Nanking een nndergrondsche stad Hitler en Mussolini stichten nieuwe moraal 2)e Matig, De Duitsche eer De Lof der Zotheid Het Engelsche parlement geopend Bevolking niet meer bang voor luchtaanvallen. Om kient den toestand in de Chineesche hoofdstad Nanking meldt de eerste corres pondent van Reuter de volgende bijzonder heden: Bij alle ontmoetingen, die ik gehad heft) met de Chineesche regeeringspersonen, ben ik onder den indruk gekomen van hun vertrouwen en optimisme. Zij zijn er van overtuigd, dat China er in zal slagen den verwoeden Japanschen aanval, zoowel in het Noorden als aan het front van Sjanghai, te weerstaan. De uitgelezen troepen van Nanking, die den eersten stoot hebben opgevangen van den strijd bij Sjanghai en wier veriiezen uit den aard zeer ernstig zijn geweest, zijn thans vermengd met troepen uit allo Chi neesche provinciën, uit Kwangsi, Honan en Sotsjoean, die verschillende dialecten) spreken en wier militaire waarde en ge oefendheid uiteenloopen. Daardoor ontt- staat een volstrekt, nieuwe toestand in de geschiedenis van China. In den grond gedoken. De hoofdstad zelf is letterlijk" in den grond gedoken. Ik heb vanuit den tuin der Amerikaansche ambassade 'n luchtoverval waargenomen en zag hoe dertig bommen neerkwamen op het vliegveld in het mid den van de stad. Er waren daar geen Ghi- ncesche vliegtuigen en gebouwen werden niet getroffen. Ik kwam ten zeerste onder den indruk van de routine, die thans reeds verkregen is in het ontwijken van de ge varen der luchto vervallen. Wanneer de tweede sirene verklonken is, neemt de geheele bevolking de wijk in de onder- grondsche schuilplaatsen. De straten loopeni leeg, net geheele zakenleven wordt stop gezet. Wanneer het sein: „alles veilig" wordt gegeven, komen allen weer te voorschijn en hervatten hun dagelijksche bezigheden. Niet alleen particuliere schuilplaatsen zijn inge richt. In alle hoofdstraten zijn openbare on derkomens en zelfs de verkeersagenten hebben naast hun standplaatsen kleine on- dergrondsche schuilhoeken. De Japansche luchtovervallen boe zemen dan ook in het geheel geen schrik meer in, te meer daar de to tale schade, die door de naar schat ting ruim 700 tot dusver neergewor pen bommen, aan de militaire in stellingen is aangericht, verwonder lijk gering is. Gebrek aan geneesmiddelen Een bezoek aan de militaire hospitalen heeft mij echter wederom onder den indruk gebracht van de zware taak, waarvoor men hier staat en van het hopelooze gebrek aan medische voorraden. China mist volledig iedere voorbereiding en uitrusting om het hoofd te bieden aan dit enorme probleem* j Een stroom van gewonden van de verschil- I lende fronten wordt hierheen gestuwd. De Chineesche minister van gezondheid, dr. Joei Heng Lioe, verteld mij, dat er thans 150 mili taire hospitalen zijn, maar dat er een ern- I stig tekort aan artsen, geoefende verpleeg- I sters en medicamenten bestaat. Er worden pogingen in het werk gesteld buitenlandsche artsen aan te werven. De minister vertelde o.m. nog, dat vier roode kruistreinen met gewonden door bommen vernield zijn, Nazi-duel met doodelijken afloop Een journalist van de „Völkische Beobach ter", Rol tand Strunk heeft vorige week met iemand, die hem zou beleedigd hebben, ge duelleerd en is daarbij om het leven geko men. Over dit duel weet Havas nog te melden dat het een z.g. barrière-duel was, zooals voor den oorlog ook tusschen Duitsche of ficieren gebruikelijk was en dat slechts mag eindigen met den dood van een der duellis- ton. Woensdag j.1. deelde Strunk mede, dat hij door iemand, wiens identiteit streng ge heim wordt gehouden, beleedigd was in do eer van zijn gezin. Hij deed een beroep op het eeregerecht, zonder hetwelk leden der nationaal-socialistische partij niet mogen duelleeren. Deze instantie stelde de voor waarden van het duel zoo streng vast, dait zij neerkwamen op een barrière-duel. De twee duellisten, werden met een pi stool in de hand op negen pas afstand van elkaar geplaatst, in het midden stond een hekje. De scheidsrechter riep „Fertig, los" en telde langzaam tot vijf, terwijl de duellisten onder het lossen van schoten op elkaar toe liepen. Strunk moet bijna onmiddellijk doo- delijk zijn getroffen. Zijn tegenstander werd gevangen geno men. Hij kan worden veroordeeld tot ves tingstraf, welke kan varieeren tussclien zes maanden en 1 jaar. Berlijn, een propere huisvrouw Duitsche hoofdstad heeft 'da schoonste straten van Europa* Het leger van 3.300 straatvegers in Ber lijn verwacht voor de komende drie maan den bijna tweemaal zooveel werk als in het eerste kwartaal van dit jaar. Voor dit extra werk zorgen de bladeren, die van de vele hoornen in de Duitsche hoofdstad val len. Verleden jaar veegde de stadsrednigings dienst in de drie maanden October en De cember ongeveer 3.780 kubieke meters bla deren en straatvuil op, terwijl dit cijfer voor Januari, Februari en Maart, maanden met veel sneeuwval, ongeveer half zoo groot was. Berlijn heeft de reputatie van de stad te zijn met de schoonste straten van Europa. Deze reputatie dateert reeds van 1771, toen een wet werd afgekondigd, op grond waar van alle boeren die te Berlijn de markt kwamen bezoeken, gedwongen werden, een karrevnacht straatvuil uit de hoofdstad naar het land mede te nemen. Zelfcrltlek. Als ik zeg. dat Euwe een groot man is. dan zeg ik niets nieuws. Maar menigeen zal toch niet weten, waaróm hij zulk een groot man is. Niet alleen ornaat hij zoo knap schaakt. Neen, er is meer. In een gedeelte van onze pers verschij nen over de wedstrijden tusschen Euwe en Aljechin artikeltjes. Lezenswaardig, critisch en zéér objectieve beschouwingen. Recensies om zoo te zeggen. En die cri- tieken, waarin met volkomen openhartig heid, met groote eerlijkheid, de fouten van beide spelers, maar vooral de fouten van Euwe worden besproken, zijn van Euwe. Objectiviteit is de mooiste karaktertrek die er bestaat. Wat Euwe kan, kunnen weinigen. „Mijn dertiende zet was minder nauw keurig. en mijn veertiende zet was beslist foutief". „Mijn aandacht verslapte even en ik deed een oppervlakkigen zet, welke een beslissende fout bleek te zijn." Ik citeer zoo maar twee zinnen, uit hun verband. Men vindt er zoo ontelbare in zyn critieken. Stel u voor, dat de kunstredactie van dit blad op de onzalige gedachte kwam. den schrijver van een roman te verzoeken, er zelf een critiek op te leveren. En stel u uw gezicht voor, indien u van zijn hand het volgende las: „Geloken Oogen is een van myn onnoozelste werken. Er komen hier en daar geslaagde milieuschilderingen in voor, maar de hoofdpersoon is een onbe staanbare figuur. Jammer, het belooft in het begin zoo veel: ik voer u binnen in een kring van vroolijke, vlot-levende, fui vende en tierende Brabanders, overborre- lend van levenslust, met laaiende harts tochten. die altijd smeulen onder het op pervlakkige mom van vroolijkheid. Het milieu is wat gechargeerd, dit zy my nog vergeven, maar plotseling wordt van u verwacht, dat gij de raadselachtige figuur van Lewieke den Zoo begrypt en dat is te veel. Ik leg hem dingen in den mond, ik dicht hem gevoelens toe, die tegen strijdig moeten schijnenslechts een zorgvuldige karakterteekening, waarvoor men meer talent moet hebben dan ik, een exposé van de gebeurtenissen in zijn leven die hem hebben gemaakt tot wat hij is. zou deze figuur voor u aanvaard baar hebben gemaakt. Neen, de compositie van dit boek laat wel veel te wenschen over. Hier is maar één verontschuldiging voor: de uitgever wilde het boek vóór Sinterklaas klaar hebben. Wat den titel betreft, men zal waarschijnlijk tevergeefs naar een uitleg daarvan zoeken. Ik ben n.1. zelf vergeten, waarom ik mijn nieu wen roman zoo noemde en bij het door lezen heb ik niets kunnen vinden wat op geloken oogen leek. Kan een van de lezers het mij verklaren?" Of de violist over zichzelf: „Myn spel dat bleek ook gisteravond weer blijft intelligent, muzikaal en technisch voortreffelijk gefundeerd, en of schoon het niet de hoogte bereikt van een virtuoos meesterschap of een groote ver tolkingskunst, bezit het een niveau, dat mij stempelt tot een uitstekend musicien. Toch zal men gisteravond een gelukkig- makende warmte, een charme in mijn tim bre hebben gemist, dat anders voor mijn spel zoo kenmerkend is. Er is geen twij fel over: ik kan het beter, en ik heb het meer dan eens bewezen. In de Suite van Rachmaninof bijvoorbeeld legde ik een nuchterheid aan den dag. die welhaast on verschilligheid kon heeten. Heb ik deze muziek wel volkomen doorgrond Men zou het betwijfelen. Laten wij afwachten, of ik volgende Dinsdag revanche neem"... En kunt ge u den acteur voorstellen, die over zichzelf deze recensie schrijft: „Wat mij betreft, ik ben in „Maria Stuart" mijzelf niet meegevallen. Ik ben een speler van klasse. Met myn stem kan ik wonderen doen in tal van toonsoorten. Er is bij mij altijd een innig contact tus schen stem en gemoed. Met groote zuiver heid en boeiende zeggingskracht weet ik verzen tot trillend leven te brengen en ik verleen daarmee nieuwen glans aan mijn reeds zoo rijk gevarieerd talent. Maar gisterenavond herkende ik mijzelf niet. Neen, Vondel had ik van Royaards moe ten hooren Heb ik gelijk of niet? Wat Euwe kan, kan Euwe alleen! Artikel van von Neurath in Ame- rikaansch blad. Jfet tot het Hearst.-con.cern hehoo rende 'Amerikaansche dagblad „Journal and American" publiceert een artikel van don Duitschcn minister van buitenlandsche za ken, von Neurath, over „De het eekenis der Duitsch-Itaiiaanscho vriendschap" Hierin wondt o.a. het volgende gezegd: Solidariteit. Het verloop en hef resultaat van Musso- lini's bezoek aan Berlijn heeft de niets waardigheid der verdachtmakingen van een deel der wereldpers ten opzichte van de heide mogendheden bewezen, gelijk ook de nietswaardigheid van de pogingen, Duitsch land en Italië tegen elkaar uit te spelen, of hun samenwerking als van geen belang voor te stellen. De wereld heeft er kennis van kunnen nemen, dat Duitschland en Ita lië niet slechts op het gebied der wereld beschouwing punten van aanraking héb ben, maar ook ten opzichte van de doelstel lingen der practische politiek solidair zijn. Behalve dit echter, is aan de wereld ook de zekerheid gegeven, dat deze solidariteit van twee sterke en omhoog strevende volkeren, geen uitdaging of bedreiging van anderen beteekent, maar als een gemeenschappelij ke waarborg van den algemeenen vrede en tegenover dezen en de cultureele erfenis van de beschaafde wereld bedreigende geva ren wil optreden. Het betreft hier noch een exclusieve blokpolitiek, noch een alliantie met duistere of zelfs agressieve doeleinden. Orde-ideaal. In de «laatste" en eigenlijke beteekenis betreft het een nieuwe volkerenmoraal en een nieuw orde-ideaal waarvoor heide naties zich uitspreken en waarmede zij haar on derlinge betrekkingen op een duurzame ha- sis van vertrouwen hebben kunnen stellen. Gebaseerd op de grondwaarheden van recht vaardigheid en achting van buitenlandschen aard en buitenlandsche belangen, is dit orde- ideaal echter niet beperkt tot de Duitsch Italiaansche betrekkingen. Het heeft veeleer een algemeen geldig karakter. Derhalve gelooft men in Duitsch land, evenals in Italië, ook gerech tigd te zijn tot de opvatting dat de Duitsch-Italiaansche politiek van voorbeeldig karakter is en men wenscht niets meer dan dat de realis tische vredeswil die de levensrech ten en levensnoodzakelijkheden der volkeren eerbiedigt en daar rekening mede houdt, en waardoor Duitsch land en Italië zich laten leiden, ook zal worden tot den richtsnoer van de internationale politiek. De groote afstand kan er oorzaak van zijn, dat de Europeesche toestauden en 'ontwik keling uit zoo groote verte gezien in Ame rika soms niet geheel juist worden gezien en dat ten opzichte daarvan misverstanden ontstaan. In ieder geval echter, zal een politiek feit van de beteekenis van liet be zoek van Mussolini aan Duitschland met zijn indrukwekkende en onaantastbare do cumentatie van den wil tot vrede en ver zoening van twee groote landen een gebeur tenis zijn, die buiten Europa ook voor Ame rika niet zonder waarde' en beteekenis is en die er toe moge bijdragen den blik te ver scherpen voor de constructieve en den vrede behoudende krachten van de oude. wereld, Aanslag op Catalaansch politicus De persafdeeling van het algemeen com missariaat voor openbare orde te Barcelona deelt mede, dat een aanslag gepleegd is op Cornmorera, lid voor economische zaken van don generaliteitsraad. Toen Cornmorera huis waarts wilde gaan, ontplofte een helsche machine, die geplaatst was in een goot nabij den hoofdingang. Kr werd slechts lichte schade aan het gebouw veroorzaakt. De po litie volgt een serieus spoor. George VI houdt zijn eerste troonrede Niet-inmengingspolitiek aanbe volen. Ernstige aandacht voor het Ver re Oosten. Voor de eerste maal in zijn regee ring heeft koning George gisteren, de parlementszitting met het ge bruikelijk cereimonieel geopend. In zijn statiekoets begaf de koning zich van Buckingham Palace naar het Hoogerhuis. Hier las hij de troonrede voor. Iti deze troonrede werd ojn. het volgende gezegd: KONING GEORGE VI. Mijn betrekkingen met de buitenlandsche mogendheden blij\v?n van vriendschappe- lijken aard. Ik heb den koning der Belgen uitgenoodigd mij in November ëcn bezoek te brengen en een soortgelijke uitnoodiging is gericht tot den koning van Roemenië voor het voorjaar van 1938. Ik zal de bezoe ken hunner majesteiten aan mijn hoofdstad toejuichen en vertrouwen, dat zij zullen leiden tot een versteviging van de vriend schappelijke betrekingen, die bestaan tus schen onze volkeren. Mijn ministers hebben met toenemende be zorgdheid hot voortduren gevolgd van het conflict in Spanje. Het is hun. doel alles, wat in hun vermogen is, te doen, om bij te dragon tot het hersitel van den vrede onder het Spaansche volk. Zij gelooven, dat een strenge toepassing van de internationale niet-inmengingspolitiek daadwerkelijk zal bijdragen tot dit doel. OaAAji'ianJielij&e 9ndiicAe. u&dMuiq. do-oA Ro-zto-fii Als een zware, bijna ondoorzichtbare sluier lag de stille tropennacht om de „Saggir". Slechts het ruischen van het boegwater en het flauwe stampen der scheepsmachines verbraken de stilte. Langzaam wendde het zeeschip den steven en hield recht op de smalle opening aan, die zich in de zwarte golvende kustlijn af- teekende. Met voorzichtig tastend lood passeerde het de zandbanken voer dan langzaam den riviermond binnen. Als twee zwarte wallen teekenden de oevers zich af tegen den donkeren hemel. de rivier was als opgeslokt door duis tere schaduwen. Vreemde geluiden uit het omringende oerwoud doorsidderden de lucht nachtelyk levensrhytme, eeuwig mono toon. Urenlang tastte het kleine schip steeds dieper het land in dan straalde eensklaps een htider wit licht op bakboords' oever. De machine stopten zwaar rammelend vloog de ankerketting uit de kluis. Nog lag alles aan den wal in diepe rust. Slechts het helder witte licht op de douane, loods duidde de plaats aan waar de kam pong liggen moest. Doch niet zoodra had de schorre toon van de stoomfluit weerklonken of overal werden lichtjes zichtbaar kre ten klonken over het water, riemen plasten in rukkende slagen en weldra schuurden de eerste laadprauwen langs de scheepshuid. Rappe inlanders klommen aan dek en spoe dig heerschte er in het felle licht der groote laadlampen een leven en bedrijvigheid aan boord als ware het klaar lichten dag.. Stuurman Witkamp zat in het kantoortje druk bezig met het laadplan. Plotseling keek hij op In de deuropening stond een ouwe inlander. De hand tegen de borst ge drukt, boog deze diep. Tabeh toeantabeh toean. Tabeh Raid, kom je je lading halen? Sajah, toean. De stuurman keek den ouden man aan Arme drommel, kwam het in hem op Hg wist dat men aan den wal den ouden inlan der orang gilah noemde, gekke Raid en dat niemand omgang met hem wilde heb ben. Ja. Raid deed dikwijls vreemd. Ook nu weer keek hy' wezenloos de hut rond wees dan onnoozel lachend op een fel ge kleurde kalenderplaat Bagoes, toean... mooi... mooi.... Ja. mooi Raid. Zoo, hier heb je de papieren by luik twee kun je de lading ontvangen. Na weer een diepe buiging gemaakt te hebben, ging de inlander heen. In gedachten verzonken stapte stuurman Witkamp even later het dek op. Zoo lang hy op deze voer, had hy Raid gekend maar nog nimmer tevoren was het zielige in den man hem zoo opgevallen als dezen nacht. Even later passeerde hem de inland- sche douanebeambte van het plaatsje, die beleefd groette. Hij hield den man staan de, moest toch eens wat meer zien te we ten te komen. Zeg, mantri, ken jy Raid? De inlander keek hem verwonderd aan. Sajah, toean, klonk het toen. Ik bedoel, ken je hem goed? Is hij altyd zoo... zoo raar geweest? De mantri scheen niet graag op deze vraag in te gaan, doch toen de stuurman aan bleef dringen, begon hij t§ vertellen. Raid was evenals hijzelf in Boeneih ge boren ze waren ongeveer even oud. Maar terwijl hijzelf altyd in het plaatsje gebleven was, had Raid het in de kleine kampong niet uit kunnen houden en was weggetrokken. Hij had veel gereisd en was zelfs jarenlang in Britsch-Indië geweest. Toen hij na ruim twintig jaren in Boeneih terugkeerde, was hij een rijk man.. Kocht uitgestrekte klappertuinen en rubber aan plantingen en werd zoodoende spoedig de voornaamste man in de kampong. Maar iedereen vond hem erg vreemd geworden. Hy wilde met niemand omgang hebben en het eenige menschenwezen, waarvoor hij iets scheen te voelen, was een klein jonge- tj dat hij uit Britsch-Indië had meege bracht. Het is mijn zoontje, vertelde hij, wanneer men een enkele maal naar het knaapje vroeg. Raid deed erg geheimzinnig en in dien ttfd wist eigenlijk niemand iets van zijn leven af. Nu, na jaren Li alles uitgelekt ook al doordat hij zelf, toen hij na die vreeselijke gebeurtenis krankzinnig ge worden was, steeds over het verleden sprak. Men fluisterde in de kampong, dat Raid over een geheime macht beschikte. Een ding was zeker, toen hg in Boeneih terug keerde, gebeurden er rare dingen. Voor dien had er rust in het plaatsje geheerscht, de menschen deden hun werk en waren tevreden. Doch niet zoodra was hij er ko men wonen, of er hing een onrustige sfeer in het dorp. De menschen werden ontevre den ieder wildt ook zulke groote bezit tingen als Raid hebben men begon geld te leenen tegen hooge rente en by wien zou men daarvoor anders terecht kunnen als bij Raid. En deze was daartoe met graagte bereid. Een feit was het, dat de meesten die geld van hem geleend hadden, langzaam, jaar na jaar achteruit gingen en dat de rijke Raid steeds ryker werd. Zyn bezittingen werden uitgestrekter en tenslotte -as nagenoeg het gansche dorp zijn eigendom geworden. Maar nog had Raid niet genoeg. Er werd veel over hem gefluisterd en allerlei verhalen deden de ronde. Toch kon niemand hem openlijk van oneerlijkheid beschuldigen. Hij stond De toestand in het Verre Oosten zal ern stige aandacht van mijn regeering blijven trekken. Zij zal volharden in haar politiek te trachten om, in samenwerking met de andere regeeringen, of deze nu loden v. d. Volkenhond zijn of niet, liet leed 1e verzach ten, dat, door het conflict, veroorzaakt wordt dit conflict lot een einde te brengen. Met belangstelling en genoegen zie ik den tijd tegemoet, waarop het mij mogelijk zal zijn mijn Indische rijk Ie bezoeken". Vervolgens verwijst de troonrede naar de snelle vorderingen der her-bewapening en naar de verbetering in handel en industrie, waarna de koning de groote lijnen aangeeft van het wetgevende programma ten aanzien van het binnenland. Aan het slot van zijn troonrede week ko ning George met de volgende woorden op bcteekenisvollc wijze af van de gebruikelijke formule. „Ik bid, dat onder de zegening van den almachtigen God het resultaat van uwe be raadslagingen de bevordering moge zijn van 'mijn volk en van den vrede in de wereld". Min. president niet aanwezig. Chambcrlain de minister-president is niet in staat geweest de openingszitting van het parlement bij te wonen, ten gevolge van een aanval van jicht. Men hoopt echter, dat hij heden de wekelijksche kabinctsbijeenkomst zal kunnen voorzitten. Onder het teeken van het hakenkruis Duitsch minister van oorlog spreekt de troepen toe. De opperbevelhebber der Duitsche weer macht, de minister van oorlog von Blom berg, heeft gisteren aan enkele troopenaf- deelingen vlaggen en standaarden uitge reikt. In een toespraak verklaarde hij o.a. „Naast het ijzeren kruis, dragen de vlag gen het hakenkruis." Onder dit toeken is de strijd voor het Derde Rijk gestreden. Aan dit teeken heeft het Duitsche volk zijn we dergeboorte te danken, en de nieuwe Duit- sohe weermacht zijn bestaan. De soldaten moeten het hakenkruis trouw blijven, zij moeten nationaal socialisten zijn. Dat wil niets andiers zeggen dan dat zij 'den Führer en het Duitsche volk tot den laatstcn adem tocht trouw blijven. Baby Lindbergh in Belgisch dorp? Onderzoek gelast. aan de andere zijde van de wet nimmer scheen hij schuld te hebben aan het onge luk, dat anderen trof. Ja, Raid was erg geheimzinnig, dikwijls blindde er halve nachten licht in zijn wo ning. Niemand werd dan toegelaten, nie mand wist dan ook wat hy in die nachte lijke uren deed als de andere dorpsbewo ners sliepen. En het juiste weet ook nu nog niemand te vertellen doch wel is thans bekend, dat Raid uit Britsch-Indië een slang had meegebracht, een ïeusach- tige slang, die hy opgesloten hield in een vertrek van zijn woning, doch niemand heeft die slang ooit gezien. Wel konden de inlanders, die 's nachts nieuwsgierig om zyn huis slopen, zachte, lokkende tonen hooren, maar niemand kón raden, wat deze te beduiden hadden... aan een slang werd niet gedacht. Toen echter zijn verstand voo'1- eeuwig uitgedoofd was, kon men uit zijn verwarde uitlatingen opmaken, dat hij zich 's nachts met de slang opsloot en het ondier met de streelende fluittonen beheerschte. En wanneer het dan met opgeheven kop zacht heen en weer wiegde op de tonen der mu ziek, keek Raid het monster strak in de nauw gespleten, eeuwig starende oogen en liet de kracht van dien slangenblik op zich inwerken. De verlammende angst, die dan al zijn eigen krachten uitschakelde, deed de macht van de slang in zijn eigen wezen overgaan. Slechts de ijle tonen van de fluit vormden den onzichtbaren muur, die hem tegen een doodelyke omkronkeling be schermden. Na zijn samenkomst met de slang "erliet Raid steeds zijn woning e~ doolde in den donkeren nacht op zijn uitgestrekte bezittingen rond en maakte plannen om zijn macht te vergrooten. Zekeren nacht, toen hij als gewoonlyk tegen den morgen weer zijn woning be trad. kwelde hem een vreeselijke onrust. Hg opende de deur van zijn kamer, ont stak de kleine lamp, die aan de zoldering hing, maar wie beschrijft zijn ontzetting, toen hij in een hoek van het vertrek, de ineengekronkelde reuzenslang zag liggen. Als een bliksemstraal trof htm de ver nietigende zekerheid, dat hij verzuimd had het slangenvertrek af te sluiten. Op dat oogenblik hief het ondier den kop op liet met geopende muil de lange spitse tong. in gretige trilling tusschen de wyd opengesperde kaken, een kwaadaardig sissen hooren. gleed toen kronkelend in de richting van den van schrik verstyfden in lander. Op het laatste moment kreeg deze echter ?ijn bezinning terug en vloog naar de, op een kier staande deur van een an der vertrek. Met een wilden smak sloeg hy de deur achter zich dicht. Hij bevond zich in de slaapkamer van zyn zoontje. Over al zyn leden bevend, streek hg een lucifer aan doch met een rauwen kreet liet hy- het brandend houtje uit de vingers vallen. In het dansende schijnsel van de kleine vlam ontwaarde hij uitgestrekt op den vloer... het vermorzelde lijk van zyn kind. In dien nacht opgesloten in dat kleine vertrek bij het ontzielde lichaam van zijn zoontje, wiens dood den prijs was voor zyn rijkdom is Raid krankzinnig geworden. De „Dernière Heurc" te Brussel meldt, dat het parket een instructie heeft geopend naar aanleiding van de z.g. ontdekking van de baby van Lindbergh in Wavre (Bel gië). Dit geschiedt naar aanleiding van 'n verzoekschrift dat dr. Alexis Carrel van de bewoners van Wavre heeft ontvangen en dat hij doorgezonden heeft aan de Belgi sche justitie, die last gaf een onderzoek in te stellen. De „Pays Réel" publiceert een foto van het kind uit Wavre, die een tref fende gelijkenis vertoont met de foto van den tweeden zoon van Lindhcrgh.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1937 | | pagina 8