Mr. Wendelaar vraagt een
parlementaire enquête
Proces tegen den
Staat
Een Chevrolet met
kuren
Radioprogramma
iEDGAR RICE
ÏBURROUGHS
50.
Huiverend van schrik zag Rokoff het sterke
vechtende lichaam van den aapman onder
water verdwijnen; nu zou Tarzan de dood
vinden in de modder daar beneden. Hij be
greep, dat het geluk hem goed gezind was en
een wrede grijns van triomf kwam op zijn
lippen. Maar dit duurde slechts kort. Want
juist toen hij zichzelf gelukwenste met zgn
redding weerklonk er een geweldig lawaai
aan de oever van de ri* ier. Daar zag hij een
reusachtige panter, die met bloeddorstige
blikken naar hem keek, omringd door de
grote apen van Akoet. Voor hen stond een
reusachtige zwarte krijger, die zijn vuist
tegen hem schudde en allerlei vreselijke ge
luiden uitstootte. De beesten van Tarzan had
den hun meester langzaam gevolgd. De apen
bereikten de rivier juist op het ogenblik, dat
Rokoff Tarzan met zgn paddie een klap gaf.
Grimmig en dreigend volgde de troep Rokoff
nacht en dag. Zijn vlucht op de Ugambi-rivier
werd een vreselijke achtmerrie. Op gelgke
hoogte met hem, door de jungle dolende
volgde de vreselijke horde hem, en maakte
hem van een sterke man tot een vermagerd,
beverig schepsel, lang voordat de oceaan voor
zijn beverige ogen opdaagde, Nergens had hij
een spoor van Jane gezien. Hij twijfelde er
niet aan of Jane was door de krijgslieden van
de dorpen, die zij langs moest op haar weg
naar de zee, gevangen genomen. Het zien van
de mond der Ugambi deed de hoop bij Rokoff
herleven. In het rustige water van de baai
lag de Kinsaid voor anker. Wild van vreugde
paddelde hij er heen, schreeuwde luid om de
aandacht te trekken van degenen, die hij aan
boord had achtergelaten. Maar er kwam geen
antwoord van het zwijgende schip.
In December 1932 is bij Kon. Be
sluit de inspecteur van het Rijks
tucht- en Opvoedingswezen, mr. Th.
M. G. Treussart ridder van Rappard
niet ingang van 1 Januari 1933 ont
slagen.
De gewezen inspecteur heeft we
gens dit ontslag processen gevoerd
♦voor de Haagsche rechtbank, voor
het ambtenarengerecht te Arnhem,
voor den Ccntralen Raad van Be
roep, welke colleges zich alle onbe
voegd verklaarden.
De Hooge Raad wees toon de Haagsche
rechtbank als bevoegden rechter aan, die
den eischer niet ontvankelijk verklaarde.
De oud-inspecteur ging in hooger beroep
en zoodoende werd gisteren voor de civiele
kamer van het hof door mr. Wolterbeek
Muller in zijn zaak gepleit tegen den
Staat, welke door nir. van Nooten werd
vertegenwoordigd.
Als grond voor het ontslag gaf het K. B.
aan „verandering van de inrichting van het
departement van Justitie".
Mr. Wolterbeek Muller bood aan deer ge
tuigen te bewijzen, dat de werkelijke oor
zaak van het ontslag gelegen was in den
wensch den heer van Rappard kwijt te zijn
en vervolgens, dat de werkzaamheden van
diens opvolger niet wezenlijk van de zijne
verschillen, -
Mr. van Nooten betwistte, dat de eisch
kan worden gesteld, dat de verandering
van het dienstvak ook verandering moet
meebrengen voor de werkzaamheid van den
ontslagene.
De gronden van ontslag waren den oud-
Inspecteur lang voor het K. B. uit een mi-
nisterieelcn brief bekend, hetgeen uit zijn
requesten aan H. M. de Koningin en aan
de Tweede Kamer is gebleken.
Doel van het ontslag was het verkrijgen
van eenige bezuiniging en het bereiken
van grootere efficiency in den dienst. Dit
doel was zeer reëel en de werkelijke gron
den zijn niet gecamoufleerd.
Pleiter vraagt, dat het tweeledig hewijs-
aanbod niet zal worden aanvaard en
vraagt bevestiging van het vonnis der
rechtbank.
Het Hof zal 30 Mei arrest wijzen.
ONZE OOST.
f 20.000 STEUN VOOR SLACHTOFFERS
VAN OVERSTROOMING.
In verband met de mislukking van den
oogst in de omgeving van Modjokerto door
een overstrooming van de Branfas, heeft de
regccring, naar de N.R.Ct. meldt, een som
van f 20.000 ter beschikking gesteld voor
steun en verstrekking van voedsel.
Parkeerende auto in Amsterdam-
sche gracht verdwenen.
Bij de vele auto's, waarmede hun eigenaar
eiken ochtend en eiken avond van huis
naar kantoor en van kantoor naar huis
rijden en welke gedurende de daartusschen
liggende uren langs de Amsterdamsche
grachten onder de oude, zware hoornen
staan geoarkoerd. was gistermorgen een
Chevroletje, dat. kuren vertoonde. Want
nauwelijks nadat hij zijn haas voor een
perceel aan de Keizersgracht had afgelevrd
en een plaafsic had gevonden langs den
rustigen waterkant, begon de wagen plot
seling uit zichzelf te rijden. De afstand,
welke het stuurloos vehikel kon afleggen,
was niet. groot. Twee meter verder dreigde
een oogensehijnliik bodemlooze diepte, doch
het Chevroletje liet zich hierdoor niet af
schrikken. De gevolgen laten zich hegrijnen.
Met een luiden plons en terwijl het water
hoog opspatte, verdween de wagen in de
diepte.
Het water sloot, zich hoven de kap en
slechts enkele trage luchtbclTcm gaven de
plaats aan, waar de Chevrolet in het water
van de Keizersgracht was verdwenen.
Toen is er een kraanwagen gekomen, wel
ke do balsturige auto uit het water heeft
getakeld.
Beschuitfabriek afgebrand
Vermoedelijk door het in brand geraken
van een broedmachine in de schuur is
gisterochtend om drie uur de bakkerij en
beschuitfabriek van den heer A. Bakker te
Blesse, gemeente Weststellingwerf, in vlam
men opgegaan.
Van den inboedel kon slechts weinig wor
den gered. De brandweer uit Wo'vega be
paalde zich er toe, de belendende perceelen
nat te houden.
De'schade, die belangrijk is, wordt door
verzekering gedekt.
Mr. Wendelaar.
Jongen vermist
Sedert Zaterdag wordt te Schiedam de
12-jarige Joep Weisz vermist.
De jongen is 1.70 M. lang, heeft zwart
haar, zwarte oogen en een zigeunertype. Hij
was gekleed in korte grijze broek, bruine
trui, kort zwart jasje, bruine sportkousen,
lage grijze linnen schoenen.
De knaap is blootshoofds.
De commissaris van politie verzoekt na
mens den vader opsporing en terugbrenging
van den vermiste.
MET DE REDE VAN MINISTER GOSELING
IS DE ZAAK OSS NIET UIT!
Naar wij verne
men heeft het
Tweede Kamerlid
Mr. W. C. Wen
delaar gisteroch
tend on de griffie
van de Tweede
Kamer het ver
zoek ingediend
tot het houden
van een parle
mentaire enquête
naar de gebeurte
nissen, welke zich rondom de brigade der
Koninklijke Marechaussee in Oss en de
maatregelen van minister Goseling hebben
voorgedaan.
Mr. Wendelaar had zich in de Tweede
Kamer, na de interpellatie van den heer
Drop bevredigd verklaard door het ant
woord van minister Goseling. Naar ons ter
oore kwam hebben de publicaties, welke
daarna in de pers zijn verschenen, bij den
heer Wendelaar den indruk gewekt, dat de
zaak met de rede VSn den heer Goseling
niet uit kan zijn. Ten einde klaarheid in
de situatie te brengen heeft de heer Wende
laar gemeen:1, ^e eenige mogelykheid, wel
ke voor dr ~..--de Kamer thans nog open
staat om di zaak verder te onderzoeken, te
moeten aangrijpen.
Het voorstel-Wendelaar zal nu in de ai-
deelingen moeten worden onderzocht, waar
na er een voorloopig verslag over uitge
bracht zal worden. Nadat de voorsteller dan
j een memorie van antwoord heeft geschre
ven, volgt er een mondelinge beraadslaging
en ten slotte neemt de Kamer een besluit.
Vermelding verdient nog, dat het houden
van een parlementaire enquête in onze
staatkundige geschiedenis uiterst zeldzaam
is voorgekomen. De laatste maal, dat de
Tweede Kamer besloot een dergelijk onder
zoek te doen plaats hebben, was in 1886 en
betrof arbeidstoestanden op fabrieken en
werkplaatsen. Later zijn er nog wel voor
stellen voor een enquête geweest, doch deze
zijn niet aanvaard.
Hooge gasten in het
Rijksmuseum
De gouverneur-generaal van Australië,
lord Gowric, die als gast van de K.N.I.L.M.
sedert Zondagmiddag in ons land vertoeft,
heeft gistermorgen tezamen met lady Gow-
rie een bezoek gebracht aan 't Rijksmuseum
te Amsterdaim. Zij werden ontvangen en
rondgeleid door den directeur van 't Rijks
museum, dr. F. Schmidt Degener.
Des middags werd de lunch gebruikt in
het restaurant van het stationsgebouw op
Schiphol en met het K.L.M.-vliegtuig, dat
om half drie naar Londen vertrok, hebben
lord en ladv Gowrie hun reis naar Enge
land voortgezet, opgetogen over de har
telijke ontvangst, die men hen tijdens hun
korte verblijf in Nederland heeft bereid.
Vrachtauto door locomotief
gegrepen
Chauffeur ernstig gewond.
Gistermorgen half acht is op den onbe-
waaktcn overweg halte Koesteeg, gelegen
aan de lijn ErmeloHarderwijk, een vracht
auto van de firma G. Doppenherg uit Erme
lo door een locomotief gegrepen.
De vrachtauto kwam uit de richting
s-I-Ieerenloo aanrijden op het oogenblik, dat
de sneltrein AmersfoortZwolle den over
weg pasoserde. De autobestuurder liet den
ticin voorbij rij den en stak daarna den over
weg over. Hij had. evenwel niet bemekt dat
van de richting Ermelo een losse locomotief
naderde. De vrachtauto werd door deze lo
comotief gegrepen en totaal vernield. De
chauffeur, een knecht van den ijzerhande-
laar Doppenherg, bekwam zeer ernstige ver
wondingen en werd in het ziekenhuis „Sa
lem" te F.rmelo opgenomen. De locomotief
kreeg slechts onbelangrijke schade.
De verongelukte
supporter
Diesel was niet overbezet.
In verhand met het ongeluk, dat Zondag
ter hoogte van Nijkerk één der supporters
voor den wedstrijd Be QuickFeijenoord
overkwam zooals wij meldden werd de
man uit een Dieseltroin geslingerd ves
tigt men er van de zijde der Nederlandsche
Spoorwegen de aandacht op, dat de extra
Dieseltrein, welke de Feijenoordsupporters
naar en van Groningen vervoerde, in het
scheel niet overbezet was. Er waren in deze
trein 224 zitplaatsen 3e klasse, met op de
hoon reis 184 en op de terugreis 150 reizigers.
Enkele reizigers gaven er blijkbaar den
voorkeur aan op de balcons te verblijven,
liet. ongeluk is slechts een gevolg van de
onnadenkendheid van het slachtoffer.
Hot slot van de deur werkte uitstekend
cn was van de gehx-uikelijke Riekersysteem.
WOENSDAG 27 APRIL 1988.
Hilversum I, 1875 en 415,5 m.
NCRV-uItzending. 6.S07.00 Onderwijs
fonds voor de Scheepvaart.
8.00 Schriftlezing, meditatie, gewyde muziek
(gr.pl.)
8.30 Gramofoonmuziek.
9.30 Gelukwenschen.
9.45 Gramofoonmuziek.
10.30 Morgendienst.
11.00 Gramofoonmuziek.
11.15 Ensemble Van der Horst en Gramofoon
muziek.
3.45 Christ. liederenuurtje.
4.45 Felicitaties.
5.00 Voor de kinderen.
5.45 Gramofoonmuziek.
6.00 Land- en tuinbouwhalfuurtje.
6.30 Taalles en Causerie over het Binnen-
aanvaringsreglement.
7.00 Berichten.
7.15 Boekbespreking.
7.45 Reportage.
8.00 Berichten ANP. Herhaling SOS-Ber.
8.15 Gramofoonmuziek.
9.00 Causerie „De kunst van verkoopen*.
9.30 Zang en piano.
10.00 Berichten ANP.
10.05 Damles.
10.20 Vervolg concert.
10.45 Gymnastiekles.
11.00 Gramofoonmuziek.
ca. 11.5012.00 Schriftlezing.
Hilversum II, 301,5 m.
VARA-uitzending. 10.0010.20 v.m. en
7.30—8.00 VPRO.
8.00 Gramofoonmuziek.
9.30 Keukenpraatje.
10.00 Morgenwijding.
10.20 Voor Arbeiders in de Continubedrijven.
11.30 Causerie „Werkloosheidsbestrijding in
de wereld".
12.00 Gramofoonmuziek.
12.45—1.45 VARA-orkest.
2.00 Kniples.
2.30 Voor de vrouw.
3.00 Voor de kinderen.
5.30 Esmeralda-Septet.
6.05 Gramofoonmuziek.
6.15 De Ram'blers.
6.45 Causerie: „De Bond van Arbeiders-Too-
neelvereenigingen als landelijke organisatie
van het Arbeiderstooneel".
7.00 Gramofoonmuziek.
7.10 Zang.
7.30 Cyclus „Ons werk en ons geloof".
8.00 Herhaling SOS-Berichten.
8.02 Berichten ANP en VARA-Varia.
8.15 Orgelspel.
8.30 Radiotooneel.
10.00 Berichten ANP.
10.05 VARA-Orkest.
11.00 Amsterdamsch a-capella-koor „Bel
Canto" en solisten (tot 12.00),
FEUILLETON.
DOOR
ETHEL M. DELL
44.
Het hotsende voertuig begon langzamer te
rijden, toen het een bouwvallig hek inreed,
dat er uitzag of het zoolang had opengestaan,
dat het nooit meer gesloten kon worden.
De oprijlaan was met mos begroeid en afge
zet met verwaarloosde struiken waarin hon
derden vogels aan het zingen waren. Een paar
honderd meter verder stopte de omnibus voor
het hotel. Zij zagen een grijze sombere voor
gevel met een vervallen portiek, begroeid met
klimop, troosteloos, bijna afstootend verval
len en leelijlc; het geheel werd overschaduwd
door hooge hoornen, in de toppen waarvan een
kraaienkolonie de lucht met hun gekras ver
vulde. Geen teeken van leven was er te be
speuren, noch was er eenig licht te zien, hoe
wel de schemering begon te vallen.
Pax keek Claire aan bij het uitstappen. „Het
geheel ziet er niet aanlokkelijk uit." merkte
hij op. „Ik moest maar eerst op onderzoek
uitgaan."
„Het zal wel in orde zgn," antwoordde
Claire. „Het is altgd zoo geweest. Mijnheer
Cartridge, de eigenaar is, ziekelijk, en begint
oud te worden."
„Ja, het is in orde," kondigde de chauf
feur aan. „De baas heeft een van zijn slechte
agen. Zorgt U voor de dames, mijnheer, dan
hem^^ «e baSa£e binnen niet de hulp van
Hij knikte in de richting van Chulam, die
voor zich uit keek met een uitdrukking van
gereserveerdheid en minachting op zijn don
kere trekken.
Yvonne ontwaakte uit een halve sluimering.
„Waar zijn wij?" vroeg zij.
„Wij zijn in het Wychmere Hotel, liéve,"
antwoordde Claire geruststellend. „Je zult nu
heerlijk kunnen rusten."
Pax stapte uit. De gapende duisternis van
de portiek was verre van gastvrij, maar hij
vond dat de groote voordeur niet gesloten was
en ging naar binnen.
Hij bevond zich in een hall, die geheel in
duisternis gehuld was en waar ook geen tee
ken van leven te bespeuren was. Hij begaf
zich naar een opening in de donkerte, die er
uitzag als een kantoor, en klopte tegen het
raampje.
Iets bewoog zich in de duisternis daar
achter, een stoel schraapte over een steenen
vloer en een groote, zware gedaante doemde
op uit de donkre ruimte.
„Hallo!" zei een zwakke beverige mannen
stem. „Wie is daar?"
„Hallo!" antwoordde Pax. „Mijn naam is
Packersley. Ik telefoneerde vanmorgen om
kamers voor mijn vrouw, mijn schoonzuster,
een bediende en mijzelf."
„Kamers!" herhaalde de stem geprikkeld.
„Kamers! U kunt het heele vervloekte huis
hebben, als U wilt.
„Dat heb ik niet noodig," zei Pax gedul
dig. „Maar U kunt mij misschien eenige ka
mers op de eerste verdieping laten zien. Een
van de dames is ziek en zou gaarne dadehjk
naar bed gaan. Ik hoop, dat de bedden in
orde zijn?" klonk het uit de duisternis voor
hem. „U kunt uitzoeken een-persoons, twee
persoons en lits-jumeaux. Wacht! Ik zal de
huishoudster roepen. Zij is altyd in de keuken,
als zij hier noodig is."
„Misschien wilt u het licht opsteken." stel
de Pax voor, toen een bel ergens in de verte
somber weerklonk.
„Best. Er moet ergens een kaars zijn. Het
electrische licht werkt vandaag niet." Er werd
een lucifer aangestreken en na eenig gestom
mel scheen het licht van een kaars in de duis
ternis.
Pax zag een breed bleek gezicht boven de
nu zichtbare gestalufe. „Dat is beter," zei hij
aanmoedigend. „Waarom werkt het electrisch
licht niet?"
„Accumulatoren," was het laconieke ant
woord, en even later als nadere uitlegging.
„Het is zomer, dus wat doet het er toe? Dit
is een privé hotel."
„Is U de directeur?" vroeg Pax.
„Ik ben directeur-eigenaar," kondigde hij
aan met een bitteren lach. „Goede kamers,
uitstekende keuken ruime garage en stalling.
Een kan heet scheerwater per dag. Bad, wan
neer vooruit besteld. U heeft altijd de zee."
,,U wilt in elk geval wel Uw best voor ons
doen," zei Pax. „Morgenochtend lijkt alles
misschien anders."
„Gelooft U dat?" vroeg de directeur van
het Wychmere Hotel op een toon, die geen
antwoordde verwachtte,
Pax antwoordde niet. Hij keek met belang
stelling om zich heen. Het was blijkbaar een
oud gebouw, en had meer van een landhuis
dan van een hotel Niettegenstaande de som
berte voelde Pax zijn belangstelling stijgen.
„Leelijke, oude barak!" zei de eigenaar on
verschillig.
„Ouderwetsch. hé?" opperde Pax.
„Voorhistorisch!" antwoordde de ander moe
deloos. „Niemand komt ooit meer dan één
keer. en meestal slechts voor één nacht."
„Het is toch geen kwaad hoekje van de
wereld." merkte Pax op. „Ha, daar komt
iemand!
„Huishoudster, kokkin en kamermeisje!"
kondigde de zwaarlijvige persoon achter het
buffet aan. „Hier. Charlotte! De gasten zijn
aangekomen. Laat dezen heer de eerste ver
dieping zien, dan kan hij uitzoeken!"
Charlotte was een stevige dorpsschoone met
mollige boot.e armen, wier glimmende wan
gen getuigden, dat zii juist van het fornuis
in de keuken Zii wendde zich om, ten
emcle hem rond te leiden.
„Hierheen naar de trap, mijnheer. Het is
wel wat donker, maar het zal wel gaan. Het
is een mooie dag geweest. U is de eer. die
vanmorgen getelefoneerd heeft, niet waar?"
Pax antwoordde-bevestigend. Zij gingen een
breede trap op met een lambrizeering aan
den eenen kant en een massief gebeeldhouw
de eiken leuning aan de andere zijde. Weei
voelde hij een zekere bekoring uitgaan van
zijn schemerachtige omgeving, die hem nu
niet langer somber voorkwam, maar van een
eigenaardige, vage schoonheid. Het langzame
zachte ruischen der zee en het avondlied der
vogels vermengde zich tot een geluid vol
vreemde bekoring, dat zijn bloed sneller deed
stroomen, als in antwoord op een boodschap
van hoop en vernieuwing.
Rechthoekig op de trap zag Pax een open
eiker, die hem een wijden blik verschafte op
den zilveren horizon.
„Mooi, vindt U niet?" zei Charlotte. „U
zult tevreden zijn over uw kamers, mijnheer.
Er loopt een balkon langs, dat het dak van
de biljart-zaal vormt. U heeft gevraagd om
één twee-persoonskamer entwee één-per-
soons; de kamers die U krijgt, komen alle
met openslaande deuren uit op het balkon,
zoodat U zooveel van de zon en zeelucht kunt
genieten als U maar wilt. En er is een klei
ne kamer aan het andere eind van de gang
voor uw knecht. Ik hoop, dat U alles naar
uw zin zult vinden, mijnheer; ik heb mgn
best gedaan."
Bij deze woorden opende zij een deur, en
Pax kwam in een reusachtige slaapkamer
waarin een geweldig groot bed met een hemel,
waarvan donker-roode gordijnen afhingen. De
massief eiken meubels waren zeer zwaar en
plomp. Maar er hing geen zware of mulle at
mosfeer: de avondwind voerde de zachte, zui
vere zeelucht in overvloed het vertrek binnen
Weer voelde hij zijn polsen kloppen; hg voel
de zich als iemand die thuis was gekomen na
een lange afwezigheid.
„Ik geloof, dat ik hier graag zal zijn," zei
hij.
Charlotte straalde. „Dat hoop ik, mijnheer.
Als die arme mgnheer Cartridge niet zooveel
lijden moest, dan zou alles eel anders zijn,
denk ik dikwijls.
„Waaraan lijdt hg?" vroeg Pax.
„Ik geloof dat het rheumatiek is," ant
woordde de vrouw, misschien ook jicht. Hij
krijgt dikwijls van die plotselinge aanvallen."
„Dat moet wel zeer pgnlgk zijn," zei Pax.
„Wel, zooals ik reeds zei, het zal mg hier
best bevallen. Maar nu moeten wij licht heb
ben. Hetb U hier lampen?"
„Er zijn er een paar beneden, mijnheer, en
ook kaarsen. Ik zal ze dadelijk halen," zei
Charlotte.
„Wilt U ook even de twee andere kamers
zien? Zij loopen in elkaar, mijnheer, en liggen
vlak naast deze."
„O, ze zullen wel in orde zijn," zei Pax. „Wij
moeten de bagage zoo spoedig mogelijk boven
krijgen, dan kan mevrouw Chisledon naar bed
gaan, dat is het meeste noodig."
„Mevrouw Chisledon, mijnheer?" vroeg
Charlotte met groote oogen van verwonde
ring. „Toch niet de dame van Silverhayes?
Die bedoelt U toch niet, mgnheer?"
„Ja. zei is de eigenares van Silverhayes,"
zei Pax. „En haar schoonzuster, mejuffrouw
Chisledon, is nu mgn vrouw."
Charlotte zei: „Wie had dat kunnen den
ken, mijnheer," op een toon die verbazing,
voldoening en een twijfelachtige bewondering
uitdrukte. „Wat jammer!" ging ze na een
oogenblik voort.
„Wat is jammer?" vroeg Pax.
Met den grootsten eenvoud verklaarde- zij,
.Wel. ziet U, mgnheer, als de menschen ge
weten hadden, dat U zou komen, zouden wij
iet huis vol hebben gehad."
Pa: slaakte een zucht van verlichting. „Den
Hemel zij dank, dat zg het niet wisten!" zei
hg'. „U zou mij een groot genoegen doen, met
memand over onze komst te spreken. Wij
houden er niet van door iedereen aangestaard
te worden. Wij komen hier voor onze rust,
speciaal mevrouw Chisledon."
(Wordt vervolgd.)