DE DRIE MUSKETIERS „Eilanden gevraagd" Drie gouden sleutels Radioprogramma 340. WAT ZEGT U? Rochcfort en d'Artagnan kusten elkaar op de wang, maar slechts heel vluchtig. Doch de kardinaal was er immers bij en sloeg ze nauwkeurig gade. Ze verlieten te gelijk de kamer. Direct buiten de deur zei Rochcfort: „We ontmoeten elkaar later weer, niet waar?" „Wanneer en waar 11 maar wilt," ant woordde d'Artagnan. „Daar zal zich nog wel eens een gele genheid voordoen", meende Rochcfort. „Wat zegt u" vroeg de kardinaal en opende de deur. De heide mannen reikten elkaar glim lachend de hand en bogen voor den kar dinaal. „We werden reeds ongeduldig." merkte Athos op. die buiten gewacht had. „Nu hier ben ik dan, mijn vrienden-" riep d'Artagnan, „niet alleen vrij, neen maar eveneens overladen met gunstbewijzen"! „Vertel op! Vertel op!" „Ja zeker, maar niet eerder dan van avond." 339. EEN OUDE VRIEND. „Je bent een dapper man, d'Artagnan! riep de kardinaal uit en sloeg hem vertrou welijk op de schouder, met het gelukkige bewustzijn eindelijk met dezen stijfkop te hebben afgerekend. „Doe met de aanstelling wat u wilt, maar bedenk dat ze u gegeven werd, zelfs in geval de naam niet ingevuld was." „Dat zal ik nooit vergeten. Daarop kan Uwe Eminentie vertrouwen-" „En hier, d'Artagnan, heb je je besten vriend weer terug," ging de kardinaal glim lachend verder en reikte hem zijn degen weer over. Daarop koerde hij zich om en riep luid: „Rochcfort!" Óp 't zelfde oogenblik trad de ridder, die waarschijnlijk voor de deur had staan wachten, binnen. „Rochcfort," zei de kardinaal, „u ziet hier mijnheer d'Artagnan, die ik in mijn vrien denkring heb opgenomen. Omhelst elkaar, mijne heeren, en behoorlijk als je hoofd je tenminste lief is." OORLOGSVREES EN WEEKEND GENOEGENS. WAAR DE BELASTING VERRE BLEEF Kolonel Lindbergh wil wat meer in de buurt van zijn medewerker Dr. Carrell wonen en te dien einde het eilandje Milliau in den Atlan- tischen Oceaan aankoopen! Dat er den laatstcn tijd in uitgebreiden kring „vraag naar eilanden" is, om ver van de beschaafde wereld een rustig bestaan te kunnen lei den, komt in onderstaand artikel tot uitdrukking. De heer Michael Scott is een jongeman van 29 jaar, kapelmeester van beroep, die nog onlangs het kroningsconcert van het Londensche Symphonie-Orkest in de Quecns Ilall dirigeerde. Overigens leeft hij heel rustigjes in het oude dorp Locking in Somerset, maar ook daar schijnt de be schaving te ver naar zijn smaak te zijn doorgedrongen en nu plaatste hij onlangs een advertentie van den volgenden inhoud: „Klein, bewoonbaar eiland gezocht, ver van alle beschaving. Dringend. Scott, Locking, Somerset." Mr. Scott zoekt dus een eiland en hij ontving tot nog toe acht brieven op zijn advertentie, waarbij echter geen enkele erg bevredigde. Een ervan luidde: „Geachte Heer; ook ik zoek een eiland, maar ik kan mij niet ver oorloven er een te koopen. Laat mij toch s.v.p. met U gaan: ik zou kunnen koken en het huiselijk werk doen. i'k ben 23 jaar oud en gezond, ik kan verstandig praten, en, als het moet, zwijgen. Hoog achtend Maar ten slotte ontbreekt het eiland nog. Er is den laatsten tijd een groote vraag naar eilanden; zij overtreft het aanbod verre. Oorzaak: oorlogsvrees! Gasmaskers zijn nuttige dingen, zegt men, maar eilan den ergens ver in den Oceaan zijn veel vei liger en het zijn bomvrije plaatsen. Nog nooit hebben zij op de Engelsche „grond markt" een zoo groote rol gespeeld als in de laatste maanden. De uiterste Hebriden- eilandcn aan de Westkust van Schotland, de kleinere onder de Orkney- en Shetland- eilanden in het Noorden van Schotland en de eilandjes aan de lersche kust worden bijzonder veel gevraagd. Ik ga week-enden op mijn eiland! De Kanaal-eilanden liggen in een strate- gisch-eevaarlijke zóne, de Deensche Far- Óer-eilanden b.v. zijn te ver. De rijke men- schen die tegenwoordig eilanden koopen, streven een tweeledig doel na: zij willen ongetwijfeld in de eerste plaats voor zich zelf en hun naasten een schuilplaats heb- bo-i in tijden van oorlogsgevaar, ver ver wijderd van de routes van bommenwerpen- dc vliegtuigen, met mogelijkheid tot vol doenden landbouw om voor zichzelf te kun nen zorgen en ten tweede moet hun eiland een aangenaam en met het particuliere vliegtuig gemakkelijk bereikbaar buiten verblijf zijn om daar na een week van hard werken en groot est ads-lucht een aangenaam week-end te kunnen door- brongen met golfspel, zwemmen en fris- sche-lucht-happen! Zoo'n buitenplaats is niet daar Een eiland dat aan al deze eischon voldoet, dat ongeveer 3 Engelsche mijl lang en anderhalve mijl breed is en be schuttend gelegen is in de schaduw van een grooter eiland met prachtig visch- VRIJDAG 8 SEPTEMBER 1987. Hilversum I. 8.00 VARA, 10.00 VPRO, 10.20 VARA, 12.00 AVRO, 4.00 VARA, 7.80 VPRO, 9.00 VARA, 10.40 VPRO, 11.000 VARA. 8.00 Gramofoonmuziek. 10.00 Morgenwijding. 10.20 Declamatie. 10.40 Gramofoonmuziek. 11.10 Vervolg declamatie. 11.30 Orgelspel. 12.00 Kovacs Lajos' orkest en soliste. In de pauze: Gramofoonmuziek. 2.00 Kamermuziek. 3.00 AVRO-dansorkest en Jazz-liedjes. 4.00 Gramofoonmuziek. 5.05 Kinderuurtje. 5.30 Gramofoonmuziek. 6.00 Orgelspel. 6.30 Politiek radio-journaal. 6.50 N.V.V.-uitzending. 7.20 Gramofoonmuziek. 7.25 Berichten ANP. 7.30 Berichten. 7.35 Lezen in den Bijbel. 8.00 Zang en piano. 8.30 „De Statenbijbel", causerie. 9.00 VARA-orkest. 10.00 „Fantasia". 10.30 Berichten ANP. 10.40 Avondwijding. 11.00 Jazzmuziek (gr.platen). 11.3012.00 Gramofoonmuziek. Hilversum n. Algemeen Programma, verzorgd door den K.R.O. 8.009.15 en 10.00 Gramofoonplaten. 11.30 Bijbelsche causerie. 12.00 Berichten. 12.15 Gramofoonmuziek. I.20 De KRO-Melodisten en solist. 2.00 Gramofoonmuziek. 2.30 KRO-Melodisten. 3.00 Orgelconcert. 4.00 Gramofoonmuziek. 4.15 KRO-Kamer-orkest. 5.00 Gramofoonmuziek. 5.15 KRO-orkest. 6.05 Land- en tuinbouwcauserie. 6.25 KRO-orkest. 7.00 Berichten. 7.15 „De toestand op de arbeidsmarkt in Ne derland", causerie. 7.35 Musica Catholica. 8.00 Berichten ANP. 8.15 De KRO-Melodisten en solist. 8.45 Radio-tooneel. 9.00 KRO-Melodisten. 9.15 Radio-tooneel. 9.30 Gramofoonmuziek. 10.30 Berichten ANP. 10.40 De KRO-Boys en solist. II.1512.00 Gramofoonmuziek. water en goeden weidegrond, is zooals men in welingelichte kringen in Londen verze kert, voor ongeveer 3000 Pond te krijgetr! Maar in feite werd een vijftal van deze eilanden, twee van de Orkney-groep en drie van de Hebriden, die onlangs door een Schotsch bureau geveild werden, tezamen voor 90.000 Pon verkocht! De Schotsche en lersche nationa listen zien deze inbeslagneming van hun eilanden door Londensche city-magnaten hoogst ongaarne. De Schotten toch gaan er prat op dat sinds den tijd van de Vikingcis geen vreemde veroveraar ooit een voet op hun eilanden zette. De Ieren hebben ook een- Engelsche invasie meegemaakt, maar die zijn nu wat toeschietelijker geworden. Het Robinson-leven trekt den stedeling aan. Het is waar dat de meeste van deze op de markt gebrachte eilanden onbewoond zijn; de moeilijke bestaansmogelijkheden, de magere oogsten en de slechte prijzen die ze ervoor kregen, dreven talrijke boerenfami lies van de laatste generaties die ze be woonden, al sinds lang naar het vasteland. Het „Robinson"leven, „ver van alle cul tuur", zooals de heer Scott dat zoekt, heeft geen enkele bekoring voor hen die het nooit anders gewend geweest zijn en die het brui sende leven van de groote stad heel wat aantrekkelijker vinden dan de monotone golfslag aan de stille en eenzame eiland- kust. Het eflijJhaniste eiland Van Gróof-Brit- tahnië, Foula, 20 mijl v\n het hoofd eiland der Sfictland groep verwijderd, telt nog 140 hoeren en visschers; woedende stormen sluiten hen van Kerstmis tot het voorjaar van elk verkeer met de buitenwereld af; sinds een paar jaar bezitten ze radio-toe stellen en sinds enkele maanden ook een inrichting voor radio-telegraphie, maar desondanks vermindert dit inwoner-aantal gestadig en ook veel van de andere eilan den raken steeds meer onbewoond. Vrij veel oudheidkundige expedities wor den er nog naar deze eilanden ondernomen; die van de Harvard-Universiteit heeft er nog onlangs talrijke merkwaardige vond sten gedaan, als prae-historischo kurken booten, rueneninscripties, keltische steenen enz. Zal deze gewijde sfeer nu binnenkort door de golfspelende weekcnd-Robinsons en oorlogs bcvreesden verstoord worden? Postduiven brengen de verbin ding met de bewoonde wereld tot stand. Onlangs deed een dergelijke „Robinsona de" van een vermaard vogelkenner op een van deze eenzame eilandjes nog al wat stof opwaaien. Het was dr. Harry Cox en het eiland was Steep Holmc, tusschen So- mei-set en Wales. Geheel in zijn eentje leeft Dr. Cox daar en bestudeert er de vogels. De afstand van het eiland tot het vasteland bedraagt 3 mijl, maar er bestaat geen en kele verbinding. De brieven die deze on derzoeker schrijft, verzendt hij per flesschen- post; in dringende gevallen stuurt hij post duiven De eerzame eilandbewoners me deplichtig aan belastingontdui king. Voor menschcn die een hekel hebben aan belastingbetalcn, zijn de Britsche Kanaal-eilanden paradijzen op aarde! Zij verheugen zich n.1. nog in ocr-oudc privileges en hun bewoners zijn ontheven van de Engelsche inkomsten-belasting. Juist onlangs is de Britsche fiscus op het spoor gekomen van een aanzienlijke belas tingontduiking, die hierop neerkwam, dat verschillende, overigens zeer eerwaardige Londensche gentlemen, die in de City'hun zaken drijven, een groot deel van hun ver mogen overdroegen aan inwoners van het eiland Jersey, waardoor vele honderddui zenden Ponden Sterling buiten de vermo gensbelasting vielen! Aldus blijkt dat de aantrekkingskracht die deze eilanden uitoefenen, verschillende oor zaken kan hebben; zij worden om verschil lende redenen bijzonder gevraagd en de Engelsche krantenlezer kijkt langzamerhand niet eens meer vreemd op wanneer hij de gebruikelijke aankondiging „Eiland gezocht' in dc advertentiekolommen van zijn blad ontdekt Fakir van Ipi roert zich weer Nieuwe onlusten in Brltsch- Indië. Niettegenstaande de- overeenkomst, weiko de Britsche autoriteiten hebben gesloten met enkele opstandige stammen aan de Noord-Westgrens van Britsch-Indiö, waartlij de stammen een zware boete werd opge legd. is de rust nog niet weergekeerd. Nabij Spinwam werd op een afdeeling Britsch-Indische troepen gevuurd, do aan vallers werden verdreven na een aanval met lichte vechtwagcns. Bii Razani raak te het eerste bataljon van het tweede regi ment Gurkha-infanterie slaags met op standelingen. De vijand leed zware verliezen doch ook twee Gurkha's sneuvelden en drie werden gewond. In dc Shaktu vallei wer den vier man van het elfde regiment sikhs door franctireurs gewond. Bekende opruiers bewegen zich nog on der dc stammen, volgelingen van den Khonia Khel en den Üin Fakir doen aan vallen op de verbindingslijnen tusschen de posten van het Britsch-Indische leger en de I'akir van Ipi houdt zich nog steeds op in het Shawal-district, ten westen van Ram mak, omsingeld door enkele volgelingen. Alleen in liet district Wana en in Zuid- Waziristan is het rustig. FEUILLETON. DOORi 39 PETIAN ,,Zoo, zoo." antwoordde papa Exarva, „een krokodil, dat is een heel ding. Me dunkt, mijn jongen, dat we nu maar moesten gaan eten. Een glaasje Madeira vooraf?" Vijf weken later stond de oude heer Coelho, opgeschrikt door een reeks van opgewonden telegrammen, zenuwachtig door zijn brille- glazen te turen over den weg, waarlangs zijn dochter moest terug komen Om de bocht snorden twee stoffige en beschadigde automo bielen. Uit een stapel bagage kroop de chauffeur te voorschijn, toen volgden de andere bedienden, en eindelijk stapte zijn dochter uit, die een jongen man meetrok. Vader en dochter vielen elkaar om den hals, en Inez schaamde zich niet voor haar tranen. „Kindje, kindje," zei de oude heer, zijn dochter streelend langs haar wang, „wat ben je lang uitgebleven. Je zou over een maand terug zijn geweest." „Ja vader," antwoordde zij, „maar ik heb nu ook een verloofde meegenomen." „Een verloofde? Heb je die daar in het bosch gevonden? „Hij heet Vincente Ribeiro, hij is advocaat, hij woont in Almo- dorror, in Portugal, hij heeft zich voor mij laten doodschieten..." „Dat laatste meen ik te moeten betwijfelen. Inez." „Nu ja, voor drie kwart ten minste. Maar hij is een schat. En laten we nu naar binnen gaan. Ik heb behoefte aan een bad en aan een behoorlijke jurk." Na het eten riep papa. Coelho zijn dochter en Vincente in zijn studeerkamer. Hij zette zich schrap in den gemakkelijken zetel achter zijn bureau, dat was bedekt met stapels stukken en teekeningen, waarin alleen hij den weg wist. „Ik ben." zoo begon hij. „natuurlijk min of meer verrast door deze plotselinge verloving." Hij zei dit op een gestrengen en afkeurenden toon. zoodat Vincente verschrikt naar Inez keek, die echter met een glimlach bleef luisteren. „Ik had namelijk, zoo vervolgde haar vader, „verwacht, dat Inez zou doorgaan met tennissen, dansen en zwemmen in gewaden, die nauwelijks den naam verdienen, en met het wanhopig maken van jongens, die misschien wel verdiensten hebben, maar zorgvuldig na lieten daarvan iets aan de wereld te doen blijken. Nu ik echter zie. dat Inez, met haar gewone vlugheid van geest, den man kiest, die den moed bezit uit het verre Portugal over te komen om haar hart te veroveren, en zich vervolgens voor haar te laten doodschieten, of bijna tenminste, moet ik bekennen, dat ik haar had onderschat. Ik wil hierbij zeggen, dat ik een principieele tegenstander ben van lange verlovingen. Zij leiden tot korte huwelijken. Het zou mij daarom aangenaam zijn, als jullie over drie wekenInez, daar heeft die duivelsche Marietta weer een theekopje op een linnen claque gezet! Kijk eens, een heele kring, die natuurlijk op de afdrukken ook weer te voorschijnt komt. Kind. kind, wat zal ik moeten beginnen, als jij mijn huishouding niet meer zult besturen. Een chaos zal het hier wor den. In de paar weken, dat je weg was heeft Marietta driemaal ge probeerd mijn schrijftafel op te ruimen. Niets was er meer te vinden. Een bende was het. gewoonweg!" En boos rommelde de oude heer tusschen zijn brieven en pape rassen. Maar Inez boog zich over de schrijftafel, nam zijn hoofd tusschen haar handen, keek hem recht in de bijziende oogen, en zei, met tranen in haar stem: „Je bent een echte schat!" Den volgenden ochtend gingen Inez en haar verloofde de stad in, waar Vincente zich van de allernoodigste kleeren voorzag, waardoor Inez werd geprikkeld tot de opmerking, dat zij letterlijk niets meer had om aan te trekken. Zoo werd het ruim elf uur. vóór zij. arm in arm de vorstelijke stoep van het bankgebouw bestegen. Zij werden onmiddellijk toegelaten bij den directeur, die verbaasd zijn welver- zorgden grijzen baard streelde. „Wel, wel," zei hij. „hier zie ik de beide concurrenten tegelijk. Wie van u heeft de sleutels?" „Wij samen," antwoordde Inez. „bij nader inzien leek het ons beter, niet om het hardst te gaan loopen." „En een zekere meneer Exarvabegon de directeur. „Nu ja, zei Inez, „ik was vooruit gegaan. Maar naderhand vond ik het leuker om te wachten op Vincente. Ik was zoo nieuwsgierig, dat ik me moest laten vastbinden, om niet naar die sleutels toe te hollen. „A propos", zei Vincente. „er was maar één sleutel. De tweede ligt aan de Zuidpool. Vermoedelijk zullen wij over drie weken daar heen vertrekken." „Een vermoeden. Wij kennen zoo langzamerhand de knepen van onzen voorvader." „Jongeman, sprak de directeur plechtig, „gij spreekt lichtvaardig over wijlen den heer Gongaio Coelho. Vergeet niet, dat hij de beste relatie is, die deze bank ooit heeft gehad. Laat ons nu met dezen sleutel naar den kelder gaan. in letterlijken zin tenminste." De sleutel paste op de middelste der drie kasten. Inez kneep de hand van Vincente, toen de deur langzaam en geluidloos open week. De kast was leeg! Alleen een groote enveloppe lag op een der stalen planken. „Zie je wel," zei Vincente rustig, „de andere sleutel ligt aan de Zuidpool. Ik zal Pepi vast waarschuwen, dat hij een vliegtuig op shi's huurt." Zij gingen, de directeur voorop, weer naar boven. Deze opende de enveloppe, een klein voorwerp rolde eruit, dat met een fijn tin kelen den grond raakte. Inez bukte zich en raapte het voorwerp op. „De derde sleutel," riep zij opgewonden, „kom Vincente, ga mee, naar beneden". „Een oogenblik," zei de directeur, „er is ook nog een brief in deze enveloppe. Zal ik hem voorlezen?" Met gespannen aandacht luisterden Inez en Vincente toe. De direc teur las: „Sedert de vijftiende eeuw hebben de families Ribeiro en Coelho elkander bestreden. Geen middel was te laag, indien het gold den ander ongelukkig te maken. Vele jonge mannen zijn ontijdig gestor ven en vele vrouwen hebben te vergeefs gewacht op den vader van hun kinderen. Geen overreding was machtig genoeg, om een eind te maken aan dezen misstand, die voortsproot uit hoovaardij, vooroor deel, en naijver. Ik heb mij afgevraagd, of het voorbeschikt zou zijn, dat dit zoo zou blijven tot in lengte van dagen, en of het niet moge lijk zou zijn, verbroedering te brengen, inplaats van verdeeldheid. Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1937 | | pagina 3