men voornemens was
toe te stootcn. Burg fluisterde haar in, dat
de beide heeren verdwenen waren.
De laatste nummers van het programma
werden afgewerkt, Burg en Esther applaudi-
seerden mee, lachten mee en tobden hun brein
af om een uitweg te vinden. De voorstelling
was afgeloopen, zij lieten zich hun garderobe
geven, werden met de menigte mee de straat
opgedrongen en scheidden na een langen hand
druk.
Toen Esther reeds in een huurauto zat, keek
zij nog eens naar buiten. Daar stapte haar
vriend Burg door den nacht. Hij liep moeizaam
tegen den wind in en de straat vei-anderde zich
voor haar oogen in een wijde prairie, waar een
eenzame, oude bisonstier doorheen draafde,
een machtig dier, een gevaarlijke en prachtige
buiten de kudden levende reus maar oud en
ziek. Daar draafde hy heen, met zware, schom
melende schreden en machtige schouders,
draafde voort in de woeste eindeloosheid, in
den winter, in den nacht en in den dood, dien
h/voelde naderen.
Huiverend trok zij haar mantel dichter om
zich heen. Nu niet meer denken! Dat mocht
zy nu niet! Morgen zou er veel, zou alles
beslist worden.
Op een afstand van nauwelijks honderd
meter achter haar reed een tweede huurauto,
die bleef staan, toen Esther voor haar hotel
uitstapte en doodmot naar haar kamer ging.
Zij sliep dadelijk in ei een nachtelijke uitgaan
der, die beneden voor het huis nog een poosje
heen en weer geloopen had, verdween na
eenigen tijd in de richting der Tauenziënstrasse
Den volenden morgen moest Esther in
Dongens anti-chambre vijf min. wachten voor
de referendaris haar binnen liet komen. Hij was
even hoffelijk als altijd, en alleen slechts
eenigszins verbaasd over haar vroege bezoek.
Esther nam plaats en ging dadelijk tot den
aanval over.
,,U laat mij nagaan, mijnheer de referenda
ris""
„Dat is een soort stille bescherming voor u.
Wij vreezen, dat Tsun Kayi en diens vrienden
u niet welgezind zijn."
„Wat heeft dat met mijn positie te maken?"
De ander keek haar onveranderd vriendelijk
aan. „De heer Burg heeft uit de school geklapt
Eigenlijk niet heel correct van hem."
Esther bespeurde, dat haar zenuwen het
dreigden af te leggen tegenover deze glim
lachende beleefdheid. Zij was te ver gegaan,
maar nu was er geen terugweg meer.
De referendaris keek haar kalm aan. „Het
spijt mij. dat u zich zoo opwindt. U miskent
onze helaas noodzakelijke practijk eener
hm. wederzijdsche bewaking."
„Ik weet, dat men er my van verdenkt, dat
ik op de een of andere manier met de Rus
sen in betrekking sta. Maar dat is onzin. Ik
ben persoonlijk bevriend met Jury Zagairoff,
een officieel onderhandelaar der Sowjets, dat
is alles."
Dongen glimlachte beleefd, maar niet over
tuigd.
„Dan hebt u immers des te minder aan
leiding om een eventueele contróle te vreczen."
„Zegt u mij wat ik doen moet om my van
een valsche verdenking te zuiveren."
„Maar wat is dat nu? Er bestaat toch niet
de minste gronc. voor eenige wijziging in onze
relaties? Wilde u dan met ons breken?"
Het klonk zoo geheel en al terloops en on
beduidend. wat Dongen daar het laatst ge
zegd had, maar toch hoorde Esther duidelijk
den waren zin en de bedreiging achter die wei
nige woorden. Zij stond op.
..Nu, er was niets nieuws en u weet, waar
u mij kunt bereiken, mijnheer de referendaris."
Esther Raleigh verliet, hoffelijk door Don
gen begeleid, de kamer. Buiten kostte het haar
moeite langzaam de trap af te gaan en toen
zij eenmaal in de taxi zat, die haar naar het
gebouw van dè courant zou brengen, schokte
een onbedwingbare, wilde huilkramp haar
lichaam wel een minuut lang.
In de hoofdingang van het redactiegebouw
ontwaarde zij Dr. Mersheim, die haar tege
moet liep, maar zoodra hij haar ook zag en
herkende, trad hij snel de dichtsbij zijnde
kamer binnen zonder nota van haar te
nemen. Zy lachte bitter en klopte bij Burg
aan. Juffrouw Cohen riep „binnen" en diende
haar aan, zonder haar in de oogen te hebben
kunnen kijken.
Nu zat zij weer tegenover Burg. wiens ge
zicht haar vervallen en erg verouderd voor
kwam. Zijn oogen waren rood opgeloopen en
zijn handen waren rusteloos.
„Je hebt zeker niet gezien. Esther, of ik
gisteravond door iemand gevolgd werd? Nu,
ik merkte hetzelf ook pas na eenigen tijd.
Het is een prettig gevoel, maar nu kan ik
veel begrijpen, wat mij sedert dertig jaren
onbegrijpelijk was. Heb je met Dongen ge
sproken? Heeft het iets geholpen?"
Esther ontkende dit laatste en vertelde
hem het onderhoud. Burg knikte slechts.
„Het is nu tamelijk onverschillig, wat je
nog doet. Probeer maar," zijn stem stokte
en het scheen hem moeite te kosten om voort
te gaan „probeer maar op de een of
andere manier Selfride te bereiken. Weet je,
waar hij is?"
Esther keek hem aan. Zy kon hem niet zeg
gen, dat Selfride in Berlijn was. Zij zou het
dadelijk probeeren zich met Selfride in ver
binding te stellen. Burg haalde een gesloten
couvert uit zijn zak.
„Dit als je Selfride persoonlijk mocht
ontmoeten, Esther, geef je dit aan hem. Als
het niet och. dat doet er ook niet toe. Tot
weerzien, mijn kind, leef recht gelukkig."
Heel teedcr nam hij haar hoofd tusschen
zijn sidderende, groote handen, wischte met
een vinger zacht een traan van Esthers wang
en kuste haar. Zij beet zich de lippen aan
bloed om niet als een schoolmeisje in snikken
uit te barsten, toen zij onder het verlaten
van de kamer, terwijl zij nog eens omkeek,
zag, dat Burg weer aan zijn tafel was gaan
zitten en het hoofd op zyn gekruiste armen
had laten vallen.
De Zeeland, de boot. waarmede Jury onder
weg was naar New York, had op de hoogte
van Kaap St. Mathieu machineschade opge
loopen en bereikte Brest met halve kracht.
Aan de passagiers werd medegedeeld, dat de
reparatie vermoedelijk drie of vier dagen zou
vorderen, en daar de verbinding van Brest
naar de Vereenigde Staten ongunstig was.
bleven de meesten hunner maar aan boord.
Ook Jury wilde maar wachten en nam zich
voor dien tijd te gebruiken om eens zeer uit
voerig aan Esther te schrijven en zoo moge
lijk een telefoongesprek af te spreken. Den
eersten avond echter, dat het schip in de
haven lag, liet de kapitein hem bij zich ont
bieden en toonde hem een draadloos telegram,
dat zijn verdere reis naar Amerika onmogelijk
maakte. De Britsche politie had hem als
Russisch agent en propagandist gesignaleerd
en de Amerikanen hadden hun ambtenaren op
Ellis Island reeds instructies gegeven Jury
Zagainoff niet te laten landen, maar hem met
de eerstvolgende boot, of met de Zeeland zelf
weer naar Europa te sturen. Een telegram
van deze zelfde strekking was ook voor de
Zeeland, die men in volle zee waande, van
de andere zijde reeds afgezonden.
Op dit bericht ging Jury onmiddellijk aan
wal en stelde zich met de vertegenwoordiging
der Sowjets te Parijs in verbinding. Daar
wist men natuurlijk nergens van. maar ried
hem hem aan naar Parijs of naar Berlijn te
gaan en nadere instructie uit Moskou te vra
gen. Hij liet zyn bagage lossen en besloot, in
het diepst van zijn hart geenszins ontevreden
over de wending, die de zaken genomen had
den, dan maar naar Berlijn te gaan.
De confrontatie van Herdemerten met Tsun
Kayi verliep dramatischer, dan Dr. Dongen en
de rechter van instructie. Mehnert, hadden
kunnen voorzien. Men had verwacht, dat de
Japannees zijn stoïcijnsche kalmte bewaard
zou hebben, maar inplaats daarvan verschoot
hij van kleur, toen Herdemerten volkomen
openhartig en zonder de minste terughouding
vertelde, hoe Tsun hem misleid had. Het ge
val scheen reeds volkomen opgehelderd te zijn,
toen Tsun Kayi zich nogmaals tot George
richtte en hem vroeg, hoe het toch mogelijk
geweest was. dat hij hem dienzelfde avond
nog had kunnen waarschuwen, dat de zaak
verkeerd geloopen was.
De rechter vroeg, wanneer dat gebeurd was
en de Japannees verklaarde, dat hij eerst na
deze waarschuwing naar het postkantoor ge
gaan was om te telegrafeeren. Hij had George
beloofd nog dienzelfden nacht bij hem te ko
men om haar de documenten terug te bren
gen. Hier zweeg Tsun.
Wordt vervolgd.)