Zwendelaars maliën het
noorderkwartier onveilig
Het verboden
grondgebied
TFAI^ZA
VAN
burroughsj
Vergadering van de Kamer van Koophandel
GEÏLLUSTREERD
I VERVOLGVERHAAL I
DOOR:
Iedgar rice|
No. 20.
De onheilspellende dans was af
gelopen. Op een teken van Kerchak
zweeg de dum-dum. De dieren dood
den nu de gevangen aap en de
grootste en sterkste onder hen vie
len het eerst aan. Tarzan met zyn
scherp mes gewapend, sneed een
groot stuk af, groter dan hg' gedacht
had te zullen krijgen. De oude Tu-
blat loerde naar Tarzan met een
blik van haat in zijn kleine ogen.
Tarzan begreep de bedoeling van het
grote beest en liep vlug weg, op de
voet gevolgd door Tublat. Met een
forse sprong greep Tarzan een laag
hangende tak beet en klom naar bo
ven, Tublat nog steeds achter hem
aan. Hij klom naar de bovenste tak
ken, waar zijn zware vijand hem niet
kon volgen. Toen ging hij zitten,
slingerde verwijten en beledigingen
naar het woeste schuimbekkende
dier, vijftig voet beneden hem, tot
dat Tublat in razernij ontstak. Met
een vreselijk geschreeuw schoot hij
naar beneden en viel een groep jon
gere dieren aan, die daar bijeen
stonden.
Tarzan zag dit alles vanuit zijn
hoge schuilplaats onverstoorbaar
aan. Als een pijl uit de boog schoot
hij naar beneden en stormde op het
razende dier af. Met een kreet van
triomf danste Tublat heen en weer.
Tarzan sprong echter onbevreesd op
hem af en stak hem het mes in het
hart. Als een blok rolde de reusach
tige aap op de grond.Tarzan met
zijn voet op de nek van de vijand,
gooide zijn hoofd achterover, sloeg
op de breede borst en stiet de trotse
overwinningskreet der mensapen uit.
(Nieuwe spelling.)
ALKMAAR
Wanneer 'de voorzitter de vergadering
Opent, zijn afwezig de heeren Schmalz,
Leber, Coltof, Grunwald, Nobel, Ringers,
Kramer, Kuiper en Bonnet zoodat juist
iO van de 19 leden acte de présence geven.
Alvorens tot de behandeling der agenda
Wordt overgegaan, herdenkt de voorzitter
den overleden secretaris van de K. v. K.
te Hoorn, dr. C. Drossaart van Dusseldorp,
welke woorden door de vergadering staan
de worden aangehoord.
m deelt voorts' mede, dat het be-
stuur der Kamer te Schagen heeft
vergaderd met de besturen der
middenstandsvereenigingen aldaar
en memoreert de uitstekende wijze,
waarop de Schager middenstand
op de gehouden tentoonstelling naar
.voren is' gekomen.
Nadat de notulen zijin gearresteerd, zegt
8e secretaris, dat het bestuur der ge
meente Alkmaar geheel accoord gaat met
het voorstel, dat naar aanleiding der in
de vorige vergadering gehouden besprekin
gen door de Kamer werd gedaan, inzake
de samenstelling en de werkkring van de
commissie van toezicht op het Middelbaar
Onderwijs'. De heeren Holsmuller en Bos-
gcher zullen dus voortgan de Kamer in de
betreffende Commissie van toezicht ver
tegenwoordigen.
Èen adres van de Vereeniging Oost
grens-expediteurs' om te trachten te be
werkstelligen, dat de Omzetbelasting 1933
per 31 December 1937 wordt opgeheven, is
aanleiding tot eenige gedachtenwisseling.
In de betreffende datum moet echter een
fout zijn ingeslopen, volgens de wet loopt
de belasting tot 1 Januari 1939. Aangezien
de tijd dus niet dringt, wordt besloten de
aangelegenheid in de volgende vergadering
opnieuw ter sprake te brengen.
Ben adres van de K. v. K. te Tilburg,
gericht aand en Min. van Economische Za
ken inzake het vestigingsverbod voor het
slagersbedrijf, inhoudend het verzoek ook
tijdens den spertijd de aanvragen tot ves
tigen te laten onderzoeken door de IC. v.
K. vindt weerklank in de vergadering,
doch het adres wordt voor kennisgeving
aangenomen.
Hetzelfde geschiedt met een tweetal
adressen van de K.N.A.C., één betreffend
de lasten op het motorwegverkeer en één
inzake de verkeersveiligheid.
Naar aanleiding van een adres van de
K. v. IC. te Amsterdam, dat in de vorige
vergadering was aangehouden, stelt de
voorzitter van de Uitverkoopcommissie
voor, daaraan adhaesie te betuigen met
dien verstande, dat art. 2 lid 2 der Wet
komt te luiden:
„2. Het is, behoudens het bepaalde
in het vorig lid, verboden in het
winkelbedrijf een verkoop op zoo
danige wijze aan te kondigen, dat
daardoor redelijkerwijze de indruk
kan worden verkregen, dat men,
ook zonder dat het woord „uitver
koop" of „opruiming" is gebezigd,
toch met een soortgelijke aanbie
ding te doen heeft als met dezulke
welke onder de benaming „uitver
koop" dan wel „opruiming" plegen
te worden aangekondigd."'
Aldus wordt besloten.
Aan de orde zijn diverse adressen van
K. v. K. met bezwaren tegen de huidige
regeling van de heffingen voor de waren
wet, eveneens aangehouden in de vorige
vergadering.
De zaak zal in de vereeniging van Ka
mers worden behandeld.
Ben adres van den Natiooialen Bond Land
bouw en Maatschappij inzake een actie te
gen de bestaande kalverteeltregeling wordt
toegelicht door den heer Blauwboer. In '33
steeg de rundveestapel van 2.366.000 op
2.877.000 stuks. Vandaar de afslachtingen
destijds. Niettegenstaande deze afslachtingen
daalde de rundveestapel niet, zoodat. er
geen beperking van de melkproductie uit
voortvloeide. Het adres wil nu op grond
daarvan alle maatregelen verder maar la
ten vallen.
De heer Blauwboer raadt, dit ech
ter af, omdat de melkproductie er
stellig sterk door zou stijgen, terwijl
de bestaande regeling de vleeschpo-
sitie belangrijk heeft verbeterd. Een
vergrooting van de veestapel zou de
vleeschprijzen weer doen dalen en
dit zou een groot nadeel beteeke-
nen voor den boerenstand. I-Iij meent
in het uiterste geval slechts te moe
ten adviseeren tot eenige verrui
ming van de kalverteelt.
Merkwaardigerwijze schenen sommige
aanwezigen zooveel voor „vrijheid" t:e ge
voelen, dat ze maar adhaesie wilden be
tuigen aan het adres.
Het adres wordt ter kennisgeving aange
nomen.
In verband met het bovenstaande staat
een voorstel van den Nederl. Slagershond
inzake de afschaffing van de crisisheffing
op rund- en kalfsvleesch en verlaging van
de crisisheffing op gesmolten vet.
Deze zaak wordt aangehouden.
Hot laatste adres is van de exporteurs
van vleesch en vleeschproducten te Nijme
gen, waarin tal van grieven zijn vervat. De
lieer Blauwboer deelt mede, dat onze be
langrijkste afnemers Duitschland en Italië
hun invoer hebben gecentraliseerd. Dit im
pliceert voor Nederland de noodzakelijk
heid om ook te centralisecren.
Hij adviseert dan ook het adres voor ken
nisgeving aan te nemen.
Na ampele discussies wordt besloten het
adres te steunen met de stemmen van de
heeren Blauwboer en Endel tegen.
De uitgegane stukken geven geen aanlei
ding tot vragen, waarna de secretaris de
attentie van dc middenstandsvereenigingen
vestigt op een besluit van den minister om
trent „vliegende winkels", waarbij geen toe
stemming kan worden gegeven tot het hou
den van verkoopingen van tapijten enz., in
localiteiten, waaraan vergunning is ver
leend tot het schenken van alcoholhoudende
dranken.
Bij de rondvraag vraagt de heer IColster
pogingen in het werk te stellen om te trach
ten voor ansjovis het extra-contingent naar
Duitschland weer ter beschikking te stel
len. Dit is ingetrokken, omdat gedurende
het vorig kwartaal niet voldoende zou zijn
geëxporteerd. Een adres zal uitgaan.
De voorzitter sluit hierop de vergadering.
Hoe men een corset aan
gesmeerd krijgt, dat men
niet noodig heeft
Slachtoffers in Julianadorp
Wederom zijn verschillende be
woners van de dorpen in Hollands
Noorderkwartier de dupe geworden
van de praktijken, die enkele Am-
sterdamsche „handelshuizen." er op
nahouden, ondanks het feit, dat men
zoo langzamerhand zou gaan mo
gen aanemen, dat de voorlichting,
zooals die door politie en pers ge
geven wordt, voldoende is ge
weest.
Aan den anderen kant moet ech
ter worden toegegeven, dat de wij
ze waarop de vertegenwoordigers
der firma's te werk gaain, buiten
gewoon listig is en dat het niet tc
verwonderen valt, dat nog steeds
huismoeders gevonden worden, die
geen weerstand kunnen bieden aan,
op het oog aanlokkelijke, aanbie
dingen.
Het betreft hier een corsctten zwendel,
die als volgt in scène gezet is.
De dames die het „huis" vertegenwoor
digen, gaan dagelijks op pad en sedert de
laatste weken strekt zich dat gebied uit
boven Alkmaar. Dat men het platteland
aan het bewerken is, zal wel zijn toe te
schrijven aan het feit, dat de groote
steden voldoende gewaarschuwd zijn en de
dames aldaar zich niet meer zoo gauw
laten bezwendelen.
De dame meldt zich aan en komt
met een partij corsetten te voor
schijn. 99 van de 100 maal zal de
aangezochte huismoeder te kennen
geven dat zij in het geheel geen
corset noodig heeft. Of zij is reeds
van een dergelijk apparaat voorzien
óf het bedrag, dat als koopsom ge
noemd wordt, is te hoog.
Niet noodig Geen bezwaar!
Men meene nu echter niet, dat dit. ook
maar in het minst een bezwaar is voor de
dames-verkoopsters. Integendeel, dan be
gint eerst goed de tactiek, waarvan, zooals
reeds geschreven, enkelen het slachtoffer
werden. Men pakt de boel weer in, gansc.be-
lijk niet ontstemd, en verzoekt de clièwte
alleen maar het aanbod nog enkele dagen
in heraad te houden. Nietwaar... je kunt
nooit weten. Tenslotte is het mogelijk dat
men na een nachtje er over tie hebben
geslapen, op zijn zienswijze terugkeert.
De huismoeders weten evenwel wel heter,
dóch hebben er geen bezwaar tegen, als de
even beleefde als vriendelijke dame verzoekt
even een papiertje te onderteekenen. Dat
papiertje is.doodonschuldig. Is alleen maar
een bewijsje voor den chef van de firma,
dat, vertegenwoordigster die en die inder
daad het adres in kwestie bezocht heeft. Al
leen maar voor controle, weet U!
Het corset komt.
En de dame gaal heen cn de huis
moeders zijn het geval a.1 weer ver
geten ook. Maar nu komt de aap uit
de mouw. Want die vrouwen, wel
ke zoo onvoorzichtig geweest waren
hun handteekening op het. onschul
dige papiertje te zetten, krijgen na
enkele dagen een lijvig pakket
thuisgestuurd, waarin zich bevindt...
een corset. Een en ander onder rem
bours.
Indien men brutaal is en het pak niet
accepteert, begint de pret. Men krijgt per
.keerendo post een brief terug van de
firma, waarin wordt opgemerkt, dat men
toch een „besteiorder" heeft geteekemd en
dat men dus verplicht is het bestelde te
accepteeren. Blijft men, aldus het schrijven,
in gebreke het goed te aanvaarden, zoo zal
het geval in handen gegeven worden van
het „Bureau voor Rechtszaken" te Amster
dam.
Als onderschrift wordt U tenslotte hij de
brief nog bekendgemaakt, dat de kosten van
het eventueelc proces ten laste van Uw por-
lemonuaie komen.
Slachtoffers in Julianadorp.
Naar ons van politie-zij de thans ter oore
komt, zijn reeds zeer vele' plattelandsvrou
wen door deze truck in de val geloopen. Men
accepteerde het corset maar, omdat men in
derdaad meende zich verbonden te hebben
of omdat men van den rompslomp af wilde
zijn, die het proces ongetwijfeld met zich
zou brengen.
Nog gisteren vernamen wij dat
enkele personen in de omgeving van
Julianadorp de dupe geworden zijn,
o.a. mej. Vonk op genoemd dorp.
Het is de hoogste tijd dat aan deze
niet oirbare praktijken een einde ge
maakt wordt. De politie doet in deze
wat zij kan, doch vóór alles is noo
dig, dat men ten plattelande op zijn
hoede is.
Opdat er voorgoed een einde aan
deze ergerlijke zwendelarij kome!
BINNEN 30 METER
van een brandende straat
lantaarn of op 'n officieel
parkeerterrein moet uw
auto staan om binnen be
bouwde kommen vrijge
steld te zijn van den plicht
om licht op te hebben
InI
Feuilleton
door Dennis Wheatley
Vertaling Eva Raedt de Canter
24.
Buiten was de duisternis van den langen
Siberischen nacht reeds gevallen. Licht glin
sterde door de smalle vensters van de huizen.
De lichtschijn viel op de boomen en op de
knappende, bevroren sneeuw. Het was koud,
doch de prikkelende winterlucht werkte als
w(jn. De nacht was prachtig, de hemel was
onbewolkt en met sterren bezaaid. Er waren
weinig menschen op straat, en tot hun teleur
stelling gelukte het niet een geschikt logement
te vinden. Toen zij terugwandelden naar hun
eerste hótel passeerde hun een prachtige slee
en hield stil voor een klein, steenen gebouwtje
dat een officieelen indruk maakte.
De Reichleau rende vooruit en was in een
oogwenk bjj den koetsier, nog voor deze het
gebouw binnentrad. De man, een groote kerel
met hooge, Mongoolsche jukbeenderen, was
juist bezig de teugels aan een houten paal te
bevestigen.
„Kan ik je troïka huren?" vroeg de hertog
zonder eenige inleiding.
De man keek verbaasd op. „Weineen," zei
hg, „deze troïka is niet te huur."
De hertog vertelde opnieuw het verhaal van
zijn zieke vrouw en dat het absoluut noodzak-
lijk was dat hy direct naar Sverdlovsk terug
keerde. De groote man was niet in 't minst
onder den indruk van het verhaal. Hg haalde
zijn schouders op en ging het gebouw binnen.
Het was een prachtige troïka, bespannen
met drie goed gevoede paarden. De boog boven
het middelste paard was kleurig geverfd en
er hingen kleine belletjes aan. In de troïka
lagen bonten reisdekens.
De Reichleau had oogenblikkelijk een plan.
„Spring erin," schreeuwde hy tegen Simon,
terwtjl hij hem een duw gaf, „hij kan binnen
een minuut weer terug zgn."
Onder het spreken maakte hij de teugels los
en sprong op den hok, hg gaf de paarden een
klap met de zweep en zij stoven de straat uit,
terwijl de bellen van de slee luid rinkelden.
De eigenaar kwam het gebouw uithollen,
schreeuwde en zwaaide met zijn armen, doch
niets vermocht hen tegen te houden, en spoe
dig hadden zij de stad achter zich gelaten.
Dit alles was zoo spoedig gebeurd dat Simon
eerst toen zij door de besneeuwde vlakte reden,
begon te begrypen wat er gebeurd was. Hg
boog zich voorover en schreeuwde in de
Reichleau's oor: „Zeg, kun je den weg wel
vinden?"
Als antwoord wees de hertog met zijn zweep
naar de sterren. Hoog boven hen, eenigszlns
links, zag Simon de Groote Beer, met de punt
naar de poolster. Dat waren de eenige sterren
die hg kende, maar het was genoeg. Hij was
ervan overtuigd dat zij in de goede richting
reden.
De drie paarden liepen in stevig galop voor
waarts, doch de Reichleau was te lang soldaat
geweest om niet te weten hoe men hun krach
ten zoo voordeelig mogelyk gebruiken moest.
Zoodra hy er zeker van was, dat er geen kans
op onmiddellgke achtervolging bestond, hield
hij de beesten wat in. Ieder uur. hielden ze tien
minuten stil en dekten dan zorgvuldig de
paarden af, om afkoeling te voorkomen. Kilo
meter na kilometer werd door hen in dien
nacht afgelegd, de weg steeg en daalde hier
en daar, maar hoofdzakelyk reden zij door
glinsterende sneeuwvelden, steeds Oostelijker,
naar het hart van Siberië. Tegen een uur in
den morgen bereikten zy de Tavda-rivier. Er
was geen brug, doch een primitieve houten
pont. Zg wekten den veerman, doch hij weiger
de hen op dit uur over te zetten. De Reichleau
drong er niet op aan, ook trachtte hij niet den
man om te koopen; de paarden hadden hun
rust meer dan noodig, om de reis later op den
morgen weer frisch te kunnen beginnen.
Bij den veerman vonden zij onderdak voor
hun paarden, zelf rolden zg zich in hun pelsen
en gingen op den vloer van zyn huiskamer
liggen. Ten spijt van de hardheid van hun
legerstede sliepen zij spoedig in.
De volgenden morgen stonden zg vroeg op
en vertrokken zoo spoedig mogelijk. De paar
den sterke beesten schenen zoo frisch
als maar kon. Den geheelen langen dag reden
zij door, nu en dan met een militaire regel
maat rustend, doch zij verspilden geen minuut
van hun tijd. Alleen 's middags nuttigden zy
in alle haast een maaltijd in een boerderij die
aan den kant van den weg lag.
Er waren maar heel weinig van zulke boer
derijen, zij lagen zeer ver van elkaar verwij
derd gedurende de geheele lange reis zagen
zg slechts nu en dan een menschelyk wezen.
Oneindige groote, verlaten sneeuwvlakten en
geheimzinnige wouden. Het geheele land lag
in den greep van den winter maar het was
byna onmogelijk zich dit landschap anders voor
te stellen en de velden te zien met duizenden
bloemen in den korten Siberischen zomer.
Toen de zon als een gloeiende bol onderging,
kwamen zij voor het eerst aan een boeren
hofstede, later passeerden zij er nog een, zij
beklommen een heuvel en daar zagen zg, in
de toenemende duisternis, een stad voor zich.
Zg wisten dat zg aan het einde van hun reis
gekomen waren en dat deze stad Tobolsk moest
zgn.
HOOFDSTUK XI.
Zg hielden aan den kant van den weg stil
en beraadslaagden. De eerste vraag was wat
zij moesten doen met de gestolen slee. Er was
geen twyfel aan dat de eigenaar de politie in
alle naburige plaatsen had gewaarschuwd.
„Ik denk dat het 't beste zal zijn, dat wy de
slee in dat kleine boschje eenvoudig laten
staan," zei de hertog terwyl hy moeizaam en
stijf van den bok klom. „Wg kunnen de paar
den losmaken, zij zullen wel ergens een onder
dak vinden."
„Neen," protesteerde Simon, „als wij hen
hier of daar kunnen stallen, kunnen zij ons
later te pas komen."
„Zooals je wilt," stemde de hertog vermoeid
toe. Hij was de zestig gepasseerd en de lange
reis was een groote inspanning voor hem ge
weest. „Maar wat ben je van plan?"
„Een boerenhoeve," zei Simon. „Er zgn er
hier genoeg in de buurt."
„Denk je niet dat zg achterdochtig zullen
worden? Zij zullen er zich ongetwijfeld over
verwonderen, dat wy niet doorrijden en onze
paarden in de stad stallen."
„Maak een van de paarden kreupel," stelde
Simon vlug voor.
„Maak een paard kreupel? Wat zeg je nu?"
De Reichleau was bijna even overstuur als
Simon zes en dertig uur vroeger was, toen de
hertog den spion doodde.
„Zeg dat een van de paarden kreupel is,"
verbeterde Simon.
„Dat is wat anders," zei de hertog. „Zy zul
len hen zonder twflfel opnemen. Eén ding is
zeker, wy kunnen de stad onmogeiyk inryden.
Wij kunnen de troïka niet in de straat laten
staan en voor een hotel te stoppen zou even
risquant zijn als het politiebureau binnen te
wandelen."
Simon knikte overtuigd. „Wg kunnen beter
naar een boerdery gaan. Als er iets bijzonders
gebeurt en de politie ons op de hielen zit, zou
den de menschen van de boerdery wel eens
kunnen weigeren ons de paarden terug te
geven. Maar als wg doen wat jg voorstelt, zul
len wg ze evenmin ooit terugzien."
De Reichleau richtte zich met inspanning
van al zijn krachten op en klom weer op den
bok. „Och, wat zou ik er niet voor geven weer
eens in de Hispano te ryden," zei hij glim
lachend, „op weg naar Curzonstreet, in avond-
kleeding naar een diner. Moge Gods vloek rus
ten op de Sovjets en al hun werk."
Simon glimlachte. „Wat zou Ferraro zeggen
als hg mij op dit oogenblik zag by Berkeley?"
(Wordt vervolgd.)